N°. 8200. JZaterdagg SO eindes*. A0. 1886. Onze Westlandsche markt. Not <§eze iQourant wordt dagelijksmet uitzondering ran fpn- en feestdagen, ait ge geren. Leiden, 19 November. LEID8CH DAGBLAD. PRIJS DEZER, COURANT: Voor Leiden per 8 maanden1.10. Franco per post1-40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17}. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incas- seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Ingevolge de Verordening houdende aanwijzing der plaatsen, dagen en uren voor de verschillende markten, is voor de zoogenaamde Westlandsche markt de Nieuwe Rijn aangewezen van de Hooi gracht zich oostwaarts onbepaald uitstrekkende, en wel op onbepaalde dagen en uren. Meermalen zijn bp B. en Ws. klachten ingekomen over de ongeschiktheid van het aangewezen gedeelte van den Nieuwen Rijn voor deze markt wegens de groote drukte en het hinderlijk leven daaraan ver bonden, terwjjl in de laatste jaren de handel in fruit is toegenomen, zoo zelfs dat op sommige dagen in de week een 50-ta] wagens geplaatst zjjn tusschen do Hooigracht en de Middelstegracht. Bovendien is de passage van rij- en voertuigen langs den Nieuwen Rijn belangrijk toegenomen sedert een tramwissel gelegd is op de Hoogewoerd tusschen Kraaierstraat en Watersteeg, ten gevolge waarvan bij drukke markt de passage menigmaal wordt gestremd. B. en Ws. zouden het daarom wenschelijk achten de Westlandsche markt te verplaatsen, terwijl eene geschikte plaats daarvoor zou wezen de Kalvermarkt, zijnde eene breede straat gelegen aan de evenzeer breede Heerengracht, zoodat die markt alsdan geene stremming van de passage en belemmering van den handel zou veroorzaken. Alvorens een daartoe strekkend voorstel aan den Raad in te dienen, hebben B. en Ws. het gevoelen dienaangaande gevraagd van de Commissie voor de huishoudelijke verordeningen, die in haar antwoord op den voorgrond meent te moeten stellen dat men naar hare meening tot verplaatsen van markten slechts bij hooge noodzakelijkheid en alleen om zeer dringende redenen mag overgaan. Is deze stelling in het algemeen juist, ongetwijfeld geldt zij dan in dubbele mate vooral voor bloeiende markten, zooals de fruitmarkt, en daarom heeft de commissie zich de vraag gesteld, of de redenen, door B. en Ws. aangevoerd, gewichtig genoeg zijn om tot verplaatsing der Westlandsche markt te besluiten. En na nauwgezette overweging dier motieven is zij eenparig tot het besluit gekomen die vraag beslist ontkennend te moeten beant woorden. Tweeërlei redenen pleiten volgens B. en Ws. voor de wenschelijkheid der verplaatsing. Vooreerst de bij hen ingekomen klachten over de ongeschiktheid van de tegenwoordige plaats der fruitmarkt. Uit hun schrijven blijkt echter niet van welken kant die klachten tot hen kwamen. Werden zij ingebracht door de onmiddellijk belang hebbenden bij de fruitmarkt de koopers en ver. koopers dan zou het, juist in het belang van den bloei der markt, van het hoogste gewicht zijn de gegrondheid der klachten aan een ernstig onderzoek t» onderwerpen. Kwamen zjj echter van bewoners van den Nieuwen Rijn zooals de commissie meent uit het schrijven te moeten opmaken dan zou daaruit wel kunnen worden afgeleid, dat de drukte en het leven, aan eene markt gewoonlijk verbonden, voor sommige bewoners hinderlijk zijn, doch niet, dat de tegenwoordige plaats voor de markt zelve ongeschikt is. En alleen ongeschiktheid der plaats, uit dien hoofde zou naar het inzien der commissie tot verplaatsing aanleiding kunnen geven. Zjj kan toegeven, dat de bedrijvigheid der markt op sommige oogenblikken voor enkele bewoners hinderlijk is, doch dit komt haar voor geen voldoend motief te zijn, om de markt, die sinds een groot aantal jaren aldaar gehouden wordt, te verplaatsen. Immers al kwam men daardoor te gemoet aan den wensch van sommige bewoners, die van tjjd tot tijd zich te beklagen hebben over hinderlijk leven, aan andere bewoners zou daarentegen door de ver plaatsing groot nadeel worden toegebracht. De com missie heeft hier op het oog de daar gevestigde herbergiers en winkeliers, die zonder twijfel door verplaatsing der markt aanmerkelijk zouden wor den benadeeld. In de tweede plaats wordt door B. en Ws. ge wezen op de omstandigheid, dat bjj drukke markt de passage menigmaal daar ter plaatse wordt gestremd. Dit bezwaar, dat de fruitmarkt met elke andere drukke markt gemeen heeft, zou alleen tot verplaatsing aanleiding kunnen geven, wanneer uit dien hoofde ongelukken waren te vreezen. En dit betwijfelt de commissie zeer, zoowel omdat, zoover haar bekend is, daar nooit eenig ongeluk, veroor zaakt door de belemmerde passage, plaats had, als omdat de handkarren, waarmede de koopers hunne waar komen afhalen, wel een enkel oogen- blik de passage kunnen stremmen, doch zoo ge makkelijk te verplaatsen zijn, dat die stremming aan de rij- en voertuigen geen noemenswaard op onthoud kan veroorzaken. Ook vernam de commissie dat de voortdurende aanwezigheid van den brug wachter van merkbaren invloed is op de goede orde. De aangevoerde bezwaren tegen het behoud der fruitmarkt op den Nieuwen Rijn komen haar der halve niet afdoende voor, zoodat zij in verband met het voorgesteld beginsel, de verplaatsing dier markt ernstig moet ontraden. Ook na kennisneming van dit afwijzend advies van de commissie, zjjn B. en Ws. niet van ziens wijze in dezo veranderd en blijven zjj overtuigd dat gewijzigde omstandigheden eene verplaatsing dezer markt dringend noodig maken. Op de zoogenaamde Westlandsche markt komen niet de handelaren uit verschillende oorden des lands te zamen om te koopen of te verkoopen, geljjk bjj de beestenmarkt het geval isintegendeel is hiel de handel beperkt tot den aanvoer van groenten en vruchten en den verkoop aan tusschenpersonen door wie die benoodigdheden in de stad worden rondgevent. Zonder eenig bezwaar kan ongetwijfeld de ver zekering worden gegeven dat de plaats alwaar die markt wordt gehouden, van geen noemenswaardigen invloed zal wezen op den aanvoer, wanneer slechts de plaats voldoende ruimte aanbiedt voor de behoefte en toegankelijk is voor wagens en voertuigen. Al moge nu ook door het kiezen eener meer ge schikte en den bewoners minder hinder en last veroorzakende plaats, eenige schade worden berok kend aan enkele neringdoenden of herbergiers, zoo kan zulks geen grond opleveren om niet tot de verplaatsing van de markt over te gaan, wanneer daarvoor gewichtige redenen pleiten. Al ware de schade hier bedoeld van eenige beteekenis, waarvan B. en Ws. nog niet overtuigd zjjn, dan zoude men toch tegen deze bewering kunnen wjjzen op het voordeel door de belanghebbenden tot dusverre ten gevolge van de markt genoten en op de billijkheid dat ook anderen in de gelegenheid worden gesteld die voordeelen op hunne beurt te genieten, evenzeer als het billjjk is dat lasten aan de markt voor de omwonenden verbonden niet altjjd door dezelfde personen worden gedragen. Het gebrek aan ruimte doet zich meer en meer gevoelen, zoo zelfs dat nu en dan de stoepen van de aangelegen huizen moeten worden ingenomen, zeer ten ongerieve van de bewoners. Bovendien meenen B. en Ws. ten ernstigste te moeten ont raden met het nemen van maatregelen in gevallen als de onderwerpelijke te wachten, totdat de onge schiktheid van de plaats door voorgevallen ongeluk ken is bewezen en zij geven er de voorkeur aan door tijdige voorziening bij veranderde toestanden zooveel mogelijk te trachten om de ongelukken te voorkomen. De voorgestelde plaats aan de Kalvermarkt beveelt zich in alle opzichten aan voor deze markt; zjj biedt ruimte aan in overvloed en is gemakkelijk toegankelijk voor vaar- en voertuigen, terwjjl de passage door de marktdrukte in geenen deele zal worden belemmerd. Het iets meer verwijderd zijn van het middelpunt der stad dan de Nieuwe Rijn kan mede geen bezwaar opleveren, daar, zooals werd opgemerkt, door particulieren daarvan geen gebruik wordt gemaakt. Aan de universiteit alhier is het doctoraal examen in de rechtswetenschap met goed gevolg afgelegd door den heer L. Udo de Haes. Den 18den November jl. had de gewone ver gadering van de leden van het departement Leiden der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen plaats. Door den secretaris werd voorlezing gedaan van het verslag van het departement en van die zjjner verschillende instellingen over het jaar 1885-1886. Deze zullen gedrukt worden en den leden worden toegezonden. Daarna bracht de commissie, benoemd tót het opnemen der rekeningen en verantwoor dingen van den penningmeester van het departe ment en van die van de verschillende instellingen, haar rapport uit. Zjj adviseerde tot goedkeuring dier rekeningen, waartoe werd besloten. Tot lid van het bestuur werd, ter vervanging van den heer Aem. W. Wjjbrands, benoemd de heer prof. W. Van der Vlugt, terwjjl voorts werden benoemd tot lid van de commissie voor de Spaarbank, ter vervan ging van den heer W. F. Modderman, de heer C. H. Pleyte en tot leden van de commissie voor de Spaarkas de heeren P. Marks en K. T. Caron. De vergadering besloot daarna tot het verstrekken- van eene buitengewone subsidie van f 200 aan de commissie voor de Leesbibliotheek en hechtte ten slotte hare goedkeuring aan van de commissie voor de Spaarbank ingekomen voorstellen tot reglements wijzigingen. Er bestaat gelegenheid tot verzending dei- correspondentie naar Noord-Amerika door middel van het stoomschip ,W. A. Scholten". Ten postkantore alhier moeten de brieven enz. uiterljjk heden-,. Vrjjdag-avond, om 10.23 bezorgd zijn. Het bericht in verschillende bladen omtrent de Leiderdorpsche kerkelijke procedure is, naar men ons meldt, betrekkelijk onjuist. Voor A. Van- Leeuwen, eischer (verkiezing van kerkvoogden bin nen tweemaal 24 uren) zal pleiten mr. Vaillant; voor de anti-synodale kerkvoogden mr. Addink en voor dr. Van Rhjjn, president-kerkvoogd, mr. Was. De Christelijke Jongelings-vereeniging, ten vorigen jare ruim 20 leden tellende, is door onderlinge twee dracht over de Synode ontbonden. Op het drietal ter benoeming van een predi kant bjj de Herv. gem. te Valkenburg zjjn geplaatst de heerenF. Fortuin te Barendrecht, J. Wiss© te Garjjp en J. Osinga te Aarlanderveen. Den ouders, die kinderen bjj den heer Vlug hebben laten doopen, is aangezegd dat zij als lid maten zjjn vervallen verklaard. Bjj de gisteren te 's-Gravenhago gehouden akte-examens lager onderwijs zijn geëxamineerd 8 mannelijke en 6 vrouwelijke candidaten. Van de eersten zijn 6 en van de laatsten 2 toegelaten. De examens zjjn afgeloopen. Van eerstgenoemden slaag den o. a. de heeren T. Van der Vlist, te Hekendorp J. S. Verburg, te Reeuwijk, en W. M. C. Regt, te Waddingsveen. Bjj het examen te 's-Hage voor de akte middel baar onderwijs is gisteren toegelaten, voor gym nastiek, de heer P. Van der Meer, te Hillegom. Wanneer voortaan sergeanten-milicien in hun nen effectieven graad bij de staande armee wenschen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 1