kwam. De Duitsche machinist bemerkte gelukkig het dreigend gevaar, en had de tegenwoordigheid van geest, alle remmen met kracht in werking te brengen en tegenstoom te geven, zoodat de machine zich hoog ophief. Op een paar passen afstand van den rangeertrein gelukte het hem zyne machine tot staan te krijgen. Ware de man in het hachelijk oogenblik, slechts op eigen levensbehoud bedacht, van de machine gesprongen, niemand, die hem hierover eenig verwijt had kunnen maken. Hij bleef echter op zijn post, en mocht de voldoening smaken, eene gevaarlijke botsing voorkomen te hebben. "Volgens een door d e M a a t s c h a p p ij voor Zeevisscherij te Maassluis ontvangen telegram is tweede jager (het stoomschip „Ingerid", kapitein De Vries) van Lerwick vertrokken met pl. m. 1000 ton haring, waarvan do schepen der Maatschappij voor Zeevisscherij 317 ton en die van den heer M. Dirkzwager Gzn. 135 ton hebben overgegeven. Het weder was sedert Donderdag zeer slecht en de visscherij veel verminderd. Volgens een later ontvangen telegram is de tweede jager afgevaren met 686 ton maatjes- en 257 ton vollen haring. De Duitsche jager is te Lerwick aangekomen. Het weder is veel verbeterd. (VI. Crt.) Gisternacht omstreeks halfvier vernam de grutter P. W. A. Keyers te Nijmegen, die zich op weg bevond om te gaan visschen, aan de Waalkade een angstig hulpgeschreeuw. Bij een daarop door hem ingesteld onderzoek bleek, dat de huisvrouw van den koffiehuis- en hotelhouder K. aldaar in de rivier de Waal lag en reeds zoover gezonken was, dat zjj het hoofd nauwelijks boven water had, terwijl zjj zich krampachtig vasthield aan den afhangenden ketting van een aan de kade ge meerd vaartuig. Met behulp van een ander persoon is de vrouw door genoemden K. uit haren hache- lijken toestand gered. De huzaar P. R. van het 1ste regi- ment in garnizoen te Zutfen, is by het zwemmen in de Berkel, de rivier die eiken zomer zoo ontzet tend veel offers eischt, verdronken. KOLONIËN. BATAVIA, 22-29 Mei. (Vervolg.) Wat te voorzien was is gebeurd: de Atjehsche fbande.n zijn te Deli teruggekeerd en hebben op .slechts eenige uren afstands van onze bonting to Pankalan-Siatas in den nacht van den 14den op den loden Moi eene door Chineezen gedreven houtaankap-onderneming aangevallen. Natuurlijk zijn daar weer eenige personen men spreekt van minstens 6 Chineezen afgemaakt. Ook worden nog enkele personen, die eveneens op die onderne ming werkzaam waren, vermist. Volgens de door de „Deli Crt." ontvangen be richten is de aanvallende bencle een 40 koppen sterk geweest. Het terrein was te veel in haar voordeel om niet ongemerkt te kunnen ontsnappen toen onze troepen naderden en daardoor was het sucses van den tocht gering. Met buit beladen is de bende naar de plaats teruggekeerd, van waar zij gekomen is, hoogst waarschijnlijk naar Langsar en Modjapahit, waar volgens berichten uit Penang het verzet tegen ons gezag zich concentreert, en het was dus het bende- hoofd niet moeilijk orn meerdere aanhangers te verkrijgen. (Java-Bode) Door de Regeering is aangeteekend dat de minister van koloniën voor het jaar 1886 aan den heer J. C. Rijk, vader van den op 24 October 1884 door de opstandelingen te Mandor (resv. W. afdeeling van Borneo) vermoorden controleur der lste kl. bij het binnenlandsch bestuur op de be zittingen buiten Java en Madura, nader een onder stand van f 300 heeft toegekend ten laste de? be grooting van Nederl.-Indië. Westerafdeeling van Borneo. De in het vorig verslag vermelde tuchtiging der Batang-Loopar- Dajaksheefthetheilzamegevolggehad, dat de meeste hoofden dier Dajaks zich bij den controleur der ouderafdeeling Batang Loeparlanden hebben ver voegd en, nadat hun de reden der tuchtiging was verklaard, de belofte hebben afgelegd zich voortaan in alles naar de wenschen van het bestuur te zullen gedragen. Door genoemden controleur werd het bericht ontvangen, dat drie personen van kampong Pat Ambalau-Kapoeas) door eene 20 tot 30 man sterke •Hide Batang-Loepars van Serawak onverhoeds sprongen waren, met het gevolg dat twee hunner werden gesneld. Eene verzoening wordt thans voorbereid. Ook door den controleur van Landak werd mel ding gemaakt van een sneltocht, die door eenige Menjoekei Dajaks in het Daritsche ondernomen was en waarbij de aanvallers één persoon snelden en twee anderen, een Maleier en eene Dajaksche vrouw, verwondden. De gesnelde kop werd later door de Menjoekei- Dajaks uitgeleverd, terwijl op de spoedige uitleve ring der daders bjj het Inlandsch bestuur met klèm werd aangedrongen. (Jav. Crt.) BUITENLAND. Fraukrijk. In het schryveri, waarin de hertog van Nemours meldt dat hy het voorzitterschap der vereeniging voor hulpbetoon aan verwonden, nederlegt, leest men: „De tegen myne familie uitgevaardigde verbannings- wet stelt my aan het gevaar bloot, ieder oogenblik uit myne woonplaats in Frankryk, ons gemeen- schappelyk vaderland, verdreven te worden, en brengt my in een toestand waarin ik de plichten van voorzitter niet langer behoorlijk kan waar nemen." Nadat dit schryven in de vereeniging' was voorgelezen, benoemde deze den hertog tot eere-president. Prins Napoleon Bonaparte is te Luzern aan gekomen en aan het „Hotel National" afgestapt, waar ook de vorstin Dolgoruki, weduwe van keizer Alexander II van Rusland, haren intrek heeft ge nomen. De prins denkt daar langen tyd te vertoeven. De „Lanterne" verklaart, eerlang de samen stelling te zullen openbaar maken van een geheim ministerie, hetwelk volgens haar, vóór zijn vertrek, door den graaf van Parys is benoemd. De landrechter van Andorra, Vigo, onlangs door de regeering afgezet en door den afdeelings- chef van do prefectuur der Oost-Pyreneeën, Yarenna, vervangen, heeft verleden Zondag te Saillagouse, waar hy met de zynen woonde, een einde aan zyn leven gemaakt. Duitschlaad. De Pruisische Landdag is gisteren uiteengegaan. De rykskanselter, prins Von Bismarck, is naar Schönhausen vertrokken. Reeds is gemeld dat den heer Singer, lid van den Rijksdag en behoorende tot de sociaal-demo cratische fractie, het verbiyf te Berlyn ontzegd zal worden. De heer Singer heeft in Februari jl., bij de behandeling der socialistenwet in den Rijksdag, krasse beschuldigingen ingebracht tegen de politie. Deze zou nl. een agent, Ihring genaamd, hebben opgedragen, onder den valschen naam van Mahlow, lid te worden van den Sociaal-Democratischon Bond, ten einde daar de rol van „agent provocateur" te spelen. Die beschuldiging heeft ten gevolge gehad, dat de minister van binnenlandsche zaken deze zaak nauwkeurig onderzocht heeft, en het einde daarvan was, dat voor het gerechtshof te Berlyn verleden week terechtstonden, niet de agent Ihrmg, maar twee sociaal democraten, die beschuldigd wer den van lasterlyke aantijgingen tegen dien agent te hebben ingebracht. Het Hof heeft hen tot zes maanden gevangenisstraf veroordeeld, overwegende, dat de agent Ihring wel last had ontvangen, lid van den S.-D. B. te worden, ten einde op de socia listen te beter oog te kunnen houden, maar tevens om zrch van alle provocatie te onthouden. Het Hof overwoog verder, dat de agent Ihring die moeielijke taak naar eisch volbracht had, terwyl de twee be schuldigden blykbaar willens en wetens onware berichten omtrent hem hadden verspreid en de af gevaardigde Singer in den Rijksdag eene op zyn zachtst genomen zeer overdreven voorstelling van het gebeurde gegeven had. De heer Singer had gedurende het proces herhaaldolyk zyne overtui ging uitgesproken, dat dit met eene schitterende vryspraak der beschuldigden eindigen en zyne ver klaringen volkomen bevestigen zou. Nu het omge keerde het geval blykt te zyn, is het duidelyk, waarom de regeering tegen hem is overgegaan tot het toepassen eener wetsbepaling, welke tegen hem alleen om byzondere redenen tot dusver niet ge bruikt was. De liberale bladen, de verbanning van Singer met de uitspraak van het proces-Ihring in verband brengende, keuren dien maatregel af, omdat Singer als groot fabrikant honderden personen werk ver schaft en zoowel jegens nuttige openbare instel lingen, als langs andere wegen ter bevordering van het algemeen welzy'a, zich zeer verdienstelyk heeft gemaakt. Spanje. De Spaansche regeering zal, daar het met de warmte te Madrid onmogelyk is, de afgevaardigden na 20 Juli in de stad te houden, terstond na het aannemen van het tractaat met Engeland en van de civiele ïyst, machtiging vragen om de begrooting zonder discussie voorüoopig voor zes maanden in werking te stellen. De Cortes zullen dan tegen 20 October bijeengeroepen >vorden ten einde het tweede deel der periode van wetgeving voor 1886 te beginnen. Verleden Maandag-avond hêöft .zic^ d® koningin- regentes naar de kerk van AtochJ begeven om overeenkomstig het oud gebruik den kle.inen koning Alphonsus XIII aan de Heilige Maagd op Ce ^gen- Langs den geheelen weg stonden soldatt>.a ge" schaard, waarachter zich eene menigte veföK°ng van omstreeks 60,000 mensclien. Alle balkon.^ waren vol en met vlaggen en kleeden versierd er langs den geheelen weg regende bet bleenaóh op de koninklijke moeder en haar kindje éfi werden tal van duiven, soms mede met bloemen getooid, als vliegende ruikers, opgelaten. Luidruchtig was' het gejuich op de balkons der militaire en konings gezinde-clubs en ook het volk legde groote belang stelling aan dén dag. De koningin had haar zoontje op den schoot en de min, in hare prachtige Astu- rische 'bergdracht, was tegenover haar gezeten. Generaal Pavia te paard vergezelde met een tal- ryken staf het koninklyke rytuig. In de kerk was het schouwspel indrukwekkend. Het geheele gebouw was van binnen met fluweel bekleed met de wapenschilden van Castilië en Arragon en ettelyke in verschillende veldslagen buitgemaakte vlaggen. Honderden waskaarsen ver lichtten het altaar, en het beeld van O. L. V. van Atocha was met een door de koningin op haren huwelyksdag geschonken gewaad en mantel ge tooid. Na een Te-Deum, gezongen door den aarts bisschop van Toledo, had de plechtigheid van de opdracht plaats in tegenwoordigheid der leden van het corps-diplomatique en 2000 personen uit de bloem der aristocratie. Voor deze gelegenheid was de hofrouw drie dagen geschorst en al de leden der koninklyke familie, de kleine prinsesjes niet uitgezonderd, waren in de schitterendste en kostbaarste kleederen getooid alleen de koningin was in diepen rouw. Zij zag er zeer goed uit en ook de gezondheid van den kleinen koning laat niets te wenschen over. Tolegrsmmen. PARIJS, 30 Juni. Bij het ministerie van buiten- landsche zaken zyn bevredigende berichten uit Madagascar ontvangen. De resident-generaal zou hoogst voorkomend door de koningin en hare minis ters ontvangen zyn geworden, ofschoon de Hovas met het vredesverdrag met Frankryk weinig inge nomen zyn. Volgens de laatste berichten uit Hué, is het in Annam neg onrustig, maar toch schynt de toe stand te verbeteren en de heer Paul Bert tracht do hoogste waardigheden aan mandarynen te doen opdragen, die alles in het werk stellen, om de in woners met de Fransche heerschappij te verzoenen. De commissie uit de Kamer van Afgevaar digden voor het wetsontwerp op de opruiende aanplakbiljetten heeft den heer Tony Revillon lot president gekozen. De meerderheid der commissie zou voornemens zyn, geen rapport uit te brengen en het ontwerp dus te „begraven." BREMERSHAVEN, 30 Juni. (K. X) (Aan boord van het rijkspost-stoomschip „Oder" 10 u. 15 m. v. m.> Zooeven werd de- prachtig zijden vlag, door de Kamer van Koophandel aan het heden voor het eerstuitgaande schip der Oost-Aziatische stoom vaartlijn, geschonken, geheschen. Zy voert de kleu ren des rijks. President H. H. Meyer van den Noord- Duitschen Lloyd had de gasten begroet en hun verzocht de „Oder" eene gelukkige reis te wenschen. De minister Bötticher sprak dezen wensch in warme bewoordingen uit en zeide dat de dag van heden eene groote beteekenis had en door het gansebe volk met vreugde werd begroet. „In naam van het geheele Duitsche rijk, roep ik u toe: Vaarweg trotsch schip, vlecht den vriendelyken vredesbi<;ny tusschen Duitschland en het verre Oosten, yraag don roem van don Duitschen arbeid, der Imitsche trouw, van den Duitschen ondernemingsgeest over in het verre land, doe den naam var. Duitschland eer aan!" Donderende byvalskreten. beantwoordden dezen wensch en begroetten do Duitsche vlag, welke kapitein Pfeiffer beloofde, getrouw te zullen bewaren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2