(Beze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Leiden, 6 October. 3J* enilleton. GERED. PRIJS DEZER COURANT: Toor Leiden jjer 3 maanden1.10. Franco per postv 1.-10. Afzonderlijke Nommers0.05. Heden is aan de universiteit alhier de heer L. Offerhaus Jzn., gob. te Eelde, bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap, met aca demisch proefschrift, get.: „Derechtstoestand van kerkelijke goederen by de Hervormden." Aan de universiteit alhier is met goed go volg afgelegd het propaedeutisch examen in de geneeskunde door don heer J. E. Muschart; het theoretisch geneeskundig examen door de hoeren A. De Jong, P. J. M. Van Seters en J. H. P. Van Korck- hoff; het candidaats examen in de genees kunde door do lieeren C. D. Ouwehand, F. "Wydenes Spaans, A. W. Van der Velde en W. F. H. Weebers; dat in do godgeleerd heid (1ste ged.) door de heoren A. Rutgers Van der Loetï en C. D. Saxdat in de rechts wetenschap door de heeren E. B. Bavinck Ten Cate, E. Winkelman en P. Plantenga; het doetcraal-examen in de geneeskunde door den heer Th. G-. Den Houter. De hoeren Jan G. Striening en Th. Enderle stellen zich weder voor, dozen winter drie kamermuziek-soiréos te geven, met mede- working van verschillende kunstenaars. De heer Jeral (solo-violoncellist te Rotter dam aan de Duitsche Opera) heeft zyne mede werking toegezegd. Wij vertrouwen, dat de lijst, dezer dagen aan de ingezetonon aangeboden, van veel deel neming zal getuigen; daar het natuuriyk is, dat de concertgevers eon bepaald aantal abon- né's moeten hebben, om do soirées te kun nen laten doorgaan. Een groot bezwaar voor de heeron concort- gevers toch is het, dat Loiden geen solo-cel list rijk is, zoodat deze kracht van elders moet gezocht worden, hetgeen steeds met grootere moeite en onkosten gepaard gaat. W« kunnen hun echter met de keuze van de dames C. Van Rennes, Jaide (beiden zang), tr.ej. Van Baaten (piano) en den heer Jeral (cello) volkomen gelukwenschen. Daar het plan is, de eerste soiróo reeds in den loop van November te geven, bestaat er voor diegenen, wien de lyst niet mocht zy'n aangeboden, steeds gelegenheid zich by den heer Eggers te abonneeron. Men leest in „de Ned. Spectator"„Naar men vernoemt, heeft do directeur van het munt- en penning-kabinet wegens hoogen leeftyd zyn ontslag aangevraagd. Dit geeft ons aanleiding dat geheele kabinet eons tor 4) „Weer eons by elkaar," zeide Julie, toen zö hand in hand 'in het paviljoen zaten. Maar zyn voorhoofd rimpelde zich en liy zeide somber: „Hoe lang zal het nog duren! Myne dagen hier zijn geteld; men verwacht my te Londen terug." Hare hand beefde in de zyne. Het was niet ie eerste maal, dat hy het haar zeide, maar 'elkens verzette zy zich: „Gy moogt nog niet gaan!" riep zij uit. „Ik moet, ik gaf myn woord. Ik mag my l.ier nog slechts weinige dagen gunnen." 1 Zy zag hem wanhopig aan. „Wat zal er van mij worden, als gy gaat? Meent gij dat ,ik zonder u kan leven? Ik sterf van verlan gen naar u." „Sterven, lieve Julia? Dat moogt gy niet. Gy moet leven, leven voor my en met my! Ik ga, maar gy gaat met my; te Londen wordt gy myne vrouw!" In plotseling ontwakenden hartstocht zonk hij aan hare voeten, trok heur handen aan zyn hart en smeekt9: „Stem toe, Julio, zeg, dat gij het wilt!" sprake te brengen. Dat kabinet omvat munten van alle tyden, van de klassieke oudheid tot den tegenwoordigen tyd toedaarby komen Grieksche gesneden steenen en Assyrische cylinders. Reeds vóór jaren wees onze diop betreurdo Vosmaer op hot onzinnige dier com binatie. Iemand, die verstand heeft van Griek sche cameeën, Assyrische en allo mogelyke soorton van munten, is eenvoudig niemand. Een landskabinet mag niét ingericht zijn op den voet van eene postzogelverzameling. Vóór eenige jaren bracht men het Leidsche kabinet van antieke munten om den willo der con centratie naar Den Haag. Wie concentreert er nu in don tegenwoordigen tyd in zake do wetenschap Vosmaer merkte toen zeer terecht op, dat men omgekeerd de Haagscho oude mun ten en gesneden stoonen naar Leiden had moe ten brengendaar in het museum van oudheden behooren zy te huis; slechts een oudheid kundige weet daar weg medo; hot iseenby- zondere tak van zyne wetenschap, waarin men geen specialitoit. zyn kan, zonder van die wetenschap in haar geheel op do hoogte te zyn. In hetzelfde museum behooren ook do Assyrische cylinders te huis. In Leiden zouden z(j ook het meeste nut doendo eenige waarschynlyk in ons land, die ze lezen kan, is professor Tiele. Zou het ook niet het ver standigste zyn, van de overige munten eene onder-afdoeling van het Nederlandsche museum te maken?" Aan het kantoor Loiden van de Rijks postspaarbank werd in het derde kwartaal van 1888 ingelegd 39,828.33s en terugbetaald ƒ26,952.02. Afgegoven werden 4174 nieuwo boekjes. Aan het postkantoor Warmond werd gedu rende het 3de kwartaal ingelegd ƒ552.19 en terugbetaald ƒ738.87. Het laatste, door dat kantoor uitgegeven boekje, draagt het nummer 124. Aan het postkantoor Noordwyk en het daaronder ressorteerende hulpkantoor Noord wyk aan Zee werd gedurende de maanden Juli, Augustus en September 1888 ingelegd 620.29 en terugbetaald 546.07. Het laatste, door dit kantoor uitgegeven boekje, draagt het nummer 96. Aan het postkantoor Wassenaar werd ge- durendo het 3de kwartaal van 1888 ingelogd 1,660.23 en terugbetaald ƒ684.46. Het laatste, door dat kantoor uitgegeven boekje, draagt hot nummer 179. By het onderzoek in de afdeelingen van het ontwerp van wet tot aanwyzing van de rykswerkinriehting Veonhuizon No. 1 voor rykswerkinriehting voor mannen en vestiging van de rijkswerkinrichting voor vrouwen in de gemeente Oegstgoest, keurde men in hot algemeen den voorgestelden maatregel goed, waarby do vrouwelyke verpleegden uitVeon- huizen verplaatst worden. Men wilde echter voor deze categorie van verpleegden do Ommerschans bestemmen. Wegens uitbreiding van het aantal ver pleegden, word in meer dan ééne afdeeling govraagd of hot niet wenschelyk ware op het vroeger besluit tot ontruiming van de Ommer schans terug te komen; maar eenige leden hadden bezwaar togen dit denkbeeld, op grond dat het in stand houden van de Ommerschans eene reactie zoude zyn tegen de wet van 3 Jan. 1884. 's Ministers gevoelen werd gevraagd over het denkbeeld van zy'n ambtsvoorganger, om de werkkrachten der gedetineerden by voor keur voor landolyken arbeid te gebruiken. De toeneming van het aantal gestraften wegens dronkenschap, bedelary en landloopery bracht eenige leden opnieuw tot de meening, dat er minder bodelaars en landloopers zou den zyn, wanneer de recidivisten naar Hoorn konden worden gezonden. Van andere zyde achtte men de daartoe noodige wyzigingen In het gesticht te Hoorn te kostbaar. Wegens do afneming van het aantal vrou welyke verpleegden, vermoedde men dat do inrichting te Oegstgoest te groot zou zyn, en daarom werd gevraagd of dit gunstig ver schijnsel zal biyven aanhouden. Onze lezers weten dat de Stoomvaart- maatsehappy „Nederland" voortaan, in plaats van Marseille, Genua zal aandoen. Gisteren kwam do eerste boot, de „Prinses Marie" er aan. Dit feit werd, aldus seint men aan bet „Hbl.", gevierd mot een lunch aan boord, door do maatschappy „Nederland" aan de autori teiten aangeboden. Een zestigtal gaston was aan tafel vereenigd. De heer Tiodeman, vertegenwoordiger der maatschappy te Genua, bracht den eersten dronk uit op de gezondheid van den koning van Italië. De heer Castagnola, burgemeester van Genua en oud minister van marine, dronk op de gezondheid van den koning van Neder land; graaf Di Rovasonda, onder prefect van Genua, op den bloei van de maatschappy „Nederland", en de voorzitter van do Kamer van Koophandel op het vrye Nederland, het klassieke land dor vryhoid. Onder de gasten heerschte groote geestdrift. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 regels ƒ1.05. Iedere regel meer/0.17L Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het in- casseeren buiten do stad wordt 0.10 berekend. ,,De Nederland begint goed", zeide o. a. de directeur van de haven. Door den minister van koloniën zyn de heeren M. J. Van Bosse, laatstely'k hoofd ingenieur 1ste klasse by den waterstaat en 's lands burgerlijke openbare werken in Ned.- Indiö, thans met verlof hier te lande, J. B. F. L. Molenbroek, gewezen ingenieur lste kl., en A. Walland, gewezen ingenieur 2de kl. by genoemden tak van dienst, boiden thans ge- pensionneerd, benoemd tot leden der commissie tot het afnemen van een vergelijkend examen van hen, die ter beschikking van den gouv.- generaal van Nod.-Indië wenschen te worden gesteld om te worden benoemd tot opzichter 3de klasse by den waterstaat en" 's lands burgorlyko openbare werkon daar te lande, zijnde aan den eerstgenoemde tevens het voorzitterschap dor genoemde commissie op gedragen. In de afdeelingen van don gemeenteraad van Amsterdam is by het onderzoek der be grooting voor 1889 ook de voordracht van B. en Ws. behandeld tot verhooging van schoolgelden. In alle afdeelingen waren de meeningen verdeeld; het voorstel vond hier eene warme ontvangst, daar eene liovige bestryding. Wat het liooger onderwys betreft, werd in alle afdeolingen hoewol niet eenstemmig vorhooging van collegegelden wenschelyk ge acht. Mon wilde stappen gedaan hebben, om hetzolfde by do Ryks universiteiton en de gymnasia te verkrygen. Sommige leden bepleitten met nadruk het verschaffen van ruime gelegenheid aan ieder, ook om liooger onderwys aan zyne kinderen to verstrekken. Ook de lagere bijdragen der studenten in do godgeleerdheid werden afge keurd. Voor het gymnasium wenschte men verhooging tot ƒ120. De Septemberaflevering van het Romein- sche tydschrift „Nuova Antologia" behelst onder den titel „Francesco Cornelio Donders" een keurig gestold geschrift van den senator Jac. Moloschott. De hoogleeraar doet den Italianen weten door welke buitengewone gaven zyn boroemdo Nederlandsche collega zich onderscheidt, die ün als zeldzaam ge leerde èn als odel mensch de achting van ge heel de beschaafde maatschappy geniet, die als stichter der geneesinrichting voor minver mogende ooglyders zich een gedenkteeken, duurzamer dan metaal, heeft opgericht. De heer Moloschott herinnert aan do vriend schap, welke hem reeds oone halve eeuw met den hooggeschatter. prof. Donders verbindt, en on eene boot zou haar van daar over do Weisseritz naar den Elbe oever brengen. Per rytuig wilden zy naar Hamburg gaan, en het was te verwachten, dat zy de vrye stad of zelfs Engeland bereiken zouden, voordat men hun spoor ontdekte. Met neerhangend hoofd lnistordo Julio. Voor zyne vloeiende taal verdween ook de laatste twyfel. Elk woord stierf haar op de lippen en zwygond stemde zy toe. III. De noodlottige dag brak aan in dat jaar de eerste schoone lentedag. De hemel was blauw; zonnescbyn en leouwerikengozang ver vulden weer de lucht. Maar Julie bemerkte hot niet; zy liep als eene droomende rond. Des te meer viel den ouders de bleekheid liarer wangen, het bedrukto in haar voorkomen op. Angstig vroeg do moeder, wat haar scheelde, maar zy verklaarde haar, dat zy slechts wat hoofdpyn had. Nauwelyks zag zy van haar werk op. De teeder bezorgdo vragon der moeder vermeer derden nog hare pyn. Elk vriondelyk woord sneed haar in hot hart, en toon haar do tra nen in do oogen kwamen, stond zy haastig op. (Wordt vervolgd,) „Myne ouders" fluisterde zy angstig. „Uwe ouders? Zy zullen niet boos zjjn op hunne eenige dochter, zullen vergeven, als het feit voor hen staat, als wy voor altyd verbonden zyn." „Nooit," stamelde Julie; „nooit!" Hij sprong op; groot en trotsch stond hy voor haar en gebiedend klonk zyne stem: „Zoo kios tusschen het leven, dat gij hier onder kleingeestige menschen leidt, en het leven in de groote, schoone wereld, het leven in de liefde en in de kunst, dat u aan myne zyde wacht. Beslis!" „Thans niet, Giovanni," smeekte zy„heb medelydon met my; ik kan niet direct be slissen." „En wanneer?" vroeg hy heftig. „Zog het my en bedenk, dat de tyd dringt." Met vasten blik zag zy naar hem op. „Bin nen acht dagen vernoemt gy myn besluit. Wees echter in dien tyd niet boos op my, als ik u intusschen niet weerzie." Hy zag haar vorschend aan, maar toen hy tranen in hare oogen zag, verhelderde zyn bljjp? „Het zy zoo", sprak by byna vroolyk„ik vrees de beslissing niet. Als ik u niet zie, zal uw hart dos te luider voor my sproken." De dagen, welke Juiie als bedenktyd ver langd had, worden eene foltering voor haar. Wel verrichtte zy hare gewone bezigheden en nam zy, voor zoover zy kon, aan de gesprek ken in den familiekring deel, maar zy voerde eon inwendigen stryd met zichzelve. Nooit had zy voor haro ouders een geheim bewaard, en hen heimelijk te verlaten, scheen haar onraogelyk te zijn. Ondenkbaar echter kwam het haar voor, voor altyd te scheiden van hem, voor wien heur hart zoo warm klopte. Wol kreeg zy de gedachte, om haren ouders alles te bekennen en hunnen zegen af te smeeken voor de verbinding met den Italiaan. Maar zy liet haar als onuitvoerbaar weel varen, want zelfs met de denkbeelden van den mild denkenden vader zou zy onvereenig- baar zyn. Zoo wankelend, sloeg het uur van het woer- zien mot Giovanni. En toen hy haar in blyden overmoed rnet de boslissendo vraag tegemoet snelde, was zy niet in staat neen te zeggen voor het oogenbllk verstor: do zelfs elke twy fel in hare borst. Roods had hy alles voor bereid voor de vlucht en ontwikkelde haar zijn plan. Dos avonds van den volgenden dag, als zy de ouders in rust waanden, zou Julio uitliet huis sluipen en zich naar het paviljoen bege ven, waar mannenkloeron voor haar zouden liggen. By do tuinpoort zou hy haar wachten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 9