N°. 8294. jDonderdag 3 Maart. A0. 1887. <§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering ran fon- en feestdagen, uitgegeven. LEIDSCÏÏ DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per S maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.06. PRIJS DER ADVBRTENTIEN: Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J, Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incas- seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Gemengd Nieuwt 'tMeest schijnt Mentone van de aard- beving geleden te hebben. Vreeseljjk zijn de ver woestingen, aldaar aangericht. Op vele punten heeft de stad het aanzien, alsof zij gebombardeerd is. Bij de toegangen van het spoorwegstation onder anderen is geen huis ongedeerd gebleven. Overal lagen puinhoopen en allerwege kampeerde de be volking onder den blooten hemel. In cjjfers is de toestand dat 800 huizen zwaar beschadigd zjjn en daarvan 450 gesloopt zullen moeten worden. Voortdurend komen nog berichten, zoowel uit Mentona als uit andere plaatsen des lands, van het overlijden van personen, als gevolg van de wonden welke zjj ontvangen hadden. De minister wacht de rapporten der prefecten van de door de aardbevingen geteisterde departe menten af, om te bepalen hoe groot het krediet zal zijn dat hij bij de Kamers zal aanvragen ter tegemoetkoming in den nood. Middelerwijl heeft hij 10,000 fr. aan den prefect der Zee-Alpen gezonden. De commissie van den departementalen Raad van dat gewest heeft eene som van 17,000 fr. ter beschikking van den prefect gesteld, om voorshands in de dringendste behoeften te voorzien. Naar luid van zeelieden, die met hun vaartuig te San-Remo waren aangekomen, zjjn de aardbevingen ook op zee gevoeld. De schokken waren zóó hevig, dat de bemanning en passagiers aan eene aan varing of aan het stooten op een klip dachten en zich in allerijl naar het dek begaven. De bevolking blijft nog erg angstig. Het bericht dat de beroemde sterrenkundige Flammarion eene herhaling der aardbeving voor waarschijnlijk hield, veroorzaakte opnieuw eene paniek. De prefect der Zee-Alpen seinde dan ook dadelijk naar Parijs om nadere inlichtingen. Flammarion seinde toen terug: „De secondaire schokken, die, gelijk ik verwachtte, zich hebben voorgedaan, werden door mjj voorspeld op grond der overeenkomst tusschen de aardbeving in de Zee-Alpen met die van het vorige jaar in Spanje. „Mochten er nu nog nieuwe schokken komen, wat mogelijk is, zoo zullen die echter op denzelfden grond slechts zeer zwak zjjn. „We kunnen natuurlijk slechts gissen. Maar veel pleit voor de meening dat het thans gedaan is." De oorzaak der jongste aardbeving wordt dooi den Weener geleerde, dr. Falb, toegeschreven aan de in denzelfden zin werkende invloeden van zon en maan. Hjj daarentegen voorspelt eene herhaling der aardbeving op 22 Maart en 7 April, daar dan de invloed van de maan weder zjjn maximum bereikt. Zeer waarschijnlijk zullen de schokken echter veel zwak ker zijn dan die der afgeloopen week. De snelheid, waarmede de schokken door de lucht werden voortgeplant, bedroeg 800 KM. in 't uur, of ongeveer 10-maal sneller dan een sneltrein. Men weet dit, omdat in den ochtend van Woensdag te 7.33 op het seinmographisch toestel van het signalen bureel te Washington de trillingen werden waarge nomen van de aardbevingen, welke in Zuid-Frankrijk en Italië plaats hadden. De inwoners en vreemden, die Nizza ontvlucht waren, komen thans weer langzamerhand terug. De koepel van de kathedraal te Mentone is in gestort. Te Genua heeft men weer schokken gevoeld, dit maal echter van weinig beteekenis. Koning Humbert en de Paus zonden groote som- meu tot leniging van den nood. In het d o r p K r i n i n g b ij B e r n s t e i n (Pommeren) zijn twee ongeschonden hunnebedden gevonden, Te Liverpool is eene vrouw, die als ziekenverpleegster in het hospitaal werkzaam was, ter dood veroordeeld, omdat zij haar dochtertje ver giftigd had, ten einde in het bezit te komen van eenige ponden sterling, waarvoor het leven van het kind verzekerd was. Luidens een telegram uit Saint- Etienne had gisteren eene ontploffing plaats in de mjjnen van Chatelies. Men zegt dat honderd men- schen het leven verloren. Te Souk-Ahras, in Algerië, is over leden de moedige Ahmed ben-Ahmar, die 80 leeuwen en 43 panters heeft gedood. Voor eenige jaren werd hij benoemd tot ridder van het Legioen van Eer, en werd hem door eenige Parjjzenaars een fraai geweer ten geschenke aangeboden. BUITENLAND. De heer Frère-Orban heeft gisteren in de Kamer van Vertegenwoordigers de regeering geïnterpelleerd over de ingediende voorstellen tot versterking van Luik en Namen. Hij begon met eene uiteenzetting zijner denk beelden over de neutraliteit. Voor België is eene gewapende onzijdigheid noodzakelijk, zoowel in zijn eigen belang als in dat der waarborgende mogend heden. België heeft daarom behoefte aan een leger, dat zoo goed mogelijk moet zijn ingericht, opdat de verdediging ernstig zjj en de toegezegde hulp niet geweigerd kunne worden. Hjj ging daarop na wat op dit gebied is voor gevallen sedert 1859, toen het verdedigingsstelsel voor België meer bepaaldelijk werd vastgesteld, nadat het stelsel van 1815 onmogelijk was gebleken. Het stelsel der verspreide forten werd toen ver vangen door dat van bjjeentrekking, gesteund op een geretrancheerd kamp. Een leger van 100,000 man, 30,000 man voor de verdediging der verster kingen van Antwerpen, waar het leger te velde zich kan terugtrekken om het oogenblik van han delen af te wachten, met de medewerking der mogendheid die hare hulp aan België zal verleenen, ziedaar het stelsel in 1859 aangenomen. Thans zjjn slechts vjjf vestingen behouden, namelijk: Termonde, Diest, Luik, Gent en Namen. Volgens de ontwerpers van het plan van 1859, is Termonde daaronder de eenig belangrijke. De citadellen van Gent en Luik zijn slechts nuttig in zoover zij groote middelpunten van bevolking -be schermen en omdat men daar depots van wapenen en ammunitie moet hebben, wanneer het Belgische leger mocht geroepen worden om met de leger macht eener bevriende mogendheid te velde te trekken. De spreker maakte hieruit op dat de mannen van 1859 niet het minste strategische gewicht aan de Maaslinie hechtten, zich daarbij tevens vooral beroepende op het gezag van een Nederlandsch generaal, ter verdere betooging dat in elk geval de vestingwerken aan de Maaslinie onvoldoende zijn om alle toegangen der linie van de Sambre en Maas af te sluiten. Door een en ander was de heer Frère-Orban meer dan ooit overtuigd, dat het belang van het land de verwerping der voorgestelde versterkings- werken eischte. Heden zou de heer Frère zjjne rede vervolgen om uiteen te zetten dat de bedoelde vestingwerken, op zich zelf reeds onvoldoende, ook een gevaar voor het land zouden zjjn. Italië. Ludovico Jacobini, kardinaal en staatssecretaris der Curie, den 28sten Februari des middags, op 55-jarigen leeftjjd, na een smarteljjk ljjden en een langen doodstrijd, overleden, werd den 6den Januari 1832 te Genzano in de Campagna ge boren, werd op jeugdigen leeftjjd opgenomen in de Congregatie der Oostersche Ridders en in 1862 tot pauseljjk huisprelaat benoemd. In het Vaticaan- sche concilie van 1869 bekleedde hij de plaats van tweeden secretaris. Van toen af was hjj in het staatssecretariaat werkzaam, waar vóór allen, kar dinaal Franchi hem met de zaken bekend maakte. Pius IX, die hem in 1874 tot aartsbisschop van Thessalonika in partibus infidelium benoemde, had spoedig Jacobini's staatkundige gaven ontdekt en zond hem nog hetzelfde jaar als nuntius naar "Weenen, waar het hem gelukte den in Oostenrijk dreigenden kuituurkamp door zijne kloeke en te gemoetkomende houding in de kiem te verstikken. Deze voorschool te Weenen maakte dat Jacobini beter dan eenig ander geschikt was om de moei lijke onderhandelingen met Pruisen te voeren. Daarom zond Leo XIII hem in het jaar 1879 naar Gastein, waar zjjne aantrekkelijke persoonlijkheid op Von Bismarck den gunstigsten indruk maakte. In hoeverre de latere verzoening van Pruisen met de Curie toen reeds werd voorbereid, is tot he den nog niet bekend geworden; dat echter het Vaticaan met Jacobini tevreden was, bewijst zjjne verheffing tot kardinaal op den 19den September van hetzelfde jaar en in het volgende jaar zjjne benoeming tot staatssecretaris na het aftreden van Nina, die zjjn onvermogen in de onderhandelingen met Pruisen misschien zelf gevoeld heeft. Met het overnemen der staatszaken van de Curie neemt de naam Jacobini eene beteekenis aan voor de wereld geschiedenis, te meer door de ingrijpende gebeur tenissen, welke onder zjjn bestuur plaats hadden. Groot»Brïlannlë. De heer Howell zeide in de gisteravond door het Lagerhuis gehouden zitting dat hjj een onderzoek wenschte ingesteld te zien naar de beschuldiging, tegen den gemeenteraad van Londen ingebracht, betreffende onbehoorlijke uitgave van gelden uit de publieke kas, om invloed op het Lagerhuis te oefenen ten opzichte van het voorstel tot hervorming van den Londenschen gemeenteraad. Na een debat, dat verscheidene uren duurde, zeide de heer W. H. Smith, eerste lord der schat kist, dat een onderzoek zou plaats hebben, zoodra de heer Howell den aanklager duidelijk opgaf en de regeering de zaak in overweging had genomen. Hij (Smith) zou heden het besluit der regeering kenbaar maken. Men verneemt te Londen, in strijd met de bewering van de Parjjsche „Liberté", dat geenerlei onderhandelingen gevoerd worden tusschen Frankrijk en Engeland voor een modus vivendi, welke aller belangen in Egypte zou bevredigen. Dergelijke onder handelingen kunnon niet plaats hebben vóórdat Engeland gereed is met het formuleeren zijner voorstellen, en de aard dier voorstellen hangt af van den goeden uitslag der onderhandelingen, welke door sir Henry Drummond Wolff te Konstantinopel worden gevoerd, om tot eene afdoende verstand houding met de Porte te geraken. Bulgarije. Een telegram uit Giurgewo, dd. 1 Maart, meldt Gisteravond zjjn alle voertuigen te Roestsjoek ge- requireerd, ten einde met den meesten spoed troepen naar Silistria (eene vesting in het noorden van Bul garije aan den Donau) te transporteeren tot het be dwingen van den opstand van het garnizoen tegen het regentschap. De garnizoenen van Schoemla en Yarna zjjn ook op weg naar Silistria. Kizu-Bey en Grekoff zjjn gisteren te Sofia aan gekomen. Kilcheff blijft te Philippopol. De staat van beleg is in verschillende departementen aan de oevers van den Donau afgekondigd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 5