Feuilleton. „Goddank! dat dit nog het gevat isriep Emma. „Kom dan aan mijn borst, mjjne jongen En zy sloot haar zoon aan hare borst en kuste hem; terwijl de tranen op zijn voorhoofd rolden. „Wat is dat, moeder? Gij schreidet?" „Van moedervreugde en moederweelde, mijn jon gen, want nu weet ik, dat gij August Bode en Bduard van Zon voortaan als uwe vijanden zult beschouwen n niet meer zult spelen. Goeden nacht, Adolf. Ik vreesde van nacht een slapeloozen nacht door te zullen brengen. Gij hebt mij mijn geluk en mijne rust wedergeschonken." En ze sprak geen enkel woord meer en ging naar bed. Zeker was het, dat ze dien nacht geen oog look. Maar ook over Adolfs oogen goot de slaap zjjn verkwikkenden balsem niet uit. En toen zij den volgenden morgen in de huiskamer trad, zat de jongeling haar reeds te wachten. „Lieve mama!" riep hij uit, toen hjj haar zag en hare beide handen greep. „Kunt ge mjj verge ven, dat ik mjj zoover heb vergeten, dat ik uwe liefde en uwe lessen heb veronachtzaamd?" „Eene moeder vergeeft spoedig en gewillig, Adolf," antwoordde zij. „Slechts ééne vraag, die ik u moet doen als in de tegenwoordigheid van God, die ons hoortgij hebt toch uwe handen niet naar 't goed van anderen uitgestrekt?" „Neen, Goddank! mama! Zoo ver is 't niet met mij gekomen!" riep de jongeling uit, en er was zóóveel waarheid en oprechtheid in zijne stem, dat Emma geen oogenblik aan zijne verzekering twijfelde. „Dan is er niets te vergeven, mjjn jongen," her nam Emma. „En hoeveel bedragen uwe schulden?" „Ruim veertig gulden, mama," antwoordde Adolf. Zonder een woord verder te spreken, ging Emma naar hare secretaire, deed die open, en haalde er twee bankjes van vjjf en twintig gulden uit. „Betaal daarvan uwe schulden en geef mjj 't overige terug. Ik verlang niet te weten waarvoor en aan wie gij ze betaaltalleen maak ik de voorwaarde, dat niemand meer iets van u te vorderen hebbe." „Maar mama! Gij kunt dat geld zoo moeilijk missen F' „Beter 't geld, dan de liefde van mijn zoon; beter dat metaal op te offeren dan u boeien te laten dragen, die uwe ziel in gevaar brengen. Doch zwijg, daar komt Frits. Noch hij, noch Lucie mogen iets van de zaak weten." En Adolf betaalde zijne schulden en brak voor goed met zijne valsche vrienden. En toen hij zjjn kwartaal ontving, gaf hij mama de drie en veertig gulden terug, en op het rolletje waarin dat geld zat, stond het sierlijk opschrift te lezen „Eene goede moeder is Godsdienst voor den zoon." (Slot.) Van het Feuilleton worden steeds eenige -overdrukken gemaakt. Zij, die door deze of gene reden een nummer missen, kunnen dit aan ons Bureel ad 3 Cents -per ex. completeeren. Gemengd Nlenir» Gisternamiddag is door arbeiders in eene weide, onder Bemmel, een hoogbejaard man in zieltogenden toestand gevonden, wiens naam of woonplaats onbekend was. De ongelukkige, tus- schen de 70 en 80 jaren oud, van beroep vermoe delijk marskramer, is in eene nabijgelegen woning kort daarna overleden. Een twaalfjarige jongen, die dezer dagen met een roeibootje op de Lek voer, had ter hoogte van het Schoonhovensche Veer het geluk, dat een zalm aan boord sprong, die door hem voor een goeden prijs verkocht werd. Uit Canada is te Nieuw-York be richt ontvangen dat de Indianen weder erg huis houden. De Crowfeet stam, in het noord-westelijk territorium, heeft te Hudson de geheele bevolking van eene kleine nederzetting, bestaande uit zes mannen met tien vrouwen en kinderen, vermoord. Vervolgens vielen zij op hun weg al de pachthoeven aanzjj scalpeerden en doodden wel honderd men- schen en staken have en goed in brand. Onder de vermoorden bevinden zich twee Katholieke priesters. Op dertig mijlen afstand van de Amerikaansche grens ontmoetten de Indianen ongeveer zestig ge wapende mannen van den Grosventres-stam, en met dezen geraakten zjj in een bloedig gevecht, waarbij van den eerstgenoemden stam 40, van den tweeden 50 gedood of gekwetst werden. De schade aan dooi de wilden vernielde eigendommen wordt op minstens 25,000 pd. st. geschat. Eene sterke macht bereden politie is uitgezonden en zal waarschijnlijk militaire hulp inroepen. De n i e u w e w e t o p d e d r o n k e n s c h a p in Denemarken houdt o. a. het volgend artikel in „De persoon, die in dronken toestand op den openbaren weg of in een openbaar lokaal zal wor den aangetroffen, zal per rijtuig naar zjjn huis ge bracht worden op kosten van den herbergier, die hem zjjn laatsten borrel zal hebben gegeven." 'Voor het Hof van het Nauw van Calais hebben twee jongens van zestien jaren terecht gestaan, die een meisje van vijftien jaren met mes steken hadden vermoord. Een hunner, Clément Muchembled, een rijke boerenzoon, wiens verbeel ding door het lezen van allerlei romans overprik keld was, had een vriendinnetje, eene boerendochter, Marie Ledent, zeer schoon en op eene kostschool opgevoed. Een vjjand van hem liet een hatelijk liedje op hem drukken en verspreiden. Marie kreeg een exemplaar in handen, hetwelk zjj hem toezond. Clément werd boos en raadpleegde zijn neef, Henri Muchembled, notarisklerk, den geletterde der familie. Deze ried hem, een brief vol grofheden aan het meisje te schrijven, of liever: belastte zich zelren daarmede. Marie werd op hare beurt boos en ver spreidde allerlei min vleiende verhalen betreffende haar gewezen vriend. Nu besloten de neven, haar te vermoorden en vervolgens naar Amerika te vluch ten. Zij kochten, als het meest romaneske middel, twee messen, droegen die in lederen scheeden bjj zich en betitelden elkander in den trant der Rood huiden als „Gezwind Hert" en „Groote Slang." Den 21 sten Mei nu kwam Marie Ledent door een boschje en Clément, die op haar loerde, overviel haar, wierp haar ter aarde, zette haar de knie op de borst en bracht haar zeventien messteken toe. Zjjn neef hield de wacht. Eerst den volgenden avond werd het ljjk gevonden en werden de twee knapen gevat. Alvorens de misdaad uit te voeren hadden zjj eene soort van memorie opgesteld, getiteld„Afgrjj- seljjk drama, waarin zjj in romantischen stjjl de daad in bijzonderheden bjj voorbaat verhaalden. Het tweetal is tot vjjftien jaren dwangarbeid en 4000 fr. schadevergoeding elk veroordeeld. De ge zworenen hadden „verzachtende omstandigheden" aangenomen. KOLONIËN. BATAVIA, 23 27 Augustus. (Vervolg.) Den 24sten Augustus jl. is aan den heer E. P. C. Sol, administrateur van- en jhr. A. L. De Sturler, geëmployeerde op het land Tjiomas, een besluit beteekend, waarbjj hun door den gouverneur-gene raal, den Raad van Indië gehoord, het verbljjf in de afdeeling Buitenzorg ontzegd wordt, met aan zegging dat zjj binnen 14 dagen dit besluit hebben te gehoorzamen. Men zal zich herinneren dat dit besluit in ver band staat met de ongeregeldheden op 20 en 24 Febr. en 19 en 20 Mei 1886 voorgevallen op het particulier land Tjiomas. Uit het officieel verslag van de toenmalige assistent-residenten van Buiten zorg en van de politie te Batavia, aan wie het onderzoek naar de ongeregeldheden op 22 en 24 Febr. was opgedragen, bljjkt, dat een der opge zetenen van genoemd land, met name Apan, met eenige anderen tot wanhoop en radeloosheid ge dreven door het hooge bedrag, waarvoor hjj in de tuinhuur was aangeslagen, en de vexatiën, welke zij van de zjjde van den landheer of diens onder geschikten in andere opzichten ondervonden, openljjk in verzet zjjn gekomen, waarbjj Apan den tjamat, het door den landheer aangesteld en bezoldigd voor naamste hoofd, vermoord en eenige andere politie beambten verwond heeft, en ten slotte, op zijne weigering om zich over te geven, door de militaire patrouille, welke het hoofd van het plaatseljjk bestuur vergezelde, en die hjj gewapend en uit- tartende te gemoet ging, is neergeschoten. Uit zeer goede bron vernemen wjj, dat eene aanzionljjke inkrimping van het onderwjjzond per soneel aan de vier H. B.-scholen in Indië aan staande is. Als er trouwens in iets bezuinigd kan worden, dan is het zeker in het middelbaar onderwijs; n'on déplaise den slachtoffers men spreekt van 13 die in den vorm van leeraren op wachtgeld de be zuinigingswoede kunnen betreuren. Aan het lager ondorwjjs is men aan het tornen tot nu toe echter gelukkig tevergeefs. (J.-B.) Door den resident van Probolingo is het voor stel gedaan om den klerk ten zjjnen kantore F. C. Muller uit 's lands dienst te ontslaan. Door den gouverneur van Sumatra's Westkust is tjjdeljjk met de waarneming der betrekking van assistentwesident voor de politie te Padang belast de controleur der 1ste klasse J. B. Neuman. De kolonel-commandant der infanterie te Wil lem I, J. Visser, is met zjjn staf vertrokken naar Magelang. De van verlof uit Nederland teruggekeerde kapitein der inf. K. A. A. Bekking is ingedeeld bjj het 3de depot-bataillon. De tot kapitein bevorderde 1ste luit. der inf. W. J. Van Stokkum is ingedeeld bjj het 3de depot- bataillon. Naar men mededeelt, is de architect 1ste kl. J. Bruins te Pamakasan overleden, waardoor pro motie bjj den waterstaat zal komen. In het te Buitenzorg afgenomen kleinambtenaars- examen zjjn nog geslaagd de heeren G. L. Hille, W. E. Kruss, P. A. Jaspers en W. Jans. De „Soer. Crt." schrjjft over de ergerljjke wjjze, waarop de heer L'Ange Huet de hem opge legde gevangenisstraf moet ondergaan, onder meer het volgende: „De straf, aan dr. L'Ange Huet door den onver- biddeljjken rechter opgelegd en door een nog onver biddelijker landvoogd gehandhaafd, de gevangenis straf ter zake van een brief niet door den veroor deelde geschreven, waarschijnlijk zelfs niet met instemming door hem geplaatst, althans niet met instemming met den daaraan door de vervolgende autoriteit gehechten zin en beteekenis die straf is nog niet hard genoeg geoordeeld, schijnt het, door do uitvoerende macht. Deze autoriteit of de hoogere die haar ten deze bevelen gaf schjjnt onvatbaar voor het besef, dat voor een fatsoenlijk man als de veroor deelde op en top is en zelfs door zjjne grootste vjjanden geoordeeld wordt, het denkbeeld van als een misdadiger gevangene te zjjn zjj het slechts gedurende één dag, één urn-, laat staan langer iets zóó stuitends en weerzinwekkends heeft, dat dit idéé alleen reeds voldoende is om alle gevoel van zelfrespect dat in hem is, daartegen in opstand te brengen. Met andere woordende moreoio kant der zaak schjjnt haar, de autoriteit die de straf heeft toe te passen, volkomen te ontgaan." Wjj zullen wel niet behoeven te zeggen dat wjj het volkomen eens zjjn met deze woorden van genoemd blad. Op één punt dwaalt het blad echter. Niet de gouverneur-generaal, maar het opperbestuur, welks welmeenen was gevraagd, heeft gemeend geen gratie te moeten verleenen, tot welk besluit naar men ons zegt de vinnige houding, welke in den laatsten tjjd door de Ind. pers aangenomen is, niet weinig bjjgedragen heeft. (J.-B.) Door den resident van Bali en Lombok is aan de Regeering het voorstel gedaan, om tot tegen- gang van den jaarljjks in Lombok plaats gehad hebbenden invoer van slaven uit Soembah en Endeh, in de eerste plaats de medewerking in te roepen van dén vorst van eerstgenoemd eiland. De Regee ring heeft zich met dit voorstel vereenigd. Den met de overbrenging van den desbetreffenden brief aan genoemden vorst belasten controleur bjj het binnenlandsch bestuur E. A. Liefrenck is tevens opgedragen mondeling hoffelijk, doch ernstig op de voldoening aan het daarin uitgedrukt verlangen aan te dringen. Civiel Departement. Ontslagen: Op verzoek, eervol uit 's lands dienst, de deurwaarder bij den landraad te Sema- rang J. H. L. Fredriksz. Benoemd: Tot ass.-res. van Djombang (Soerabaia), met ingang van 5 Bept. 1886, de contr. lste kl. bij het binnenl. bestuur op Java en Madura H. E. Steinmetz; tot griffier bij de landraden te Tegal en Pemalang (Tegal), mr. W. L. Borel; tot 3den commies bij 'slandB drukkerij te Batavia, de klerk bij genoemde inrichting O. La Gordt Dillietot deurwaarder bij den landraad te Semarang, E. A. Hertog; tot predikant bij de Protestantsche gemeente te Semarang, de predikant te Probolinggo Y. Radersma. Overgeplaatst: Van Biouw naar de Lampongscbe districten, de contn lste klasse J. Boers en van de Lam pongscbe districten naar Riouw, de controleur der 2de klasse C. L. Thieme; van Oleh-leli (Atjeh) naar Poerworedjo (Bage- len) de opzichter der lste klasse W. A. Van Sliedregt. Departement van Marine. Overgeplaatst: Van Zr. Ms. wachtschip te Batavia op Zr. Ms. ramtorenschip „Koning der Nederlanden," de off. van gez. 2de kl. C. J. P. Verhoeff; van Zr. Ms. st. „Macassar" op Zr. Mb. ramtoren schip .jKoning der Nederlanden," de luit. ter 2ee 2de kl. G. L. H. Luyten en op folio van luit. ter zee 2de kl. de ad.elborst lste kl. J. H. Hummelvan Zr. Ms. ramt. „Koning tier Nederlanden" op Zr. Ms. st. Macassar," de luit. ter zee 2de kl. L. P. De Stoppelaar öh op folio van luit. ter j zee 2de kl, chj adelborst lste kb IV. A. J. Yap Diggelen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2