H\ 8911. -
roensdag O Maart.
A*. 1889.
(§eze £ourani wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven.
ddefroy's tweede reis naar de
Westkust Aan Afrika.
Leiden, 5 Maart.
Feuilleton.
Wera IwanoArna Sentoff.
LEIDSCH
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1—6 regela 1.05. Iedere regel meer/0.174.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het in-
caeaeeren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden1.10.
Franco per poet1.40.
■Afzonderlijke Nommers0.05.
XVII.
[Wy volgen het journaal van den heer Van
rack
Te Banana toekent onze thermometer Zater-
lag den 20aten October te 12 uren 29
:er.tigraden.
Dien nacht heb ik zeer veel van de mus-
cièton te lijden gehad. Ik heb mijn tijd den
rolgenden morgen doorgebracht met behulp-
laam te zijn bjj het lossen.
®Ia een nog onrustiger nacht dan de vorige
;e hebben doorgebracht vanwege de muskieton,
ben ik Zondag 21 October te 10 uren aan
v/al gegaan; met mijne eigene bagage en met
lie van den heer Goddefroy begaf ik mij naar
het Congo Hotel.
;Het Congo-Hotel is zeer goed ingericht.
Het is een vierkant, geheel uit hout bestaand
gebouw, dat op ijzeren pilaren rust, zoodat
la witte muren niet in aanraking met het
ïout komen. In den linkervleugel van het
lotel bevindt zicheene biljartzaal en eene
groote eetzaal; de rechtervleugel wordt ge-
rormd door de slaapkamer van den bestuurder
an het hotel, een keuken en eene oetzaal voor
iet personeel.
Op ongeveer tien meter afstand van deze
Eiste inrichting, bevindt zich rechts eene
weede, die op dezelfde wijze gebouwd is:
3s kamers aan de linkerzijde en zes aan de
jchterin hot midden loopt eene lange gang.
oze twaalf kamers dienen tot slaapvertrek-
en, die allen zeer gemakkelijk zijn ingericht;
e bedden z(Jn van muskietennetten voorzien
n zjjn zeer helder en zuiver, evenals overigens
lies in do gebouwen en inrichtingen, dio aan
e Hollanders behooron.
Verder zijn er aan het hotel nog vele ge-
lakken verbonden, o. a. eene badkamer, oen
laapvertrek voor bedienden, die de gasten
jj zich hebben, eene keuken, eene slacht-
laats en hutten voor negers.
Het hotel wordt in zjjn geheel door een
rooten tuin omgeven, welke binnen een paar
aren 'link begroeid zal zijn.
Om zeven nren 's morgens gebruikt men
ir het ontbijt, om elf uren het tweede ont-
>ijt en om zeven uren 's avonds het mid-
lagmaal. Ik bezocht dien dag de verschillende
'actorieën.
Maandag den 22sten October was ik een
weinig ongesteld en bleof, evenals den 23sten
Dctober, den gansohen dag in het hotel.
Woensdag den 24sten October bogaf ik mij
des morgens te tien uren naar dokter Etienne;
ik heb het voorrecht gehad kennis te maken
met Vader Krafft, het hoofd der zending van
St.-Esprit op Nemlao; ik vertelde hem welk9
onaangenaamheden en moeilijkheden ik ont
moette om mij datgene te verschaffen, wat voor
de ethnographie van belang zou kunnen zijn.
Vader Krafft bood my aan by hom den
terugkeer van den heer Goddefroy to Nemlao
af te wachtenmet genoegen nam ik dit
aanbod aan, daar ik wist, hoeveel do steun
der zendelingen kon bijdragen tot het wel-
felagon eener onderneming in Afrika.
Het was dus besloten dat eene kano dor
missie mij den volgenden morgen, Donderdag
om 7 uren, zou komen halen.
Dokter Etienne, die zich een weinig op do
photograpliieëntoelegt,bezit de chimbee van
den koning Nomlao, dio den 15den Juni 1888
gestorven is. Ik heb mij voorgenomen, in
Nemlao aangekomen, de mummie van den
koning te gaan zien.
Donderdag den 25sten October komen de
kinderen der missie met eene kano ondor
aanvoering van broeder Potin om my te ver
huizen.
Te 9 uren nam ik plaats in de kano; do
achttien kinderen roeien met een pagaai en
broeder Potin met een roeiriem, waarvan hij
zich als roer bediende.
Volgens broeder Potin zou het nog ander
half uur duron, oer wy Nemlao bereikt heb
ben, daar wy den stroom tegen haddon. Ik
bewonder de vlugge bewegingen van deze
jeugdige roeiers; één van hen zingt voortdu
rend om de maat by het roeien te doen
houden.
Evenals bjj Old Calabar ontmoet ik ook
hier aan weerszijden der rivier wortel vyge-
boomen.
Tegen kwart voor elven beveelt broeder
Potin met meer kracht te roeien, want hjj
zegt, dat w(j aangekomen zjjn; maar hoe ik
"ook naar alle richtingen kijk, ik bemerk
niets; nog een flinke, krachtige roeislag ech
ter en wy zyn voor oene aanlegplaats, te
midden der vygeboomen, welke mjj het uit
zicht belet hebbenwant ik moet opmerkon
dat wjj voortdurend langs deze boomon geva
ren zjjn om aan den sterken stroom weerstand
te kunnen bieden.
Het heeft zeer veel kunst en moeite gekost
om hier eene aanlegplaats te maken; de
zendelingen zjjn genoodzaakt geweest allo
vygeboomen daar eerst weg te hakken, over
(ene breedte van minstens 20 M. en eene lengto
v m 100 M.vervolgens hebben zy een kanaal
gegraven en de aanlegplaats gebouwd met
de wortelen dor vygeboomen, groote steenen
en eene soort gele aarde, welke door haro
dichtheid zoor tegenhoudt.
Aan land gekomen, werd ik door Vader
Krafft ontvangen, die my verwelkomde en
aan Vader Paloque voorstolde.
Na mjj zeer veel eer te hebben bewezen,
bogaven wy ons aan tafel; het tweede ont
bijt smaakte mjj uitstekend, want mjjne maag
was niat boreker.d voor de waar der Portu-
geesche keuken van hot hotel.
Gedurende dezen maaltijd heb ik met de
baide Vaders een gosprek gevoerd over den
stam der Mossourongo's en over koning Nem
lao. Zie hier wat ik vernam
De Mossourongo's zjjn inboorlingen van don
Beneden-Congo; zij bewonen St. Antoine en
Nomlao; zij zyn zeer lui van aard en nemen
iedere gelegenheid waar om te bedelen; zj)
voeden zich met maniok. De vrouwen houden
zich bezig met de cultuur van deze plant,
waarvan een soort meel bereid wordt, dat de
mannen op do missio tegen taffla, een soort
van brandewijn, dio uit Hamburg afkomstig
is en met faecale stoffen gelistilleerd wordt,
inruilon. Do Mossourongo's zyn niet oorlogzuch
tig, maar wel valsch en slecht van aard; dit
blijkt vooral, wanneer al hunno begeerten niet
worden bevredigd.
Op Saint Antoine hebben de Mossourongo's
de Katholieke missie aangevallen sedert dien
tijd achten de zendelingen zich niet meer
veilig in dit gedeelte van Afrika, eene bezit
ting van de Portugeozen, en hebben zich te
Nemlao gevestigd op eon terrein, dat aan do
heeren Daumas Béraud en Co. behoortdezen
hebben den zendelingen vergunning gegeven
bier aityd te wonen, mits het terrein weder
aan do hoeren Daumas Béraud en Co. terug
gegeven wordt als de missie Nemlao mocht
verlaten.
Het is zeer de vraag, of de Fransche missie
van St. Esprit nog lang op Nomlao gevestigd
zal zijn, en of deze niet vervangen zal worden
door eon Belgisch zendelingschap, dat haar
zetel heeft in de Chaussée de Ninovo te Brus
sel dozo verandering zou volgons den uitgc-
drukten wensch van den koning van België
geschieden. Op het oogenblik bestaat de missie
van Nemlao slechts uit Vader Krafft, ATader
Paloque en Broeder Potin, zij hebben reeds
twee en twintig kinderen Vader Krafft heeft
mjj verzekerd dat het zeer moeilijk was kin
deren voor niet te verkrijgen, on dat zij zyn
verplicht geweest er vele te koopen.
De verzameling Oostersche handschriften
in de universiteits-bibliotheek alhier werd dezer
dagen wederom verrijkt dooreen even belang
rijk als edelmoedig geschenk van prof. dr.
II. Korn, bestaande in een zestal Sanskrit-
handscliriften, zoodat de Bibliotheek er thans
een dertigtal bezit, allen geschonken door één
en denzelfden gever.
Na het feestnommer van het studenten
weekblad Minerva", uitgegeven bij gelegen
heid van hot 50-jarig jubileum van liet Leidsch
Studentencorps, verscheen hoden ook eone
bijzondere uitgave van de „Vox Sludiosorum".
Maar welk een nommer! De keurige wyze,
waarop het is uitgevoerd, kan niet genoeg
worden geroemd. Het is een feestnommor, dat
stoeds oene blijvende boteokonis zal houden,
getuigende van studie, van historiselien zin,
kunstgevoel en Sjoen smaak, zoowel wat de
artistieko bewerking als do aangename ver
scheidenheid der vele bydragen betreft.
De heer PI. Philips geeft eeno schots der
corpsgeschiedenis, in causerie-vorm. Tal van
beelden in pen en potlood wedyvoron om den
voorrang, allereerst de prachtige omslagplaat,
schqts van P. De Josselin De Jong, bevallig
en los van groepeering, en in harmonieerende,
zachte tinten weergogevon.
Niet minder zullen vooral in de studenten
wereld drie bydragen worden gewaardeerd,
welke door corpB'.edon zijn vervaardigd. De heer
G. Schimmelpenmnck geeft eene schets „Paris
on 1-Iolena"; de heer J. A. De Jonge eene
niet onverdienstelijke vrouwenfiguur, in ballet
kostuum, met attributen der „Vox" getooid
en wenschonde den lezer van het feestnummer
„many happy returns of the day"; terwijl de
heer H. W. Van Pallandt wol den eerepalm
zal wegdragen mot oen watergezicht in krjjt-
teekoning.
Verder zond de heer F. J. De Jong eene
prachtige penteekening, „oen boer in gebed,"
en jhr. mr. Victor De Stuors een studenten
schetsje uit 1867„Hic placet requiescere."
Als muzikale bijdrage komt eeno com
positie voor van dr. J. K. A. "Wertheim Salo-
monson„Novollette".
Letterkundige bydragen troffen wy aan
van de hand van prof. C. P. Tiele, mr. F.
W. Engolenburg, prof. J03. A. Albordingk
Thijm, prof. Jac. Moleschott, Fiore della Novo,
Jan Holland (een fragment uit het onuitge
geven work „Athanasiu8 Mors"), dr. H. J.
Polak, Damas, Gerard Keller en prof. A. G.
Van Hamel. Wijders een versje van Piet
vestigd, waarop stond: Johannes Stilt/ried,
Academisch Schilder. Een eoort van portaal,
dat wil zeggen eeno kleine, smalle gang, gaf
toegang tot zijn heiligdom. Daarbinnen stond
een druk gebruikte divan, welke des avonds
in een bed werd veranderd; daar stonden do
schildersezel, een podium, oen paar stoelen
on tafels de met wit dook behangen wan
den waren met spreuken, daarop geschreven,
voorzien on getooid met een spiegel, eonigo
beeltenissen en schilderstukken zondor lyst
on met tal van photograpliieën allerlei voor
werpen, een Japansche waaier, met stof be
dekte gipsafgietsels, wapens, flesechen, eene
baret, zooals die gedragen word ton tyde van
Boccaccio; albums en schetsboeken lagen, ston
den on hingen in schilderachtige wanorde
door elkander en hierin bestond het ameu
blement van het armoedige atelier. Voor een
der twee ramen hing een gordyndoor het
andore keek het lieve zonlicht overdag naar
binnen en bescheen onbarmhartig al deze
armoedige zaken, bescheen de schilderstukkon
met hunne geschonden hoeken, hun zorgvuldig
uitgewischt onderschrift on h9t jaartal, waarin
zy vervaardigd waren.
{Wordt vervolgd.)
4) Naae het Duitsch door
P. .T. C.
Mot het bovenlijf naar voren gebogen, de
armen kruiselings over de borst, keek zy hem
onderzoekend in hot gelaat, richtte allerlei
vragen tot hem en deed hom aldus een soort
van verhoor ondergaanHet door haar
gesprokene maakte even weinig indruk op
hem als haar gelaat, hoewel zyne ydelheid er
eenigszins door gestreeld werd, dat zy zich zoo
in het openbaar met hem onderhield.
Dit scheen zoo hare gewoonte te zyn; zy
behoorde ongotwyfeld tot die zelfstandige en
beslist handelende vrouwen, dio gewoon zijn
zeiven eene keus te doen en niet te wachten
tot men op haar afkomt. Met kalmen ernst,
zonder eenige terughoudendheid, vroeg zjj hem
het een en ander aangaande zyn leven, zyne
kunst en zyn streven op dat gebied en was
alzoo spoedig wellicht tegen zyn wil - te
weten gekomen waarmede en op welke wijze
hjj zyne dagen doorbracht, in welke neiging
der kunst hy werkte, wat hy al zoo wenschte
on wat hy trachtte te bereiken, terwijl hy
van haar nog niets meer wist dan dat zy
Wera Iwanowna Sentoff heette en op reis
naar Italië was. Coquet was zy in de verste
verte niet en hy vond dit wel ietwat vreemd,
hoewel hy zich dezo eigenschap by haar niet
zou hobben kunnen voorstellen.Zy spra
ken ook niet lang mot elkander, slechts een
halfuur; daarop "wondde Wera hare blikken
van hem af en keejr onderzoekend in de zaal
rond; on als uit den grond verrezen stond
Fedor Iwanowitsch vóór hen. Wera stond
op en legde haren arm in dien van den Rus.
„Ik ben voornemens nog geruimen tyd in
Ween9n te biyven," zoide zy tot Johannes.
„Zoo ge myn portret wilt schilderen, zon ik
u verzoeken dat te doen."
Johannes kon zjine vreugde ovsr dGzo on
verwachte, als uit de lucht gevallen bestel
ling nauwelyks verbergen.
„Ik heb op het oogenblik in het geheel
niets te doen," erkende hy oprecht, „en wan
neer u het goedvindt, kunnen wy er reods
morgen een aanvang mede nemen."
Zy glimlachte voor den eersten keer
en vroeg hem zyn adres. De Rus noteei-ri
dat in zjjn zakboekje; Wora gaf dcii jonnen
kunstenaar de hand en beloofde don v.'.tg
dag te twaalf uren hij hem te znllei
Fedor Iwanowitsch. die i/uen woord sn-i rekei
had, maakte oono kleine buiging, waarna men
van 6lkandor ging.
Johannes verliet dadeiyk daarop met haast
hot gezelschap en ging naar huis, naar zyn
armoedig en stil kunstenaarsverbiyf. Inne-
mond was de Russin hem niet voorgekomen
en nooit zou hy er uit zichzelven naar go-
haakt hebben haar weder te zien, maar de
gedachte hare beeltenis op het doek te brengen,
vroolijkte hem op en vervulde hem met blijd
schap. Haar schoono kop was een dankbaar
on interessant onderwerp voor een kunste
naar, en gestreeld door het vooruitzicht bin
nen een niet al te ver verwijderd tydstip een
voor hom onderhondenden arbeid te zullen
hebben, waaraan by zich geheel zou kunnen
wy len, sliep hy welgemoed in vast over
tuigd dat deze avond voor hom oen geluk-
aanbrengondo geweest was.
III.
In eono afgelegen straat, in het centrum
eener vocistad van Weenen, door de arme
kla-s-i. dier stad bewoond, in oen huis, dat
tut w 'ii"g diende voor kleine handwerkslieden
km n. ksarheiders, drie hoog, bevond zich
hik! or. Op de deur, welke toegang tot
nis v6 leende, was een visitekaartje be-