N°. 8703. Dinsdag 3 «Juli. A°. 1888. feze jouraat wordt dagelijks, met uitsondering van (gfin- en feestdagen, uitgegeven. Reis-Abonnementen. Leiden, 2 Juli. Feuilleton. SLECHTS EENE KOMMA. LEIDSCÏÏ DAGBLAD. PRIJS DHZER OOURAXT: oei L«4« p«r I Biuda.A140. nrno* p«r poet,..ui.' LH, koaOerlSke Kommen...".TT t.H. PBUS DHR IDYlHTlNTIlirt Tea 1—t recele 1.01. Iedere regel meer/0.1T|. Orootere letten neer pUeteraimte. Toor het la- aeaaeenn buiten de eted wordt 0.10 berekend. klasse met CatharinaVan Rennes'„Voorjaars bloemen" („Klein Broertje" en „Een liedje voor Hollandsche jongens") zeer goed voldoed, evenals de orkestklasse tot besluit met Mozart's ouver ture „Don Juan." Ontkend kan echter niet worden dat de heer Van Iperen met enkele nommers, zooals Beethoven's „Concerto" en Chopin's „Walzer", zooeven genoemd, toch wel wat te veeleischend voor de jeugdige optreden den was. De moelükheden, welke zjj te overwin nen hadden, waren voor hen soms te groot. Niettemin mocht de heer Obreen bij het einde der les het een gelukkig,denkbeeld van den heer Van Iperen noemen, om in het openbaar te doen zien de door hem govolgde methode in het geven van muzikaal onder richt. De aanwezigen konden voor het ge hoorde in moer dan één opzicht dankbaar zijn en de heer Obreen meende gerust uit aller naam te spreken als hy den directeur van harte met don uitslag van dien avond g lu'c wenschte. Een daverend applaus volgde op deze woorden. Nu ze alzoo zijne leerlingen gehoord heb ben, zou het zeker zeer velen niet anders dan aangenaam zijn, indien zo nu ook eens met het spel van den directeur zeiven, die enkele nommers accompagneerde, meer in 't bijzonder konden kennis maken. Bij de Leidscho Spaarbank werd in de maand Juni ingelegd 40,436.39, terugbetaald 38,678.84, torwyl zyn afgegeven 99 nieuwe- en geheel afgelost 82 boekjes. Op 30 Juni bedroeg het gezamenlijk tegoed der 8378 inleggers 1,628,604.08'/,. Bij de heden gehouden openbare verkoo- ping van cokes, in partijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de prijzen f 35, 18, ƒ3.70 en ƒ1.85. Door kerkvoogden der Hervormde ge meente te Willige Langerak is besloten de gewone vaste jaarwedde van don to beroepen predikant te verhoogen met eene toolago van 450. Overbekend is de kindercourant, uitgave van den heer H. L. Smits te 's-Gravenhage, wier langdurig bestaan het beste bewijs is, dat zy hare roeping uitnemend vervult. Steeds zijn er prettige verhalen voor jongens en meis jes in te vinden, aardigheden op allerlei ge bied worden zooveel mogelijk medegedeeld en van tijd tot tyd platen gegeven om uit te knippen en op te plakken. Omtrent abonnementsprijs verwijzen we naar achterstaande advertentie. Het jongste nummer bevat nu eene getinte plaat, voorstellende het Prinsesje, hare vogels en hoenders voederende, gelijk dit zoo aardig en natuurlijk op de te 's-Hage gehouden ten toonstelling van pluimgedierte te zien is geweest. De teekenaar der goed geslaagde plaat is onze stadgenoot de heer Bos. Bij het groot Oost-Indisch ambtenaars examen van 18 tot 30 Juni 11. te 's-Gravon- hage gehouden, zijn, naar orde der eind-rang- Ijjst, de volgende heeren toegelaten F. P. Sollewijn Gelpke (D)W. H. Becking (D); L. Van Weelderen (D); G. F. K. Van Huls (D)J. Van Aalst (L)B. L. Van Byle- velt (D); J. De Vogel (L); P. K. W. Kern (L); F. W. Steenstra-Toussaint (D)P. Merkus Pzn. (D); H. J. De Groot (D)N. A. Van Barneveld (D); J. W. E. Wessels (D); J. C. S. Van Kraaijenoord (D)W. C. Blanken (D) C. J. Feith (D); A. Ardesch (D); W. M. Brouwer (D)H. J. Waleson (D)W. A. J. Noltenius Van Elsbroek (D)J. A. Verstege (D)B. Th. W. Van Hasselt (L)H. Doeff (D); mr. J. F. Engelbrecht (D); W. D. Van Drunen Littel (D) en J. M. Masset (D). De letters D (Delft) en L (Leiden), achter de namen der toegelatenen geplaatst, wijzen aan, bf) welke der beide inrichtingen voor onderwijs in de taal-, land- en volkenkunde van Ned.-Indië zij hunne opleiding hebben ontvangen. Er zijn zeven plaatsen. Te Utrecht had Zaterdag de jaarlyksche algemeene vergadering van aandeelhouders der Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij plaats, onder voorzitterschap v-an mr. R. J. graaf Schimmelpenninck Van Nyenhuis. Blijkens het verslag bleven de uitkomsten van het afgeloopen boekjaar reden van tevre denheid opleveren en z(jn bemoedigend voor de toekomst. De ontvangsten der exploitatie, waaronder die der stoomtramlijnen wel, maar die van den spoorweg Leiden Woerden niet zijn be grepen, hebben over het afgeloopen boekjaar in bet geheel bedragen 4,958,406.25'/;, tegen 4,948,623.74'/, in het jaar te voren. Zij vcrmeerdeide dus met 10,382.51. De uitkomsten der exploitatie van den spoorweg Leiden Woerden waren tamelijk gunstig. Voor stortingen bij do Ned. Rijn spoorwegmaatschappij bleef nog steeds be schikbaar het bekende bedrag van 5,532,000. De gezamenlijke reservefondsen vormen een waarborgkapitaal van l,803,147.66l/2. De jaarlijksche algemeene vergadering van aandeelhouders in de Spoorwegmaatschappij Leiden - Woerden zal gehouden worden 30 Juli te Woerden. T< De Abonné's, die gedurende de zo mermaanden korter of langer tijd elders doorbrengen, kunnen, tegen ver goeding van port, de courant nage zonden krijgen. Dfcn gelieve daarvan kennis te geven aan de administratie, met vermelding van duidelijk adres. Heden is aan de universiteit alhier de heer W. J. Van Dam, geb. te Baardwijk, bevor derd tot doctor in de rechtswetenschap, met academisch proefschrift, get.„Burengerucht". De heer J. K. A. Wertheim Salomonson, geb. te Almeloo, is aan de universiteit alhier tot doctor in de geneeskunde gepromoveeid cum laude. De 1ste luitenant d'Hamecourt der veld artillerie alhier, is overgeplaatst by de batte rijen der afdeeling in Den Haag. De 1ste luitenant der veld artillerie Schoe- makers, van de batt. te Roermond, is alhier bij de art. gedetacheerd om in het incompleet aan officieren eenigermate tegemoet te komen. De 2de luitenant H. A. Yan Lockhorst, van het 4de reg. inf., is overgeplaatst bij het leger in Ned.-Indië. De 1ste luitenant Romer,, van het 4de bataljon, is overgeplaatst bij het 2de bataljon, alhier in garndcoen. Do leerlingen van de jdóor den heer Willem Van Iperen alhier opgerichte Muziek school gaven in de groote zaal van Zomerzorg Zaterdag-avond de eerste openbare les. Het publiek was in zeer grooten getale op gekomen, zeodat de directeur de door hem verzonden uitnoodigingon ruimschoots beant woord zag. Bovendien bleek de belangstelling in zijne in richting niet-onverdiend. Vele voordrachten van het uit 34 nommers bestaande programma legden oen gunstig getuigonis omtrent haar af. Eene uitvoering als waarvan hier sprake is, laat natuurlek niet toe dat erin bijzonderheden getreden wordt, maar toch mogen o. a. wel met veel lof genoemd worden Reinecke's „Unsore Lieblinge", Lagye's „Romance", Flo- tow's „Martha", Gounod's „Meditation sur le Ier Prélude de Bach", De Bériot's 6e Air varié, Vieuxtemps' „Romance", allen voor viool; vorder Chopin's „Walzer", Brahms' „Ungarische Tanze", Beethoven's „Concerto No. 4", enz., hetzy voor ééne, hetzj] voor twee piano's; terwijl ook het optreden der koor- 4) Naar het Duitsch van EUGEIV SCHIVIITT. Dan roed h(j tot aan het hotel, waar hjj placht af te stappen, liet paard en wagen verzorgen en bood zijner moeder den arm, om haar naar de kerk te geleiden. - Deze kerk was een eenvoudig houten ge bouw. Aan den éénen kant zaten de mannen, aan den anderen de vrouwen. Toen mevrouw Martini op hare bank plaats genomen had, zocht zy onwillekeurig naar de onderwijzeres, van wie haar zoon gesproken had. Zjj interesseerde zich voor deze vrouw, omdat zp een nieuw lid in den kleinen kring van kennissen was, waarin men leefde. Maar het scheen der oude vrouw toe, dat ook haar zoon eene byzondere belangstelling voor deze onderwyzeres koesterde. Zy maakte dit op uit de wijze, waarop hy haar de mededee- ling gedaan had. Zy zag onwillekeurig op, toen hare buur vrouw haar toefluisterde„Daar komt do nieuwe onderwyzeres." Zij zag een meisje van omstreeks twintig jaar, dat zoowel door hare lieftallige verschy- ning als door het innemend gezicht een zeer gunstigen indruk maakte. De oude vrouw had het gevoel, dat zy dit gezicht reeds ergens gezien had. Zy bezag het ook nu nauwlettend, terwyl het meisje Üverig en vroom scheen te bidden. Ja, de oude dame was dezen dag niet zoo aandach tig als anders, want eerst kwelde zy zich om eene herinnering op te diepen, waarmede zy het jonge meisje in verband kon brengen, en vervolgens had zy zeer veel te doen om hare gedachten by elkaar te houden, toen het haar plotseling duidelyk geworden was, dat deze nisuwe onderwyzeres niemand anders was dan het jonge meisje, dat eens op een avond te Washington in haar huis een onder dak gevonden had en zoo plotseling weer verdwenen was. Na de godsdienstoefening bleven de farmers op] het plein voor de kerk in groepen staan. Mevrouw Martini begroette eenige oudere vrouwen, en terwyi zjj nog met haar praatte, ging de prodikant met de nieuwe onderwy zeres van groep tot groep en stelde haar voor. Mary Burns was haar naam. Toen de pre dikant den naam van Mevrouw Martini noemde en deze tot kennismaking de hand bood, kwam het haar voor, dat de jonge ondorv-yzeres een oogenbiik verbleekte. Had zy Mevrouw Martini herkond, die zy slocbts vluchtig gezien had, maar die zy zich toch nog als redster moest herinneren? Het scheen zoo, want toen mevrouw Martini nu eenige woorden tot haar sprak, vermeed het jonge meisje de oude dame aan te zien. Toen de laatste met den zoon weder op den wagen zat «m den terugweg te aan vaarden, vroeg deze, nadat zy een tydlang ge reden hadden, kort: „Hebt gy haar herkend?" „Ja!" Dat was alles wat over de jonge onder wyzeres gesproken werd. De geheole week echter hield mevrouw Martini zich In gedachten met haar bezig. In het eentonige leven, dat zy leidde, was het opduiken eener oude herinnering en kennis making gewichtig genoeg om eene geheele week daaraan te denken. Den volgenden Zondag meende mevrouw Martini zeer diplomatiek te zó'n, toen zy na de kerk de jonge onderwyzores uitnoodigde met haar naar de farm te gaan, omdat zy haar voor eenigen van hare arme leerlingen eigengemaakte stoffen voor kleeren en ook wat levensmiddelen wildo geven. De jonge onderwyzeres zou den Zondag op de farm De commissie van rapporteurs, althans eenige van hare leden, zijn voornemens ver schillende amendementen voor to d:a;en op het voorstel tot herziening van fa )t F ejlement van Orde voor de Tweede Kamer, waarover deze week het eindverslag wordt verwacht. Ter aanvulling van ons bericht dat het traktement van den Gouv. Gen. gebracht is van 160,000 op ƒ132,000, kunnen wij nog mededeelen dat voor uitrustings- en reiskosten wordt uitgetrokken ƒ20,000 en ƒ8,000, in plaats van ƒ60,000 en 20,000, zooals de gewoonte was. (Vatl) De heer F. Domela Nieuwenhuis heeft in de Tweede Kamer een wetsontwerp inge diend, strekkende om de gedwongen winkel nering en de daaruit voortspruitende nadeelen voor de arbeiders tegen te gaan. Het wetsvoorstel luidt aldus: Art. 1. Zy, die personen in dienst hebben, zyn verplicht hot volle bedrag van het be dongen loon wekelyks en in algemeen gang bare Nederlandsche munt uit te betalen. Uitgezonderd hiervan zyn inwonende dienst boden. Art. 2. Het loon mag niet worden uitbe taald op plaatsen, waar sterke drank wordt verkocht. Art. 3. Alleen by schade, toegebracht door de schuld van den arbeidor, kan van het loon een deel worden gekort en afgehouden door den werkgever. Over de vraag of de schade is toegebracht, door de schuld van den arbeider, en over de hoegrootheid van het bedrag d?r schade, wordt heslist door eene commissie, bestaande uit een gelyk getal werkbazen uit het vak, ge kozen door den werkgever, en werklieden uit het vak, gekozen door den betrokken arbeider; deze kiest buiten haar midden een voorzitter, die als zoodanig mede stem hoeft. Art. 4. Het is den werkgevers verboden eenigerlei dwang, hetzy direct, hetzy indirect, op hunne arbeiders uit te oefenen, ten einde hen te bewegen tot het aankoopen van waren in winkels, hetzy direct, hetzij indirect, door hen gedreven. Art. 5. Ingeval de werkgovors zeiven of personen, die tot hen in eenigerlei dienstbe trekking of in betrekking van bloedverwant schap of zwagerschap staan, een winkel dry ven of in eene winkelnering zyn betrokken, mogen de waren in die winkels niet hooger verkocht worden dan wordt bepaald in een tarief, vast te stellen door don burgemeester der gemeente, in overeenstemming met do pryzen in andere winkels der plaats. doorbrengen en 's avonds weer naar huis ge" bracht worden. Deze uitnoodiging scheen Mary zeer ver legen te maken. Zy beefde als eene betrapte misdadigster; dan stamelde zy verwarde woor den en sloeg eindelykdeuitnoodigingafor.de» voorwendsels, welke niet steekhoudend waren. Blijkbaar wilde Mary het vermyden in het huis te komen van de menschen, met wie zij eens in haar leven zulk eene eigenaardige ontmoeting had gehaden toch zou het meisje zeer plotseling op de farm verschynen, even wel tegen haren wil. Wederom was het Zondag, toen een ry- tuig voor Martini's farm stilhield. Het was de predikant met zyne vrouw en een bewus teloos meisje, de jeugdige onderwyzeres, die hier kwamen om hulp te zoeken. De predikant had tegen den avond een pleizierrit naar eene naburige farm onderno men en daartoe Mary Burns mede uitgenoo- digd. Op den terugweg nam het uitstapje een zeer plotseling, onaangenaam einde. De wagen sloeg om, en terwyl.de predikant en zyne vrouw er met lichtere kwetsuren afkwamen, deed Mary zulk een zwaren val, dat den pre dikant niets overbleef dan de naaste farm op to zoeken om daar hulp te vragen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 1