f
N°. 8539.
Maandag: 19 December.
A0. 1887.
(Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Derde Blad.
Leiden, 17 December.
Feuilleton.
BOEM-BOEM.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per poat1.40.
Afzonderlijke Nommera0.05.
De liberale kiesvereeniging „Het Algemeen
Belang" en de „Vereeniging tot Stemopwek-
king" alhier, hebben besloten deze vereeni-
gingen te ontbinden, wanneer de nieuwe
vrijzinnige kiesvoreeniging voor het kiesdistrict
Leiden zal zjjn tot stand gekomen.
Nogmaals brengen wij in herinnering
dat de mannelijke meerderjarige ingezetenen
van Leiden
die kamers bewonen van 70 huurwaarde
in perceelen van ƒ140 huurwaarde;
die in 1886/87 in eene andere gemeente ten
volle in het personeel waren aangeslagen en
dien aanslag hebben betaald;
die in eene andere gemeente, of in verschil
lende gemeenten te zamen, over 1887 aan
hoofdsom en ryksopcenten ƒ10 in de grond
belasting hebben betaald, hetzij wegens per
soonlijken aanslag of aanslag voor vrouw en
kinderen, hetzij als mede-eigenaren in onver
deeld goed;
kiezer kunnen worden, als zij het kiesrecht
aanvragen. Mits vóór 21 Dec. Inlichtingen kan
men ontvangen ter gemeente-secretarie.
Let welAanstaande Dinsdag is de laatste dag.
"Wat beteekenen de woorden „laatstverloo-
pen dienstjaar", in de nieuwe regeling van
het kiesrecht voorkomende omtrent het be
lastingjaar, waarover de personeels- en de
grondbelasting ten volle moeten zijn betaald?
Daarover is bij sommigen twijfel gerezen,
zonder eenigen grond echter. Een verloopen
dienstjaar is een jaar dat geheel ten einde
is, op den dag dat de ontvanger der belas
tingen aan den burgemeester de lijsten inzendt.
Die termijn is ditmaal op 21 December e. k.
gesteld en op dien dag is voor beide belas
tingen het laatst verloopen dienstjaar: 1886
tot 1887. Dat staat dan ook duidelijk te lezen
in de kennisgeving, door het gemeentebestuur
reeds voor 14 dagen afgekondigd.
Wie dus zijne belasting over 1887 1888
nog niet heeft aangezuiverd, behoeft zich, met
het oog op het kiesrecht, niet te haasten dit
nog vóór 21 dezer te doen. Hjj heeft, wat
dat loopende dienstjaar betreft, voor den laat-
sten termijn der personeels belasting nog den
tijd tot 1 April; de laatste termijn voor de
grondbelasting is op 30 November jl. reeds
'verstreken. Maar daarmede heeft het kiesrecht
niets te maken. Wie een geheel voldaan aan
slagbiljet heeft, waarop dienstjaar 1886 '87
staat, wordt door het gemeentebestuur van
rechtswege, enkel na de opgaaf van den ont
vanger, op de lijsten gebracht.
Gedurende de tweede helft der maand
Nov. z(jn aan hot postkantoor alhier bezorgd
de volgende brieven, welke, wegens onbekend
heid der geadresseerden, niet besteld konden
worden
L. Brown, K. Blanke, Cremer, W. E.
Yerwey, J. H. Beck, H. Bachhausen, J. Snij
ders, E. J. Van Wisselingh, AmsterdamT.
Verhoog, Delftshaven; mej. J. Schimpf, Dor
drecht; mej. Schretting, W. G. VanEykeren,
's-Gravenhage; J. Van Beek, Kralingen; A.
Dekker, Leeuwarden; C. H. T. Koebroek,
Lichtenvoorde; mej. A. L. D. De Jong, Maas
sluis; J. Zeil, Rotterdam; Jansen, Utrecht;
W. Van der Grift, Winschoten; J. Van der
Voort, niet- vermold. Briefkaarten: W.
Pordom, Haarlem; J. Vrijland, Rotterdam;
J. Wessel, niet vermeld.
Brieven verzonden geweest naar Afrika:
C. A. Schuncke Van Manen, Griqualand.
Een nieuw middel om de ambitie in
militaire zaken by de leden van den Neder-
landschen Schutterij kader-Bond op te wek
ken en aan te moedigen, meent het hoofd
bestuur gevonden te hebben in het doen be
antwoorden van prijsvragen op militair gebied.
Bij wijze van proefneming heeft het twee
vragen gesteld en alle leden van den Bond
uitgenoodigd om daarop een antwoord te
vervaardigen, t. w.
Vraag A. Geeft eene beschrijving van mili
taire tucht en gehoorzaamheid.
Vraag B. Verklaart uwe gedachten omtrent
de vraag„Wat zal van de schutterijen in
tijd van oorlog kunnen gevorderd worden?"
De vóór April 1888 in te zenden antwoor
den zullen door eene commissie van 3 leden,
als: 1 officier uit het leger, 1 officier der
schutterij en 1 lid van het hoofdbestuur, onder
zocht worden, waarbij het antwoord, van de
vragen A. en B., dat het meest geschikt is om
in druk verspreid te worden, bekroond zal
worden met eene verguld zilveren medaille.
„De Liefde sticht. Almanak voor het
jaar 1888" Tj. Van Holkema te Amsterdam
wordt, zooals men woet, uitgegeven door de
„Vereeniging tot verspreiding van Stichtelijke
Blaadjes"; de Redactie, bestaande uit de hoe
ren dr. H. B. Berlage, J. J. Van Hille en dr.
A. A. Van Otterloo, heeft ook ditmaal veel
zorg aan het boekske besteed; het bevat bij
dragen van Berlage, Ten Kate, Jo. De Vries,
Lakerveld, Louise B. B., Herderschee, A. Peaux,
Wolterink, enz. enz.
Z. M. heeft jhr. J. E. A. Van Panhuys,
op zijn verzoek, met ingang van 23 Decem
ber 1887, eervol ontslag verleend als notaris
te Groningen; met ingang van 1 Maart
1888, aan den heer C. Van Buysen, leeraar
in de wis- en natuurkunde aan de Konink
lijke Militaire Academie te Breda, op zijn
verzoek, een eervol ontslag uit zjjne betrek
king verleend; aan den voor den dienstin
Indië bestemden soldaat C. Henninger, van
het koloniaal werfdepot, vergunning verleend
tot het dragen van de herinneringsmedaille
voor het deelnemen aan de Franscho expe
ditie in Tonkin, China en Annammet in
gang van 1 October 1887, aan K. W. E.
Doorman, eervol ontslagen klerk voor de
Rijnvaart te Lobit, een pensioen verleend ten
bedrage van 530 's jaars; den oud-offi
cier-machinist 1ste kl. bij de Koninklijke Ne-
derlandsche marine A. Flaes, die met 1 Jan.
1888 aftreedt] als lid der commissie, bedoeld
in art. 3 der wet van 28 Mei 1869 (Staats
blad no. 97), met ingang van dien datum op
nieuw als zoodanig benoemd.
Gemengd Nieu w s.
In de gevangenis te Glendine
(Vereenigde Staten) heeft een verschrikkelijk
tooneel plaats gehad. Drie Indische gevangenen
Finger-Nail, Sitting in Front en Matthews, in
hechtenis als beklaagd van paardendiefstal,
vielen onverwacht des nachts, met messen
gewapend, twee blanke gevangenen aan, Frans-
Cisco Salmo, een Italiaan, en Tuck.
Na dezen vele messteken te hebben tooge-
gebracht en ze dood wanende, hingen Finger-
Nail en Sitting-in-Front zich in hunne respec
tieve cellen op. Matthews hielp hen hierbij en
trachtte daarna zichzelvon van kant te maken
door met het hoofd tegen den muur zijner cel
te stooten. De wachters bemerkten dit echter
en maakten zich van hom meester, ten einde
zijn plan te verijdelen. De drie Indianen had
den reeds sedert vele maanden getracht zich
van het leven te berooven door niets te ge
bruiken, verklarende dit liever te doen dan
terecht te moeten staan.
Madlle Petitpré, eene Parysche
burgerjuffer, ziet twee vrijers dingen naar
hare hand, de heeren Durotin en Chamerlan.
Z(j haddon den ouden heer Petitpré in het
koffiehuis leeren kennen; 't was bekend dat
de man zjjne dochter 50,000 franken zou
meegeven, en spoedig kwamen de beide heeren
bij Petitpré aan huis en maakten het hof aan
de dochter, die de beide c-andidaten naar hare
hand oven aardig vond en geene keus kon doen.
PRIJS DER ADVERTENTIES!:
Van 16 regels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.17j.
Grootere letters naar plaateruimte. Yoor het in-
casseeren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
De vrijers waren o vereen gex om en dat zij een
eerlijken strijd zouden voeren, enkel met de
wapens hunner beminnelijkheid.
Op een goeden dag hoort Durotin dat papa
Petitpré grof verloren heeft aan de beurs.
Dat stemde hem tot nadenken on hij besloot
te beproeven om met Chamerlan tot eene
schikking te geraken. Hoe liep dat af? Wij
vinden het antwoord in liet verslag eener
zitting van de rechtbank. Chamerlan had op
Durotin's hoofd eene karaf stukgeslagen, en
Durotin had hem aangeklaagd.
De klager stelt zich civiele partij 6n vraagt
500 fr. schadevergoeding. Na den rechter op
de hoogte van den toestand gebracht te hebben,
zoover ook wjj dien kennen, gaat h(j voort
„Ik zeg aan Chamerlan dat hot nu tijd is
aan die valsche positie een eind te maken.
Daar noch mejuffrouw Petitpré, nóch haar
vader een van ons wilde kiezen, moesten wij
zelf maar eens over eene schikking praten.
Chamerlan vroeg mij of ik wat had voor te
stellen. „Ik zie," zei ik, „maar één middel,
dat is een partijtje écarté. Die het verliest
trekt zich terug." H(j nam het aan; wij spelen
vijf punten uit, en wegons een twist onder
't spel heeft hy my die karaf op het hoofd
stukgeslagen. Ziedaar, mijnheer de rechter,
al wat gebeurd is."
Chamerlan„Neen, neen, mijnheer Durotin,
dat is niet alles 1 (tot de rechters) Vooreerst,
meneeren, heeft hjj u niet gezegd dat h(j in
vertrouwen wist van de verliozen, welke mijn
heer Petitpré had geleden, en dat hij, voor
zijn fatsoen zjjn aanzoek niet willende introk
ken, valsch hooft gespeeld om te verliezen.
Hy gooide troeven weg."
Durotin't Was eene vergissing.
President„En heeft hjj u daarom eene
karaf op 't hoofd stukgeslagen?"
Chamerlan: „Neen, maar omdat hy my een
dief noemde."
Durotin: „Maar, mijnheer de president, 't
is nog niot uit. Terwijl wjj twistten, komt
mijnheer Petitpré binnen met een gelaat,
stralende van vreugde, „'k Heb vandaag 80,000
franken op do beurs gowonnen", zeide hjj.
En toon wilde Chamerlan, als ware er niets
gebeurd, doorspelen en begon hjj valsch te
spelen.
De rechtbank veroordeelde Chamerlan tot
25 franken boete en 50 franken schadever
goeding.
„Als gij nu met mej. Petitpré trouwt," zei
do president, „kunt ge dat wol betalen."
„Och," antwoordde Chamerlan, „mej. Pe
titpré wil ons geen van beiden meer hebben."
i)
Het knaapje lag doodsbleek in zjjn klein
ledikant, met groote holle oogen, welke de
koorts veroorzaakte, en staarde voor zich uit
met den vreemden blik, den zieken eigen, die
meenen te aanschouwen hetgeen voor het
menscheljjk oog steeds verborgen blijft.
De moeder, die aan het ziekbed gezeten
was, hield den zakdoek stjjf tegen haren mond
gedrukt om niet in luid snikken uit te bar
sten. Zij volgde met smart op het vermagerde
gelaat van den kleine de toeneming der ziekte.
De vader, een bekwaam werktuigkundige, had
moeite de tranen te weerhouden, welke zjjne
oogleden deden branden.
De dag brak aan, zacht en schoon, zooals
men het in Juni gewend is. 't Werd licht in
de kleine kamer, waar Willem, het eenigst
zoontje van de echtelieden Jacques en Mag-
dalena Legrand, op sterven lag.
Het jongetje had den leeftijd van zeven
jaar bereikt. Nog geen drie weken geleden
I was hjj zoo levenslustig, zoo vrooljjk met
zjjne blonde haren en roode wangen
Maar de koorts had hem aangegrepen. Op
een avond, uit de school komende, had Willem
hevige hoofdpijn en klamme handen. Sedert
lag hjj te bed. In eene vlaag van ijlhoofdigheid
sprak het knaapje op hot gezicht van
zijne gepoetste schoentjes, wolke de moedor
zorgvuldig op eene plank in den hoek van 't
vertrek had geborgen
„U kunt de schoenen van Wimpio wel weg
geven. Wimpie draagt ze toch niet meer!
Wimpie gaat nooit weer naar school
neen, nooit weerl"
De vader sprak met gesmoorde stem „Wil
je zoo iets wel niet zeggen, Willem!" en
de moeder haastte zich het bleeke hoofdje
zachtkens in het kussen te duwen, opdat
het jongetje toch maar niet het-woenen van
zijn vader zou hooren.
Dien nacht was het kind niet ijlhoofdig
geweest. De geneesheer had echter sinds een
paar dagen groote bezorgdheid wegens eono
zonderlinge moedeloosheid, welke veel geleek
op onverschilligheid, alsof de zevenjarige zieke
het leven reeds vervelend vond. Hy was
moede, in zichzelf gekeerd, droefgeestig, wilde
niets innemen en scheen met zjjne vreemde
blikken iets te zoeken, iets in de verte te
zien, zeer ver
Daarboven misschien! dacht Magdalena,
terwjjl eene koude rilling hare leden deed
sidderen.
Als men hem iets wilde geven, hetzij 66n
koeldrank, hetzij een weinig bouillon, luidde
het antwoord steeds: „Ik kan niet innemen
„Men moot toch iets vinden om het jongetje
uit dien staat van verdooving te trekken,"
sprak de geneesheer tot de ouders. „U kent
uw kind. Wat kan hem wel doen afleiden,
wat kan de geest van het knaapje weer in dat
kleine lichaam doen terugkeeren? Zoekt
Daarop vertrok hjj.
O zeker, zij kenden lum Willem! Zjj wis
ten die goede ouders hoe gaarne hij des
Zondags naar buiten ging om de heggen te
plunderen, en 's avonds, boladen met hago-
doorn, op de schouders van z(jn vader huis
waarts te keeron, of in de Champs-Elysées
de poppenkast te zien, gezeten in het om
heinde gedeelte, by de kinderen der rijken
Jacques Legrand had zjjn zoontje Chineesche
schimmen en gekleurde prenten gekocht. De
arme vader knipte ze uit, liet ze op Willems
bedje dansen en trachtte den zieke op te
vrooljjken
„Zie je, dat is Jan Klaassen En dat
is de generaal 1Herinner jij je nog dat
wy laatst een generaal in het Bois de Bou
logne hebben gezien?.... Als je het drankje
wilt innemon dan koop ik je een echten ge
neraal, met eene mooie uniform on gouden
epauletten Zeg, Willem, wil je den generaal
gaarno hebben
„Neen", antwoordde hot kind met heesche
stem.
„Wil je dan een pistool mot amorces hebben
Of heb je liever oen pijlboog?
„Neen", klonk het wederom met dezelfde
doffe stem.
En op alle vragen en op elk aanbod zeide
het jongetje steeds„Neenneen
neen terwijl do ouders elkander radeloos
aanstaarden.
„Maar waarin bob je dan toch zin?"sprak
eindelijk de moeder. „Er is toch wel iets, dat
je gaarno bezitten wiltZeg het mij, lief
ventje, zeg het aan je zoete moesje!"
Zy had haar hoofd op het kussen gelegd,
dicht by Willems wang, en sprak zacht tot
hem alsof het een geheim betrof.
De kleine zieke richtte zyn brandend
hoofdje op, stak zijn handje vooruit als om
iets te toonen en antwoordde met eene half
smeekende, half bevelende stem
„Ik wil Boem-Boem hebben 1"
(Wordt vervolgd.)