Door eon noodlottig toeval geraakte te Reenen de heer W., onderwijzer, te water. Zjjn ljjk is te Eist bij Amerongen opgevischt. Te Meersen is eergisteravond om streeks 8 uren brand ontstaan in de schuur van den landbouwer Hub. Claessens, ten gevolge waar van zes huizen, gelegen in het Kuileneind, een prooi der vlammen werden. Gisterochtend te 5 uren brak andermaal brand uit in diezelfde straat, waarbij drie huizen in de asch werden gelegd. De afge brande huizen waren alle verzekerd. De oorzaak van beide branden is onbekend. Het b o y c o 11 en w o r d t te G r o u w n o g voortdurend toegepast op den molenaar V. d. L., wiens molen onlangs is afgebrand. Daar echter de stationskoffiehuishouder zich aan het verbod niet stoorde en den geboycotte melk en boter waagde te leveren, werd ook hy in den maatregel begrepen. Op een aan de muren aangeplakt papier werden zelfs de reizigers gewaarschuwd, dat, als zij in het stationskoffiehuis verteringen maakten of er gingen logeeren, zij in Grouw niets zouden kunnen ver- koopen. Nu werd het den koffiehuishouder al te erg, h\j eindigde met zich naar den wil van de boycotters te schikken en de ban over zijne inrich ting werd hierna opgeheven. Eene hevige vechtpartij ontstond er gisteren tusschen twee boeren te Njjswiller (Wittem) waarbij de een den ander den halven neus afbeet. Uit Christiania wordt bericht dat de „Vardohuus", die op de walvischvangst uitging, voorbij Mandal met 48 van de 50 man aan boord is vergaan. Te Birmingham heeft eene jonge moeder, toen zij vernam dat haar eerste kind blind ter wereld gekomen was, zich in eene vlaag van wanhoop daarover verdronken. Toen do vader dit vernam, sprong hij op dezelfde plaats in het water en verdronk eveneens. De ongeveer duizend passagiers van de „Scotia", die by Fire Island op het strand werd gezet, zjjn er gelukkig af- en te Nieuw-York aangekomen. Zij hadden echter groote ontberingen geleden en moesten terstond van het allernoodigste worden voorzien. De nachtelijke aanvallen worden te Brussel meer en moer gewoonte. De boosdoeners „werken" hoofdzakelijk in de wjjk dor „Marolles." Na middernacht wordt de „rue Haute" inderdaad een moordhol. Een bewoner dier straat, die deze week des nachts thuiskwam, was het slachtoffer eenor overrompeling. Eenige personen kwamen plot seling te voorschijn, vielen hem aan, wierpen hom op den grond en ontnamen hem zjjn horloge en ketting. Hy heeft aangifte van de zaak gedaan bij do politie, dio er ovenwei nog niet in geslaagd is de daders op te sporen. Uit Manilla wordt gemeld dat aard bevingen gevoeld zijn op vele plaatsen der Philip- pjjnen en wel in hot bijzonder te Lugon, zonder evenwel veel schade te veroorzaken. In enkele kringen te Weenen meent men met zekerheid te weten dat het huwelijk tus schen den kroonprins van Italië en de aartshertogin Margaretha, dochter van aartshertog Karei Lodewijk van Oostenrijk, hoogstwaarschijnlijk en wel zeer spoedig oen feit zal worden. Do drievoudige moord in de rue Montaigne. - Naar men reeds weet, heeft het nog steeds voortgezet wordende gerechtelijk onderzoek groote vorderingen gemaakt en is een overtuigend bewjjs gevonden ten laste van den beklaagde dooi de verklaring van juffrouw Sabattier bij den rechter Guillot. „Ik kom", zeide zij tot dezen, „bjj u eene zware en moeielijke taak vervullen, die mjj door mjjn geweten is opgelegd. Zoo ik alleen naar de stom van mjjn hart geluisterd had, zou ik niet hier zijn. Door zeker gevoel, hotwelk gij bost kunt begrijpen, heb ik tot heden beproefd mjjn beminde tegenover u als onschuldig voor to stollen. De drijfveer daartoe is hoogst eenvoudig. Ik dacht eerst werkelijk dat hij onschuldig was. Nu ik evenwel inzie dat alles zjjne schuld bewijst, kom ik hier eene bekentenis afleggen, van welke ik weet dal Prauzini's lot af hangt, en toch kan ik niet langer de waarheid be mantelen." De heer Guillot kwam haar geheugen te hulp en zeide: „Pranzini heeft den nacht van den moord niet ten uwen huize doorgebracht." „Neor.," antwoordde mojuffrouw Sabattier, terwjjl zij hot hoofd op de borst liet zinken en een snik onderdrukte. Die bokontenis had de heer Guillot noodig en daarom draalde hij niet ze uit te lokken. Denzelfden dag hoorde li ij nog eene treffende getuigenis, die van zekere dame X. Op zekeren dag nl., toen deze dame bjj juffrouw Sabattier was en Pranzini niet zag, vroeg zij naar diens gezondheid, waarop hare vriendin antwoordde: „Ik weet niet wat hij doet, hjj heeft hier van nacht niet geslapen." De heer Guillot was dus nu zeker Yan do zaak. De verklaring van mej. Sabattier werd afgelegd in bjjzijn van Pranzini. „Het is niet waar," riep deze. „Het is waar," hernam de vrouw, „en spreek ook gjj nu de waarheid; ik bezweer het u bjj uwe moeder en bij al wat u dierbaar is." „Ik weet niet wat men van mjj hebben wil," liet Pranzini er op volgen, zjjn stelsel van ontkenning volhoudende. „Ik weet van de gansche zaak niets af. Zjj vergist zich; ik ben wel thuis gekomen, maar zjj zag mjj niet; zjj sliep en ik ging op een canapé liggen, om haar niet te storen." Er was verder niets uit hom te krjjgen. De rechter van instructie wenschte mej. Sabat tier geluk met de overwinning die zjj door hare thans afgelegde verklaring op zich zelve behaald had, en de vrouw verliet hierop het vertrek geheel ontdaan. Voorts heeft vrouw Antoine, de keukenmeid van mej. Regnault, hem herkend als de persoon die op drie verschillende tijdstippen in de woning der vermoorde is gekomen, onder voorwendsel van eene schilderij te retoucheeren. Luidons latere berichten heeft mej. Sabattier aan den rechter van instructie nader nog de volgende verklaring afgelegd: Den dag van halfvasten, om streeks 5 uren, dus 12 uren na den moord, kwam Pranzini mjj opzoeken. Hij was zeer bleek en scheen zeer lijdende. Hij noodigde mij uit om in eene restauratie te gaan dineeren, hetgeen ik aannam. Eenmaal daar gezeten in een hoekje, waar wjj alleen waron, vertelde Pranzini mjj dat hjj den afgeloopen nacht oen verschrikkelijk tooneel had bijgewoond. Hij was tegen 10 uren 's avonds een bezoek gaan brengen aan een zjjner vriendinnen, mej. Regnault, rue Montaigne No. 17, en gebruikte al pratende bjj haar oen kop thee, toen er gescheld werd. Mej. Regnault, zoo had Pranzini verteld, verzocht dezen toen in eene kast te gaan, midde lerwijl zjj den lastigen bezoeker zou ontvangen, dien zjj zeer spoedig zou wegzenden. Pranzini, altjjd volgens diens zeggen, had onge veer een half uur in de hem aangeduide schuil plaats vortoofd, toon hjj geraas buiten hoorde. Zich echter niet durvende vertoonen, kwam hij eerst te voorschijn toen alles weer stil was ge worden en bevond zich toen in tegenwoordigheid van drie ljjken: mej. Regnault, de kamenier en het doihtertjo van deze. Verschrikt, was hjj voornemens hulp te roepen, maar daar hjj plotseling begreep dat men hem van de misdaad zou beschuldigen, vluchtte hij, zonder iemand te verwittigen, keerde huiswaarts en maakte zjjne zaken in orde, om ten spoedigste Parjjs te verlaten. Dit is, zoo voegde mej. Sabattier er aan toe, het verhaal dat Pranzini mjj sidderende heeft gedaan. Eerst den volgenden dag heeft hjj Parjjs verlaten. Na deze verklaringen werd Pranzini gisteren met mej. Sabattier opnieuw geconfronteerd; maar nog bleef hjj ontkennen. Toen zij nu tot hem zeide: „Dan lieg ik dus," antwoordde hjj niet, maar boog het hoofd. Do magistraats-personen gelooven dat mej. Sabat tier wel van den moord afwist en dat zjj het verhaal door haar gedaan, verzonnen heeft om haar beminde uit de verlegenheid te helpen. Men tracht te ontdekken of Pranzini ook de moordenaar is van het meisje Stein in de rue Bergère, dat op dezelfde wjjze als thans, werd vermoord, alsook van zekere juffrouw Vacon, te Marseille. Daags na den moord op de laatste gepleegd, depo neerde Pranzini eene belangrijke som bjj de Fran- sclio Bank. Verder bljjkt nog dat Pranzini ongeveer twee jaar geleden beambte is geweest bjj de Pulman- Cars van Bologne naar Brindisi, doch wegens dief stal werd weggejaagd; daarna was hjj bediende te Napels in een hotel, waar hij ook om dezelfde reden werd weggezonden. Hjj werd hier, zonderling geval, vervangen door zekeren Geissler. Een te Smyrna zeer bekend Turkseh onderdaan, Husni Effendi Baldji, die groote kudden laat weiden in den omtrek van Balashik, een station van den Smyrna-Aidin-spoorweg, werd 5 dezer in de nabijheid dor plaats met twee metge zellen deor roovers overvallen en naar het gebergte gevoerd. Nadat zjjno betrekkingen, die door een der vrijgelaten geleiders van het gebeurde onderricht waren, een losgeld van 500, anderen zeggen van 800 Turksche ponden, betaald hadden, werd Husni met zjjn metgezel weder in vrijheid gesteld. Naar men zegt staat een Grieksch onderdaan, „kapitein- Andrea", vroeger tuinman te Smyrna, aan het hoofd der uit ongeveer 7 man bestaande bende. De re geering heeft nu 30 gendarmes gezonden om de roovers te vervolgen, doch tot dusver heeft men geen spoor van hen kunnen vinden. Een dolle hor.d. De menschen, die Zondag-middag in de „avenue Louise" te Brussel wandelden, hebben eenige oogenblikken in angst verkeerd. Een kleine hond draafde daar met schuim op den bek rond, waarvan het gevolg was dat vele personen het bjj zjjne nadering op een loopen zetten. Een controleur van de tram en een politie-agent vervolgden moedig het kloine, gevaarlijke dier, dat eindeljjk vluchtte in eene kelder-keuken op den Waterloo-boulevard. Daar beet hjj den controleur in den arm, toen deze hem bjj den hal3 wilde grij pen. Do wond werd by een apotheker dadeljjk geheel uitgebrand. De agent van politie mocht or eindelyk in slagen het beestje met zyne sabel den kop af te houwen, waarop het lyk door een voeari s. werd onderzocht, welk onderzoek duidelyk bowoes,. dat het dier door hondsdolheid was aangetast. JBU ïT £0 .NLAND. JBVaukrijk. De Kamer van Afgevaardigden koos gisteren bij derde stemming den heer Spuller tot onder-voorzitter met 223 stemmen, tegen 209, welke op den heer Andrieux waren uitgebracht. De begrootingscommissie dor Kamer verwierp dien dag met 12 tegen 11 stemmen (twee leden onthielden zich) het rapport van den heer Guyot. In de commissie bestond namelyk reeds vooraf het plan, het supplementaire krediet met schrapping van 100,000 franken te verleenen en op die wyze het wantrouwen in de parlementaire kringen, wat de financiën betreft, uit den weg te ruimen. De commissie hield des avonds eene nieuwe byeen- komst, maar is het niet eens kunnen worden over de vaststelling der conclusion van haar rapport, in een voor de aanneming der supplementaire kredieten gunstigen zin. Ten slotte is zy terug gekeerd tot het rapport-Guyot, hetwelk met 13 tegen 5 stommen werd aangenomen. In staatkundige kringen is men het eens dat eene kabinetscrisis moet vermeden worden en het alzoo hoogst waarschynlyk is dat het krediet door de Kamer zal worden toegestaan. Weer is een ambtenaar van het ministerie van oorlog, Eyrolles, ontslagen wegens betrekkingen die hy onderhield met Duitschland. Eyrolles was 8 jaren aan het ministerie werkzaam; hy was alge meen bemind en had 12 jaren in Afrika gediend; hy is gehuwd en heeft 3 kinderen. Men zegt dat ten gevolge van zyn ontslag twee militaire attaché's van groote mogendheden zullen worden terugge roepen; de Fransche politie is in het bezit van eenige zeer compromitteerende brieven, geteekend „Charles". Deze „Charles" wordt thans opgespoord, Belgiö. Onlangs heeft de Belgische regeering aan de rechterlijke macht toegestaan brieven op te oischen van de post-administratie en deze, nadat zy heime lijk geopend en gelezen zyn, terug te geven zonder dat de geadresseerde hot weet, Dit besluit, genomen met het oog op de woelin gen der sociaal democraten, gaf in de Kamer aan leiding tot een heftigen aanval op de regeering. Tevergeefs trachtte de minister van justitie den maatregel te rechtvaardigen, die moest genomen worden omdat de postbeambten niet wilden zwij gen. Zelfs de meerderheid, die de regeering steunt, wil niet dat een brief door den rechter van in structie worde inbeslag genomen en geopend, zonder dat de opening duidelyk worde gemerkt. Vermoe delijk zal de bedoelde vergunning nu spoedig worden ingetrokken. De studenten te Gent hebben met algemeene stemmen op één na eene motie aangenomen, waarbij zij zich verklaren voor algemeonen dienstplicht. Ittilië. De te Rome verschynende dagbladen bevestigen dat het kabinet weder is samengesteld, met op neming van de heeren Crispi en Zanardelli. Vol gens de „Corrire di Roma" zou do heer Farini minister van buitenlanasche zaken worden. Men verzekert dat Leo XIII van de gouver nementen van Weenen en Berlijn depeches zou

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 2