In 't belang der orde. BUI T i'-". jX LAND. FraiiUrjiïc. Men gelooft algemeen dat de Kamer van Afge vaardigden de voorstellen der begrotingscommissie zal verwerpen en het ontwerp der regeering aannemen. In de couloirs van het Paleis der Volksvertegen woordigers werd gisteren veel gesproken over het medegedeelde besluit van genoemde budget-com missie. Algemeen geloofde men dat de minister van financiën Sadi Carnot in het kabinet bljjven zou om in de Kamer zjjne begrooting te verdedigen. Het voorstel om de belastingwetten op het koren tegen Maandag aan de orde te stellen, werd met 259 tegen 231 stemmen verworpen. In den Senaat hield de president de gebruikelijke lofrede op de vier senatoren, die gedurende den va- cantietijd overleden zjjn. Te gelijk met De Lesseps vertrekken heden van Havre naar Nieuw-York tot bijwoning van de onthulling van Bartholdi's standbeeld, o. a. de sena toren admiraal Jaurès en generaal Pélissier; de afgevaardigden Spuller en Desmons; de vice-presi dent van den Parijschen gemeenteraad Deschamps namens de pers is Bigot, namens het ministerie van onderwijs Léon Robert afgevaardigd. De uitvoer van goud uit Frankrijk naar Amerika zal deze week 4 millioen franken bedragen. üilitscliljiii <1. De „Courriere della Sera" verneemt uit Genua, dat drie individu's onder erdachte omstandigheden trachtten door te dringen in de villa van lord Car narvon te Portofino, waar de Duitsche kroonprins met zijn gezin vertoeft. Zij werden gearresteerd en bleken Franschen te zijn, die voorgaven dat zij den kroonprins een verzoekschrift wilden overhan digen. Bij onderzoek bleek echter dat zij geen der gelijk stuk bij zich hadden. Dat men met een mis lukten aanslag op het leven van den toekomstigen keizer van Duitschland te doen zou gehad hebben, blijkt echter ook nog niet. De reiziger in Zuid-Amerika, Rohde, die pas van eene lange reis in Patagonië is teruggekeerd, zal eene nieuwe reis naar die streken ondernemen, en wel naar het gebied van de aan de zuidelijke punt van Patagonië levende Chakko-Indianen. Rohdo heeft zich to Berlijn met een consortium in ver binding gesteld, dat van plan is, vertegenwoordigers van genoemd menschenras naar Europa te doen overbrengen. De kosten der expeditie worden op ƒ30,000 geschat. Groot»IJjfitannlik In eene zitting van de commissie van onderzoek naar de ongeregeldheden te Belfast werd door den inspecteur-generaal der politie verklaard, dat do Protestanten aldaar de politie uit de stad wilden verdrijven en dat zjj het daarop, door aanvallen op de politio-agenten, stelselmatig hadden toegelegd. Zjj beschuldigden de politie van met het katholieke deel der bovolking te heulen. Zoolang die overtui ging by hen bestond, achtte hjj het onmogelijk, voor de veiligheid der politie te zorgen. Hy raadde intusschen bepaaldelijk aan om eene groote reden tot klachten weg te nemen, dat, als er by ongere geldheden vuur gegeven moest worden, dit, indien het eenigszins mogelijk was, door de militairen en niet door de politie te laten doen. Door prins Albert Victor werd "Woensdag 11. een nieuw Victoria-Hospitaal te Burnsley geopend. Voor het by de viering van het vijftigjarig jubileum van koningin Victoria in 1886 op te richten Museum voor Britsch-Indië en de Koloniën zal, naar gemeld wordt, ook door Canada eene aan zienlijke bijdrage gegeven worden: 20,000 pd. st. is door deze kolonie toegezegd. Dat ook de Austra lische koloniën ruim zullen bijdragen, hebben wij reeds gemeld. Men rekent in Groot-Britannië 200,000 pd. st. bijoen te krijgen. België. De Belgische Kamers zullen weldra bijeenkomen. Volgens de Brusselsche bladen zal de zitting nu met eene troonrede in het nieuwe Parlementsgebouw worden geopend. Deze troonrede zal verschillende wetsontwerpen tot hervorming der sociale toestan den aankondigen, benevens de indiening van een ontwerp, waarbij 6,000,000 franken wordt gevraagd, teneinde de overstroomingen der Senne te voor komen. Eerst echter zullen de Brusselsche kiezers ter stembus worden geroepen ten einde een lid dei- Kamer te kiezen ter vervanging van den advocaat Van der Smissen. Voor het eerst sinds langen tjjd zullen daarby de liberalen en radicalen weer samen gaan. Dit is de uitslag eener bijeenkomst, welke de leiders der liberale en radicale veroenigingen hielden. Heden (Zaterdag) te 2 uren is de Brusselsche gemeenteraad in buitengewone zitting opgeroepen, ter behandeling van het voorstel van conversie der gemeentelijke schuld. De directeur der bekende „Société Cockerill" te Seraing, by Luik, baron E. De Sadoine, heeft, wegens verschil van meening met den raad van commissarissen, als zoodanig zjjn ontslag genomen. "Vcx'eeiii^dc Staten. Een der wegens omkooperij in verband met den Broadway-spoorweg te Nieuw-York vervolgde oud wethouders, Saylos genaamd, is naar Canada ge vlucht. Naar aanleiding hiervan zjjn vier zjjner voor malige medowethoudej-s, vroeger in hechtenis ge nomen, maar onder borgtocht op vrjje voeten gesteld, opnieuw gevat, is het bedrag van den borgtocht voor elk hunner tot 40,000 dollars verhoogd en zijn er bevelschriften uitgevaardigd om nog andere in deze zaak betrokken personen gevangen te nemen. De remmers op den Nieuw-York-Ponnsylvania- Ohio-spoorweg, onder wie eene werkstaking was uitgebroken, waardoor hot goederenverkeer zeer werd belemmerd, hebben den arboid weer hervat. Het gerucht, dat de Regoering voornemens was eene wetsvoordracht in te dienen, welker aanneming haar de gelegenheid zou geven krachtiger op te treden tegen pogingen tot rustverstoring, dan de Wet van 22 April 1855 („tot regeling en beperking der uitoefening van het recht van vereoniging en vergadering") toelaat, heeft zich bevestigd. De vorige week is een voorstel tot wyziging dier wet bij de Tweede Kamer ingekomen. Geljjk wel te voorzien was, bowaarde de critiek niet lang hot stilzwjjgen. Het geldt hier dan ook eene belangrjjke zaak, die wèl verdient van alle kanten bekeken te worden. Wjj Nederlanders zjjn zeer ingenomen rnet de verschillende vrjjheden, die de Grondwet ons waarborgt, en die ons door menig volk wordon benjjd; en pogingen, om ééne dier vrjjheden aan beperking te onderwerpen, vinden we natuurljjk hoogst bedenkelijk. Aan den anderen kant moeten we niet uit het oog verliezen, wat tot de indiening van deze voor dracht aanleiding heeft gegevenwaarbjj we niet slechts to letten hebben op de uitwendige gebeur tenissen, maar bovenal ook op hetgeen ze uitlokte. Al zijn we nog zoo naijverig op de nagenoeg onbe perkte uitoefening van zekere rechten, het alge meen belang kan vorderen, dat we ons een offer getroosteneen offer, niet zwaar voor hen die zich geen misbruik van dat recht bewust zjjn, en alleen onaangenaam voor degenen die de bestaande vrijheid willen aanwenden tot het uitvoeren van verderfelijke plannen. De Regeering verlangt meer contrële op bjjeen- komsten en optochten in de open lucht, en op openbare vergaderingen in besloten ruimten. Ten aanzien der eersto worden de bepalingen van art. 18 der wet van 1855 eenigszins uitgebreid, omdat daarin geen „optochten" of vergaderingen waarin door één enkel persoon voordrachten worden gehouden, zjjn vermeld. Tegen deze aanvulling zal wel niemand bezwaar hebben. Ook wordt de gelegen heid geopend, om ze voorwaardeljjk toe te staan, (bjjv. op een bepaalden tjjd, of op eene be paalde plaats, langs een vastgestelden weg of met uitsluiting van zekere zinnebeelden). Geheel nieuw is het artikel, dat den Minister van Binnenlandsche Zaken de bevoegdheid verleent, indien buitengewone omstandigheden in het belang der openbare orde zulks vorderen, „het houden van openbare vergaderingen en optochten in de open lucht, voor een tijd, drie maanden niet te boven gaande, telkens des noodig voor ten hoogste drie maanden te verlengen, voor oene of meer*gemeen ten of provinciën of in het algemeen te verbieden of te onderwerpen aan voorwaarden. Dit gedeelte van het wetsontwerp vindt nogal bestrjjding, ook bjj die organen der openbare mee ning, die de handhaving der orde als een der eerste plichten van het gouvernement beschouwen. Men vreest voor machtsmisbruik, en gaat dan angst vallig na, hoe ver eene reactionaire Regeering, met deze bepaling in de hand, wel zou kunnen gaan, wanneer zjj ducht dat in vergaderingen onder den blooten hemel denkbeelden worden verkondigd die haar mishagen. Wat ons betreft, we hebben getracht iets mede te gevoelen van de verontwaardiging, do' r dit voor stel opgewekt, zonder dat het ons is mogen ge lukken. Men neemt daarbjj niet genoegzaam in aanmerking, dat de uitvooring der wetten geschiedt door verantwoordeljjke Ministers; or is in het art. sprake van buitengewone omstan digheden; en het is, men moge nog zoo wan trouwend zjjn, niet te verwachten dat van dergelijke machtiging gebruik zal worden gemaakt, indien niet op onweerlegbare gronden kan werden aan getoond, dat die omstandigheden werkeljjk aan wezig zjjn. En in dit geval is een krachtig optreden, tot handhaving der inwendige rust, van zóó over wegend belang, dat alle bedenkingen, in to brengen tegen het verleenen van eene bjjzondere volmacht aan do Regeering, daarvoor moeten zwichten. Alleen doelen we het bezwaar, dat in dezelfde alinea eene onbepaalde verlenging van bedoeld ver bod ligt opgesloten. Misschien zou het de voorkeur verdienen, het voorstel zoodanig te wjjzigon, dat verlenging afhankeljjk wordt gemaakt van de goed keuring der Wetgevende Macht. Dat de ambtenaren der politie vrjjen toegang hebben tot alle vergaderingen in gebouwen, waarbjj het publiek wordt toegelaten, staat reeds in de Wet. Alleen is het niet uitgemaakt, wanneer eene vergadering „openbaar" moet genoemd worden, en van deze leemte is meermalen een behendig gebruik gemaakt. Men richt eenvoudig eene fictieve ver- eeniging op, waarbjj iedereen, elk oogenblik, zonder eenige formaliteit, als lid kan toetreden, en houdt, dan met die leden eene vergadering, waar de politie wordt buitengesloten. De Regeering stelt nu voor, de toelating van pers-verslaggevers als criterium aan te nemen. Daar is wel iets t9gen te zeggen. Hoe menigmaal toch vergaderen de leden van b. v. financieele veroenigingen, met toelating van repor ters, omdat het bestuur er prjjs op stelt dat de te nemen besluiten spoedig in wjjden kring bekend worden? Een zekerder kenteeken van eene „besloten" vergadering zou wezen, dat de statuten de konink lijke goedkeuring hebben verkregen; terwjjl dan tevens de erkenning zoo gemakkelijk mogel jjk moest worden gemaakt. Gevaarljjk wordt de alinea geacht, die voorschrijft: „Elke openbare vergadering, waarin of waardoor tegen de bepalingen van deze Wet wordt gehandeld, of waarbij de gestelde voorwaarden niet worden in acht genomen, of waarin, zjj hot ook zijdelings, voorwaardeljjk of in algemeene termen, wordt op geruid tot een strafbaar feit of tot ongehoorzaam heid aan de wetten, of waarin of waardoor de openbare orde op andere wjjze wordt gestoord, gaat op de vordering der politie terstond uiteen." Het is alweer de vrees voor machtsoverschrjjding, die tegen deze bepaling protest aanteekent, en de oogen doet sluiten voor het gevaar, waarmede de maatschappelijke orde wordt bedreigd door de aanhoudende opruiingen, die zoogenaamde volks leiders zich veroorloven. Op de meest perfide wjjze wordt het gif van den klassenhaat gestort in de harten van menschen, die niet genoegzaam ont wikkeld zjjn om de valschheid te doorgronden van de redeneeringen, waarmede men hunne hartstochten in beweging brengt; en zou men dan niet wenschen, dat het openbaar gezag de macht bezit, om den stroom eener zoo heillooze wel(!)sprekendheid te- stuiten, ten einde de gevolgen te voorkomen, die al tjjd neerkomen op het hoofd der misleide menigte? Laat ons toch niet bang zijn voor spoken. Nooit zal eene Nederlandsche Regeering de vrjjheid van het woord kunnen beperken, zoolang de spreker zich beweegt binnen de grenzen eener gepaste critiok; maar geen Staat kan gezegd worden op stevige grondslagen te rusten, indien niet het gezag der wetten vaststaat als een rots. Deugt eene Wet niet, men kan haar veroordeelen en met alle be schikbare middelen op verandering aandringen; maar zoolang zij van kracht is, moet zjj geëer biedigd worden, en zjjn we verplicht, elke poging om tot ongehoorzaamheid aan te sporen, als een misdrijf aan te merken. Verbodsbepalingen behoeven hen niet te veront rusten, die goen plan hebben zich aan de toepas sing bloot te stellen; het is geen vrijheidsofferdat men van ons vergt, als men onruststokers in hunne al te vrije bewegingen wil trachten te belemmeren. En zoolang we eene rechterljjke macht bezitten, zoo onafhankeljjk als de onze, om in laatste instantie uitspraak te doen, kunnen we met allo gerustheid de handhaving van het „recht van vereeniging en vergadering," in de Grondwet gewaarborgd, aan goede handen toevertrouwd rekenen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2