■n vernemen dat bjj den burgemeester dezer -gemeente het voornemen bestaat om dezer dagen den houders van huizen, waarin gelagen worden gezet, te doen aanzeggen dat hun nachtpermissies, voor zooveel ze zjjn ver leend tot 1 uur, na verloop van zekeren termijn, zullen worden teruggebracht op haiféén. Het doel van dezen maatregel moet z(jn te zorgen dat de een niet wordt bevoordeeld boven don ander. Alle schoolgelden moeten by vooruitbetaling worden voldaan." De stemming over dit voorstel zal inge volge art. 48 van de wet van het Departe ment plaats hebben in eene volgende verga dering. De bfl het heden verschenen nommer van „De Nederlandsche Spectator," het laatste in dit jaar, behoorende plaat, herinnert aan het afsterven in den bjjna ten einde zynden jaarkring van Mauve, Vosmaer, Hofdyk, Vissering, De Bull, Zimmerman en Van Beers, aan het verlies van die mannen dus, van die groote figuren op het gebied van wetenschap en kunst, wier namen onsterflijk zijn. De plaat stelt voor: eene treurende maagd, die in de rechterhand een lauwerkrans omvat houdt, een krans, te wijden, aan hen, wier namen men ziet opgeteekend op eene gebroken grafzuil. Boven de plaat leest men: .In Memoriam" en daaronder de volgende twee regelen: „Wreed was de jaarkring ons. Een lauwor brengen wij, scheidend, Hun ter gedachtenis, die 't lot, eischend het best', ons ontnam". De Raad der gemeente Sassenheim heeft besloten tot het oprichten van een telefoon kantoor in aansluiting met het Rijkstelegraaf kantoor te Hillegom. Beroepen is te Apeldoorn ds. P. S. Bartslra, te Wassenaar. Door de „Algemeens Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente", gevestigd te Amsterdam, is een nette Portefeuille Almanak voor 1889 uitgegeven, in rood-linnen bandje en met het portret van Johannes Hudde (1633 1704), burgemeester en raad der stad Amsterdamwiskundige en berekenaar van lijfrente-tarieven. Tevens bevat het boekje tal van inlichtingen op de Maatschappij betrekking hebbende, alsmede tegenover de kalendorblad- zijden toepasselijke bijschriften, aan verschil lende schrijvers ontleend, en verder modedoe- lingen omtrent het telegraaf- en postwezen in binnenen buitonlandsch verkeer enz. De uitslag der examens voor boekhouden en Handelscorrespondentie voor de praktijk, vanwege de Vereoniging van leeraren in het boekhouden te Amsterdam gehouden, is als volgt: Boekhouden40 candidatenniet opgekomen 3; geslaagd 18, te weten de heerenH. Lams- velt, G. Le Gras, J. W. Neuman, P. J. Van Maarschalkerwaart, N. Gillot Jwzn., H. Sluyter, J. Meewis, E. H. Lampen, D. Teixeira De Mattos, A. D. E. Jerphanion, A. J. Andries Th. Jr.zn. en E. Stieltjes van Amsterdam, Th. J. Houtman van Weesp, C. G. Winkel van Apeldoorn, en de dames A. W. F. Hesse- link, J. M. S. Andersen, A. Bakker en A. E. Fischer van Amsterdam. In de heden gehouden korte vergadering nam de Eerste Kamer zonder debat of stem ming aanHoofdstuk I en VII A en de Wet op de Middelen voor 18S9, alsmede een aan tal kleinere ontwerpon, waaronder de begroo ting voor het burgerlijk pensioenfonds, na turalisaties en de bekrachtiging van een verkoop van grond aan de gemeente Vlissingen. De heer A. F. Gerlings, chef der afdee- ling Beweging by de Maatschappij tot exploi tatie van Staatsspoorwegen te Utrecht, is heden benoemd tot lid van het comité van bestuur te Semarang van de Nederlandsch- Indische Spoorwegmaatschappij. directeur van het hospitaal eene getuigenis af te leggen, welke zich vrij juist bij onze onder stelling aansloot. De door hem vermoorde was een rondtrekkende handwerksgezel, wiens pa pieren den naam van Otto Muller voerden, waarmede Ebermann zich op de vlucht gele gitimeerd had. Muller had in 't geheel geene familie, zoodat hij ook gedurende het gansche proces door niemand vermist was. Deze ge tuigenis had Ebermann toch buitengewoon veel inspanning gekost. Na het spreken trad eene hevige inwendige verbloeding der wonde in' en weinige minuten nadat hy zjjn geweten verlicht had, lag hij gestorven voor ons. Ik maakte nog denzelfden avond een proces-ver- baal op, op grond waarvan Schaal natuurlijk onmiddellijk in vrijheid gesteld werd. Zijne opgaven betreffende den in zijn bezit zijnden stok on het horloge van Ebermann waren volkomen waar geweest. Met algemeene deel neming werd de man, dien men jaren lang met alle zekerheid voor een moordenaar ge houden had en die nu als geheel onschuldig vrijgelaten werd, behandeld. De werkelijke moordenaar stond voor den hemelschen rechter. Aan het gebouw van het departement van waterstaat enz. werd heden o. a. aanbe steed het maken van de aardebaan, de kunstwerken, den bovenbouw, de werken tot overgang, bewaking, afdoeling enz., ên eenige verdere werken voor het gedeelte Vly men 's-Hertogenbosch, van den spoor weg Zwaluwe 's-Hertogenbosch. (Raming f 482,000). Minste inschrijvers waren de heeren A. D. Van Seters en N. Van Haaren, te 's-Hertogenbosch, voor f 481,000. Het stoomschip „Schiedam" arriveerde 27 December van Amsterdam te Nieuw York de „Drente", van Rotterdam naar Java, ver trok 28 Dee. van Marseille. De gewone audiëntie van den minister van justitie zal op 1 Januari 1889 niet plaats hebben. Z. M. heeft K. J. A. G. baron Collot d' Escury, te Boschkapelle, met ingang van 16 Januari 1889, opnieuw benoemd tot school opziener in het arrondissement Aksel; —met ingang van 1 Februari 1889, aan B. Th. A. Westerouen Van Meeteren, op zjjn verzoek, eervol ontslag verleend als burgemeester van Echteld en van IJzendoommet ingang van 1 Januari 1889, benoemd tot adjunct commies bij de Topographische inrichting, den tydelijken graveur bij die inrichting G. F. Kijerdorff. Gestaafd Nienwe Liefhebbers van kunst kunnen we aanraden even een kijkje te gaan nemen in het magazijn van den heer P. Van Rossen op de Haarlemmerstraat, het lokaal naast zijn gewoon meubelmagazijn, schuin over de Jan- vossensteeg. Te midden van de vele andere kostbare voorwerpen van vroeger tjjd, aldaar aanwezig, bevindt zich thans eene notenhouten kast, welke inderdaad op den naam van iets bui tengewoons mag aanspraak maken, zoowel om de groote afmoting als om de zeldzame bewerking, in Italiaanschon renaissance-styl. Op het front zjjn in het hout uitgesneden de vier evangelisten, de twaalf apostelen en drie evangelisten, welke nog door engelen en vele andere figuren afgowisseld worden, torwjjl de prachtige onderschilden der beide deuren welker kromloopende randen zóódanig met hetzelfde hout zjjn belegd, dat dit alleen reeds den werkelyken kunstenaar verraadt ieder met eene keizerskroon prijken, welke alzoo zouden doen vermoeden dat hot voorwerp eenmaal tot de bezitting eener vorstelijke familie heeft behoord. Het hoeft eene breedte van 2 m. 60 en eene hoogte van 2 m. 80, terwijl de belang rijk uitspringende kap, welke het geheel op imposante wijze kroont, eeno diepte heeft van 1 meter. Er wordt vermoed dat het kunststuk, dat natuurlijk eene hooge waarde heeft, dagtee- kent uit het laatst der zestiende of het begin der zeventiende eeuw. Het Rjjks-Museum te Amsterdam heeft in deze soort eveneens wel twee kasten, maar van veel kleinere afmetingen. Men kan zich verder ook om inlichtingen vervoegen bjj den heer M. Van Rossum Du Chattel, over de Donkersteeg. Wij herinneren onzen lezers dat de Nieuwjaarskaarten, welke tegen tien cents aan het telegraafkantoor alhier verkrijgbaar zijn, reeds den 31sten December kunnen worden aangeboden, waarna zjj, nog dienzelfden dag overgeseind, op den lsten Januari vroegtijdig den geadresseerden worden afgeleverd. Vanwege de gemeente Zoeter^ woude worden thans lantaarns aangebracht op Vreewijk bij Leiden en langs den Witten Singel, met petroleumverlichting. Men schrijft ons heden uit Zo e- terwoude: Deze gemeente wordt dikwijls als overstroomd door bedelaars, die het den in gezetenen door hunne brutale wjjze van aal moezen vragen zeer lastig maken. Tot ge noegen van velen zal het zeker vernomen worden dat een der bovengenoemde lieden, hier alleen bekend onder den naam van Jaapje Rik, door den gemeente-veldwachter L. R. aan de politie te Leiden is overgeleverd, die hem wel onschadelijk maken zal. Het bestuur van de „IJsclub Leiderdorp Zoeterwoude" heeft een adres aan den ge meenteraad alhier gericht, houdende kennis geving dat door den Raad der gemeente Lei derdorp eenige bepalingen zjjn vastgesteld ter bevordering van de veiligheid op het ijs en aan den Raad dezer gemeente voors'e'lende voorschriften van gelijke strekking vast te stellen, daar een gedeelte van den Rijn onder Zoeterwoude behoort. Men schrijft ons heden uit's-Qra- venhage Men weet dat de gemeenteraad als regel stelde dat dergelijke huizen moeten gesloten worden te middernacht, daarbjj den burgemees ter de bevoegdheid latende om sommige wat moer vrijheid te laten. Vroeger ontvingen zeer weinige kasteleins nachtpermissios tot 2 uren, welk aantal allengs vermeerderd werd. Later werden al die ver gunningen teruggebracht tot 1 uur en nog later werd, vooral bij het verleenon van nieuwe vergunningen, in plaats van 1 uur haiféén gesteld. Daardoor was ongelijkheid ontstaan en deze wil men wegnemen. Over het geheol, beweert men, wordt na middernacht in de huizen „mot vergunning" en in de bierhuizen niet veel verdiend en balanc-eeren vaak do ontvangsten, laat staan de winsten, niet met de uitgaven voor vuur, licht en bediening. Do toestand van den heer S.te Scheveningen, die het slachtoffer is geweest van de ergerlijke baldadigheden van Scheve- ning8ch zeevolk, is in de laatste dagen verre van gunstig, zoodat die heer bedlegerig is. Te Zevenhuizen is een negen jarig jongetje van een watermolenaar aan de Rotte door eene wiek van den molen doode- l(jk getroffen. Nieuwjaarsdag. Dat de eerste Januari de Nieuwjaarsdag is, weet iedereen. Maar wat wellicht niet iedoreen weet, is het feit, dat het nog eene instelling is uit den Spaanschen tijd om ook bjj ons te lande den aanvang van het jaar algemeen te stellen op den eersten Januari. 't IVas namelijk don Louis de Recjuesens, geljjk bekend is de opvolger van Alva als landvoogd in de Nederlanden, die bij eene ordonnantie van den zestienden Juni 1575 beval: „het jaar voortaan alomme met den eersten van Louwmaand en niet moer met 1 Maart aan te vangen." Ofschoon wel is waar uit het register der staatsbesluiton van Holland valt af te leiden, dat men reeds eenige jaren vroeger het jaar met den eersten van Louw maand had begonnen, en in het jaar 1532 reeds pogingen waren aangewend om deze verandering van den jaarstijl ook ten hove te doen doordringen, werd echter door voor noemde ordonnantie van de Requesens aan veel duisterheid en verwarring in oude en latere geschriften, veroorzaakt door don zoogonaam- den „stijl van den Hove", een einde gemaakt. De terechtstelling van den moordenaar Prado op 28 December te Parijs. Prado had den dag vóór zyne onthoofding een langen brief geschreven aan president Gamot. Hy betoogde daarin nogmaals, dat hjj onschuldig was, maar vroeg geene genade. Enkel verzocht hjj den president eene beslis sing te nemen, daar hij het oogenblik der terechtstelling met ongeduld afwachtte. Hjj smeekte den heer Carnot, zjjn vonnis niet in levenslangen dwangarbeid te veranderen, daar hij dien smaad niet had kunnen overleven. Prado besloot met den wensch uit te druk ken, dat hij binnen een paar dagen mocht worden terechtgesteld. Die wensch werd verwezenlijkt, want gis teren had de voltrekking van hot doodvom is plaats op het Roquette-plein te Parijs. De tjjding dat de terechtstelling inderdaad zou plaats hebben, had zich spoedig door» geheel Parijs verspreid. Toch was het aantal toeschouwers op genoemd plein betrekkelijk gering. Te kwart over vijven werd de guillotine op het plein opgericht en verzekerde de heer Deibier zich van de te verwachten goede en afdoende werking van het mes. Toen men tegen zeven uren Prado's cel binnentrad, lag de schuldige met gebalde vuisten te slapen. Door het gerucht werd hü wakker. De directeur der gevangenis, de heer Beau- quesne, sprak hem moed in en deelde hem mede dat het uur van de terechtstelling daar was. Prado riep uit dat hy onschuldig was, maar niettemin gereed om den dood in te gaan. Hij maakte nog de opmerking dat zjjn ver dediger hom wel had kunnen verwittigen van de handhaving van het vonnis, daar hij nog maatregelen te Demon had in het belang van zjjn kind. Voor het eerst kwam den naam van zyn zoon over Prado's lippen. Zonder een woord te spreken kleedde hij zich met behulp van twee agenten van politie en verscheurde eenige- bèschreven stukken papier, welke hjj uit eene lade had genomen. Van den priester wilde hy niets wetenhy brutaliseerde dien en sprak als zyn oordeel uit dat de geestelijke meer bewogen was dan hjj en dat deze maar eens moest drinken in Ilaats van hijzelven. Toen, zich tot het hoofd der politie wendende, verzocht hy dezen zijne laatste groeten over te brengen aan den rechter van instructie, den heer Guillot, die hem den dood in den letterlijken zin des woords aandeed. Vervolgens riep hjj met krachtige stem, welke niet de minste ontroering verried,uit: „Ik verklaar onschuldig le zijn. Ik heb Marie Aguettant niet vermoordik zweer het bjj het leven van mijn kind!" Terwyl hem het pak der terdoodveroordeel- den werd aangedaan, zeido hy nog: „Er is geene gerechtigheid. Ik zou my hier niet be vinden "Zonder dien adder Eugénie." (Hy zin speelde hier op Eugénie Forestier). Intusschen wachtte men in spanning op het plein. Juist te halfacht vertoonde zich de treurige stoet aan de blikken der nieuwsgierigen. De heer Deibier ging voorop; achter hem kwam de veroordeeldo, die zeer bleek zag en zeer gebogen liep, met het hoofd op de borst. Hy hield zich evenwel vry goed. Door een der helpers werd hy ondersteund. Ter zyner lin kerzijde liep de abt Faure. Prado zeide voor zich heen: „Ik kan niet meer loopendermate heeft men my ge bonden. Dat doet mij pyn." Hy wierp een blik op de gendarmen, de soldaten en de menigte en was ondertusschen het schavot genaderd. Hy richtte zich eens klaps op en keek naar het mes, dat indruk op hem scheen te maken. De abt kwam naar hem to9. Prado weerde hem van zich. Men bracht hem in de vereischte positie; het mes vielPrado had opgehouden te leven. In minder dan twintig minuten was de guillotine weggenomen en te acht uren, toen het daglicht was ingetreden, was er van het drama, op het Roquette-plein afgespeeld, niets meer te zien dan eene roode vlek. Do monigto had onophoudelijk gosiot on gefloten. Ingevolge Prado's wensch wordt zijn lyk niet overgebracht naar het amphitheater. Men behoefde niet in dien geest te handelen, maar deed het. Aan boord van het Spaansche stoomschip „Julio", van Sevilla naar Vigo, is de ketel gesprongen, waardoor vyf man ge dood en zes verwond werden. Het schip is byna geheel wrak geworden en de lading zwaar beschadigd. Het werd naar Sevilla teruggesleept door een Engelsch stoomschip. Het blykt nader dat by het ver branden van het stoomschip op den Mississippi slechts 20 a 30 menschen omkwamen. De brand, welke 's nachts uitbrak, wordt toege schreven aan eene brandende sigaret, welke door een der passagiers werd weggesmeten en in de lading katoen terechtkwam, dat zeer los gepakt was, zoodat de vlammen zich zeer snel verspreidden. De kapitein be val recht op den wal aan te houden. Maar toen men nog eenige meters van den wal verwyderd was, sprongon er reeds velen te water. Sommigen, onder anderen de kapitein zelf en de loods, raakten in den modderigen grond by den wal vast en werden daar door de hitte der vlammen verschroeid. Anderen klemden zich in het water aan overboord gevallen balen katoen vast, welke echter met hen zonken. Schip en lading gingen verloren. Een jonge notaris, die een vroo- lyken avond te Tirlemont had doorgebracht, werd aan het station aldaar door een trein, komende van Ramillies, omvergeworpen en vermorzeld. Te Mount-Plasant (Ohio) had eene vreeselyke kruitontploffing plaats. De schade was zeer aanzieniyk; met telt 1 doode en 19 gewonden. In de haven van Sierra Leone verdwoen oen Engelsch matroos, die met zyne voeten in het water zat en een lied zong, plotseling in de diepte. Een haai had hem beetgepakt en naar beneden getrokken. Een paar dagen later werd de haai gepakt en in de maag van het monster vond men een stuk van een der beenen van den ongelukkige.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 2