Z. M. heeft den kapt. J. T. Le Maire, van het
lste reg. inf., tot dusverre a ia suite van het kol.
werfdepot, op non-activiteit gesteld, in afwachting
dat omtrent hem nader zal worden beschikt.
Gemengd Nieawfc
Bij een ingezetene op de Hooge-
woerd alhier, heeft een eend in den tuin aan zeven
jonge eendjes het levenslicht doen aanschouwen.
En dat op 15 November!
B q een twist, welke Zondag-avond
aan den Schenkweg te 's-Hage tusschen twee
werklieden plaats had, en waarby ook eene vrouw
tegenwoordig was, heeft een der twistenden naar
het hoofd van zqn tegenpartij geworpen het in
rood lint omlijst portret van den aanvoerder der
sociaal-democratische party aldaar, welke photo
graphic hy behoorlijk in dat lijstje gevat in zijn
borstzak droeg.
Gisternacht vroeg in het Lamgroen
te 's-Hage een onbekend man aan een heer hoe
laat het was. Deze haalde zijn horloge uit zijn zak,
waarop de man hem dit afrukte en er zich mede
uit de voeten maakte. Tot heden is hq onbekend
gebleven.
Een heer, die Zaterdag-avond aldaar omstreeks
7 uren door de Oranjestraat liep, is aan een groot
ongeluk ontkomen. Een kogel ging hem rakelings
langs het oor. Ondanks vele ingestelde pogingen,
is het niet gelukt den dader in handen te krijgen.
Verscheidene personen in de Oranjestraat hebben
ook het schot gehoord. Vad
Gisteren is te Scheveningen tele-
graphisch bericht ontvangen uit Engeland dat aldaar
zijn aangebracht 16 haringnetten van den reeder
G. Z. Jol, verloren door de bomschuit Vrouw Maria,
schipper J. Jol. Daar schipper Jol nog op zee is,
weet men niet op welke manier hjj ze heeft verloren.
Thans zqn op alle ljjnen der Maat
schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen de
rijtuigen 3de klasse verwarmd.
De persoon, die den moordaanslag
te Geleen heeft gepleegd, is, naar men uit Maastricht
mededeelt, geen Nederlander, maar een Duitscher.
Te Beesterzwaag is een artillerist
bij het opstappen op de tram gevallen en overreden.
Hij was dadelijk dood.
In den nacht van 11 op 12 Septem
ber jl. bevonden zich verscheidene personen in eene
herberg te Berkenwoude, tqdens te dier plaatse
kermis werd gehouden. Onder deze bezoekers bevond
zich ook zekere W. Ooms, die twist zocht en daarom
door G. Vonk, 25 jaren oud, arbeider van beroep,
uit de herberg werd geduwd. Ooms, hierover ver
toornd, kwam weder binnen en bracht Vonk met
zqn mes eene verwonding aan de linkerhand toe,
waarop hq uit de herberg vluchtte, achtervolgd
door Vonk. Al spoedig werd Ooms in een weiland
tot staan gebracht door S. Van Vliet, die hem mede
uit de herberg was achtervolgd. Middelerwijl kwam
ook Vonk daarbij, die, in woede ontstoken over de
hem toegebrachte verwonding, Ooms talrijke ver
wondingen met een mes toebracht aan hoofd en
aangezicht. Ooms werd later door de politie ge
vonden en overgebracht naar zyne woning, waar
hy den volgenden dag overleed.
Vonk had zich Zaterdag voor de rechtbank te
Rotterdam te verantwoorden en werd beschuldigd
van het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel,
dat den dood ten gevolge heeft gehad. Zeventien
getuigen, waaronder drie als deskundigen, werden
gehoord. Tal van bezwarende aanwijzingen werden
ten laste van bekl. aangevoerd. Zoo o. a. hadden
getuigen gehoord, dat bekl. had gezegd: dat hjj
zjjn mes kwjjt was. Later was een mes gevonden,
dat ook aan zekere kenmerken door getuigen als
soortgelijk mes werd herkend als bekl. gewoonlijk
bjj zich droeg.
Getuige Van Vliet verklaarde dat de verwon
dingen Ooms door bekl. waren toegebracht. Ook
de deskundigen, die met de lijkschouwing waren
belast geweest, verklaarden eenstemmig, dat de
verwondingen, welke zjj bjj den verslagene haddon
waargenomen, waren toegebracht met een scherp
snijdend werktuig; dat die wonden sterke verbloe
ding hadden teweeggebracht, en dat deze verbloe
ding den dood ten gevolge had gehad.
Bekl. ontkende Ooms te hebben gesneden; hy
had zelfs geen mes bjj zich gehad.
Het O. M. het woord erlangende, was van oor
deel, dat de schuld van beklaagde aan het hem
ten laste gelegde volkomen was bewezen. De ver
klaring van get. Van Vliet, die in deze eene onder
geschikte rol had gespeeld, kon - meende het O. M.
geheel achterwege blijven, daar er aanwijzingen
genoeg waren voor bekl.'s schuld. "Wat de op te
leggen straf betreft, deze kon, met het oog op de
bestaande provocatie van de zjjde van den ver
slagene, verre beneden het maximum zijn, waarom
het O. M. de veroordeeling van Vonk vorderde tot
drie jaren gevangenisstraf.
Mr. D. S. Van Emden, advocaat te 's-Gravenhage,
als verdediger optredende, trachtte het door het
O. M. aangevoerde te ontzenuwen en vroeg vrij
spraak van zjjn cliënt, subsidiair het opleggen eener
mindere straf dan door het O. M. was gevorderd.
Na re- en dupliek bepaalde de rechtbank de uit
spraak op over 8 dagen. {N. R. G.)
Een der brutale indringersdiete
Eindhoven bij verschillende inwoners, onder bedrei
ging met messen, geld afpersten, is aangehouden
en gisteren ter beschikking der justitie te 's-Bosch
gesteld.
Te Kleingenhout>-Beek (Limburg) is
het huis met aangrenzende schuren en stalling, be
nevens de geheele voorraad van granen enz., toe-
behoorende aan den landbouwer E. Philips, eene
prooi der vlammen geworden. De schade wordt op
800 a 1000 gulden geraamd. Niets was verzekerd.
De oorzaak van den brand is onbekend.
Het mes is te Staphorst naar het
schjjnt nog altjjd het geliefkoosd wapen om twis
ten te beslechten. Daarvan is verleden week ook weer
duchtig gebruik gemaakt, om K. Kappe op de er
gerlijkste wjjze te verwonden. De toegebrachte ver
wondingen aan het hoofd maakten dien persoon voor
zjjne plaatsgenooten schier onherkenbaar, toen hjj
's morgens na het ongeval geheel bewusteloos ge
vonden werd op het erf van Geert Hokse. Kappe is
een zeer oppassend jongeling en adsistent bij den
veearts J. Ubak aldaar. Zijn toestand is hopeloos.
In den namiddag van 13 dezer heeft
aan de Koningshoeve te Tilburg een treffend on
geluk plaats gehad. De hulp-machinist viel van de
stoomtram, welke om halftwee van daar naar Waal
wijk vertrekt; een der wielen ging hem over het
hoofd, zoodat hjj onmiddellijk dood was.
Te Middelbert, in Groningen, vonden
dezer dagen een paar jongens, die op het kerkhof
rondliepen en uit nieuwsgierigheid het lykenhuisje
openden, daar, naar zjj meenden, een lijk. Thuis
gekomen vertelden zq wat zjj hadden gezien, waarop
door eenige mannen een onderzoek werd ingesteld.
Deze vonden echter geen lijk, maar een meisje, dat
nog niet dood bleek te zjjn. Dit meisje was, na
vele jaren in denzelfdon dienst te zijn geweest,
sedert Mei zonder werk en voorloopig bij hare
zuster te Groningen in huis. Na vele vergeefsche
pogingen om een dienst te krijgen, besloot zy buiten
de stad werk te zoeken. Sinds Maandag had zij
rondgeloopen, toen ze eindelijk uitgeput van ver
moeienis en zonder een cent op zak, om onder dak
te komen, op het kerkhof te Middelbert aankwam.
Om zich tegen de koude te beschutten, was zij
in het lijkenhuisje gegaan en daar spoedig bewus
teloos geworden. In dien toestand heeft zij twee
dagen daar gelegen, tot zij gevonden werd. Na een
paar uren gelukte het haar weder bjj kennis te
brengen. Hare bloedverwanten te Groningen, die
hare verdwijning bij de politie hadden aangegeven,
maar toevallig vernamen dat zjj gevonden was,
kwamen haar Vrjjdag-ochtend halen en brachten
haar naar Groningen terug. Waarschijnlijk zal het
echter nog lang duren eer zjj weder hersteld is
en, naar te hopen is, op eene gelukkiger wijze en
met beter gevolg naar een dienst kan uitzien.
Een vreeseljjke m o o r d a an s 1 a g h a d
verleden week in het Noorderkwartier te Parjjs
plaats door een zekeren Eugène Picard. Deze jonge
man had sedert eenigen tijd eene vurige liefde
opgevat voor de dochter van een gepensionneerd
kapitein. P. woonde op eene kleine villa in die
buurt, doch het meisje beantwoordde die liefde
niet en had geweigerd hem weder te zien. Dinsdag
morgen was Picard weder voor het huis der familie
P., en toen hq de dochter des huizes voor een
der ramen zag, dreigde hij haar met eene revolver.
Het meisje, doodelijk verschrikt, ging haar vader
waarschuwen, die te voorschijn kwam. Picard loste
een schot op hem, dat evenwel miste, en vloog
toen woedend het huis binnen, om zijne wraak op
moeder en dochter te koelen. De heer P. kwam
haar evenwel te hulp en kreeg toen een kogel in
den linkerschouder, waarop de moordenaar vluchtte.
De heer P. verkeert niet in levensgevaar.
De Russische troonopvolger las
dezer dagen in een Fransch blad een bericht, dat
zqn gezondheidstoestand als hoogst gevaarlijk voor
stelde. Dadeljjk liet de ontstelde prins eenige artsen
bq zich komen, en beval die om hem op hun woord
van eer de waarheid over zqn toestand le zeggen.
Natuurlijk ontkenden deze eenig gevaar. De prins
liet zich echter met moeite tot rust brongen, fcoo-
dat de czarin bevolen heeft, dat men haar eerst
alle couranten geve, die haar zoon pleigt te lezen,
opdat in het vervolg dergelijke gebeurt on issen ver
meden worden.
De drie villa's, naast „Seinpost" te
Scheveningen, zullen worden verbouwd tot oen hotel.
De heer S. Fermin heeft voor f 39,670 dit werk
aangenomen.
Een hevige wervelwind heeft groote
ongelukken te Cartagena veroorzaakt. Vele perso
nen zqn gekwetst, de schepen in de ho ven hebben
veel geleden, verscheidene zjjn verongelukt, de vuur
toren is bijna geheel vernield.
Engeland wordt ook door aanhou
dende en zware stortregens geteisterd, die, yooral in
Yorkshire, menige overstrooming ten gevolge hebben.
In Yorkshire zjjn verscheidene rivieren buiten
hare oevers getreden, waardoor zeer groote mate-
riëele schade veroorzaakt werd. Verschillende per
soonlijke ongevallen zqn te betreuren.
Twee pachters, welke te paard de Swale wilden
oversteken nabij Longton, werden door den ster
ken stroom van hunne paarden geworpen. Hunne
ljjken werden nabij Mounby teruggevonden, tusschen
een grooten hoop verdronken schapen.
In het Swaledal nabjj Morton Flats wilden vijf
pachters, vergezeld van vier kinderen, in eene boot
de rivier oversteken, toen het vaartuigje kantelde
en al de opvarenden in den stroom vielen. Geen
enkel kon zich redden of gered worden. De negen
ljjken werden, evenals de vorige, aan de sluis te
Mounby teruggevonden.
Het vee, dat verdronken is, is buitengewoon talrijk
BUITENLAND.
f raukrjjk.
Ondanks het verzet van mgr. Freppel heeft de
Kamer van Afgevaardigden, met 379 tegen 45
stemmen, een krediet toegestaan voor de begrafenis
van Paul Bert.
De heer De Freycinet vroeg voorts en krediet
om een jaargeld van 12,000 fr. toe te staan aan
de weduwe van Paul Bert (rumoer x hts en op
de banken der uiterste linkerzijde). Na oen levendig
debat, werd dit krediet met 252 tegen 199 stem
men verleend.
Verscheidene socialistische leden der uiterste
linkerzijde dienden daarop een voorstel in strek
kende om een jaarlqksch pensioen van 1000 fr.
toe te kennen aan de nagelaten betrekkingen van
officieren en soldaten, in Tonking overleden. De
urgentie van dit voorstel werd met 180 tegen 180
stemmen verworpen.
Naar uit Marseille wordt gemeld, is de stand
der Rhone en Durance iets lager, doch het weder
blijft steeds dreigend.
By Avignon is eene algemeene daling, doch
overigens heeft de toestand weinig verandering
ondergaan.
De gemeenschap is nog steeds gestremd.
Evenals de Kamer van Afgevaardigden heeft ook
de Senaat het krediet van fr. 500,000 voor de nood
lijdenden door overstrooming met algemeene stem
men toegestaan. Het voorstel betreffende de begra
fenis van Paul Bert werd aangenomen met 192 tegen
32 stemmenhet ontwerp aangaande het pensioen
voor diens weduwe met 173 tegen 42 stemmen,
Oostenr.-IIoag.-Moiiarchlo.
Graaf Kalnoky, minister van buitenlandsche zaken,
heeft in de zitting der Hongaarsche Delegatie eene
verklaring afgelegd, waarvan het volgende een uit
treksel is:
De minister maakt onderscheid tusschen de zuiver
Hongaarsche en de Europeesche belangen. Wat de
Oostenrqksche belangen betreft, deze berusten op
den grondslag van beginselen en op het recht der
algemeene verdragen.
Het is eene zaak van het hoogste belang, dat
het Berlijnsche verdrag ongeschonden blijve.
Aan de mogendheden en aan Oostenrqk werd
de belangryke en moeilqke plicht opgelegd, er voor
te waken dat het grondbeginsel der autonomische
stelling van Bulgarije, zooals dit by tractaten is
gewaarborgd, niet geschonden worde. Eene moeilijker
taak der regeering bestaat hierin, dat hare han
delingen niet den invloed ondervinden van eene
oogenblikkelijke ergernis, door de houding van