faattcKSïir^ ^Mxuzx2i3a*Kr*M\*ans,'et*B*si(,vm w f- IT inw ttmw/tyeM
GameuKd Nleawe*
Het is overbekend dat liet Neder-
landsche publiek verzot is op loterijen. Van de ver-
sahillende standen heeft de werkman daarin het
leouwenaandeelhij bepaalt zich niet alleen tot onze
Staatsloterij, maar neemt zelfs deel in buitenland-
sche loterijenmen denke slechts aan do Hamburg-
sche. Verlokt door het „zoet gefluit" dat hun bij
het lozen van veelbelovende brieven uit Hamburg,
door handige correspondenten, bij menigte in ons
vaderland verspreid, in de ooren klinkt, kan hij der
verleiding dikwijls geen weerstand bieden on brengt
1>Ü ten slotte Fortuna een offer.
Het nazien dor trekkinglijsten wordt door hem
met belangstelling volgehoudenin den regel is do
deelnemer in loterijen als bovengenoemde daarop
attent genoeg. Niet altijd is dit echter het geval bij
loterijen (premieleeningen), waarvan de uitloting over
een aantal jaren (dikwijls een kleine honderd) loopt.
Het nazien der trekkingen wordt ter bestemder tijd
dan meestal verzuimd. Voor eenige dagen deed in
do dagbladen het bericht de ronde, dat van de be
kende Paleis-lootjes ad f 2.50 nog prijzen onafge
haald zijn.
Daar wjj weton dat in der tijd van deze lootjes
een groot aantal in Leiden is geplaatst geworden,
achten wij het van belang onzen lezers mede te
deolen dat o. a. nog oene kapitale som van f 50,000
onafgehaald is. Deze prijs is reeds in het jaar 18S1
gevallen op Serie 2193 No. 1. Zij, die lootjes bezitten,
radon wij aan hunne nummers eens ter dege na
te zien. Men kan 't maar niet weten!
Over het geheimzinnig voorval te
Apeldoorn de ontvoering van oen 15-jarig meisje
naar Londen wordt aan de „Zw. Crt." uit Zutfen
't volgende geschreven
De Engolsche dame had eeno woning te Boek-
bergen en logeerde daar soms kennissen uit Enge
land. Als hulp-dienstmeisje had zij een jong meisje
uit Beekbergen. Teruggaande naar Engeland wilde
zij dit kind meenemen en vroeg bij herhaling do
toestemming dor ouders. Het kind vertelde dat de
ouders hot goed vonden en herhaalde dit nog den
laatsten dag. Daarop vertrokken de eigen meid en
het jonge meisje een dag vóór hare meesteres.
Eerst nu kwam de vader op raad van den do
minee zijn kind terugvragen en gaf het geval
aan bij den burgemeester. Na onderzoek alhier door
den rechter werd do dame dadelijk ontslagen en
zijn de ouders met een geweldig standje naar huis
gezonden. Zij zeiden niet vroeger aan mej. te
hobben kunnen zeggen dat zij hun kind niet wilden
laten vertrekken, wijl zij op 't land rogge moesten
bindendit ging vóór.
Te Konkum hobbon de slagers den
prjjs van het vloesch met 10 cents per kilo ver
minderd. De veeprijzen zjjn echter in don laatsten
t\jd zóó belangrijk gedaald, dat de slagers nog
ruime winst behalen.
Een hoor uit Groningen hoeft bij een
diner te Brussel champignons gebruikt, die vergiftig
schijnen te zjjn geweost. Hjj is aan de govolgen
everleden.
Het laatste bericht uit Bom a, gis-
teren te Brussel ontvangen, luidt: Heden zijn
brievon ontvangen van Stanley, waaruit blijkt dat
hij met zijne tochtgenooton den 19den Juni goed
en wel in hot. dorp Yambuga is aangekomen. Dit
dorp ligt bij de watervallen van de Aruwimi, op
SS.S.IS0 oosterl. en 1" noorderbreedte.
KOLONIËN.
BATAVIA, 11-15 Juli.
Woensdag 13 dezer is het legercommando van
den aftredenden generaal Pfeiffer op don optrodonden
titularis Haga overgegaan.
Door den afgetreden legercommandant is het
denkbeeld in overwoging gegeven om b(j het kolo
niaal werfdepot te Harderwijk een gepensionneerd
officier van gezondheid van hot O.-I. leger te plaat
sen, tot keuring der manschappen, die herwaarts
gezonden worden.
Uit het kort verslag omtrent den stand van zaken
in ie residentie Zuider- en Ooster-afd. van Borneo,
over do maand Moi jlblijkt, dat de gezondheids
toestand der bevolking ongunstig was en dat in de
vorige maand te Moeara-Teweh eene ziekte is uit
gebroken onder de slachtossen van den leverancier
voor het garnizoen aldaar, doch dat die een einde
nam. Ook te Pengaron (afd. Martapoera) waren
eeuige runderen gestorven onuor dezelfde verschijn
selen als die, welke te Moeara-Teweh werden
waargenomen.
Wij vernemen thans uit goede bron, dat de ka
pitein W. C. Nieuwenhuyzen van Atjeh naar hier
zal komen, om, na de bevordering tot majoor van
den tegenwoordigen adjudant van den legercomman
dant, don kapitein Schneider, tot diens betrekking
te worden geroepen. (B. II.)
De Gouverneur-Generaal heeft aan het opperbe
stuur voorgesteld het vorleenen van titulaire lioogere
rangen in het leger af te schaffen.
Een van den resident van Timor en Onderhoorighe-
den ontvangen tolegram, gedagteekend 2 dezer,
meldt dat de politieke toestand gunstig en de ge
zondheidstoestand naar wenseh was.
Wegens het vertrek naar Europa van den heer
F. W. Cordes, consulair agent van Italië te Sema-
rang, is do heer A. L. Tupker met de waarneming
van dat agentschap belast.
Op den lsten Juli is eene openbare inlandsche
school te Menes-Bantam geopend. De lossen zijn
aangevangen met 103 leerlingen.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zrjn de
volgende beschikkingen genomen
Civiel Departement. Verleend: Een 2-jarig verlof n.
Europa, w. ziekte, aan den opzichter 3de kl. bij de Staats
spoorwegen op Java Th. G. F. Anken.
Ontslagen: Eervol, de bouwk. ambtenaar 2de kl. bij
de Staatsspoorwegen op Java Th. C. Colenbrander, met
ingang van 1 Juli; eervol, wegens volbrachten diensttijd,
de onderschout bij de politie te Batavia F. I. J. Van Haa-
gen: op verzoek, eervol, de 2de commies bij de algemeene
rekenkamer C. C. Hillebrandt.
Benoemd: Tot translateur voor de Fransclie taal te
Semarang F. J. Van Win; tot officier van justitie bij den
Baad van Justitie te Semarang mr. A. W. Blumetot op
zichter Sde kl. bij den Waterstaat S. F. H. Van Baaiten en
J. J. De Zoete.
Tydelijk belast: Met de betrekking van leeraar in
dc Fransclie taal- en letterkunde aan de hoogcre burger
school te Soerabaia M. Wiesing.
Departement van Oorlog. Verleend: Zes maanden
verlof naar Nederland, buiten bezwaar van den lande, aan
den officier van gezondheid der 2do kl. N. Munkeen
2-jarig verlof naar Europa, w. ziekte, aan den kapt. der
inf. H. A. N. Catcnius, aan den lsten luit. der inf. H. F.
Meyer, en aan den lsten luit.-kwarticrmeester bij do milit.
adm. B. C. Scliuylenburg.
Ontslagen: Op verzoek, eervol, w. volbrachten dienst
tijd, met behoud van recht op pensioen, de kapt. der inf.
L. Brongers.
B e v o r d o r d Bij de inf.tot kapt., do lstc luit. A.
Ficard en A. Eriiste; tot lsten luit., de 2de luitenants A.
B. B. Janssen, S. Boodt en T. A. Gelsing; tot majoor, de
kapt. L. Swart; tot kapt., de lstc luitenants J. F. H. Janssen,
T. P. O. Dóderlein De Vin en K. W. Steinmetz; tot lsten
luit., de 2de luitenante J. W. Weyenbergh, W. J. Suydcrhoud
en B. F. Bierraann.
T ij del ij k belast: Met de waarneming der betrek
king van ehef der Ilde afdeeling van het dep. van oorlog
in Ned.-Indiö, met ingang van 13 Juli 1887, de luit.-koloncl
der inf. M. A. Du Croo.
Departement van Marine. Ontslagen: Eervol, de ma
chinist-leerling 2de klasse bij de gouvernements-marine C.
P. Gerscn.
Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europa, wegens
ziekte, aan den lsten machinist bij de gouvernements
marine J. E. Vis.
Benoemd: Tot lsten machinist bij de gouvernements
marine, de ambtenaar op non-aetiviteit G. A. Ter Linden.
Wenken over de hondsdolheid.
Vóór eenige jaren is door den heer G. J. Hen-
geveld, leeraar aan de Rijks-veeartsenijschool, onder
den titel Wenken overdoHondsdolheideen
werkje in het licht gogevén, dat in ruimen kring
verdient bekend te zyn, aangezien de schrijver in
genoemd boekje zyne ervaringen heeft neergeschre
ven op het gobiod der hondsdolheid met bedoeling
om de eerste en voornaamste kenteekenen van en
voorzorgsmaatregelen tegen deze gevreesde ziekte
algemeen bekend te doen worden. Daarom deelen
wy het volgende daaruit medo:
Onbekendheid met de kenteekenen der ziekte is
oorzaak dat vele honden voor dol worden gehouden,
die het niet zyn, terwyl onbekendheid met do
natuur van den hond reden is, waarom vele honden,
dio reeds do beginselen der ziekte bij zich dra
gen, niet opgemerkt worden.
De verschijnselen nu van de hondsdolheid zyn
de volgende
In hot begin der ziekte bemerkt men eenige
verandering in de gewoonte en de gedragingen van
den hond, die opgewekt en vroolyk is met een te
bolderen oogopslag, spoedig toornig wordt, schielijk
aanblaft of weder neergedrukt, gevoelloos, onop-
morkzaam wordt en oen loensch en wantrouwend
uitzicht heeft.
Hy verschikt gaarne het stroo of de plaats,
waarop hy ligt, springt zenuwachtig overeind, staart
doolloos op een of ander punt, loopt ongerust rond
en drinkt en blaft tusschenbeide. Daarop verdwynt
zyne ongerustheid en wordt zyn oogopslag somber.
Hy blaft vreemde personen en honden sterker aan
en likt de laatste meer dan gewoonlijk. Bij het
toenemen der ziekte wordt zijne stem lieesch en
het geblaf schor; dit wordt eene soort van gebral
en heesch gehuil. De dorst wordt voortdurend hevi
ger en het slikken gaat bezwaarlijker, terwijl hij
zich gadrne verbergt.
De bijtzucht neemt toehij knaagt aan alles, bij
voorkeur aan koude voorwerpen. Dit is ovenwol
geen doorgaand verschijnsel, daar honden, die aan
stille dolheid lijden, steeds de onderkaak laten af
hangen en niet bijten kunnen. Hij heefl veeltijds
overvloedig speeksel in den bolc en krabt reeds in
den beginne met hevigheid een of ander lichaams
deel en wel meestentijds de plaats, waar hij door
een dollen hond werd gebeten. Bij zelfontwikkeling
der hondsdolheid, dus zonder gebeten te zijn, ont-
breokt dit verschijnsel, hoewol het ook niet altijd
voor een standvastig kenmerk te houden is.
Daarna wordt de hond stuipachtig, wordt dan
woedend on tevens zeer gevaarlijk, daar hy alles
wat onder zijn bereik komt, aanvalt. Nu neemt
hij verschillende houdingen aan, loopt nu eens
rechtop en zeer vlug, dan weer met hangenden
kop on staart slenterend rond. De eetlust vermin
dert sterk en al drinkt hij ook schijnbaar, in wer
kelijkheid heeft dat niets te beduiden, omdat hjj
niet kan door eene krampachtige toesnoering der
zwelgkoel- en slokdarmspieren. De brandende dorst
prikkelt hem nu tot razernij en gezicht van
water wordt voor hem eene niet te bevredigen,
pijnigende begeerte. Alles wat op water gelijkt
drjjft hem tot woedo en bjj het toenemend onver
mogen van te kunnen zien en onderscheidon, door
aandrang van bloed naar den kop, verwekken alle
blinkende voorwerpen hetzelfde gevolg.
Als oorzaken van het ontstaan der hondsdolheid
noemt men alle hevig werkende invloeden en harts-
tochton, als: terging, schrik, angst, toorn, onge
regelde dieet, hitte, koude en dorst. Ook kan de
weersgesteldheid het hare er toe hijdragon.
Do beet van een dollen hond is vergiftig en ge
vaarlijk, daar het bloed spoedig naar het hart wordt
gevoerd en de geheele bloedmassa aansteekt. Om
dit te verhinderen moet men zoo snel mogelijk het
lid boven de wond vast omsnoeren, het liefst met
oen elastischen band (broekriem), anders met een
strik of doek, welke met een knevel vast wordt
aangedraaid.
Daarna worden de wonden zorgvuldig onderzocht
en tracht men het vergif te verwijderen door uit
zuigen (wanneer de lippen niet ontveld zijn), uit
branden (met een gloeiend mes, pook of breinaald)
of door wassching met azjjn, carbol-of phenilwater.
De wet van 5 Juni 1875 (Staatsbl. No. 110) tot
vaststelling van bepalingen bjj het voorkomen van
hondsdolheid, is voor velen eene lastige wet en ook
niet minder voor hen, die zo moeten uitvoeren, doch
ze is hoog noodig en in olke gemeente dient ze te
worden toegepast.
INGEZONDEN.
Door het l'Iantsoen.
Geachte Heer Redacteur!
Zoo nu en dan „Musis Sacrum" bezoekende, was
ik gisteren genoodzaakt, evenals vroeger, in hot
Plantsoon over vele plassen te moeten springen en
zakte ik soms tot aan de enkels in den modderigen
grond. Zoo die toestand met het a. s. jaargetijde
daar weder blijft voortduren, dan beklaag ik de
talrjjke bewoners van het Plantsoen, terwijl Uw
abonné, door gedurende de wintermaanden „Musis"
niet te bezoeken, vrij zeker van eene extra dokters-,
kleer- en schoenmakers-rekening verschoond blijft,
U dankende voor de verleende plaatsruimte
Lepden, Hoogachtend,
19 Aug. 1887. Een lid van „Musis\.
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek.
WEEK van 7 tot 13 Aug.
Datu m.
Uur.
Aantal.
Gemiddelde Eng.
Standkaareen.
7 Augustus
7.15 9.15
7
17.5
8
7.15 9.15
7
17.8
0
7.15 9.15
8
17.7
10
7.15 9.30
7
17.7
11
7.15 9.15
8
17.5
12
7.15 9.15
8
17.9
18
7.15 9.30
8
17.7
Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feet 141.6
liters per uur van zulk gas verbrandt in een Sngg'a London-
Argaud-Standard burner No. 1, met 24 gaatjes, ec-n licht
wordt verkregen, dat in sterkte gelijk staat met 17.5, 17.8
ar/.. Standaardkaaraen, waarvan elke kaars 20 grains 7.S
grammen Spermaceti per uur verbrandt.