D. Veilbrief.
RIETEN
H. A. VOGELAAR
Stoelen en Tafels
Vogelkooien en Volières
Reismanden, Handkoffers,
Tasschen, Spoormanden,
Sjn Handenwerk,
Duitsche en Engelsche
Einderwagens
Feuilleton.
Huisvesting en Verpleging
G. H. LENS,
Een reisje van Leiden naar Zwitser
land en Milaan.
feze tQourant wordt dagelijks, met uitzondering
ran <gpn- en feestdagen, uitgegeven.
Vervolg der Adyertentiën.
N\ 8095. Maandag IS Juli. A°. 1886.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per S maandenf 1.10.
Franco per post1-40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
4)
(Slot.)
Geachte Vriend,
Des namiddags te halfzes bereikten wy Zermatt
en bleven daar tot den volgenden morgen om het
steilste en dus het moeilijkste gedeelte van den
weg af te leggen. Reeds hadden wy in de verte
verscheidene gletschers gezien en o. a. den beken
den Matterhorn (Mont Cervin) wiens top zeer steil
en puntig toeloopt en geheel met sneeuw bedekt is.
Maar toen wij den volgenden morgen, na een zeer
steilen en hobbeligen weg afgelegd te hebben, ein
delijk op den Rijfelberg en den Kornergrot aan
kwamen, werden wij voor onzen zwaren tocht be
loond, door een prachtig en indrukwekkend gezicht
op de talrijke gletschers die ons omringden, op de
hooge bergtoppen, die aan alle kanten oprezen, en
op de sneeuw- en ijsvelden, die hunne kruinen be
dekten. Vlak bij ons zagen wy nu den „Matter
horn" met steilen top, die nu en dan gedoogt dat
men hem beklimt, maar ook wel eens de roekeloozen
in den afgrond slingert.
Eenige jaren geleden waagden het eenige Engol-
schen met hunne gidsen den berg te beklimmen;
een hunner struikelde, sleepte in zynen val een
zijner landgenooten en een der gidsen mede, die
in één oogwenk in de diepte verdwenen en ver
pletterd werden.
In eene andere richting bemerkten wij den „Mont
Rosa", een van de hoogste bergen van Zwitserland,
wiens kruin in oogverblindend witte sneeuw ge
huld was. Het geheel was een der meest groot-
sche tooneelen, die wij in Zwitserland hadden
bygewoond en vergoedde dubbel de moeite, die wy
ons hadden moeten getroosten om daar te komen.
Hoogst voldaan over dit uitstapje keerden wy
naar Zermatt terug, vertoefden daar eenige oogen-
blikken, overnachtten in laatstgenoemde plaats
en begonnen den volgenden morgen den terugtocht
naar Viège.
Op dien tocht ondervonden wy dat het afdalen
wèl zoo moeilijk is als het stygen, vooral voor
ongeoefende ruiters als wy, daar de weg zeer
hobbelig en als bezaaid met steenen is.
Bedenkt men daarbij dat wy dikwijls langs ont
zettende diepten gingen, waarin het water brui-
schend voortstroomde, zoo hard als een mensch
loopen kan, dan kan men licht begrijpen dat er
wel oogenblikken waren, waarin wij wel eenige
vrees gevoelden en wenschten van onze paarden
af te stijgen om den weg te voet te vervolgen.
Daarbij kwam, dat er eene Oostersche hitte heerschte
en nergens eenige beschutting te vinden was tegen
den gloed, dien de zon bijna loodrecht op ons
deed neerdalen.
Onzen dorst konden wy gelukkig nu en dan
lesschen aan het zuivere, van de bergen afstroo-
mende water, dat in gleuven en kloven neerkwam
of ook somtijds als een bergstroom met donderend
geraas in den afgrond stortte.
Haast ware mij eene opmerking ontschoten
Toen wij nl. tegen den avond van Zermatt naar
St.-Nicolaus terugkeerden, woei er van den eenen
kant een vrij koele wind, zoodat wy onze jassen
moesten toeknoopenmaar nu en dan voelden wij
van de zuidzijde een gloeienden luchtstroom, den
heeten „Föhn", welken wij konden vergelijken bij
den gloed die uit een plotseling geopenden oven
komt.
Hoewel die wind ons niet hinderlijk was, was
het voor ons eene zonderlinge gewaarwording, nu
en dan zulk eene verschroeiende hitte te gevoelen,
terwyl wy eenige oogenblikken later byna bibber
den van koude.
"Wy rustten te Viège eenigen tyd uit, versterkten
ons door een krachtig ontbijt en gingen te half-
twee per spoor naar Villeneuve aan het Lac Leman
(Meer van Genève).
Wy passeerden Martigny, zagen de onstuimige
Rhone, welke hare blauwe golven met verbazende
snelheid voortstuwt, en kwamen des namiddags te
halfzes op de plaats onzer bestemming aan.
Het Rhóne-dal is op veel plaatsen verrukkelijk
schoon en prijkt met een weelderigen plantengroei
maar de hitte, die wy daar tusschen de hooge
bergen te verduren hadden, was bijna ondragelijk.
Gelukkig dat wy per boot het meer tot Lausanne
konden bevareneigenlijk tot Ouchy, daar Lausanne
eenige minuten van het meer is gelegen en door
een korten spoorweg met Ouchy is verbonden.
Over de schoonheid der stad Lausanne valt niet
te roemen. Zjj is oud en bovendien zeer onregel
matig gebouwd. Vele straten hellen sterk, hetgeen
voor een Hollander vreemd en zoer vermoeiend is.
Wij overnachtten in een eenvoudig hotel en voeren
des morgens het meer af tot Genève.
Het water van dit meer en van de Rhone is
prachtig blauw gekleurd en bijzonder helder, zoodat
wy tot op eene aanmerkelijke diepte' de forellen
konden zien zwemmen.
By wylen wordt het meer door plotseling op
komende stormen beroerd, die dan de vaart er op
zeer gevaarlijk maken.
Gelukkig hadden wy niets te vreezen; want,
hoewel de wind zich verhief, de golven met wit
schuim overdekt waren en het stoomschip, waarop
wy ons bevonden, nu en dan hevig stootte, een
storm werd het niet en weldra keerde de vorige
kalmte terug.
Men kan zich niets aangenamer denken dan eon
tochtje op het meer van Genève. Moge het in
grootschheid voor het „Vierwaldstiidter Meer" onder
doen, en het indrukwekkende van het Como-meer
niet evenaren, de prachtige landhuizen aan zjjne
oevers, de tallooze wijngaarden langs de hellingen
der bergen, de menigte dorpen, die men telkens
voorbij vaart en van welke er eenige ons merk
waardige feiten en belangrijke personen uit de ge
schiedenis herinneren, en vooral ook de helder
blauwe kleur der golven, zoo sterk afstekend bij
het troebel water dat menigmaal onze grachten
vult, doen den reiziger een genot smaken, dat hem
steeds in zijne herinnering bijblijft, door den diepen
indruk, dien al dat schoon op hem maakt. Noode
verlieten wy het stoomschip, toen de naam „Genève"
door den kapitein werd afgeroepen; maar de ge
dachte dat wij nu te Genève waren, dat ons weder
andere indrukken opleveren zou, verzoende ons
met onzen nieuwen toestand.
De hoofdstraat dezer stad is de lange en breede
„Rue du Mont Blanc", prijkende met trotsche ge
bouwen en keurige winkels. Over het geheel is
Genève eene ruim gebouwde stad, die op vele
plaatsen aan Parijs doet denken, natuurlijk met
vrij wat minder drukte. De Rhone stroomt door de
stad, welker beide helften door lange bruggen, waar
onder vooral de „Pont du Mont Blanc" uitmunt,
verbonden zijn.
Wij bezochten de Russische kerk, met hare ver
guld koperen torens, hare prachtige schilderijen en
andere sieraden, haar eenvoudig altaar, door tapijten
van het overige deel der kerk gescheiden. Alleen
eenige weinige stoeltjes tegen de wanden van het
gebouw geplaatst, voor ouden en gebrekkigen, be
vonden zich in het ruim der kerk, waar overigens
de godsdienstoefening staande of op den grond
knielende door de geloovigen wordt bijgewoond.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor hot ineas-
eeertn buiten de stad wordt 0.10 berekend.
Wy bezochten verder eene dor Protestantscho ker
ken, namelijk die, waarin Calvijn zoo dikwijls het
woord tot zyne gemeente heeft gericht; wy zetten
ons neder op het stoeltje dat hem tot zitplaats
had gediend en bezichtigden vervolgens eenige
graftomben, waaronder die van den hertog De
Rolian, een Hugenoot, uitmunt.
Wandelende door de stad, merkten wy vele stand
beelden op, o. a. dat van J. J. Rousseau, op een
eilandje in de Rhöne dat van den generaal Dufour,
dat van den schilder Calame en ook het gedenk-
teoken voor den hertog van Brunswijk, die eone
som van 20 millioen franken aan de stad schonk.
Zoo was eindelijk de tijd aangebroken, dat wij
weder naar Holland zouden terugkeeren. Op Zater
dag-morgen te 7 uren verlieten wij per spoor de
stad Genève en na niet minder dan ruim veertig
maal te hebben stil gehouden, kwamen wij des
namiddags te 5 uren te Bazel aan. Hier dineerden
wy, namen eenigen voorraad mede voor de reis,
die te 8 uur 10 minuten weder beginnen zou, en
verlieten eindelijk het sehoono Zwitserland voor het
geliefde Holland, dat ondanks al het goede hetwelk
wij genoten hadden, nimmer door ons vergeten
was, en keerden op Zondag te 2 uren in onze
woonplaats, het hoewel stille, toch lieveLeiden, terug.
Er bestaat tegen primo September by lieden uit
den deftigen stand eene geschikte gelegenheid voor
voor een Leerling djer II. B.-Sehool oft Gym
nasium.
Vrye Kamer, huiselijk verkeer, Pianino, toezicht
op de studie, aannemelijke voorwaarden. Franco
brieven om inlichtingen etc. onder letter F aan
het Bureel van het Leidsch Dagblad.
MEKWE RIJN 104,
belast zich met het maken van BOUWPLANNEN,
BESTEKKEN, BEGROOTINGEN en TAXATIËN.
voor Hamer- en Tuingebruik,
van Hout en Riet,
alsmede eene uitgebreldde Collectie
in ruime keuze voorhanden.
Aanbevelend,
Nieuwe Rijn 41.
zal zich 1 September a. s. VESTIGEN als
Commlsslonnalr in Effecten en Kassier te
Alfen aan den Rijn.
LEIDSCH <ÉSf? DAGBLAD.