De magnetiseur R. en de tuiman D. J., die ver leden week Maandag hadden terechtgestaan als appellanten van vonnissen van het kantongerecht te 's-Hage, waarbij z\j wegens onbevoegde uitoefe ning van de geneeskunst ieder tot 25 waren veroordeeld, zijn door de rechtbank van alle rechts vervolging ontslagen, wijl niet ter terechtzitting is gebleken dat zij een bedrijf hebben gemaakt van de door hen verrichte handelingen. De 36 jarige kleermaker K., geboren te 's-Hago, thans zonder vaste woonplaats, stond tevens voor de rechtbank terecht wegens het schrijven van een brief, bevattende de bedreiging met brandstichting, aan den eigenaar van de tent „Het Nieuw Paviljoen" aan den ingang van het Haagsche Bosch. Deze brief hield in dat als de geadresseerde des avonds niet 25 op een aangewezen plek nabij het Hertenkamp bracht, zijn paviljoen geheel in brand zou gestoken worden. In plaats van geld trof bekl. op de bestemde plek een rechercheur van politie aan, dio hom naar het politiebureel bracht. Beklaagde bekende den brief te hebben geschreven. Hij zeide niet naar de afgesproken plaats te zijn gegaan in de meening het geld werkelijk te vin den, maar in de hoop door de politie te worden aangehouden. De vordering van subst.-off. van justitie mr. IIuls- hoff, strekte tot veroordeeling van bekl. tot 6 maan don gevangenisstraf. De verdodiger, mr. J. E. Boddaert, meende dat geloof moest worden geslagen aan bekl's. bewering dat hij den brief geschreven had om van de straat te komen en schetste zjjn cliënt als geen misdadi ger van beroep, doch als een ongelukkig wezen, onbekwaam om werk te zoeken. Uitspraak a. s. Donderdag. Ter zelfde terechtzitting waren ook, ieder afzon derlijk, gedagvaard de chef en een blokwachter aan het station van de Holl. IJz.-Spoorwegmaatschappij te Delft, ter zake dat door hun verzuim en hunne schuld den 16den Maart jl. groot gevaar van bot sing tusschen een trein en eene stoomtram be staan heeft. Beide zaken werden echter onbepaald uitgesteld wegens het ontbreken van drie getuigen. Schipper Yan der Zwam van den ree- der J. P. De Mos is gisteren aangekomen te Sche- veningen met een matroos, dio op zee een been heeft gebroken. Hjj werd naar zijne woning ver woord. Het Kurhaus te Scheveningen is aan de Rotterdamsche beurs door een der make laars daar ter stede op beurspolis verzekerd bg 35 binnen- en buitenlandsche verzekeringmaatschap pijen tot een bedrag van ƒ1,110,000. Te gelijk met den heer Gr evenstuk, brievengaarder van Baambrug, is eene te Loener- sloot wonende bejaarde juffrouw, nabij laatstge noemde plaats te water geraakt en verdronken. Het vermoeden ligt voor de hand, dat de juffrouw eerst in het water is gevallen, en de heer G. het slachtoffer js geworden van zijne pogingen tot redding. Te Nijmegen zullen van ge meent e- wege aanplak- en advertentieborden worden inge richt. Het eerste zal worden geplaatst in de Burg poort, tusschen de Burgstraat en het Kelfkensbosch, en zal eene uitgaaf vorderen van ƒ1200. Drie woningen met inboedel en twee pakhuizen, staande in de Blomsteeg te Den Helder, £jn gisteren door eene onbekende oorzaak afgebrand. Er was weinig verzekerd. In een dorp in het hartje van Ru s- land is èên moord gepleegd op aanstoken der go- heele gemeente. Mevrouw Tutschkoff, die na den dood van haren echtgenoot het bestuur over hare goederen, gelegen in het gouverment Pensa, op zich had genomen, had veel last van boeren in den omtrek, waarom zij besloot een houtvester aan te stellen. Deze stelde terstond pogingen in het werk om aan de strooptochten der boeren een einde te maken. Kort daarop vond men hem vermoord in zijne woning. Het bleek dat niet enkele pofsonen, maar eene geheele gemeente het komplot had ge smeed. Zelfs had het dorpsbestuur de misdaad helpen plegen. Het Hof van Assises te Ais (in het Fransche departement der Monden van de Rhóne) heeft een achttienjarig jongeling, Louis Négrel, tot altoosdurenden dwangarbeid veroordeeld. Hjj had in den nacht van 16 Maart 11. te 'Peyrolles een grijsaard van zeventig jaar, Josserand genaamd, in den slaap met eene sikkel zulke wonden toegebracht, dat do ongelukkigo kort daarna stierf. Négrel pleegde deze misdaad alleen om zich van vijftien frcs. meester te maken ter betaling van eene kof fiehuisschuld. INGEZONDEN. Geachte Redacteur, Dezer dagen ontving ik twee gedrukte papioren over hot ontslag van mej. Gripekoven als onder wijzeres aan onze Leidsche Muziekschool. Al bon ik maar een eenvoudig man, on al heb ik zelf nooit muziek geleerd, zoo heb ik toch altijd veel belang in onze Muziekschool gesteld en de jaar- ljjksche uitvoeringen der leerlingen met veel ge noegen bijgewoond; ik heb daarom die beide stuk ken met veel attentie doorgelezen, maar ik moet bekennen dat zij mij heelemaal in de war hebben gebracht. Toen ik in de circulaire van het bestuur die aanhaling las van art. 8 van het contract: „voor zanglessen buiten de Muziekschool, in hare vrije uren te geven, zal mejuffrouw Gripekoven bere kenen 3 gulden per uur", dacht ik bij mij zeiven dat is een verstandig artikel; zoo blijven de privaat lessen van juffr. G. altijd voel duurder dan do lessen der Muziekschool en kan de juffrouw er nog wat bij verdienen zonder dat do School hier door benadeeld wordt. Maar nu krijg ik dat stuk van die andere lieeren te lezen en daar staat in, dat het woord zanglessen natuurlijk in denzelfden zin moet worden opgevat als in het reglement van de Muziekschool, welke aan de onderwijzeres, onverschillig het aantal leer lingen, ongeveer ƒ1.70 per uur vergoedt. Wat het reglement der Muziekschool met do particuliere lessen van juffr. G. te maken heeft, begrijp ik niet best; ook vat ik niet goed, wat do hoeren eigenlijk met die heele redeneering bedoelen. Ik denk dat zij van meening zjjn dat juffr. G. aan verschillende leerlingen in hetzelfde uur les kan geven, mits die dan te zamen 3 per uur betalen. Dus, wanneer zjj bijvoorbeeld zes leerlingen in een uur neemt, betaalt elke leerling per uur maar vijftig centen. Zoo worden de privaatlessen veel goedkooper dan de lessen aan de School en nu kan ik mij met mijn eenvoudig gezond verstand maar niet begrijpen dat dit nu de ware bedoeling is van art, 8 en waarvoor dat artikel dan eigenlijk in het contract geplaatst is. Onder de ondertoekenaars van deze redeneering zie ik mannen, die om hunne wetenschappelijke kennis beroemd zijn tot ver buiten Leiden en zelfs ver buiten Nedefland. Zulke mannen zullen die zaken dus wel beter kunnen beoordoelen dan een eenvoudig burgerman, zooals ik ben, maar Mijnheer de Redacteur, al bon ik maar een eenvoudig bur german, toch heb ik zoo mijn eigene denkbeelden van eerlijkheid en goede trouw, al zijn die dan misschien wat oudorwetsch, en daar laat ik mjj door alle geleerde hoeren van de geheele wereld niet van afbrengen. Weet u wat mij bijzonder is opgevallen? De uitlegging van art. 8 is toch eigenlijk eene rechts- quaestie, en Wy hebben hier in Leiden, zoo onder de professoren als onder do advocaten, mannen, die als rechtsgeleerden een grooten naam hebben en van die allen heeft geen enkele het stuk der geleerden mede onderteekend. Mot de groeten aan uwe familie verblijve ik, Leiden, Uw dw. Dr., 24 Mei 1887. Jacod Eerlijk. BUITENLAND. Frankrijk. til den stand der kabinets-crisis is tot dusver nog weinig verandering gekomen. Men meent in sommige kringen te mogen aannemen, dat de heer De Freycinet, die weigerde bij de tegenwoordige partijverhouding in de Kamer het bestuur te aan vaarden, toch ton slotte eone laatste poging zal doen, met de volmacht van Grévy om desnoods tot Kamer ontbinding over te gaan. Intusschen bevat de „Corr. Havas" eene eerste ministeriëele lijst, welke echter nog allesbehalve vertrouwen verdient. Daarop komen voorRouvier, financiënFlourens, buitenlandsche zakenFallières, binnenlandsche zaken; Spuller, onderwijs; Rivière, landbouwYves Guyot, handelNaquet, posterijen Boysset, justitie; Raynal, marine. Deze mannen behooren grootendeels tot de „Union des Gauches," voor het kleinere deel tot de radicale linkerzijde. De minister-president aera eerst op het laatste oogenblik worden aangewezen. Doch op deze lijst ontbreekt de minister van oorlog, en zoolang over de bezetting van dezen post niet is beslist, zweeft alles in de lucht. By de Zondag te Parijs gehouden verkiezing van een lid der Kamor van Afgevaardigden is de heer Mesureur, revolutionair en voormalig president van den Parijschen gemeenteraad, met groote meerder heid gekozen. Mon woet dat de aanhangers van generaal Boulanger van deze gelegenheid hebben, gebruik gemaakt voor eene soort van manifestatie, ofschoon zijne candidatuur niet ernstig gemeend kon zyn, daar hij als generaal in actieven dienst niet verkiesbaar is. Hy verkreeg nagenoeg 40,0.00 stemmen. De bladen, welke de party van Boulanger zijn toegedaan, maken voortdurend melding van veler verlangen naar Boulangers aanblijven, waaronder vooral genoemd worden de generale raden van Ob- beville, Charenton, Raincy, Saint-Ouen en vele an dere revolutionaire comités, alsook van een schrij ven door vele soldaten van het leger te Parijs on derteekend en dat aan Rochefort is gericht. Deze ijverige lezers vai de „Intransigeant" maken er nier, de minste bedenking tegen te verklaren„Het gansche leger wil, dat Boulanger aanbljjve! Ware hjj geen minister van oorlog meer, dan zou dit ein ongeluk zijn voor Frankrijk, dat vertrouwen in hem heeft, en eene roden van vertwijfeling voor de marine, welke haar generaal eene groote liefde toedraagt. Officieren en soldaten hopen, dat de le- ger-chef minister van oorlog blijven zal." Sinds Zondag wordt op de boulevards te Parys geroepen „Leve minister Boulanger." De bevolking blijft evenwel nog kalm. De manifestatie der Blanquisten op Père Lachaise liep goed af, hoewel opgewonden redevoeringen gehouden en roode banieren ontrold werden. Nadat men echter eenige graven en de plaats, waar de communards doodgeschoten wer den, had bezocht, ging men rustig uiteen. Vele re denaars pleitten voor Boulanger en kondigden eene nieuwe manifestatie te zijnon gunste aan. De Kamer van Afgevaardigden heeft hare zittin gen tot a. s. Donderdag verdaagd. Heilig. Omtrent de dynamiet-ontploffing te La Louvière verneemt men nog dat in het Hotel do O mmerce, door hot springen van eene ruit, de luitenar i-kolonel Dalhousem en de militaire dokter Chapeauville, die kaart zaten te spelen, werden gekwetst. Te Flénu had eene dynamiot-ontploffing plaats in de woning van den mijndirecteur Labouverie. Gelukkig had men geen menschenlevens te betreuren. Te Cues mes werden revolvers en patronen in beslag ge nomen. Te Vauxsous-Chévremont weigerden de Waalsche werklieden met de Duitsche werklieden te werken. Zij beletten dezen hun taak te verrichten. Het kwam tot dadelijkheden tusschen beide par tijen, die eindigden met de arrestatie var, 9 Duit- schers en 1 Belg. De werkstaking is gisterochtend ook begonnen in het bekken van Luik, voor zooveel Seraing en om streken betreft' De gendarmerie joeg do samen scholingen te Seraing uiteen. Oroot-BrltanniSb Lord Salisbury verklaarde gisteravond in het Hoogerhuis, niet in staat te zijn, ten opzichte van de overeenkomst tusschen Engeland en de Porto betreffende Egypte zooveel bijzonderheden mede te deelen als wenschelijk kan geacht worden. Eerst laat gisternacht was de overeenkomst goteekend. Een goed deel der verschillen tusschen de Porte en Engeland is uit den weg geruimd, maar hoe ver de overeenkomst gaat, is nog onmogelijk te zeggen, daar het ontvangen telegram oenigszins onduidelijk is. De onderhandelingen worden onder gunstige omstandigheden voortgezet. Na de Pink- ster-vacantie hoopt hij verdere inlichtingen te geven. Bij derde lezing werd het wetsontwerp betreffende het kleine grondbezit in Schotland goedgekeurd. Het Huis ging daarop tot 9 Juni uiteon. In het Lagerhuis heeft de heer Howell aange kondigd, dat hij de aandacht van het Huis zal vestigen op het verslag der commissie betreffende beweerd misbruik van openbare gelden door het Londensche gemeentebestuur. Hjj zal voorstellen, dergelijke handelingen te gispen. De heer Bradlaugh zeide dat hij eene motie zal indienen, houdende, dat zekere beambten by het Londensche gemeentebestuur zich aan schending der privileges van het Parlement hebben schuldig gemaakt. Bij de voortzetting der discussie over art. 2 van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 2