BUITENLAND. JFraFilcï-JJlt. De heer Pasteur heeft, wegens zwakken ge zondheidstoestand, voor zjjne betrokking van secretaris by de Academie van Wetenschappen bedankt. Generaal Boulanger begint inderdaad over moedig te worden. Nu hy weet dat de Bonapartiaten en de Monarchisten hem den 27sten Januari zullen steunen, terwyl zjn tegenstander, de ryke dis tillateur Jacques, door de aristocratie onder de republikeinen, vertegenwoordigd door het „Journal des Débats", do „Liberté" en de „Temps", of niet, óf slechts zwak gestemd zal worden, verzekert Boulanger aan ieder, die het hooren wil, dat aan zRne overwinning niet meer te twijfelen is. Dit is echter den generaal niet voldoende; „geheel Frankryk en Europa" moeten weten dat Boulanger zal overwinnen, en daarom zal hy heden in de Kamer reeds by voorbaat zyn mandaat als afgevaardigde, dat het noorder-departement hem opdroeg, neerleggen. Over eenige weken zal Boulanger dan als afgevaardigde van het departement der Seine weer zitting nemen. Overigens meent de generaal het goed met de Paryzenaars. Ten einde hun straatrumoer en ongoregeldbedon te besparen, zal Boulanger geene groote kiesvergadering beleggen, daar deze doorgaans op vechtpartyen uitloopen. Willen de kiezers hem spreken, welnu, dan kunnen zy zich vervoegen in de Rue d'Ur- ville, waar de candidaat der anti-republikeinen eiken dag voor hen te spreken is. Het comité der Bonapartisten heeft eene proclamatie uitgevaardigd, waarin het Bou- langers verkiezing aanbeveelt als een protest tegen de Republiek. De heer Paul De Cas- sagnac ondersteunt dit in zyn blad „l'Auto- rité", en wel op de volgende wyze: „Wy willen Boulanger gebruiken om de Republiek te doen vallen, waartoe wy alleen niet in staat zyn. Boulanger is slechts een instrument, een werktuig, een hulpmiddel. Men onderhandelt niet met een stormram of een katapult, men bepaalt er zich toe deze werktuigen te gebruiken zoo goed men kan. Het is dus niet noodig te Parps waarborgen van hem te vragen, hetgeen wü trouwens ook by de vorige verkiezingen in de provincie niet hebben godaan." Uit Parys wordt gemeld dat de aannomers van de Culebra-afdoeling van het Panama kanaal ontkennen, buitengewone eischen te hebben gesteld en vorklaren dat zy het werk op hun eigen kosten on gevaar willen voort zetten tot 15 Februari, ten einde tyd te geven om ter behoorlyker plaatse de noodige maat regelen te kunnen nemen. Daltaohland. Ook op Afrika's Zuidwestkust worden de Duitschers met nieuwe moeiiykheden bedreigd. De Duitsche rykscommissaris Görung is reeds sedert geruimen tyd in onderhandeling met Kameherero, het opperhoofd dor Damera's te Okanbandja, doch deze orderhandelingen ein digden met eone weigering des konings om de aanspraken der Duitschers op een gedeelte van zyn land te erkennen. De heer Gürung begaf zich toen naar de Walvischbaai, vergezeld door de Duitschers, die zich daar haddon gevestigd en zich na het vertrek van den rykscommissaris niet veilig meer achtten. De „Frankf. Ztg." heeft de aanleiding tot het geding tegen prof. Geffcken ontdekt. Het proces-Geffckon, zegt het blad, was niet anders dan een middel om de samen zwering tusschen de binnenlandsche oppositie en het buitenland aan het licht te brengen, die ten allen tyde in het brein van den rykskanselier gespookt heeft en ten doel zou hebben, prins Yon Bismarck ten val te brengen. Daarom was het ook noodig geworden dat eene tweede quaestio tegen oen buitenlander, in dit geval sir Robert Morler, te berde word gebracht. De „Nordd. Allg. Ztg." verneemt dat prins Frederik Leopold zich verloofd heeft met prinses Louise van Sleeswyk-Holstein, zuster der keizerin. Prins Frederik Leopold, gob. 14 Nov. 1865, is een zoon van wylen prins Frederik Karei van Pruisen. Prinses Louise is geboren 8 April 1866. Wegens de sterfgevallen in het vorige jaar, is toen geen der verjaardagen van de Duitsche keizers op de gebruikelyke wyze gevierd. Dit jaar zal het anders zyn. De der tigste verjaardag van keizer Wilhelm II valt op 27 Januari on mon maakt reeds toebe reidselen voor een weidsch feest. In de ge hoorzaal der Beriynsche universiteit zal de byna 75-jarigo hoogleeraar Ernst Curtius, de leermeester van keizer Frederik, eene feestrede uitspreken. Drie dagen te voren, op den ver jaardag der geboorte van Frederik den Grooten, houdt de Academie van Wetensthappen eene plechtige oponbare byeenkomst, waar prof. Mommsen het woord zal voeren. Op den avond van 26 Januari wordt in den koninkiyken schouwburg, op bevel des keizers, een nieuw tooneelstuk van Ernst Wildenbruch, getiteld „Die Quitzows", en geschreven om de vader- landsche gevoelens op te wekken, vertoond, uitsluitend voor de boste leerlingen der Ber- ljjnscho scholen en hunne geleiders. Ook do jonge prinsen zullen er by zyn. Eerst den volgenden avond wordt het stuk voor het publiek opgevoerd. De half officieuze „Darmstadter Zeitung" weerspreekt de berichten van andere bladen, volgens welke de goede verhouding van den groothertog van Hessen tot het Duitsche keizershuis gestoord zou zyn gewoest. Hetzelfde blad logenstraft het bericht om trent het plan tot verloving van prinses Alix met den grootvorst-troonopvolger van Rusland. Uit Beriyn wordt gemeld dat luitenant Wissmann waarschynlyk niet vertrekken zal vóórdat de beraadslaging over het voorstel, dat betrekking heeft op Oost-Afrika, zal heb ben plaats gehad. Volgens den correspondent te Kiel van de „Vossische Zeitung", zal het eskader voor Oost Afrika niet verstorkt worden. Het zal aan boord ontvangen ongeveer tachtig man, bestemd ter vervanging dergenen, die zullen ropatriöeren. De Luxemburgsche minister Eyschen, die in den laatsten tyd verschillende Duitsche havens en, naar men verneemt, ook den hertog van Nassau bezocht, had gisteren een onderhoud met prins Von Bismarck, vermoe- deiyk over de quaestie der troonsopvolging. (H.) Volgens de „Kreuz-Zeitung", zal Belgiö voor de eerste maal door een gezant te Beriyn worden vertegenwoordigd. Groot-BrlMnnU. In oono depoche aan de „Times" uit Zanzi bar van gisteren, worden berichten medegedeeld uit zuideiyk Nyanza van 11 Dec. Die berichten komen op het volgende neder: In Octobor 11. had Mwanga, koning van Uganda, het plan gevormd om al de mannon zynor Arabische lyfwacht door honger te doen omkomen op oen klein eiland in het Nyanza- meer. De bedoelde mannen, van hot plan onderricht, weigerden in de boot te stappen, welko hen naar het eiland zoude brengen, en violen hot paleis van Mwanga aan. Deze vluchtte en werd vervolgens krygsgevangene by do Arabieren van Magu. De lyfwacht be noemde daarop Kiowa, den oudston broedor van Mwanga, tot vorst. Kiowa gaf de voor naamste ambten aan Christonen, doch de Arabieren kwamen hiertegen in verzet, ver moordden velen der nieuwe beambten en gaven hunne posten aan Muzelmannen. Vervolgens vielen zy alle nederzettingen der Engelsche en Fransche zendelingen aan, gaven die aan do vlammon prijs en brachten velen der nieuw bekeerde inboorlingen ter dood. Al de zendelingen ontsnapten en kwamen behouden te Usambiro aan. De Arabieren schreven een beleedigenden brief aan Mackay, te Usambiro. Zy verheffen zich daarin op de in Uganda behaalde overwinning en zeggen dat de pogin gen der zendelingen in Middel-Afrika met alle kracht zullen worden tegengegaan, als weer wraak tegen de houding der Engelschen in de zaak van den slavenhandel. Tevens ver klaren zy Uganda tot een Muzelmansch ryk. De Duitsche mededinging laat zich op elk mogelijk gebied gevoelen. Liverpool heeft gedurende de laatste jaren steeds eene eerste plaats als katoenhaven ingenomen, doch Bre men schynt ook van plan te zyn haar naar de kroon te steken. Niet minder dan 35 groote stoomschepen toch zyn op weg naar de laatste haven mot ladingen katoen van Nieuw-York. Oppassen wordt dus meer en meer het wachtwoord. De heer O'Brien, eene vergadering der Nationale Liga presideerende, te Laas, weidde uit over de levenskracht der Liga. Hy zeide dat hoe heviger de worsteling wordt, de taak der verdrukkers van de Ieren des te moeiiyker worden zal. Graaf Fife, die genoemd wordt als de aanstaande schoonzoon van den prins van Wales, is lid van eene groote bankiersfirma te Londenhy brengt eiken dag eenige uren in zijn kantoor door. Oo«tenr.-Hong.-Monarchle. In de zitting, welke gisteren door de Kamer van Afgevaardigden werd gehouden, zeido de minister van openbaar ondorwys dat ieder Hongaar bekend moet zyn met de Duitsche taal, omdat hy anders niet met vrucht kan medewerken tot de welvaart van het land. Deze woorden lokten hevig protest uit op de banken der linkerzyde en de minister kon gedurende vijf minuten zyne rede niet voort zetten. Rusland. Uit Odessa wordt gemeld dat de officieuze kennisgeving herhaald wordt, volgens welko de keizerlijke raad een wetsontwerp in over weging heeft van den minister Tolstoi, het- wolk de strekking heeft alle vreemdolingen, die gedurende 5 jaren in Rusland gedomici lieerd zyn zonder Russen te zyn geworden, te verbannen. Deze mededeeling baart groote onrust onder de vreemde ingezetenen. Hoewel hot byna onaannemelyk te achten is, dat de keizerlyke raad zulk een wetsontwerp zou kunnen goedkeuren, gelooft men toch aan het spoedig tot stand komen oener nieuwe wet geving betreffende de in Rusland gevestigde vreemdelingen, met de strekking tot beperking hunner rechten. De Shah van PorziS wordt nu bepaald in 't laatst van Mei te St.-Petersburg ver wacht en daaruit wordt besloten dat do ver houding van de regeering met Perzië uitne: mend is en van de incidenten geen spoor meer is overgebleven. Volgens telegrafische berichten uit Wee- nen, is er by de Russische regeering een plan in bewerking ter invoering van een tabaks- moriopolio in het Russische ryk. Aan de „Daily News" wordt uit St.- Petersburg gemeld dat de czaar met den procureur-generaal eene conferentie heeft ge had, welke twee uren heeft geduurd en waarin deze ambtenaar hem het rapport aangaande het spoorwegongeluk te Borki heeft aange boden. Uit dit stuk blykt dat er geen sprake kan zyn geweost van een nihilistisch komplot, maar wel van groote achteloosheid der spoor wegbeambten, van wie er nu eenjgen ont slagen en vervolgd zullen worden. Amerika. Volgens een telegram uit Ottawa, heeft een Chinees, met name Monghow, een onder houd gehad met een der leden van de Cana- deesche rogeering betreffende de belasting op Chineesche landverhuizers. Hy beweert dat Chineesche kooplieden toebereidselen maken om een millioen Chineezen van do Vereenigde Staten naar Canada en Australië te doen verhuizen. In Californië hoeft een gemaskerd ruiter achtereenvolgens twee diligences staande ge houden en de reizigers van alle waarde, welke zy by zich hadden, beroofd, waarna hy met buitengewone beleefdheid afscheid van hen nam. Op grond van een telegram uit Washing ton wordt te Nieuw-York beweerd dat de aanneming van de Senaats motie over het Panama-kanaal in het Huis van Afgevaar digden nog volstrekt niet zeker is. De tegen zin om aan Frankryk zonder noodzakelijkheid aanstoot to geven, zou in dat geval in het Huis zwaarder wogen dan de behoefte om bij deze gelegenheid andermaal de Monroe- loer te verkondigen, welke in de geheelo wereld reods voldoende als een politiek leer stuk der Vereenigde Staten bekend is. Te Nieuw-York is met veel plechtigheid oen Chineesche tempel ingewyd, de tweede van dien aard in Amerika. Generaal Hippolyte heeft by de laatste overwinning op do regeeringstroepen van Haïti, generaal Paul gevangengenomen, die vóór eenige maanden hom verliet en een bevel by de regeeringstroepen aanvaardde. Gonoraal Paul werd onmiddellyk gefusileerd. Met angst wachtte men te Port-au-Prince don intocht af van de troepen der opstandelingen volslagen regeoringloosheid heerscht alom. Gemengd Nieuw». To Stanford, in Connecticut, is thans een Italiaan, Pietro Dinarvo, in hechte nis genomen, beschuldigd van den moord op den markies Giulio Sanduzzi, in Februari 1886 gepleegd. Het lijk van dezen werd, op afschuweiyke wijze verminkt, in zy'iie woning te Torella (Italië) gevonden. Alle juweelen, zilverwerk enz., geschat op eene waarde van ettelyke millioenen, waren verdwenen. Dinarvo, die zyne medeplichtigheid aan den moord en den diefstal bekend heeft, bood wanhopig tegenstand. Toen hy naar Nieuw-York werd overgebracht, bood hy zijnen geleiders 1000 dollars voor eene gelegenheid om te ontsnap pen. Dinarvo beweert dat nog twee mannen by de misdaad betrokken zyn on dat de buit in drie geiyke deelen verdeeld werd. Hy zal met de „California" naar Italië worden over gebracht. Te Cordoba- heeft een stieren- gevecht plaats gehad, waarby een jeugdige banderillero, Manuel Martinez, doodelyk ge wond, de pikador Joaquin Rucio van zyn dood gestoken paard gestort en met eone hersen schudding weggedragen en nog een bande rillero in de borst gekwetst is. De Espada Guerita, dio onder de toeschouwers was, sprong in den circus om den stier onder de oorverdoo- vende toejuichingen van 't publiek te dooden. Eene commissie van een aantal invloedryke mannen in Zwitserland, alsmede de burgemeesters van Milaan, Genua en Como, heeft het plan opgevat een gedenk- teeken op te richten voor Louis Favre, den ingenieur van de St.-Gothardtunnel. Het monument zal in zyne geboorteplaats Chéne- Bourg worden opgericht. De Fransche kroonjuweelen. In het begin van dit jaar zal in het museum du Louvre te Parys eene tontoonstelling wor den gehouden van de overblyfselen der kroon- juweelen, die zulk eene belangryke rol in de geschiedenis des lands hebben gespeeld. Nu eens dienden zy als onderpand voor de loenin- gen, met Frankryks bondgenooton gesloten of voor den terugkoop van door de Duitschers bezette streken. Zoo kwamen zy in Duitschland in omloop en werden tegen een prys, aanmer- kelyk beneden de waarde, verkocht. By den dood van Hendrik III vielen zy den schuld- eischers des konings in handen. Toen Hen drik IV den troon besteeg, bracht hy de juweelen weder byeen, maar hy was spoedig daarna genoodzaakt ze als onderpand te geven voor een nieuwe geldleemng. Tydens de Fronde ontvingen de kolonels der Zwitsereche regi menten ze als onderpand voor de soldy hunner mannen. Colbert loste ze weer in en sinds toen bleven zy in de koninkiyke schatkist tot de Fransche omwenteling. Gestolen in 1792, maar kort daarna terug gevonden, dienden de juweelen om de kosten der veldtochten van 1796 tot 1800 tebestry- den en later ter versiering van Napoleons sabel. In 1815 werden verscheidene diamanten den hertog van Wellington en Blücher ten geschenke gegeven. Na zoovele wederwaardig heden werd het grootste gedeelte der kroon- juweelen een paar jaar geleden verkocht. De kostbaarste steenon werden intusschen be waard en zullen binnen korten tyd in de Apollo-galery van het Louvre worden tentoon gesteld met het zwaard van Karei den Grooten. O, die mannon! Do arbeider Legarce, rue Rousseau, te Parys, was een doodgoede kerel, uitgezonderd wanneer hy te veel gebitterd had, en dat gebeurde nog al eens eene enkole maal; dan geleek hy een dolleman. Onlangs had hy in een dergelyken aanval van bitterwoede zy'ne vrouw zóó mishandeld, dat deze zich gelukkig mocht achten, toen zy levend uit zyne handen was gekomen. Dinsdag trad hy weer dronken de kamer binnen, waar zyne vrouw ziek te bed lag. Hy wilde haar doen opstaan, doch toen zy aan dat 'bevel niet spoedig genoeg voldeed, ran selde hy haar het bed uit. De vrouw zette 't op een schreeuwen, zooals iedereen zou doen, die wordt gedwongen zóó op te staan, waardoor de buren toeschoten en haar aan de handen van haren liefhebbenden echtgenoot ontrukten. Manlief vertrok, een duren eed zwerende dat hij zich zou wreken, en dat hy het huis in brand zou stoken. Moor dronken dan ooit, kwam hy don vol genden morgen terug en, gebruik makende van den slaap zyner vrouw, goot hy petroleum in de kamer, stak daarna den brand in het gebouw en lichtte toen do hielen. Door het geknetter der vlammen, de on- draagiyke en de versehrikkelyke rook ont waakte de vrouw, die zich door de vlucht trachtte te redden. De deur vond zy echter gesloten. Half dood van angst ylde de arme vrouw naar het venster, sloeg eene der ruiten stuk en riep om hulp. Men kwam nog tydig genoog toeschieten om haar van een vreese- lykon dood te redden. Hare kleederen hadden reeds vuur gevat, heur haren waren verzengd en haar lichaam was mot brandwonden overdekt. De heer des huizes vermaalde zich intus schen uitstekend in eene der herbergen, van waar hy door de politie naar de gevangenis werd getransporteerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 8