LEIDSOH DAG BLAD. N°. 8497. Maandag: 31 October. A0. 1887. Afwijzende beschikking. Leiden, 29 October. PRIJS DBZEB COuHANTs Voor LMden per 8 maanrtn.1.19. Franco per poet1.40. Afzonderlijke Nommere.0.05. ftze (jcaiaat waidi dagelijks, met aitzonderiBg ran Son- tn feestdagen, attgegevin. PRIJS DER AD VERTENTIEN ▼an 1—6 regels 1.05. Iodere regel meer f 0.174* G roe te re letters naar plaatsruimte. Voor het inoas- seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Het Hoofdbestuur dor vereeniging „Volksonder wijs" heeft zich onlangs gewend tot Z.Exc. den inister van Oorlog mot oen adres, waarin reor- anisatie gevraagd wordt van het onderricht, ge- even aan dienstplichtigen, wier geringe of geheel ntbrekende kennis van lezen, schrijven en rekenen oor hen het volgen dier lossen noodzakelijk maakt. "Wie met den gang van dat onderwijs bekend is, weet, dat er uit oen paedagogisch oogpunt wel iets op af te wijzen is. Meestal wordt het gegeven door jonge mannen, wien het niet aan algomeene ontwikkeling ontbreekt, maar die toch niot voor het geven van onderwijs z(jn opgeleid; bovendien wordt zooveel mogelijk gebruik gomaakt van de hulp van miliciens, die eene akte als onderwijzer bezitten. Do eerstgenoemde klasse zyn gewoonlijk onder-officieren, ook soms korporaals, terwijl het toezicht en'de leiding aan officieren is opgedragen. Do avonduren gedurende het winterhalfjaar zijn or voor bestemd; localiteit1 en leermiddelen laten door gaans voel te wenschen over. Nu is het volkomen waar, wat het Hoofdbestuur den Oud-Minister Van Muiken nazegt: „De prac- lische waarde van don soldaat staat in nauw verband met den graad zijner intollectueele ont wikkeling", Zelfs zijn we van meening dat zulks in steeds klimmonde mate het geval zal zyn. By de defensie der toekomst bekleeden de „doode" weermiddelen eene ondergoschikto plaats, weinig be stand als ze zjjn tegen de vruchten van den geest der uitvinders op offensief gebiedop de „mannen", op hun zelfstandig, zelfbewust optreden, hun juist begrijpen en stipt opvolgen van bevelen, kortom, op de samenwerking van verstand en wil, van orde en vrijheid, zal liet aankomen. De tijd ligt in het verschiet, en, we zien hem reeds naderen, dat soldaten zonder verstandelijke ontwikkeling van geringe waarde zullon zijn. begrijpen dus ten volle de motieven, die het bovengenoemd Hoofdbestuur bobben geleid tot het indienenvan zjju adres. Een landsverdediger kan niet bruikbaar genoemd worden, als zijne geoefend heid in de behandeling van zijn wapen niot ver gezeld gaat van die mate van konnis, welke men kan onderstellen b(j leerlingen, die eene gewone lagere school tot het einde hebben doorloopon; de oproeping in actiovon dienst heeft ten doel, hem bruiktj^ar te maken, dus de gevolgtrekking ligt voor demand. De minister aanvaardt die gevolgtrekking. In zijne beschikking op het adres lezon we o. a.: „Moge de omstandigheid, dat do net te onzent plaatsvervanging en nummerverwisseling toelaat en in' verband hiermede de aanvulling der militie grootendeels uit de lagere volksklasse plaats heoft, een grooten invloed hebben qp het getal personen, die geen of zeer onvoldoend lager onderwijs heb ben genoten, het blijft oen treurig vorschijnsel, dat het procent van hen, die „niets" kennen, zulk een belangrijk cijfer bedraagt, als volgens de jaar iyksche opgaven het geval is. „Dat onder die omstandigheden aan het school onderwijs in de kazerne, voor zooveel de „oefening in den wapenhandel" daartoo slechts eonigszins gelegenheid overlaat, nog steeds eene plaats moet. worden ingeruimd, wordt gaarne door my erkend, en tevens, dat moet worden getracht om dat on derwijs zoo vruchtdragend mogelijk te doen zyn." Toch wordt op het adres afwijzend beschikt, en wel op zulke gronden, dat er, naar het ons voor komt, niet veel tegen in te brengen is. Laat men in de kazerne geregeld schoolonderricht geven door burger-onderwijzers, dan zal de verhouding tusschen dozen en de militaire autoriteiten moeielijkheden opleveren; bovendien schatte men de quaestie der kosten niet gering, Bij al hetgeen reeds van over heidswege wordt gedaan om do zegeningen van het lager onderwijs tot de onderste lagen van ons volk te doen doordringen, en door middel van herhalings scholen de vruchton van dion arbeid te bestendigen, mag wel de vraag ernstig overwogen worden, of tot dat doel nog meerdere geldelijke offers moeten worden opgelegd. Doch de Minister heoft met een enkel woord reeds de richting aangewezen, in welke eene duur zame verbetering van den toestand behoort gezocht te worden. Het stelsel van remplaceering onttrekt aan ons leger do beste krachten, en geeft er van zeor gering allooi voor in de plaats. Invoering van den persoonlijken dienstplicht zal de eerste schrede moeten zjjn op den weg eenor hervorming, welke tot verhooging van het intellectueel peil des legers leidt. Is de militiewot in dezen zin gewijzigd, dan kunnon we overgaan tot de beantwoording der vraag, wat gedaan moet worden om de volkomen bruik baarheid van eiken soldaat voor de taak der lands verdediging te waarborgen. Op den voorgrond staat het beginsel dat de eerste oefeningstyd niet als geëindigd mag worden beschouwd, vóór dit doel is bereikt. Nu reeds hebben we, by elke jaariyksche lich ting, een deel dat langer dan hot overige onder de wapens wordt gehoudendo beslissing, wie tot elke dier beide groepen zal hel oor-«n, geschiedt by loting. Maar kan men nu niet even goed be palen dat z y het eerst met groot verlof worden gezonden, die voldoen -aan de eischon van verstan delijke ontwikkeling, welke men aan allen meent te moeten stellen? Het blijvend gedeelte is dan juist datgene, waaraan nog bijzondere zorgen ge wijd moeten worden. Is er persoonlijke dienstplicht, dan heeft men ook in do gelederen een veel grooter aantal personen, die wettelijke bevoegdheid bezitten tot hot geven van lager onderwijs. Dozen zou men, door het toe kennon van don rang van onderofficier, en het ver strekken eener extra toelage, kunnon nopen om zich voor zekeren tijd beschikbaar te stellen. Het vraagstuk van do verhouding tusschen onderwijzers en militaire autoriteiten ware dan op bevredigende wjjze op te lossen. Daarenboven kon men nog aan gewone onderofficieren de gelegenheid openen, om onder voorwaarden, bjj Koninklijk Besluit vast te stellen, zich te bekwamen tot het geven van lager onderwijs aan militairen. In hoofdzaak zou het pro gramma voor het daartoe af te loggen examen overeen moeten komen met hetgeen voor de onder wijzersakte wordt gevorderd; waarbij men in aan merking mag nemen dat een jongeling, om den rang van onderofficier te verwerven, reeds eenige vorderingen moet gemaakt hebben in de gewone vakken van lager onderwijs. Als men nu, by het stellen der bedoelde «ischen, niet al te doctrinair is, en het aangeprezen hulpmiddel ook alloen als zoodanig wil beschouwen, dan is do oplossing van het vraagstuk zeker niet onmogelijk. We vertrouwen ook, dat de noodzakelijkheid, om het in toepassing te brengen, steeds minder zal worden. Indien verkorting van don diensttijd het gevolg wordt van verstandelijke ontwikkoling, dan zullen do ouders veel meer dan tot heden het geval is, zorg dragen, dat hun jongens het noodige reeds op de school leerenhet vooruitzicht, dat later in de kazerne zal moeten ingehaald worden wat men in de dagen der jeugd verzuimde, zal menigeen tot nadon- ken brengen, die tot nog toe van de noodzakelykhoid van goed onderwijs niet genoegzaam overtuigd is. Al leggen we ons dus neer bi) de afwijzende be schikking des ministers, we hopen dat zij slechts „voorloopig" mag zjjn. Alle teekenen wijzen erop, dat we eene grondige herziening van ons defensie wezen te gernoet gaan, en daarbij kan het belang rijk onderdeel, zoo terecht door generaal Van Muiken genoemd „het nauw verband tusschen practische waarde en intollectueele ontwikkeling van den sol daat", niet over het hoofd gezien worden. Naar wij vernemen, heeft de heer P. De Haas, sodert 1872 secretaris van den Militieraad in het 3de district van Zuid Holland, aan den heer Commissaris des Konings in deze provincie het ver zoek gericht om, wegens gezondheidsredenen, voor de lichting 1888 niet voor eene herbenoeming in die betrekking in aanmerking te komen. Al is de begrooting dezer gemeente reeds door den Raad behandeld en vastgesteld, zoo verdient de besproking van enkele punten in de sectiën nog wel vermelding. Vanwege het Dagelyksch Bestuur werd mede gedeeld dat de-raming voor de vernieuwing van de brug by de Oude Heerengracht met f 500 moet worden verhoogd en gebracht op f 3500. Uit een nader onderzoek is namelijk gebleken dat voor eene behoorlijke beweegbare brug een bedrag van f 3000 niet voldoende zal wezen. De vernieuwing van de brug over het Levendaal bij de Rijnstraat is bepaald noodzakelijk en niet voor uitstel vatbaar. Het voorne.non bestaat de brug tevens eonigszjns te verlagen. De Turfmarktsbrug is vóór eenigen tijd aange varen, ten gevolge waarvan het eene landhoofd is beschadigd, welke schade is hersteld. Overigon.s moet deze brug binnon eenige jaren vernieuwd worden wegens onvoldoende doorvaartwijdte, in verband mot do verbetering van den waterweg tusschen Ryn en Schio. De uitgetrokken som voor vernieuwing van dek ken van eenige bruggen heeft betrekking op de Touwersbrug, Alkemadebrug, Groote Havenbrug, voor dio aan Volmolengracht, Oude Vest, Heeren gracht by do Katoenfabriek, Oranjegracht bij do- Groenestoeg, Kwaakbrug over het Lovendaal, Vliet brug, Doelenbrug bij de kazerne en Kerksteegbrug over den Ouden Ryn. Gowozen werd in de sectiën op het onvoldoende onderhoud en de reiniging van de urinoirs aan de Blauwpoortsbrug en aan de Korenbeurs. Hetzelfde was opgemerkt ten aanzien van onkele kolken. Uit het antwoord van B. en Ws. bliikt dat de urinoirs aan de Blauwpoortsbrug en do Korenbeurs dagelijks worden gereinigd, doch spoedig na «le reiniging weder in minder wonschelyken toestand verkeeren. De thans gebruikt wordende kolken, waarvan nog een 260CTtal in voorraad is, zyn uit den aard der zaak menigwerf verstopt; de aanschaffing van het nieuwe model ijzeren kolken, waardoor dit bezwaar zou worden voorkomen, zou evenwel voor de gehoele stad eene uitgave van f 45,000 a; f 46,000 vorderen. Naar wij vernemen, hoeft mej. C. Slotemakei', leerlinge van de Muziekschool der Maatschappij voor Toonkunst alhier ipiano klasse, deheor Th. Enderle) met veel succes gespeeld op het eerste abonno- ments concert van den heer De la Rosière teGorkum. In eene der zalen van het academisch zieken huis alhier heeft de jaariyksche vergadering plaats gehad van de Vereeniging tot Ondersteuning van be hoeftige Kraamvrouwen, onder presidium van den heer C. Metzlar. Nadat met applaus de commissie van toezicht, bestaande uit mr. J. A. F. Coebergli, dr. D. de Loos er. prof. dr. H. Treub, was herkozen, werden tot bestuursleden benoemd respectievelijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 1