N*. 8837. Donderdag O December. A*. 1888. <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (gpn- en feestdagen, uitgegeven. Op den feestavond. Leiden, 5 December. Feuilleton. LEIDSCH DAGBLAD, PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.1 Franco per poet1A0. Afzonderlijke Nommere0.05. PRIJS "aUSRI ADVKSTENTTEN: V*n 1—# 1,05. regel meerO.lTt. Grootere '«(Mn neer pteaternimte. Voor het ia- ca8 seer- buiten de «tad wordt 0.10 berekend. Mocht het iemand in de gedachten komen, ons voor een volgend jaar te willen verrassen met eene uitvoerige, door authentieke bewijs stukken gestaafde biographie van den grooten kinder-weldoener, dan zal hy misschien «en zeer nuttigen arbeid ondernemen, waarvan de uitkomst met levendige belangstelling zal worden ontvangen door ieder, behalve door de warme vereerders van Sinterklaas. Want inderdaad, onEe „goed-heiligman" is nog heel ierts anders dan een historische figuur, dan een zielenherder uit de vierde eeuw, dan de bisschop in eene Klein Aziatische gemeente. Het boezemt niet bijzonder velen eenig belang in te weten, dat Nicolaas, byge- naamd de Wonderdoener, onder de tegen standers van de Ariaansche gevoelens be hoorde, en dientengevolge kerkerstraf heeft moeten endergaaan, nadat de party van Ariue de overhand had gekregenvóór en na hem, helaas, heeft nog menigeen moeten onder vinden dat godsdienstige overtuigingen, in stryd met de opinie der meerderheid, gevaariyk kunnen worden. Wy durven wedden, dat het onze jonge lezereseen en lezers, tusschen de tien en dertig jaar zullen we maar zeggen, meerendeels koud laat, als zy toevalligerwijze vernemen dat hy zitting had in de kerkver gadering te Nicéa, en daar voor de veroor deeling der Ariaansche opvattingen heeft gestemd. Maar dat is dan toch een bewijs, zal men zeggen, dat hy er geweest is, dat zyne per- sooniykheid geene fictie is, geiyk men in deze twijfelzieke dagen weieens heeft durven be weren 1 Toegestemd. Wy hebben evenwel voor zyn bestaan een nog veel degelyker grond. Wy ziert hem leven en zich bewegen door het gansche gebied onzer volkshistorie. Reeds onze Germaansche voorouders vereerden hem, onder een geheel anderen naam, en met toe kenning van attributen van anderen aard. Tegen den tyd, dat het wintersolsticium den doodslaap der natuur verkondigde, als stor men het luchtruim doorgierden en met de laatste verschrompelde overbiyfselen van den zomertooi een wreedaardig spel dreven, be steeg Wodan zyn witten klepper en rende, in teugellooze vaart, door de bosschen, aan het hoofd van zyn jachtstoet; hy ylde over de daken der bouwmanswoningen, en deed de schoorsteenen waggelen. Dan verzamelden zich familieleden en vrienden aan den haard, waar het vlammend houtblok knetterdemen trachtte in gezellig verkeer vergoeding te vinden voor hetgeen de natuur had opgehou den te schenken; men bood elkander kleine verrassingen aan, als offers op het altaar van de huiselykheid en van de vriendschap. En toen later de Christenpredikers kwamen, achtten dezen het niet gewenscht, te breken met de gebruiken, door de traditie heilig ge worden; alleen, zy maakten die los van de herinnering aan de onttroonde goden, en knoopten ze opnieuw vast aan kerkeiyke ge denkdagen. Het lag voor de hand, dat de toet» reeds in hooge achting staande heilige, wiens sterfdag samenviel met hot huiselyk feest in de eerste week van December, als aangewe zen was om de drager te worden van de lie- feiyke gedachte, door datzelfde feest gewekt immers, de overlevering der Kerk huldigde in hem den bescheiden, geheimzinnigen wel doener, der kinderen vooral, die behagen schepte in de stille deugden, aan den huise- ïyken haard gekweekt. Van dat oogenblik af vatte de goed-heiligman post in ons volks leven. „Ik ben er en ik bly'f er", heeft hy wel niet uitdrukkeiyk gezegd, maar beter dan vele anderen in practyk gebracht. Welke stormen over ons vaderland zyn gegaan, hoe veel stryds er is gevoerd en welke verande ringen van staatkundigen aard zy'n voorgeval len, Sinterklaas kwam op zyn gewonen tyd en klopte nooit vergeefs. Voor hem was altyd het beste plaatsje opengehouden. Zelfs in de dagen, toen alles wat niet strookte met zekere rechtzinnige opvattingen, als „superstitie" in den ban werd gedaan, heeft men hem, den goeiyken kindervriend, de rechtmatig ver- worvon plaats niet kunnen of willen betwis ten en gedurende eene lange reeks van jaren is hy zeker wel de eenige „bisschop" ge weest, die binnen onze landpalen werd geduld. Mogen wy hieruit afleiden dat hy een con servatief was van den echten stempel, toch volgde hy in zekeren zin de wyzigingen onzer zeden en opvattingen. De Sinterklaas van onze dagen ls niet meer dezelfde, als dien wy, ouderen, ons van vroeger herinneren, noch minder die, welken de schildery van Jan Steen voor de verbeelding toovert. Met het klimmen zyner jaren is zyne goedhartigheid grooter, het arbeidsveld zyner welwillendheid uitgebreider geworden. Toen wy jongons waren, meisjes rekenen we hier niet mede, want die hadden nooit reden om een streng oordeel te vreezen, waren we niet altyd gerust In afwachting van zyne komst, want er behoefde niet eens een microscopisch onderzoek van ons geweten plaats te hebben, om ons de overtuiging te schonken dat zyne persoonlijke versehyning, gevolgd door een klein, getal benauwende vragen, ons aan heel iots anders zou doen denken dan aan eene j o y eu s e entrée; ja, als een Damocles-zwaard hing ons de verrassing van den knaap op Jan Steen's schildery boven het hoofd, namelyk in den schoen den volgenden morgen het be kende strafwerktuig te vinden, dat niet ge schikt was om gezellige voorstellingen te wekken. In den regel liep het nogal goed af, maar wie waarborgde ons dat de zoo vaak afgelegde en helaas! zoo spoedig geschon den belofte van beterschap opnieuw voor goede munt zou worden aangenomen? In onze dagen schijnen alle verschrikkingen wel te zyn verdwenen. Thans laat Sinterklaas alle jeugdige boosdoeners eenvoudig over aan de verwytingen hunner eigen consciëntie, en hy laat zyne middernachtszon schynen over boozen en goeden. Ja, hy maakt ons allen tot kinderenal zyn we mannen, in den stryd des levens gehard, vrouwen, wie de zorgen groeven plooiden op het gelaat, jongelingen en maagden, aan den ingang van het raadselvolle tydperk der eigen verant- woordelykheid, op den avond van den 5den December dwingt hy ons tot nederzitting aan zyne voeten, en schenkt hy ons opnieuw eene frisscho teug uit den beker der eeuwige jeugd. Hy doet nog meer: hy maakt ons allen tot zyne medewerkers. In die schoone, onge reglementeerde coöperatieve vereeniging van menschenmin, uitstralende van den huiseiyken haard en zyn gloed in wyde kringen ver spreidende, wyst hy ons eene taak aan; het kind des armen neemt hy aan de hand en brengt hy by ons, 9pdat wy een straaltje van dien gloed zouden doen nederdalen in een hartje, dat nog zoo weinig zonneschyn kent. Verkleumde handjes, zoo licht gevuld, doet hy de onze naderen, om van onzen overvloed iets over te nemen dat, als een vruchtbaar zaadje, in het gemoed een oogst van dank baarheid voort zal brengen, waaraan de alge- meene broederliefde levenwekkend voedsel ontleent. Weet ge misschien niet hoe dat gaat? Och, tracht Vrydag avond even een blik in de Gehoorzaal te slaanin óéne minuut zult ge er meer hooren en zien, dan wy u thans kunnen vertellen. O, die heerlyke, die gezegende, die onsterf- lyke Sinterklaas, „goed heiligman" by uit nemendheid De vereeniging van Weesvaders, die in den laatsten tyd krachtig optreedt voor hare belangen om te Leiden een Centraal Israëlie- tisch Weeshuis te stichten, heeft thans eene rentelooze leening gesloten van 30,000, ge splitst in aandeelen van 25 en 10. Het is te hopen dat bestuurders veel succes zullen hebben en de aandeelen spoedig geplaatst zullen worden. Het is immers een aangenaam gevoel voor den weldenkende, mede te werken om kinderen, die door den onverbiddeiyken dood der ouders hulpbehoevend achtergelaten worden, in een huis niet alleen te voeden, maar ook te verzorgen. Zoo ooit, is hier wel doen op zyne plaats. De heer Kiek, op wiens initiatief dit gebouw zal verryzen, zal gaarne aandeelen van deze leening afstaan en giften in ontvangst nomen. Het „Isr. Huisgezin" spreekt den wensch uit, dat dan ook ons Vaderland moge toonen dat het uitoefenen van humaniteit een ernstige plicht is! Heden is te 's-Hage geslaagd voor de akte handteekenen lager onderwys mej. H. A. Ten Brink, van Leiden. De Ry'nlandsche Stoomtram vervoerde in de maand Oct. 11. tusschen Leiden en Katwyk 25,084 personen, met eene opbrengst van ƒ3701.58; het goederenvervoer en diversen bracht 492.57'/2 op; totaal 4194.15'/2. Van 1 Januari tot en met uit0. Oct. 1888 bedroeg het aantal vorvoerde reizigers 259,341 met eene opbrengst van 41,508.80; het goederen vervoer en diversen bracht 4156.63'/2 op, totaal ƒ45,665.43, zynde per dagkilometer 16.63'/2. Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Noord Amerika, door middel van het stoomschip „Schiedam," van Amsterdam vertrekkende. Ten postkantore alhier moeten de brieven enz. uiteriyk Vrydag- avond om 10 uren bezorgd zyn. De wyze van verzending behoort duidelyk op het adres vermeld te worden. De minister van oorlog deelt in zyne memorie van antwoord aan de Tweede Kamer mede, dat hy ook thans voor de voltooiing van de stelling van Amsterdam in de eerste plaats wenscht voort te gaan met den aankoop van gronden en 't maken van de zandophoo- gingen langs dezen geheelen omtrek dier stel ling. Deze wyze van werken moet in elk geval worden gevolgd, om zoo Bpoedig mogelyk een geheel te verkrygen, waarvan onder alle om standigheden en zoodra mogelyk voor de ver dediging des lands party te trekken zal zyn. EEN SCHOON LANDVOOR VREEMDELINGEN. (Slot.) Kan men van 10,000 franken dan niet leven? Zyne positie blyft dan nog schitterend in vergelyk met die arme vrouw, die slechts eene flesch azyn van 50 centimen bezat. De schatkist van Genève had in 1871, ten gevolge van zeker radicaal beheer, een aan- zienlyk tekort. Twee belastingen werden daar reeds naar het progressieve stelsel geheven. De nieuwe directeur van financiën was een vyand van die soort van belasting, maar hy moest wel handelen en de man bezweek voor het argument, dat eene derde soort progressieve belasting het gemakkelykste was om spoedig gereed te zyn enen.men was er al een beetje aan gewend, men had de schroef maar een weinig meer aan te zetten. Het algemeene stemrecht geeft het woord aan de radicalenzy prediken de leer dat men het kapitaal niet te veel kan besnoeien en dat de Staat er van moet nemen zooveel hy wil. Hoe meer men de ryken plukt, zooveel gemakkelyker komen de kleintjes er af, die betalen tien, twintig, vyftig franken, maken geweld voor duizenden, lachen in hun vuistje, maar z(j zien in hunne biydschap niot verder dan hun neus lang is. Eene speciale commissie, eene federale enquête heeft onderzoek gedaan naar de ge volgen der progressieve inkomsten-belasting in Winterthur en over den toestand der gemeen ten in de Kantons Zurich en Aargau tegen over hare verplichtingen ten aanzien van de Natlonalbahn. Het rapport der commissie, onder teekend door den Staatsraad Bory, constateert het volgendeDoor de hooge eischen van den fiscus en den druk der belastingen, is de waarde der huizen en panden tot een derde en de helft gedaald; reeds hebben kapitalen uit Winterthur de vlucht genomen. De overdrach ten, welke in 1875 over zeven millioen belie pen, bereikten in 1880 slechts drie millioen; de belastbare waarde is van 75 tot 66 millioen teruggegaan in den tyd van zes jaren. Het was voor de radicale administratie van Win terthur eene harde pil te slikken, om dit rap port wereldkundig te zien worden. Nog meer dan op stoffelyk gebied, uit economisch oogpunt, is progressieve inkomsten belasting onder algemeen stemrecht, uit zede- ïyk oogpunt verderflyk en verwerpelyk. Waar geen verantwoordelykheid bestaat, is ook geene veerkracht en hoe verlokkend het aanvankelyk schyne om mooite en lasten van zich te schui ven (behalve dat bet op den duur niet is vol te houden) vernedert en verlaagt hot 't peil der burgery. Het heeft eeuwen geduurd voor en aleer de volken het recht hadden om gehoord te wor den over belastingen, welke men het wilde laten opbrengen. Dat recht is verkregen en het is niet meer dan billyk dat belastingen slechts met toestemming van hen, die ze be talen moeten, kunnen worden vastgesteld en opgelegd. Het gewonnene geeft men weer prysmen keert naar het verlaten standpunt terug; ja, men streeft het voorby en zal voortaan naar de willekeur der massa, die niet mee betaalt, belasting zien opleggen aan de weinigen, die betalen willen. Genève vertoonde daarvan reeds jaren gele den, onder het stelsel van James Fazy, de teekenen. In den Grooten Raad, waarin tot eene verdubbeling van belasting besloten werd, zaten geen twee loden, op wie dat besluit toe- passeiyk was. Niettemin werd de belasting, zonder dat eenige dwang noodig was, betaald, hoewel men zeer vyandig tegen de regeering ge stemd was. Maar de fiscus had zich tot zoover nog niet vertoond in het karakter van gewelde naar tegen het kapitaalde belastingschuldigen waren er nog niet op uit om hem te weerstaan. In de Waadtlandsche constitueerende ver gadering werd het woord fraude (ontdui king) dikwyls uitgesproken, en het is te vree zen dat de progressieve inkomstenbelasting de contribuabelen tot de daad zal brengen. Is daar eenmaal het beginsel van progressie aangenomen, dan is de verhouding, waarin het zal worden toegepast, eene zaak van oppor tunisme naar den smaak, de keuze of de gril len van de massa, die 't hoogste woord heeft en 't minst betaalt. Wy hebben den schryver alleen aan het woord gelaten en zullen er geen commentaar aan toevoegen. Het schoone Zwitserland is wer- kelyk niet in een benydenswaardigen toestand met zyn algemeen stemrecht en het belasting stelsel, daardoor in het leven geroepen. Yer- gelyking met onze toestanden kan niet anders dan de ongeiykheid tusschen het republiekje en ons koninkrykje doen uitkomen. Dit be hoeft niemand te beletten om waarschuwing uit de Zwitsersche staatshuishouding te trek ken, als die er in zit. D. H.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 1