wordt de lijkkist achteraan in den wagen overge bracht, zoodanig dat dit door aldaar aanwezige vast draaiende rollen zeer gemakkelijk en zonder eonige stoynis kan geschieden. Ook door het aangebrachte dof zwarte lof- en ander beeldhouwwerk in hout heeft het geheel een stemmig, maar niettemin k03tbaar aanzien. Bjj den landbouwer C. v. d. Laan aan den Vjjfhuizerweg by den IJweg, zijn in den nacht van 10 op 11 dezer uit den kelder ontvreemd eenige voer velen niet te versmaden eet- en drinkbare waren, als: een rolstuk, eer.e mand met eieren, eene kruik brandewijn, en eene dito jenever, voorts eene tabaksdoos (berlin zilver) met tabak. Te Hoofddorp komen in vele gezin- non mazelen voor. Ook te Nieuw-Vonnep heeft die ziekte zich ver toond in een paar gezinnen. Te Lei muiden heeft de collecte voor don gewapenden dienst 16.32 opgebracht. Men zal zich wellicht herinneren dat in 1884 ten nadeele van juffrouw R. aan hot Huy- gonspark te 's-Hage, verschillende geldswaardige papieren, tot een bedrag van ƒ110,000 werden verduisterd, geljjk men tevens zal weten dat de Haagsche politie een verwante met haar zoon in Engeland heeft weten op te sporen, die verdacht waren aan die verduistering niet vreemd te zjjn. Daar echter hot onderzoek tot geene ontdekking lsidde, werden de twee personen vrijgelaten. Thans is bjj de politie het bericht ontvangen, dat te Bordeaux zjjn aangehouden de koetsier v. d. H., zyne vrouw en hun 24-jarige zoon, die van de verduistering verdacht worden, daar zjj in 't bezit zyn gevonden van de verdwenen waarde, welke bijna onaangeroerd was en dus weldra in handen der rechthebbenden zal terugkeeren. Het is hierop dat het telegram doelde, in ons vorig nommer uit Bordeaux medegedeeld. Omtrent deze belangrijke arrestatie meldt het „Vad." nader het volgende: Voor een viertal jaren woonde aan het Huygens- park eene bemiddelde burgervrouw, de wed. Robert, in hetzelfde huis als haar schoonzoon, de stalhou der Yan der Heyden. In April 1884 verhuisde de weduwe, waarbij hare dochter haar behulpzaam was. Bjj deze ver huizing werden een pakket effecten ter waarde van ruim ƒ100,000, een paar duizend gulden aan bank papier en eenig goudgeld vermist, waarnaar men vruchteloos onderzoek deed. Wel viel de verdenking op de behulpzame dochter en word na lang aar zolen proces-verbaal opgemaakt, maar bewyzen wer den niet gevonden. De weduwe Robert stierf en liet nog eenig geld na, hetwelk ten doele aan hare dochter kwam, die, daar zjj met huweljjksche voorwaarden was ge huwd, dit kapitaal bleef beheeren. Bijna twee jaren na de verhuizing, 30 Januari 1886, verdween plotseling vrouw v. d. H. uit de residentie, evenals hare kinderen, die mede by de verhuizing geholpen hadden. Van der Heyden was tiidens dit vertrek niet aanwezig, daar hjj volgens zjjn verhaal naar Leiden gelokt was. Zijne vrouw en kinderen vertrokken naar Ant werpen en scheepten zich daar in voor Montevideo. Na dit vertrek mengde v. d. H. en do familie de politie in de zaak, en ten gevolge daarvan werden de vluchtelingen te Madeira achterhaald en via En geland naar ons land teruggezonden, op het laatste gedeelte van de terugreis door den inspecteur van politie Olivier vergezeld. Den 18den Februari kwam het gezelschap via Plymouth in de residentie terug, edoch, het geld werd niet gevonden. Na dit uitstapje vereenigde het gezin zich weder, en bleef aan het Huygenspark gevestigd, om later naar Rotterdam te verhuizen. De politie bleef een wakend oog op de gedragingen van het gezin hou den, ook, toen het naar het buitenland vertrok en zich eerst in Belgie, wjj meenen te Antwerpen, vestigde. Van daar verhuisde men naar Bordeaux, waar het gezin eenige maanden woonde. De politie had onderwijl meerdere gegevens gekregen, waardoor zij meende thans met meer kans op slagen eene aanhouding te kunnen vragen. Dit geschiedde en Zaterdag zou deze plaats hebben. Ofschoon nog niet alle bijzonderheden bekend zjjn, blijkt toch, dat de met de aanhouding belaste agenten geene gemakkelijke taak hadden, althans men stootte op ernstig verzet. Natuurlijk belette dit riet dat vader, moeder en zoon overmeesterd wer den en thans te Bordeaux in de gevangenis ver teeven, in afwachting hunner uitlevering. Hedennacht was de machinist van een goederentrein aan het station Delftsche Poort te Rotterdam door hot onklaar geraken van het romtoestel niet in staat t jjdig te remmen, waardoor de locomotief met tender uit het spoor werden gelicht en terecht kwamen op het perron. De deuren, toegang gevende tot het weeglokaal, werden ver broken. Voor de helft in genoemd lokaal gereden zijnde, bleef het gevaarte overhellende staan. De machinist was tijdig van den trein gespiongen, zoodat persoonlijke ongelukkon niet plaats hadden. Van het materieel is een en ander aanmerkelijk beschadigd. Het verkeor werd geenszins gestremd. Zaterdag-avond zat een man met een meisje op eene bank in het Vondelpark te Amsterdam en scheen twist met haar te hebben. Plotseling haalde hy eene revolver voor den dag en schoot zich voor het hoofd. Zjjn lijk werd per rader- baar naar het gasthuis vervoerd. Met de stoomtram, welke 11 u. 10 m. uit Oosterbeek vertrekt, is op de hoogte van de Klingelbeek zekere \V. Rooseboom uit Oosterbeek overreden. Zjjn lichaam was geheel verminkt en het lydt geen twijfel of hy was terstond een lijk. De man was vroeger in kolonialen dienst. In een gehucht, onder de gemeente Rolde, heeft eene poging tot vergiftiging plaats ge had. Eene vrouw zette haar man eene boterham voor, waarvan hij slechts even at. De onaangename smaak en andere verdachte omstandigheden wekten zjjne achterdocht en brachten hem er toe, den burge meester konnis te geven van het geval. Een voor- loopig onderzoek volgde, waaruit bleek dat op het brood zekere hoeveelheid rattenkruit aanwezig was. De vrouw is reeds gearresteerd. Huiselijke oneenig- heid moet de aanleiding tot deze misdaad zijn. Op 10 dezer kwam te Tilburg een troep Zigeuners aan, bestaande uit 11 personen, die aldaar nachtkwartier hebben gehouden en van de benoodigde voeding zjjn voorzien. Den volgenden morgen werden zy door de marechaussees in de richting van Oorschot vervoerd, om vervolgens naar de Duitsche grenzen te worden gebracht. Door de rechtbank te Arnhem is rechtsingang met bevel van gevangenhouding en instructie verleend tegen J. D. te Nijmegen, ter zake van poging tot vorgiftiging van eene logé van haren meester. De vorige week vertoonden zich in het huisgezin van den arbeider R. to Helmond, verschijnselen van vergiftiging. Na het gebruik van het middagmaal, bestaande uit soep en spekpanno- koeken, word de geheele familie, met uitzondering van twee personen, die van het koude gerecht niet hadden medegegeten, ongesteld. Het bleek den inmiddels geroepen arts dat hier eene arsenicum-vergiftiging had plaats gehad. Door het snel toedienen van tegengif zyn de zieken aan de betere hand, zoodat het gevaar geweken is. De wachtmeester der marechaussee heoft by den win kelier H., by wien de ingrediënten voor de koek gekocht waren, het meel in beslag genomen, ten einde dit aan een scheikundig onderzoek te onder werpen. Van boos opzet is geen sprake. De krankzinnige Frederika Schlös- ser, die de vorige week reeds, volgens vonnis der rechtbank te Roermond, naar het gesticht te Cou- dewater zou zjjn gebracht, vertoeft nu nog te Venloo. Zjj kan in dit gesticht niet opgenomen worden, of de gemeente Venloo moet borg bljjven voor de verplegingskosten, en deze weigert dit voor hare rekening te nemen. Slot, de moordenaar van mejuffrouw Merchié, haar kind en haar nichtje, is gevonden, doch slechts als ljjk. Gansch Roubaix spreekt over het vreeseljjke feit van dezen nieuwen drievoudigen moord. Volgens de „Progrès du Nord" is de beweegreden tot den moord deze: De lijkschouwing heeft aan het licht gebracht dat geene misdadige handeling met de jeugdige meisjes heeft plaats gehad. Zooals men weet, was de moeder van Elodie des nachts ergens anders gaan slapen. Die vrouw toch, vjjf en dertig jaren oud, woonde samen met haren vader en de echtgenooten Merchié. Haar gedrag liet evenwel zeer veel te wenschen over. Zjj had met vrouw Delebecque in de stad eene gemeubileerde kamer in huur. Nu begrjjpt men den door Slot beganen moord Hy vond mej. Delebecque niet en stond zeer vroeg op. Ten prooi aan groote woede wegens hare trouwe loosheid, maakte hjj het mes gereed om haar by hare komst van kant te maken. Toen hjj haar niet zag komen, nam hjj het besluit zich op haar kind te wreken en ging de kamer binnen, waar hjj te werk ging naar gemeld word. Het lijk van den moordenaar is Zaterdag ochtend gevonden in het Ryselsch Kanaal, op het grondgebied van Marcq-en-Baroeul. Slot was een uitstekend zwemmer en men dacht geenszins dat hjj door ver drinking zjjn leven zou aangerand hebben. De ge neesheer, die het lichaam heeft onderzocht, is van oordeel dat de dood Vrijdag nacht is ingetreden. De identiteit van het ljjk is door vele personen, o. a. door Slots pleegvader, bevestigd. De rechter van instructie heeft laatstgenoemde ter plaatse eenige vragen gedaan. Het „Journal de Roubaix" geeft nog hot volgende belangwekkende verhaal: „Het toeval levert somtjjd3 treurige overeenkom sten op. Voor de begrafenis der slachtoffers werd een graf geopend, waarin sedert tien jaren niet meer begraven werd, en nu is gebleken dat de jeugdige Elodie juist op dezelfde plaats is ter aarde besteld als de heer Louis Delebecque, wiens moord plaats had in December 1876." BÜITKNLANI), Frankrltk. In antwoord op de aangekondigde interpellatie van do hoeren Tony Revillon, Camille Pelletan en Laguerre, zeide de minister Rouvier gisteren in de Kamer van Afgevaardigden hoofdzakeljjk het vol gende Toen de regeering zich voor de eerste maal in de Kamer vertoonde, verklaarde zjj te zullen regee- ren met de republikeinsche meerderheid, en ondanks deze verklaring hebben zjj, die haar nu interpellee- ron, haar hun vertrouwen onttrokken. Hjj (Rouvier) stelde een Kabinet samen onder zjjne eigene ver antwoordelijkheid en zonder eenige prossie van anderen. Een minister van oorlog trof het ongeluk, dat zjjn naam gemengd werd bjj eene onwettige manifestatie ter gelegenheid der verkiezing van een afgevaardigde voor het departement dor Seine. (Toe juiching). De spreker laakte niet het persoonlijk gedrag van generaal Boulangermaar, wanneer een militair zich in dergelijk geval bevindt, betaamt het, hem te onttrekken aan het midden, waarin hjj zich bevindt, en hem in de gelederen te doen terugkee ren. Indien het burgerlijk gezag aarzelt, is hot met dat gezag gedaan. Ziedaar waarom een deel der natie hare medewerking aan de nieuwe minis ters weigert. (Toejuiching in het centrum.) "Want welke andere verklaring zou kunnen gegeven wor den aan de ongenade, welke de regeering treft vóór dat zjj nog aan het iverk is geweest? Do minister hoeft reeds een budget aangeboden zonder nieuwe belastingen en een ontwerp tot administratieve her vorming. Men behoort het Kabinet te laten aan blijven om zjjne taak te kunnen voortzetton. „W{j zjjn geen vecht-ministorie", zeide hjj ten slotte; „maar willen de wetten der Republiek doen eer biedigen". Nadat verschillende sprekers het woord hadden gevoerd, werd do eonvoudige orde van den dag, waarmede da regeering verklaard had zich te ver eenigen, met 882 tegen 120 stemmen aangenomen. Naar men in de Couloirs verhaalde, zou de heer Floquet, ten gevolge van het incident-Laisant, zjjn ontslag als voorzitter der Kamer in handen hebben gestold van den vice-president. OrMt-Brl»a««H> Het Hoogerhuis heeft gisteravond bjj derde lezing aangenomen het wetsontwerp betreffende het Man chester-kanaal en dat tot vergemakkelijking der overdracht van grondbezit; voorts bjj eerste lezing de wetsvoordracht op de strafvordering in Ierland. De oppositie had zich er tegen verklaard dat de tweede lezing van laatstgenoemde voordracht op heden werd bepaald. Lord Salisbury bepaalde toen de tweede lezing op aanstaanden Donderdag. In het Lagerhuis verklaarde sir James Fergusson dat het verbljjf van sir Henry Drummond Wolff te Konstantinopel mot twee dagen is verlengd. De correspondentie over de Egyptische conventie is heden op het bureau van het Huis nedergelegd. De heer Ritschie heeft tegen aanstaanden Maan dag een wetsontwerp aangekondigd, waarvan de strekking is aan de boerenarbeiders het kleine grondbezit te verzekeren. De heer A. Balfour stelde de tweede lezing voor van het ontwerp op het Iersche grondbezit, en kondigde een amendement aan, waarbjj de koopers van pachtgoederen onder de werking der wet van 1870, en de koopers van kerkeljjke goederen krach tens die van 1869, op geljjken voet worden go-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 2