te St. Petersburg, mits hy overigens aan do daartoe by de wet gestelde oisclien voldoe, vergunning verleend tot het geven van mid delbaar ondenvys hier te lande. Vroeger in het seizoen dan gewooniyk, opende het Indisch Genootschap gisteravond de ry van hare wintervergaderingen. De by- eenkomst ving aan met een woord van hulde door den voorzitter, den heer Cornelis De Groot, gewyd aan de nagedachtenis van den overleden generaal Van Swieton, eorelid van 't Genootschap en in vroeger tyd gedurende eenige jaren president er van. By zyn graf was het Genootschap vertegenwoordigd ge weest. Op voorstel van het bestuur werd met luide bijvalsbetuigingen tot eerelid benoemd de oud-hoogleeraar dr. P. J. Veth, ter erken ning van diens groots diensten, aan Neder- landsch-Indiö bewezen. Deze onderscheiding wordt zeer zeldzaam door hot Genootschap uitgereikt. Een zeer belangryk onderwerp wa3 ter behandeling aangewezen: „decentralisatie in Indiö". Het bestuur was zoo gelukkig geweest prof. J. Do Louter, van Utrecht, te bewegen het onderwerp te komen inleiden. De heer De Louter zette in eens door vorm en inhoud merkwaardige rede zyne denkbeel den uiteen. Na het verschil tusschen decentralisatie, overdracht van het centraal gezag aan het ondergeschikte bestuur, zelfbestuur en mede werking van de ingezetenen tot het bestuur te hebben aangetoond, wees hy op de nood- zakeiykheid der decentralisatie, in den tegen- woordigen tyd van grooten omvang, der be stuurstaak. Centralisatie was de passende vorm voor de verouderde koloniale Staten, en de nadoelen daarvan waren in Indiö aller wegen merkbaar. Dat decentralisatie mogelyk was, bewees Britsch-Indië. Om haar voor Indiö toe te passen, was allereerst noodza- keiyk intrekking van art. 1 der comptabili teitswet, en vaststelling der Indische begrooting -door de Indische regeering. De wetteiyke vaststelling, vroeger noodig, was thans eeno •ongeremdheid geworden. Voorts overdracht van een deel van het gezag op de hoofden van gewesteiyk bestuur, voor zoover betreft landbouw, ny verheid, cultuur en heerendiensten en openbare werkenhun moest daartoe ter beschikking gesteld worden een deel der al gemeens inkomsten, of nog liever bepaalde bronnen van inkomsten, in het gewest zelf opgebracht, zoogenaamde kleine middelen, landrento en bedrpfsbelasting en geen quantum van opbrengst der gouvernements-cultuur, en voorts plaatseiyke heffingen. Er zouden ge- westelyke raden moeten ingesteld worden, bestaande uit Europeesche ambtenaren, in- landsche hoofden van den eersten rang, enkele nog vreemde Oosterlingen, terwyi de Gouv.- Gen. daarnaast een zeker aantal niet ambtelyke leden zou moeten benoemen. Ter vaststelling van gewestelyke verordeningen zouden die Radon een periodieken zittingtyd moeton heb ben en weder vergaderen op de hoofdplaats. Zy zouden een adviseerend karakter dragen, maar het hoofd van het gewest zou niot van de besluiten der meerderheid mogen afwyken zonder voorkennis van den Gouv.-Gen. De plaatselyke besturen zouden met locale zakon zich bezig kunnen houdenondoelma tig ware het echter hun bronnen van inkomst te geven of bevoegdheid tot plaatselyke hef- fingon. De inlandsche gemeentebesturen zyn geone autonome besturen. In grootere steden zou men wel zelfbestuur kunnen invoeren; haar zou een som uit de gewestelyke kassen kunnen worden verstrekt ter voorziening in hare behoeften. Yan aanprijzing eener volkskeuze onthield spr. zich, omdat Indiö op dit oogenblik daar toe z. i. geen stof levert. Eene Indische ver tegenwoordiging acht hy ondenkbaar als niet in onderdeelen de stof daartoe gevormd worde. Het ware zeer goed dat de Indische regeering ambtolooze leden by haar opnam, maar in beperkten getale en ter harer keuzo. Slechts by de gemeentebesturen zou eene eerste proeve met vrye keuze kunnen genomen wor den. In de groote steden zou een beperkt kies recht kunnen worden ingevoerd voor allen, die zekeren graad van welvaart of ontwikke ling hebben boreikt, biykbaac uit hun ambt, aanslag in de v?rpo*cUng, bedryfs- of kapi taalsbelasting. "De gemeenteraden zouden tot 'vqorzitt^r moeten hebben een ambtenaar, die de besluiten uit voort als ze niet in stryd zyn met de algemeene wet. Biykt het dat alzoo het zelfbestuur dier gemeenteraden slaagt, dan zou men later voor do plaatselijke en gewes telyke raden beperkte medewerking van de ingezetenen kunnen vragen. Dit waren in algemeene trekken de denk beelden van don inleider, die hy, als eerste, onvolkomen gostalte, aan het oordeel van alle deskundigen onderwierp, in de overtuiging dat door decentralisatie Indië tot bloei en ont wikkeling kan gebracht worden. In het hierop gevolgd Jebat waarin her- haaldeiyk hulde werd gebracht aan den heer De Louter, wees de heer Van Soest op de onwaarschynlykheid dat de wetgever de wetteiyke vaststelling der Indische begrooting zou loslaten; meende de heer Wynen dat men zou moeten beginnen met den Raad van Indië op te heffen en den gouv.-gen. een raad van directeuren moest toevoegen en de residentiön tot 6 a 7 Gouvernementen vereenigen, een raad van residenten instellen met den gou verneur tot voorzitter en het werk der alge meene secretarie overdragen aan de hoofden van algem. bestuur. De heer Do Lange vreesde dat dergelyke hervormingen slechts zouden leiden tot nog meer verwarring, terwyl de heer Caune weos op het verschil van inkom sten naar de onderscheidene gewesten, dat het gevolg zou zyn van het stelsel van den heer De Louter, moeiolykheden by werken in een gewest ten dienste van een ander, terwyl indertyd herhaaldeiyk het instellen van gemeentebesturen onmogolyk is verklaard. De heer De Louter achtte de geopperde quaestiën meer voor de toepassing van belang. Of er kans bestaat dat de Wetgevende macht de wetteiyke vaststelling der Indische begroo ting kan loslaten, weet hy niet, maar wel dat zonder dat geeno vruchtbare decentralisatie mogelyk was. Zoodra alle leden der Kamers overtuigd waren dat nooit Indische baten meer voor Nederlandsche doeleinden mochten aan gevoerd worden, zou het belang en daarmede de lust om de Indische begrooting hier vast te stellen, vervallen. Onder dankbetuiging aan inleider en sprekers ploot de Voorzitter de vergadering. Gemeagd Nieuw*. Naar aanleiding van denopjl. Zaterdag plaats gehad hebbenden brand ten huize van v. d. K., in de Prinsensteeg alhier, is tegen hem proces verbaal opgemaakt in gevolge artikel 158 van het Strafwetboek, houdende o. a. dat gestraft wordt degene, aan wiens schuld het ontstaan van een brand te wyten is. D i n s d a g - m i d d a g hadden drie hoeren leden van de Vereeniging „Njord" het ongeluk by de Vischbrug met eene giek te stooten op oen paal onder water, waardoor de giek omsloeg en roeiers en stuurman te water geraakten. Zy werden wolwillend door den heer Damstó, voor wiens woning een kelder uitgang heeft in de Vischbrug, met het noodige geholpen. De giek zelve de race giek „Piet Hein" heeft groote schade ge kregen. Het ongeval was eenvoudig een ongeluk. Van de haringvisschery kwam te Katwyk nog terug 4 „Anna Wllhelmina," van den reeder T. Meerburg, met 250 ton pekelharing. Aan de vloot mankeert nog eene schuit van den reeder v. d. Marei, welke pl.m. 13 weken reis heeft. By het schoonmaken van pa troonhulzen in de kazerne van het regiment gron. en jagers te 's-Hage, had een korporaal de onvoorzichtigheid eene huls, waarvan het slaghoedje nog niet was afgeschoten, uit een geweer af te schieten. De huls, gelukkig van eene losse patroon, bleek nog gevuld en de korporaal kwetste zich dientengevolge ernstig aan twee vingers. In het hospitaal werd hem heelkundige hulp verleend. In den vroegen ochtend ont dekte de landbouwer Koelemeyer brand in zyne woning, staande aan den Ringdyk van den Haarlemmermeer, by het stoomgemaal „De Cruquius". De pogingen om den brand te stuiten, bleken vergeefsch. Het perceel was spoedig geheel uitgebrand. De hooischelven, rondom het perceel staande, bleven door tydige voorzorgsmaatregelen gespaard. Het perceel behoorde in eigendom aan den land bouwer A. Van Loon, te Haarlem. De hoofdprys in de te 'sHage gehouden verloting van de Hollandsche Maat- schappy van Landbouw een Utrechtsch olie wagentje, bespannen met een paard is ten deel gevallen aan den heor A. Do Zeeuw, te Haarlemmermeer. Te Oorschot N. - B.speelde oen jongen van 15 jaar in een boom, wolken men bezig was te kappen. Plotseling stortte de boom naar beneden, met het treurig gevolg dat de jongen letterlyk er onder verplet terd werd. Volgens „la Flandro Libéral e", zyn vermoedelijk twee postpakketten gestolen uit den trein van Amsterdam, die Donderdag avond te 9 u. 14 m. te Brussel aankwam. Hot eene pakket, uit Amsterdam, bestemd voor den Nederlandschen consul te Brussel, bevatte 5000 franken in obligatiën van den Warschau-Weenerspoorweg. In het tweede waren geene voorwerpen van waarde. Door spoorwegbesturen en gerecht is een onderzoek ingesteld. Door Friesche verveners, die onlangs aan den afgevaardigde van Schoter- land inzage in hunne boeken hebben aange boden, zyn thans openbaar gemaakt de kosten van uitvoering tot het bekomen van turf voor verkoop, alsmede de opbrengst. Volgens deze opgaaf waren de kosten der turf per veenroe in het vorige jaar f 3.31 '/2, terwyl de verkoopsprys slechts f 3.35 bedroeg. Uit het kanaal Luik Maastricht, naby het grenskantoor te Sint-Pieter, is het ïyk opgevischt eener onbekende vrouw, die een kind op den rug en een op de borst had bevestigd. De gele koorts woekert in de zuidelyke Staten van Amerika steeds verder. Zaterdag kwamen te Jacksonville 163 nieuwe gevallen voor en in verscheidene afgezonderde deelen van de streken der Golfstaten is de ziekte uitgebroken. Sommige dorpen zyn door eene wacht soldaten omringd, die de vluch telingen uit de besmette streken buiten hou den. Te St.-Augustine o. a. is de schrik zóó groot, dat de inwoners weigeren de mails uit Niouw-York aan te nemen. De dringende zaken worden per telegraaf afgedaan. De handel staat geheel stil en er is groote sterfte onder de niet geacclimati seerde geneesheeren en verpleegsters. De in woners van Jacksonville zyn geheel afhan- kelyk van de bydragen, welke dageiyks ter waarde van 14,000 dollars inkomen. Sedert het uitbreken der gele koorts zyn 2000 gevallen voorgekomen en 220 met doo- delyken afloop by eene bevolking van 30,000 hoofden. Volgens de „Daily News" zyn te Mhow, eene stad in Britsch-Indië, ernstige ongeregeldheden voorgevallen. Er ontstond een godsdienstige twist tusschen Hindo's en Mahomedanen, waarby 3 Hindo's werden ge dood en een vyftigtal personen gewond werd. De soldaten van het garnizoen moesten aan den stryd een einde maken. Twee sepoy's maakten amok en liepen de stad in. Zy doodden een inlandsch officier, twee sepoy's en eene vrouw en vuurden op hun adjudant, dien zy echter misten. Toen eerst gelukte het de beide moordenaars dood te schieten. Van de Philippynsche eilanden wordt gemeld dat een oude vulkaan op een dezer eilanden in het laatst van Juli plotseling weer is begonnen te werken. Meer dan 300 menschen verloren daardoor het leven, terwyl honderden woningen der inboorlingen werden verwoest. Ook op de Bissaya-eilanden werken de vulkanen, zoodat men ook van daar treurige berichten te gemoot ziet. Het bericht werd te Queenstown gebracht door de „Umbria", welke daar uit Nieuw-York is aangekomen. BUITENLAND. FrankryU. Er zyn ongeregeldheden voorgevallen onder de post- en telegraafbeambten te Parys. De hoofddirecteur nl. heeft dezer dagen 27 van de 30 beambten, die een adres aan de Kamer hadden onderteekend, naar de provincie over geplaatst, tot groot misnoegen der ambtenaars, die zich naar de woning van den directeur hebben begeven en daar zulk een rumoer maakten, dat de politie ze moest uiteendry ven 200 van hen hebben toen protest tegen de verplaatsing hunner makkers aangeteekend en Maandag is eene algemeene vergadering van alle post- en telegraafbeambten gehouden om de zaak te bespreken. Ook de hulpbeambten zyn medegesleept. Zy willen loonsverhooging van 600 franken op minstens 1200 franken met eene jaarlyksche toelage van 100 franken en verhooging van het maximum salaris van 1800 op 2400 franken, terwijl zy, evenals de overige beamb ten, recht op pensioen eischen. De begrootingscommissie heeft besloten, ondanks het jongste besluit van den minister van marine (die zich lat6r bereid verklaarde 1,160,000 franken op zyne begrooting te be- zuinigen), de uitgaven voor de vloot met 5,000,000 franken te verminderen. De rapporteur der commissie, de heer Ger- ville-Reache, nam daarom zyn ontslag (ver moedelyk omdat hy de aanvankelyk aange nomen vermindering met 6,000,000 franken noodig achtte). In zyne plaats werd de heer Ribot tot rapporteur benoemd, maar deze ver klaarde de benoeming niet te kunnen aan vaarden. De heer Camot heeft het besluit be treffende hervorming van don militairen lucht- scheepvaartdienst onderteekend. DaltMhland. Prins Von Bismarck had gisteren een lang durig onderhoud met keizer Wilhelm. Niet alleen de reis naar Rome, maar ook de open baarmaking van keizer Frederiks dagboek was het onderwerp der besprekingen. Als zeker wordt medegedeeld dat keizerin Frederik, evenmin als keizer Wilhelm, iets van de openbaarmaking van het dagboek heeft geweten. Het handschrift werd ter be schikking gesteld door een der vertrouwde vrienden, aan wien keizer Frederik voor jaren een afdruk van zyne aanteekeningen ten ge schenke gaf, evenwel zondor het verlof deze openbaar te maken. Zeker is het echter, dat geen lid der liberale party het dagboek open baar maakte. Naar te Beriyn beweerd wordt, zal eene strafrechterlyke vervolging worden ingesteld, daar door de mededeeling van keizer Frederiks aanteekeningen staatsgeheimen ter openbare, kennis zyn gebracht. Het is dus niet onmogeiyk dat daaruit nog, een sensatie-makend drukpers-proces ontstaat, en dat wellicht nog nadere ophelderingen over de zoogenaamde fouten in de aanteeke ningen van Frederik zyn te verwachten. Verder dient vermelding dat thans ook zelfs de officiëele „Reichsanzeiger" de party heeft opgenomen tegen keizer Frederiks dagboek, door in het nummer van gisteren eene beoordeeling van een ander blad over te nemen, waarin o. a. gezegd wordt: De met alle gewoonten en met de door den inhoud geëischte omzichtigheid strydige aard van deze openbaarmaking moet noodzakeiyk de verdenking opwekken, dat daarmede eene verkiezingsmanoeuvre ten behoeve derDuitsch- vryzinnige party bedoeld is. De „Reichs anzeiger" zegt intusschen met geen enkel woord dat de echtheid in twyfel getrokken zou kunnen worden, en te Beriyn gelooft dan ook geen mensch aan eene vervalsohlng. Het eenige, waarover men stryd voert, is, of Fre derik, in zyne vrye uren, later zyn dagboek aan gevuld en „verfraaid" heeft, en of by de open baarmaking door den onbekenden uitgever wellicht met bepaalde bedoelingen sommige gedeelten geschrapt zyn. De keizer heeft den minister van marine verzocht om by het openen van den Ryks- dag alle rapporten en documenten gereed te hebben, welke noodig zyn voor eene even- tueele reorganisatie van de Duitsche vloot. Keizer Wilhelm is gisteravond om acht uren te Detmold aangekomen en zoowel door de autoriteiten als door het publiek met geest drift ontvangen. De stad was in feestdos, gehuld en schitterend verlicht. Op het den keizer aangeboden feestmaal, dronk de vorst van Lippe-Detmold de gezond heid des keizers, die door alle Duitschers be mind wordt. De keizer betuigde zyn dank voor de schit terende ontvangst. Hy herinnerde aan den tyd, toen hij als knaap voor het destyds nog onvoltooide Hermann-gedenkteeken had ge staan, toen Duitschlands eenheid nog moest bevochten worden, en gaf zyne overtuiging te kennen, dat zy, die onder aanvoering van den vorst voor die eenheid hun bloed hadden gestort, in die edele gevoelens zouden volhar den. Hy dronk op het welzyn des vorsten en op do welvaart van het vorsteiyke huis. De onthulling van den gedenksteen voor keizer Wilhelm by Münchingen werd byge- woond door prins Hermann van Weimar, den commandeerenden generaal Von Alvensleben, verscheidene generaals, afgevaardigden ter Ryksdag en door eenige duizenden belang stellenden. De plechtigheid had onder prachtig weder en zonder eenige stoornis plaats. Naar uit Neuwied wordt gemeld, is prins Von Wied naar Rumenië vertrokken om aldaar eenige weken te vertoeven. Uit alle berichten uit Oost-Afrika blykt dat aan de kust aldaar zoowel als in het binnenland door de Arabische handelaren en slavenjagers gestreefd wordtnaareen volkomen uitroeiing der Europeesche indringers, om het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 2