Hit emmer bestaat uit Twee Bladen.
H\ 3152.
Donderdag 16 September.
A0. 1886.
<§eze gourant wordt dagelijksmet uitzondering
van <gpn- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 15 September.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1-i0*
Afzonderlijke Nommers°-°5.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer/ 0.171.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incas-
seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
De Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw
en Plantkunde, onder bescherming van Z. M. den
Koning, zal hier in Zomorzorg op Zaterdag 25 Sep
tember hare algemeene vergadering houden, bij
welke gelegenheid door de leden der afdeeling
Leiden en Omstreken tevens eene tentoonstelling
van bloemperken zal plaats hebben.
De ontvangst van het Hoofdbestuur en de Afge
vaardigden in Zomerzorg zal geschieden 's morgens
van 8 tot 10 uren, en daarna de opening der alge
meene vergadering in de groote zaal. Deze is toe
gankelijk voor alle leden der Maatschappij op ver
toon van het bewijs van lidmaatschap.
De opening der tentoonstelling in den tuin van
Zomerzorg voor de leden der afdeeling, elk met
twee dames, is op 12 uren bepaald.
Van 8 tot 5 uren zullen het Hoofdbestuur en de
Afgevaardigden een bezoek brengen aan 's Rijks
Academietuin en aan het Park op de Ruïne, waarna
men zich zal vereenigen aan een gemeenschappe-
lijken maaltijd in het „Hotel du Lion d'or", om
vervolgens het concert bij te wonen, dat van 7 tot
10 uren in de groote zaal van Zomerzorg, door het
strijkorkest onder directie van den heer J. G. H.
Mann, uitsluitend voor het Hoofdbestuur,' de Afge
vaardigden en de leden der afdeeling zal gegeven
worden. Het Hoofdbestuur en de Afgevaardigden
zullen er daartoe om kwart voor achten worden
ontvangen.
De tentoonstelling blijft voor leden en niet-leden
tegen entree ook Zondag en Maandag opengesteld.
De verwachting omtrent het groot harmonie
concert door de koninklijke militaire kapel op
Zomerzorg, is geenszins teleurgesteld geworden.
Het aangeboden genot was volkomen, dank zij
ook den prachtigen avond na den warmen dag
van gisteren. De inteekenaren der acht concerten
hadden zich met hunne dames ook nu niet onbe
tuigd gelaten, zoodat de tuin vrijgoed bezet was
en daardoor het zieken- en ondersteuningsfonds
der musici er mede bij zal zijn weigevaren. De
muziektempel was thans te klein, waarom men
dien voor deze gelegenheid had moeten uitbouwen.
Van onze stadgenoote mej. M. Tonnet is bp den
heer Blankenberg, boek- en kunsthandelaar op de
Mare alhier, geëxposeerd eene aquarel, welke
haar alle eer aandoet, waarom wij dan ook op
dat meesterstukje (boschgezicht) de aandacht vestigen.
Bij de gehouden inschrijving van brandstoffen
voor de academische gebouwen alhier, is aan de
minste inschrijvers de levering gegund, als korte
turf per 1000 stuks a ƒ6.60 aan "W. Christiaanse
lange turf per 1000 stuks a ƒ5.55 aan J. J. Huy;
machinaal geperste turf per 1000 stuks a ƒ7 aan
A. Reimeringer; New-Castle haardkolen, gesorteerd,
per heet. a ƒ0.8772 aan K. T. Caron; New-Castle
kolen, ongesorteerd, a ƒ0.83 aan W. Christiaanse;
Ruhrkolen, ongesorteerd, a 0.53y2 aan J. J. Huy;
Engelsche kolen, gruis, a 0.65 aan K. T. Caron.
De Indische mail per stoomschip „Tanjore"
wordt 19 dezer alhier verwacht.
Uit de „Amigoe di Curasao" (van 31 Juli jl.)
blijkt, hoe hoog de heer J. P. Smeele, gekozen tot
afgevaardigde voor Leiden ter Tweede Kamer, in
Curasao, waar hij zoolang leefde en werkte, gewaar
deerd werd.
Gisteravond, zoo schrijft genoemde courant, heeft
de heer J. P. Smeele, procureur-generaal des Konings
in deze kolonie en gekozen lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal, de reis aanvaard naar
Nederland. Curasao verliest veel met dit vertrek van
zjjn procureur-generaal, die ruim 25 jaren lang de
bevolking eerbied wist in te boezemen voor de
koninklijke en koloniale wetten, en te gelijk voor
zich zeiven de eerbiedvolle liefde van zooveleu mocht
winnen. Gewis, de kolonie Curasao staat den heer
Smeele noode aan het moederland af, en troost
zich nauwelijks met de gedachte, dat hjj daarginds
in 's lands vergaderzaal met zijne hooge gaven en
vooral rijpe koloniale inzichten zoowel den lande
als zijdelings Curasao zelf met even onkreukbare
trouw en liefde zijne diensten gaat wijden. Op het
uur van het vertrek der „Caracas" werd de heer
Smeele, vergezeld van den Hoogw. pater administrat
or van het Vicariaat H. J. Reijnen, aan boord ont
vangen door talrijke, waaronder vele hooggeplaatste,
vrienden en vereerders. Ook de heer C. L. Bercks,
brigadier-majoor van de brigade maréchaussées,
en alle op dat oogenblik buiten dienst zich bevin
dende brigadiers en maréchaussées kwamen hun
voormalig hoog geëerbiedigd en vaderlijk hoofd een
hartelijken en roerenden afscheidsgroet brengen.
Men weet dat de heer Smeele inmiddels in het
vaderland is aangekomen.
De heer Johannes Jacobus Meinsma, directeur
en hoogleeraar in de Javaansche en Madoereesche
talen- en letterkunde aan de Indische Inrichting te
Delft, is gisternamiddag op 53-jarigen leeftijd na
een langdurig lijden overleden. Hij was den 9den
September 1833 te Leeuwarden geboren. Aanvan
kelijk theologisch student te Leiden, ontving hij
later van zijn oom, den heer Roorda, directeur
der toenmalige koninklijke academie te Delft, onder
richt in het Javaansch, om daarna als leeraar in
die taal op te treden.
Bij de opheffing der academie werd hij op wacht
geld gesteld, maar toen in September 1864 de
gemeente-instelling voor taal-, land- en volkenkunde
van Ned.-Indië te Delft werd opgericht, werd hij
aan deze inrichting benoemd tot leeraar in het
Javaansch en de geschiedenis van Ned.-Indië. "Wei
nige jaren daarna werd hy benoemd tot directeur,
en sinds 1874 was hy tevens werkzaam als hoog
leeraar in de Javaansche en Madoereesche talen en
letterkunde en hield hjj op met onderwijs te geven
in de geschiedenis van Ned.-Indië.
Ook als schrijver heeft de overledene zich ver.
dienstelijk gemaakt, o. a. door gezamenlijk met
den heer Roorda een supplement op het Javaansch
Woordenboek uit te geven, en door het schrijven
van het belangrijke Javaansche werk „Badad" en
van eene „Geschiedenis van Ned.-Indië" in 3 deelen.
Aan de vereenigde vergadering van het Hoog
heemraadschap Delfland is ingediend een overzicht
der algemeene rekening van het Hoogheemraadschap
over 1885/86.
De ontvangsten hebben in dat jaar bedragen
ƒ256,025.14; de uitgaven klommen tot ƒ198,864.817j.
Het batig saldo is derhalve f 57,160.327i groot.
De plechtige onthulling van het reeds op het
voetstuk geplaatste standbeeld van Hugo De Groot
zal te Delft plaats hebben op Zaterdag 25 dezer,
's namiddags te 2 uren.
In eene vergadering van ingenieurs, gisteren
te Amsterdam gehouden, is breedvoerig de quaes-
tie der verzakking van de bekapping van hetCen-
traal-station aldaar ter sprake gebracht, alsmede
de middelen om het groote werk te voltooien, door
het maken van nieuwe fundeeringen als de tegen
woordige onvoldoende mochten bljjken. Omtrent
de grondverschuivingen aan het stations-eiland wer
den geruststellende verzekeringen gegeven, vooral
deze: dat in de drie laatste jaren geen merkelijke
afwijkingen waren ontdekt, zoodat er geen gevaar
bestond voor de treinen, die over de viaducten ryden.
Bjj den gemeenteraad van Leeuwarden is inge
diend de volgende aanbeveling ter benoeming van
een archivaris: lo. C. P. Burger Jr., doctor in de
letteren en candidaat in de rechten te Leiden; 2o.
J. E. Heeres, doctor in de rechtswetenschap en
student in de Nederl. letteren aan de universiteit
te Groningen, wonende te Zuidhorn; 3o. W. Zui-
dema, candidaat in de Nederlandsche letteren te
Groningen4o. J. C. Singels, predikant bjj de Ned.-
Herv. gemeente te Koog aan de Zaan.
Naar aanleiding van het vermelde bericht uit
„De Opmerker" omtrent een nieuw ontwerp van
een universiteitsgebouw te Utrecht, deelt thans het
„Bouwkundig Weekblad" (waarvan dr. P. J. H.
Cuypers zelf tot de redactie behoort) ten stelligste
mede dat aan den heer Cuypers hoegenaamd geene
opdracht tot het maken van zulk een ontwerp is
gedaan en dat het bericht van „De Opmerker"
dus geheel uit de lucht is gegrepen.
Het kiescollege der Ned.-Hervormde gemeente
te Rotterdam heeft, ter voorziening in de nog be
staande vacature, beroepen ds. C. A. Renier Jz.,
pred. te Amsterdam.
Emeritaat is verleend, in te gaan met 1 Oct.,
wegens redenen van gezondheid, aan ds. A. Rut
gers Yan der Loeff, te 's-Hertogenbosch.
Naar men verneemt, heeft de heer G. J. G.
De Vidal de St.-Germain, sinds 1838 burgemeester
van Heinoo, eervol ontslag aan Z. M. den Koning
aangevraagd.
Het stoomschip „Gelderland", van Java naar
Rotterdam, vertrok 15 Sept. van Marseille; de
„Prinses Amalia", van Batavia naar Amsterdam,
arriveerde 14 Sept. te Genua; de „Soenda", van
Batavia naar Amsterdam, arriveerde te Suez 15
Sept.; de „Sumatra" vertrok van Batavia naar
Amsterdam 11 Sept. en van Padang 14 September.
Z. M. heeft benoemd tot rechter in de arron-
dissements-rechtbank te Groningen mr. B. Van
Royen, thans rechter-plaatsvervanger in dat college
en notaris te Groningen; tot notaris binnen het
arrondissement Breda, ter standplaats de gemeente
Breda, P. C. A. Kuypers, thans notaris te Drunen;
tot hoofdingenieur van den waterstaat der 1ste kl.
G. Van Diesen, thans hoofdingenieur der 2de klasse.
Gemengd Nieuws.
De Leidsche brandweer, deze week
reeds verscheidene malen geallarmeerd voor bran
den van minder beteekenis, werd hedennacht om
streeks vier uren opnieuw geroepen hare diensten
te verleenen bij een brand, welke al dadeljjk een
zeer ernstig aanzien had.
In het perceel Haarlemmerstraat hoek Kuipers-
steeg, waarin eene affaire van dames-hoeden enz.
werd uitgeoefend, bewoond door den heer V. d.
H., woedden de vlammen.
De brand, bjj toeval door een voorbijganger ont
dekt, die, nadat hjj de bewoners van het perceel,
dat in gevaar vorkeerde, had gewekt, dadeljjk naar
het Gereformeerde weeshuis snelde om de wees
burgers te waarschuwen, nam zeer snel in om
vang toe.
De bewoners konden zich slechts met moeite,
en met achterlating van letterlijk al les, in hunne
onderkleederen reddenterwijl twee kinderen gered
werden door een zjjraam in de Kuiperssteeg door
een politie-agent en het jongemensch dat den brand
had ontdekt, en eene bejaarde huisgenoote uit het
brandende gebouw gedragen moest worden.
Zooals gewoonlijk, waren de weesburgers de
eersten die water gaven op het brandende gebouw,
dat inmiddels het aanzien van eene vuurzee had
gekregen; de brand spotte aanvankelijk met alle
pogingen om hem in zijn voortgang te stuitende
vlammen verhieven zich hemelhoog.
Een regen van vonken vloog door de lucht; ze
vielen tot zelfs op de Breestraat neer, en deden
voor de belendende gebouwen vrees ontstaan, welke
gelukkig echter ongegrond bleek te zjjn. Eene bjjna
volkomen windstilte bevorderde het werk der blus-