Leiden, 3 October. PRIJS DEZER COTJRAKT: Toor Leiden per 8 maanden.1.10. Franco per poetL*0« Afzonderlijke Nommera0.05. ■§eze {jouraat wordt dagelijks, met uitzondering ran &on- en feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIEN: ▼an 1—8 regels 1.06. Iedere regel meer/0.174* Orootere letters naar plaatsrniuite. Voor het Inoea* seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Oflicieele Kennisgevingen. Herziening der belastbare opbrengst van de ongebouwde eigendommen. Polder of "Waterschap: Rijnland. De Burgemeester van Leiden, Gelet op het laatste lid van art. 33 en op de tweede zinsnede van art. 19 der wet van den 25sten April 1879 (Staatsblad No. 89) Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat eene opgaaf van het totaal bedrag, waarmede de belastbare opbrengst der ongebouwde eigendommen in bovengemeld waterschap wegens kosten van onderhoud der waterkeerende en water- lozende werken behoort te worden verminderd, op de secre tarie der gemeente gedurende dertig dagen voor een ieder ter inzage is nedergelegd. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 1 Oct. 1887. DE KANTER. Ter vervulling van de vacature van tweede onderwijzeres aan de Meisjesschool 2de klasse, ont staan door het aan mej. F. J. Eldering verleend eervol ontslag, is de volgende voordracht opgemaakt lo. mej. C. B. Renaud, 3de onderwijzeres aan de openbare Meisjesschool 2de klasse; 2o. mej. H. Westdyk, 2do onderwijzeres aan de Meisjesschool lste klasse, en 3o. mej. J. J. De Haas, 3de onder wijzeres aan de openbare Jongensschool lste klasse. Aan de betrekking is eene jaarwodde van f 700 verbonden. De commissie van financiën heeft geene be denkingen tegen den in hare handen gestelden suppletoiren staat van begrooting, dienst 1887, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis, alhier. Zjj geeft in overwoging dien staat goed te keuren, in ontvangst en uitgaaf ad f 3947.85'/2. Ten aanzien van het verzoek van J. J. Claasson, weduwe H. N. Tetterode, geven B. en Ws. in over weging aan adressante wegens vestiging in de gemeente in den loop van het derde kwartaal 1887 terugbetaling van schoolgeld te verleenen voor één kind, toegelaten tot de Jongensschool 2de klasse met 1 Augustus jl. en voor twee kinderen, toege laten tot de Leerschool met 1 September jl., van het voor de Jongensschool 2de klasse betaalde over de maand Juli ad 1 en van het voor de Leerschool betaalde over de maanden Juli en Augustus ad f 4, te zamen uitmakende een bedrag van f 5. Naar aanleiding van de vroeger in den ge meenteraad gevoerde discussion omtrent de terug betaling van schoolgeld lager onderwijs by tusschen tyds vertrek uit of aankomst in de gemeente heb- bon B. en Ws. eene voordracht opgemaakt, de strekking hebbende om op de daarby aangevoerde gronden tot de intrekking van de betrekkelijke be paling in de verordening op de heffing van school geld over te gaan. Alvorens die voordracht aan den Raad in te dienen, hebben B. en Ws. haar in handen gesteld van do Plaatselijke Schoolcommissie met verzoek daarom trent haar advies te willon mededeelen. Uit het daarop door haar uitgebracht rapport blykt dat de Schoolcommissie het behoud van de bepaling in hoofdzaak wenschelyk acht, terwijl door haar eene gewijzigde redactie wordt aangegeven, ten einde onbillijkheden, die uit de tegenwoordige redactie voortvloeien, in het vervolg te voorkomen. In een tegelijkertijd overgelegd rapport hebben B. en Ws. hunne zienswijze in deze uiteengezet en zijn, ook na kennisneming van het advies der Schoolcommissie, niet overtuigd dat het geven van restitutie van schoolgeld over 1 of 2 maanden inderdaad noodig is en wel op grond dat hot school geld, vooral wat betreft de scholen 2do klasse, al hier op een zeer laag bedrag is vastgesteld en het slechts verschuldigd is over één kwartaal. De slotsom van hunne beschouwing is datB. en Ws. den Raad in overweging geven de tweede zinsnede van art. 2 van hot Raadsbesluit van 11 November 18S0, regelende de heffing van schoolgelden op de openbare lagere scholen (Gemoenteblad No. 9 van 1882) als volgt te wijzigen: „Voor elk ingotreden kwartaal is hot volle schoolgeld verschuldigd, ook al lieett de leerling het onderwijs over dien ge- heelen tijd niet genoten. By tusschentyds verlaten van de school wordt geene teruggave toegestaan. Echter kan de gemeenteraad, op gemotiveerd ver zoekschrift, aan de ouders of die hen vervangen, welke tusschentyds de stad metterwoon verlaten of zich in de gemeente vestigen, gedoelteiyke terug gave of kwytschelding van schoolgeld verleonen." Ingevolge art. 5 der by de wet van 6 Juli 1867 (Stbl. No. 63) bekrachtigde overeonkomst tusschen het Ryk en de gemeente, doet de gemeento in het Ziekenhuis der Ryks-universiteit tegen be taling van f 0.50 daags per persoon al de stads- zieke armen verplegen, alsmede de zieke armen van andere gemeenten, voor rekening van deze tydeiyk op verzoek der gemeente Leiden te plaatsen, alleen voor zooverre by heerschende epidemieën de beschikbare ruimte toelaat, terwyi na vijf jaren en telkens na verloop van gelyken termyn het bedrag der verpleegkosten opnieuw wordt geregeld in der minne, desnoods door arbiters. Ingevolge Raadsbe sluit van 27 December 1877 is, na onderhandeling met de Regeoring, de bijdrage voor het volgend vyfjarig tpdvak vastgesteld op f 0.75 daags per persoon, welke overeenkomst krachtens Raadsbe sluit van 28 September 1882 voor den tyd van 5 jaren, dus tot 1887, is verlengd. Naar het B. en Ws. voorkomt beotaan 6r geeno termen om in de tegenwoordige regeling wyziging te brengen, zoodat zy, onder overlegging van het betrekkeiyk schry von van curatoren der universiteit, den Raad in overweging geven hun collego te machtigen om de verlenging van de bestaande overeenkomst wederom voor den tyd van 5 jaren aan te vragen. Door den boekhandelaar J. H. Zitman is wederom verzocht continuatie voor de jaren 1888, 1889 en 1890 van do levering van boeken, kaarten, modellen of voorbeelden voor tapisserie- en hand werken ten behoeve van de openbare lagere scho len alhier, terwyi tevens de attesten worden over gelegd van de hoofden der onderscheidene scholen, waaruit biykt dat adressant gedurende tal van jaren zijne verplichtingen steeds met do meeste stiptheid en voortvarendheid heeft nagekomen. Vermits adressant alzoo voortdurend ten meesten genoegen van het gemeentebestuur is werkzaam geweest en de aannemingsprys in alle opzichten biliyk kan worden geacht, hebben B. en Ws. geen bezwaar den Raad in overweging te geven om de onderhandsche aanbesteding voormeld wederom voor den tyd van drie jaren te verlengen. Het handengeklap by het eerste optreden is de hoofdzaak niet, maar wel hot algemeen gevoel, dat zich by het scheiden openbaart. En hoe moet dat gevoel nu wel op het wel dadigst zyn aangedaan geweest van hen, die het „eerste gewoon concert" der Leidscho Maatschappy voor Toonkunst in dit seizoen bijwoonden. Inderdaad bleek de grooto roep, welke het Ber- lynsche Philharmonisch Orkest van Scheveningen naar hier was voorafgegaan, geenszins te groot geweest te zyn; want volmondig kan verklaard worden dat de wyze, waarop dit orkest het pro gramma ten gehoore brengt, waarop het do werken der groote meesters doet sprekon en den toehoorders doet genieten, tot de zeldzaamheden behoort. Het goheele, volledige samenspel, de byzondere inachtneming der fijnste pianissimo's, de innigheid es de gloed, welke in elke voordracht immer door straalden, de zuiverheid, welke zich in alles ken merkte, en nog tal van waardeerbare eigenschappen meer, welke by dit gezelschap op den voorgrond tradenverder de hoog gespannen aandacht, waar mede elk nommer, niet het minst het met zoovee bezieling uitgevoerde voorspel en de slotscène uit Wagner's „Tristan und Isolde," alsmede de heerlyke vertolking van Sarasates fantasie voor viool over motieven uit Gounod's „Faust" van den heer L. Bleuor, om van de andere keurige nommers niet te spreken, gevolgd werd, waren even zoovele biyken dat men hier meesters, aan den dienst der kunst gewpd, voor zich had. Met genoegen meenden we één hunner zelfs als een vroegeren stadgenoot te herkennen. Onze ruimte laat niet toe al de schoonheden van het kosteiyko hier in herinnering te brengen. Trouwens, dit zou ook onmogeiyk zyn, want waariyk, ze waren als zonder eind. Daverend klonken dan ook na elk nummer de toejuichingen, soms zelfs twee-, drie- of vier-malen herhaalden in die welverdiende hulde deelde vooral de violist Bleuer, die een ge deelte zpner bovengenoemde voordracht verplicht werd te herhalen, maar ook niet het minst de directeur de heer Gustav Kogel. Een gevoel van dankbaarheid stemde zeer zeker allen by het heengaan van deze plaats, waar èn door musici èn door stadgenooten zoo voor de kunst was geofferdwant ook de zaal was zoodanig be zet, dat noch beneden, noch boven eene zitplaat» open bleef. Met voldoening mogen commissarissen dus op hunne keuze voor dit concert, als gewoon aango- kondigd, maar dat, zoo ooit, werkelyk op den naam van buitengewoon mocht aanspraak maken, terug zien. Eigenaardig was het ook dat, terwyl na Je voltooiing van haren bouw, de inwyding van de tegenwoordige Stadszaal geschiedde met een concert en zanguitvoering door de Maatschappy van Toon kunst, dezelfde Maatschappy, nu haar eerste con cert gaf in deze zaal, nadat zy zich voor het eerst in hare nieuwe, kleurenryke gedaante, waarvan reeds werd melding gemaakt, den volke vertoonde. Vermelding verdient nog dat dit concert het eenige is, dat door genoemd orkest buiten Scheve ningen hier ter stede gegeven is en dat de direc teur beloofd heeft by een bezoek te Scheveningen ook het volgende jaar met zyne kunstenaars weder hier te komen. Tot op heden zyn door den reetor-magnificu» Dr. S. S. Rosenstein aan de Rijks universiteit alhier voor de eerste maal ingeschreven 115 studenten, verdeeld als volgt: in de rechten 55, geneeskunde 37, godgeleerdheid 12, letteren 7, en in de wis- en natuurkunde 4 studenten. De 2de luitenant A. Tromp van het 4de reg. infanterie, die voor den tijd van 3 jaren by het Indisch leger wordt gedetacheerd, zal den 12den dezer zyne nieuwe bestemming volgen. Toen onlangs de oudste wethouder dezer ge meente, de heer P. I. De Fremery, een verzoek om ontslag als wethouder en Raadslid indiende, zag men hem noode vertrekken. Men moest echter het verzoek van den hoogbejaarden man biltyken. Zij, die hem hoogachtten, vatten terstond het plan op, van die achting by die aftreding te doen blyken. Een groot aantal burgers vereenigde zich tot dat doel en die samenwerking heeft ten gevolge gehad, dal de commissie van uitvoering hedennamiddag om drie uren zich ten huize van den heer De Fremery zal vervoegen om dien werkzamen grijsaard een huldeblijk aan te bieden, bestaan le in twee byzonder kostbare vazen op voetstuk ken, vergezeld van een prachtig album met calligraphissho opdracht en de namen der deelne mers. Des morgens is het geschenk voor belang stellenden in de buiten-sociëteit „Amicitia" ter bezichtiging gesteld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 1