N". 3510. Dit nimmer bestaat uit Twee Bladen. Leiden, 14 November. ï>iiovc^iiber. LEIDSCH J] PRUS DEZER COURANT: v Xcriw Iredden per 3 ma,and«nl.M. Pr&noo per post1.40. A&oaderlgke Noiamera.9 0.85. fere (Qoaiaut wordt dagelijks, met attzoadertng ran Son- en feestdagen, uitgegeven. T PELTS DER ADVEBTENTEEN: V&b 1—6 regels 1.86. Iedere regel meer f 0.17%. öro©tero lettere naar plaatsruimte. Voor het inoM- seeren buiten de etad -wordt 0.10 berekend. Naar aanleiding van de bespreking in de sectiën van du kleeding der politie-agenten hobben B. en Ws. omtrent eventueel aan te brengen verbete ringen in deze een onderzoek ingesteld in ovorleg met den commissaris van politie, waaruit het vol gende is gebleken. In vergelijking met de kloeding dor agenten in enkele andere gemeenten moet aan de jassen, alhier in gebruik, wat warmte en doelmatigheid aangaat, de voorkeur worden toegekend. Inmiddels is de draagtijd der zomerjas te ruim genomen en zou liy op twee jaren moeten worden gesteld. De mantel echter is zeer ondoelmatig, daar deze don man be lemmert in de behoorlyke uitoefening van zyno functie en hem bovendien zeer hinderlijk is by slechts con weinig sterken wind. Hot zou alzoo gewen.sch' zijn daarvoor een ander kloedingstuk in de plaats te- stellen. Het meest geschikt daarvoor schijnt oc-ne over- of regenjas, zooals dezo by do politie te Delft in gebruik zyn. Ter beveiliging van het hoofd, zoowel by onvor- wachtscha aanvallen ais bij regen, verdient onge- twyfekl .de helm de-voorkeur; by ingebruikstelling daarvan zouden de schakot en nachtpot kunnen vervallen.- Verder zou eene verbetering kunnen worden aangebracht door by winter hooge water laarzen te verstrekken, zooals by onderscheidene politie-,xdministratiën hot geval is. Ook heeft de ondervinding geleerd dat één broek por jaar onvol doende is en dat de politie-agent, die om don anderen nacht ook nachtdienst te vervullen heeft, minstens twoe broeken behoeft, namelijk één zomer en één winterbroek. Op bovengenoemde gronden zouden B. en Ws. het alzoo wenschelyk achten de thans gedragen wordende zomer- en winterjas te behouden; den mantel, schakot, pet en reparatie dor schoenen (onderwerk en voorschoenen) te doen vervallen en daarvoor in do plaats te stellen eene overjas, een helm en een paar hooge kaplaarzen. Wanneer nu de draag tijd Voor de winterjas (2 jaren) blyft ge handhaafd, die 'van de zomerjas (3 jaren) veranderd wordt in twee jaren en die van de overjas, helm en kaplaarzen mede op tweo jaren wordt bepaald, dan zou voor een en ander een cyfer van onge veer 1100 benoodigd zyn, ten gevolge waarvan de post Volgn. 113 dor begrooting voor 1888, Kloo- ding en wapening der politiedienaars, thans uitge trokken op ƒ3650, zou moeten worden verhoogd tot ƒ4750. De kosten van kleeding zouden alsdan nog geon ƒ92 per man bedragen, terwyl in vele andere gemeenten daarvoor een bedrag van 100 per hoofd wordt uitgetrokken. Eindelyk zou, in verband met den gewijzigden draagtyd, eone aan neming voor den tijd van zes jaren moeten worden vastgesteld. Uit het vorenstaande biykt dat de verandering der jassen het meest noodig moet worden geacht, terwyl de invoering van helmen en kaplaarzen, hoe wenschelyk en aanbevelenswaardig ook, evenwel zonder to groot bezwaar zou kunnen achterwege blyven. Intusschen is de aan laatstbedoelde veran dering vorbondon vermeerdering van uitgaven te schatten op een bedrag van slechts ƒ220 'sjaars, zoodat, wanneer tot eene reorganisatie van de klee ding wordt overgegaan, het o. i. aanbeveling verdient dan ook de voorgestelde wyziging der hoofdbedek king en van het schoeisel in te voeren. Mocht de Raad echter alleen de wyziging der jassen voldoende achten, dan zou met eene ver-- hooging der uitgaven van ongeveer 900 kunnen worden volstaan. Hierbij valt nochtans .op te merken dat thans slechts sprake kan zijn van eene raming, terwyl uit den aard der zaak de juiste cyfcrs eerst bekend kunnen zy'n na afloop van de te houden aanbesteding. B. en Ws. geven alsnu in overweging hun te machtigen de boven omschreven gewyzigde kloeding, met inbegrip van helm en kaplaarzen, der politie agenten voor den tyd van zes jaren aan te beste den, aanvangende 1 Januari 1888, op welk tydstip het thans geldend contract is afgeloopen, zullende alsdan later de noodige voorstellen worden ingediend tot verhooging van het botrekkelyk artikel der begrooting. In handen dor commissie van financiën is gestold het voorstel van Burg. en Weths., strek kende om Volgn. 92 dor begrooting van het loo- pende jaar mot 550 te verhoogen, door afschry- ving van den post voor Onvoorziene uitgaven. Onder het bedoelde volgnummer is op die be grooting uitgetrokken eene som van 1800 voor „onderhoud van wandelplaatsen en plantsoenen", en wel, volgens specificatie in de Memorie van Toe lichting, „voor heesters, graszoden, bloemen, grint, aanschaffing en onderhoud van zitbanken 800 en voor onderhoud van en toezicht in het Park 1000." Burg. en Weths. gronden hun voorstel op een rap port van do commissie van fabricage, volgens het welk „uit de toegestane 1Q00 voor^koston van onderhoud" reeds zyn uitgegeven 1110, terwyl over de laatste drie maanden nog zullen noodig zyn 350 en voor aanschaffing van waterkranen en slangen nog daarenboven tot een bedrag van 200 wenschelyk wordt geacht. De commissie van financiën acht door doze mode-- deeiingen de voorgestelde verhooging niet voldoende gemotiveerd. De tyd voor besproeiing van het Park is voor dit jaar voorbyhet schynt haar daarom wenscho- iyker eono uitgave voor kranon en slangen, welke daartoe moeten strekken, uit de begrooting voor 1888 te bestryden. Maar zelfs, al wilde de Raad dezo uitgave van 200 ten laste der ioopende begrooting brengen, zoo zou nog uit de verstrekte gegevens de nood zakelijkheid eener verhooging van Volgn. 92 niet blijken. Er wordt verschillend gedacht over de beteekenis der specificatie van de begrootingsposten in de Memorie van Toelichting. De commissie van fin. .voor zich acht het Dageiyksch Bestuur aan die spe cificatie zeer stellig gebenden en betreurt het dan ook dat de begrooting voor onderhoud van het Park thans reeds met 110 overschreden is. Maar hoe men hierover ook oordeele, zeker be hoort tot verhooging van een post in zyn goheel niet te worden besloten, wanneer niet. is gebleken dat deze onvoldoende is ter bestrijding van alle onderdeelen van don post te zamen. Dit nu volgt niet uit de verstrekte becijfering, welko slechts één der onderdeelen raakt. De comm. van fin. acht alzoo het voorstel onvol doende gemotiveerd, en adviseert den Raad om, alvorens daaromtrent een eindbesluit te nemen, Burg. en Weths nadere inlichtingen te verzoeken omtrent de volgende punten: a. of de bloem- en heestergewassen tot een be drag van ƒ230 en het grint tot een bedrag van 80 (in het rapport der commissie van fabricage vermeld) uitsluitend zyn gebezigd voor hot Park aan het Steenschuur? b. hoeveel tot nog toe is uitgegeven op Volgn. 92 in zijn geheel, en waartoe die uitgaven heb ben gestrekt-? c. waarop de berekening steunt, dat in de laatste ckle maanden van dit jaar voor onderhoud van het Park 350 noodig zal zyn. Inlichtingen betreffende de punten a en b komen haar niet het minst daarom gewenscht voor, omdat liet twyfolachtig mag worden gerekend of do aan koop van heesters, graszoden, bloemen en grint moot worden bestreden uit de 1000 voor onder houd van het Park, daar voor de aanschaffing van deze artikelen reeds afzonderlijk eene som van 800 op de begrooting is uitgetrokken. Onaf hankeiyk van deze inlichtingen is de comm. van fin. van oordeel dat de 200 voor waterkranen en slangen thans niet behoort toe te staan. Daar het gebouw, waarin het Rykstelegraaf- kantoor alhier gevestigd is, kosteloos door deze gemeente aan het Ryk is afgestaan, en bovendien de gemeente in het onderhoud van dit perceel heeft te voorzien, hobben B. en Ws. zich tot den minister van waterstaat, handel en nyverheid gewend, met verzoek om van het Rijk eene jaarlyksche tege moetkoming te ontvangen ter bestryding van de onderhoudskosten. Vanwege het departement is thans bericht ontvangen dat het Ryk, met ingang van 1 Jan. a. s., een bedrag van 90 per jaar voor het gewone onderhoud zal vergooden, en eventueele buitengewone voorzieningen, waaromtrent tydig de noodige voorstellen behooren in te komen, in het vervolg mede voor rekening van het Ryk zal doen uitvoeren. Door B. en Ws. wordt den gemeenteraad voor gesteld, een perceel aan te koopen, gelegen aan de Van-der-Werf-straat, groot 379 centiaren, tegen over do school 3de klasse No. 2. De koopsom zal, met de kosten van overdracht, bodragen 2140. Daar- de aankoop zal geschieden voor de oprichting van een schoollokaal, zal van deze som 642 ten taste van het Ryk komen. Door B. en Ws. zal worden voorgesteld op den aan te koopen grond een gymnastieklokaal op te richten. Door den heer Jb. Wuyster, leeraar aan de kweekschool voor onderwyzers en onderwyzeressen alhier, is togen 1 Januari eervol ontslag uit deze betrekking gevraagd. Door B. en Ws. wordt op dit vorzoek gunstig geadviseerd. B. en Ws. geven in overweging aan J. A. Bientjes wegens vertrek uit de gemeente met 1 November a. s. terugbetaling te verleenen van schoolgeld, lager onderwys, voor een kind, leerlinge der meisjesschool 1ste klasse en twee kinderen, leerlingen der leerschool, over de maanden November en December dezes jaars, tot een bedrag van 14, als: ƒ10 voor do meisjesschool 1ste klasse en ƒ4 voor de leerschool. B. en WS. ieggon over de voordracht ter be noeming van een tweeden onderwyzer aan de school der 4de klasse, No. 2, ter vervulling der vacaturo, die ontstaan is door do benoeming van den 2den onderwyzer Gouwentak tot eersten onder wyzer. Die voordracht is als volgt samengesteld: lo. Adr. Bern. Van der Voorden, onderwijzer 3do klasse aan de school der 3de klasse No. l;2o. W. Knoop, onderwyzer aan de openbare school te Dodewaard, en 3o. J. Verhoeve, onderwyzer aan de openbare school te Aalsmeer. Aan die betrekking is eene jaarwedde van 700 vorbonden. Ter vervulling dor vacature aan de jongensschool 2de klasse, ontstaan door het aan W. H. Hasselbach verleend eervol ontslag, is de volgende voordracht tor benoeming van een tweeden onderwyzer, op eene jaarwedde van 700 vermeerderd met ƒ100 voor het geven van onderwys in de Pransche taal, als: lo. G. J. Klokman, onderwyzer te Voorschoten 2o. J. Fr. Stadhouders, onderwyzer te Bergen op Zoom, en 3o. J. Van Spiegel, onderwyzer te Twello. Door dr. A. W. Kroon Jr. s vergunning ver zocht om met eonige andere heeren gobruik te mogen maken van het gymnastieklokaal der Hoo- gere Burgerschool voor meisjes gedurende 2 uren per week, waartegen noch by de directrice, noch by B. en Ws. bezwaar bestaat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 1