Wij zaten eene geheelo poos by dien man, aan wien wy zooveel verplicht waren; met vereering aanschouwden wij dien grijsaard, wiens roeping, wiens streven het immer geweest was den kinderen, aan zijne hoede toevertrouwd, het ware, het goede te leeren, wions eenig doel het immer was hen te vormen tot nuttige leden der maatschappij. Wat glinsterde zijn oog, wat was hjj trotsch en tevens gelukkig, toen hjj m(j verteldo dat de moesten onzer vroegere kameraden handelden als wjj, als Matthieu en ik; dat ook zij zich zijner dikwijls herinnerdendat h(j laatst nog een bezoek had ont vangen van Alphonse Klinkers, op het oogenblik ingenieur; dat hij de vorige week nog een brief had gekregen van Benno Dickhausen, controleur in Indiëdat de advocaat Smeets hem gisteren de groeten had laten overbrengen door luitenant Laers- maekers. En over allen sprak hfl met eene geest drift, met eene opgetogenheid alsof hij werkelijk hun aller vader of allen inderdaad zijne kinderen geweest waren. Het was reeds laat, toen wij den terugtocht aan vaardden naar het buiten, door Matthieu Kamp en de zjjnen bewoond; het middernachtelijk uur was reeds lang overschreden toen ik eindelijk in het voor rnjj 'in gereedheid gebrachte vertrek de noodigo rust mocht vinden en het was niet bepaald vroeg in den morgen toen ik don volgenden dag aan de ontbijttafel verscheen. Matthieu zat in een chambercloack gehuld en met pantoffels aan de voeten op de canapé; op iedere knie danste een vrooljjke, blonde krullebol op do maat van het door den vader gezongen: „Zoo rijen de kecren Met hun bonte ldeêren Zoo rijen do vrouwen Met bun lange mouwen", enz. Zij schaterden het uit van de pret; zij klapten in hunne kleine handjes, zy trokken papa aan haren en baard, voor welk vergrijp ZU dan> na eerst har telijk gekust te zijn, op den grond werden neder- gelegd on gerold; de kleinen verhieven zich dan vlug, klommen op 's vaders schoot en het spel begon weder van voren af aan. Allen lachten, allon genoten, allen vergenoegden zich, niet alleen Matthieu met zyn tweetal bengels, maar ook de moeder en de grootmoeder, die dit schouwspel met innig welbehagen gadesloegen. Welk een verschil, welk een onderscheid tusschen het heden en het verleden! Ik heb denzelfden man gezien, versierd met paar- Ion en edelgesteenten, getooid met den hermelijnen mantel; ik heb hem aanschouwd, gehuldigd, geëerd, gevierd door een opgetogen, talloos publiekik heb hem in den rijksten Duitschen schouwburg hooren zingen een lied, schoon en verhoven; ik heb dien man gekend, omgeven door pracht, rijkdom en weelde en toen toen voelde hjj zich rampzalig, ongelukkig. En diezelfde man vertoeft thans in een onbekend dorp, neuriet, slordig'gekleed in eene een voudige huiskamer, een eenvoudig kinderdeuntje, ziet geen in geestdrift verkeeronde bewonderaars, die hem toejuichen en hulde brengen, en toch is hjj vrooltjk, toch is hjj tevreden, toch lacht hy; en die lach, zy is niet godwongen, zjj is waar en natuurlijk, zij vindt haar oorsprong in hot harte. Wat is toch schijn bedriegeljjk, dacht ik en ik kuste de kleine, wilde toehoorders van Matthieu, wier hanssoppen een hevig contrast vormden met de zjjden japonnen en zwarte rokken, welke ik een maal in de opora te Frankfort had aanschouwd. Mei 1887. Gemengd Nieuw» De Am sterdam sche politie deed, naar men verneemt, dezer dagen eene werkelijk goede vangst. Het gelukte haar, van diefstal van twaalf rijksdaalders ten nadeele van twee gras maaiers, uit den Achterhoek naar Amsterdam ge komen, vrjj genoegzaam te overtuigen twee van de beruchtste zoogenaamde kwartjesvinders, met name Barend Vet en Solomon Franschman, die de eenvoudige landbewoners op de bekende wjjze eene herberg hadden binnengelokt. Reeds heeft de recht bank beider aanhouding bevolen en wordt de ver dere gerechtelijke instructie tegen hen voortgezet. Barend Vet werd reeds eenmaal te Amsterdam wegens diefstal tot l'/j Jaar «elstraf veroordeeld. De Amsterdamsche rechtbank ver oordeelde gisteren Maria Cornelia Smit tot zes maanden hechtenis, wegens het werpen met vitriool. Aan den in aanbouw zijn den circus Carré te Amsterdam is een man dood gevallen. Eene gasontploffing had by na het gansche meubelmagazyn van den heer Leopold Do Meutor in de rue de Laeken te Brussel vernield. Aan oen der twee meters, in den kelder geplaatst, waren herstellingen aangebracht. Nu denkt men dat eene opening öf in den meter of in oeno gas buis is ontstaan, waardoor de kelder, welke aan de straat uitkomt, met gas werd gevuld. Gister ochtend bespeurden twee boerinnen rook, welke uit den kelder opsteeg en, even nadat zy hunne bevinding door kreten hadden kenbaar gemaakt, hoorde men eon vreoselykon slag, welke door eene vlam werd gevolgd. De brandweermannen waren spoedig ter plaatse en beperkten den brand; één hunner branddo zich het gezicht en een ander ver kreeg verschillende brandwonden, hoewel beider toestand niet ernstig is. Plet beletten van gasuit- strooming was oene moeieljjko taak, doch men slaagde er spoedig in, zoodat de schade goring to achten is. ™Bij den thans te Olmütz in hechtenis zjjnden roover Schimak zijn aanteekeningen gevon den, in stenographisch schrift, welke eene gehoelo lijst vormden van personen of huizen, die de moeite van een aanval zouden loonen, onder vermolding of het doel al dan niet gemakkelijk te bereiken zou zjjn. Verscheidene van die aanvallen waren uitge voerd en de twijfel, of het wel Schimak was, die ze ondernam, is nu uit den weg geruimd. Van het ongeluk te Zug vallen nog de volgende bijzonderheden te vermelden: Eene vrouw wilde haar op de kade opgehangon waschgoed reddendat kostte haar het levenzy verdween in de diepte met drie om haar heen spe lende kinderen. Gelukkiger was een andor kind, dat in het. water gevallen on door een voorbijgan ger daaruit gehaald was, evon vóór de catastrophe. Huilende en druipende liep het naar huisdat was zijn behoud. Twee heoron, die met elkander liepen te praten, waren juist by het punt gekomen, waar de grond afbrak, toen de eerste huizen verdwenen. Do een kon zich met een sprong achterwaarts red den, terwjjl hy den ander, die een kind aan de hand hield, voor zyne oogen zag wegzinken. De nog half staande gebleven huizen leveren oen droevig schouwspel ophier ontbreekt de gevel, daar het dak; een derde staat scheef, leunende tegen een schijnbaar nog ongedeerd huis, dat straks onder dien last zal bezwijken. Voor een half inge stort huis, dat niemand durft naderen, ligt do wachthond vastgebonden. In sommige stallen hoort men nog rundvee loeien. In eene andere woning ziet men het avondeten op tafel staan, gelijk do bewoners vluchtende alles lieten staanop het dak loopt de huiskat angstig hoen en weder. Er zijn byna 700 inwoners van hunne woning beroofd, by de 4800 overige burgers van Zug onder dak go- bracht; de schade wordt op meer dan een millioen gulden geraamd. Over de oorzaak van hot' ongeluk, dat Zug ge troffen heeft, geeft de beroemde geoloog Albert Beirn uit Zurich in de „Neup Züricher Zeitung" thans oene uitvoerige beschouwing. Hy doet daarin uitkomen, dat hot Zuger meer vroeger grootor moet geweest zjjn, maar door aanslibbing van den oever kleiner geworden is. Dat slib bestaat voor een deel uit grovere on vastere bestanddeelen, voor eet: deel uit kleiachtig bezinksel, beiden voornamelijk van de in het meer uitkomende bergstroomen afkomstig. Plet oude Zug is evenals de wsorstad op den aangeslib- den grond gebouwd, maar do oudo stad op het grovere zand- of steenbezinksel, do voorstad op het kleislib. Dit laatste is in beweging gekomen onder den last van hetgeen daarop gebouwd is; het is weggeperst en hee^t natuurlijk wat daarop stond medegesleept of in elkaar doen storten. Op vrij aan zienlijke diepte ligt onder den vasteren grond van de oude stad ook wel kleislib, maar dat is in den loop der eeuwen öf met de zand- en steendeelen vermengd öf vaster geworden, zoodat er weinig gevaar bestaat, dat ook de grond onder de oude stad in beweging geraakt. To Rathfriland, in het Iersche graaf schap Down, is verleden Zaterdag een man, die vroeger reeds eenigen tjjd in een krankzinnigen gesticht had doorgebracht, maar, ofschoon Dinsdag te voren door de politie aangehouden en voor den rechter gebracht, op vrije voeten was gesteld, om dat niemand onder eede getuigen wilde dat hy een gevaarlijk krankzinnige was, met een koevoet ge wapend, de straat opgestoven. Hjj viel eerst een paar voerlieden, op eene kar gezeten, aan, die echter de zweep over de paarden legden en hem ontsnapten. Zyn eerste slaehtoffer was een oud man, die door hom doodelijk getroffen werd. Zjjn tweede eene bejaarde vrouw. Vervolgens viel liy drie maaiers en eene jonge vrouw aan, die aan het hooien waren. De maaiers verdedigden zich met hunne zeisen en deden hem eerst afdeinzenmaar hjj herhaalde den aanval met zulk eene woede, dat zjj het hazenpad kozen; de vrouw, door hem ingehaald, ontving een slag, welke haar den schedel spleet, en haar vader werd ook door hem neergeveld. Hy kwam later nog oene vrouw tegen, die lijj ook doodelijk wondde. Toon ontkleedde hjj zich en sprong in het meer. Na eene poos gezwommen te hebben, begon hy weer rond te loopen. Maar een oud man ging hem mot eene bajonet te ljjf; de moed scheen hem te ontzinken en hy sprong weer in het moer, om straks evenwel hot volk, dat aan don oever te hoop geloopen was, aan te vallen. Hij werd nu echter weer te water gedreven, waar hij door eenige politie-agonten, die zich to water bogav i na eene hevige worsteling, in hechtenis werd ge; irnen. Zoo onder de bevolking van Rathfriland, uit haat togen de politie, niemand oen eed hoeft willen afleggen em dezen govaarljjken man wedor in een gesticht te doen opnemen, dan is zy, naar de „Globe" aan merkt, zekor erg voor deze stijfhoofdigheid gestraft. Eone vreeselyke misdaad is dezer dagen in oeno dor zwemscholen der aristocratie te Parys gepleegd. Onder do geregelde bezoekers be hoorde ook eene zekore mevrouw D., eene pasge huwde schoonheid, en haar driejarig stiefdochtertje Mathilda. De dame bloef langer in het water dan gewoonlijk en eensklaps begon zjj om hulp te roe pen, daar haar dochtertje verdronken was. Men stelde alle middelen in het work om het kind te redden en men vond het ljjkje met dichtgeknepen vuistjes op het diepste gedeelte. Zooals talryke blauwe plokken aantoonen, heeft de ontaarde vrouw het kind met geweld onder wator gehouden in de hoop op deze wjjze aan een ongeluk te doen golooven. Volgens oene beschouwing in de „Figaro" zou toch het huweljjk van mej. De Cam pos wol degelijk vernietigd zjjn. Immers, zij en haar eerste man waren beiden Spanjaarden en hun huweljjk is door den Paus vernietigd, welke vernie tiging volgens de Spaansche wet kracht van wet heeft. Men zou dus kunnen volstaan door te Parjjs bij de huwolijksakte aan te teokenen: vernietigd volgens de Spaansche wet". Afdoende is dat betoog niet en hot olgons de Fransche wet gesloten burgerlijk huwelijk blijft voor de Fransche wet geldig, zoolang het niet over eenkomstig de Fransche wet is vernietigd. Inmiddels wordt uit Londen gemeld dat de ambte naar, tot wien Mielvacque en mej. De C'vmpos zich hadden gowend, geweigerd hoeft hen in 't huweljjk to verbinden. Tien jaren geleden werd in liet dorp Zechlin, by Rheinsberg, het lijk van een meisje gevonden in een meertje, dat in den omtrqk van dat dorp lag. Men geloofde eerst dat zij vermoord» was door haar vrijer, eon boerenzoon, -Fahnko ge naamd deze werd evenwel vrijgesproken. Vier jaren later trad eene vroegere dienstbode van Mahnko's ouders tegen den vrijgesprokeno als ge tuige op en verklaarde dat hjj met zjjn zwager het meisje had vermoord. Beiden weiden daarop ter dood veroordeeld, welk vonnis evenwel in levenslange gevangenisstraf veranderd word. Nu zou dezer dagen de genoemde dienstbode weer verklaard hebben dat hare getuigonis valsch ge weest was, en dat zij die had afgelegd op aan sporing van een commissaris van politie, zekeren W., die daartoe opzettelijk naar Zechlin was over gekomen. De geheele zaak klinkt zeer geheim zinnig. De rechtbank, aan wie hot voorval t9r ooren is gokomon, heeft reeds een onderzoek ingosteld. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek. WEEK van 3 tot 9 Juli. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaar8cn. 8 Juli 7.45 9.30 7 17.5 4 7.45 9.15 8 17.8 5 7.45 9.15 7 17.7 6 7.45 9.30 8 17.4 7 7.45 9.15 7 17.2 8 7.45 9.15 8 17.4 9 7.45 9.15 8 17.5 Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feet 141.6 liters per uur van zulk gas verbrandt in een Sugg's London- Argand-Standard burner No. 1, met 24 gaatjes, een licht wordt verkregen, dat in sterkte gelijk staat met 17.5, 17.8 enz. Standaardkaarsen, waarvan elke kaare 20 grains 7.8. grammen Spermaceti per uur verbrandt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 10