Tot directeur dezer inrichting is door de aandeel houders benoemd de heer C. Bonger, ingenieur. De heer S. Van Groningen, uit Deventer, die bq zijn eerste optreden hier ter stede, ongeveer twee jaren geleden, zulk een goeden indruk achter- liet, gaf gisteren de aangekondigde soirée in het bovenzaaltje van de Stadszaal. Hij mocht zich niet in die belangstelling verheu gen, waarop hij zoo ten volle aanspraak heeft; slechts weinige vereerders der kunst waren aan wezig. Intusschen had de heer Van Groningen een zeer aandachtig publiek, dat met groote waardeering de voordracht van het belangrijk programma volgde. De concertgever had zich de zware taak opgelegd niet minder dan achttien groote en kleine werken uit verschillende tijdvakken te vertolken. Met groote virtuositeit werd het uitgebreide programma uitge voerd. Merkwaardig genoeg, speelde de heer Van Groningen alles uit het hoofd. Een waardige inlei ding vormde de chromatische fantaisie en fuga van den grootsten meester van alle tjjden, Joh. Seb. Bach. "Welk eene grondige studie moet voorafgaan om Bach zoo te kunnen weergevenwelk eene op vatting, alleen het eigendom van den waren kun stenaar, die in zijn spel Bach huldigt, als den man der toekomst, wiens werken, als de reinste uitingen der kunst, een eeuwigdurende bron van verheven genot blijven voor alle komende geslachten! De heer Van Groningen gaf hiermede reeds eene proeve van zijn groot en veelzijdig ontwikkeld talent. Het ligt niet op onzen weg alle nommers van het programma te bespreken; in het algemeen geven wij als onze meening te kennen dat by den con certgever een ernstig streven is waar te nemen, om zijne individualiteit geheel te vergeten en op te gaan in de werken, die hij vertolkt. Dit bleek overtuigend uit de voordracht van Beethoven's sonate in C-mineur, op. 111. Wq durven beweren dat, na het optreden van Rubinstein in het vorige jaar, geen werk van Beethoven zóó volkomen in den geest van den grooten meester uitgevoerd, zal zijn. Trouwens waren de programma's in dit wintersei zoen stiefmoederlijk in dit opzicht bedeeld.' Opus 111 krijgt men zelden hier te hooren; de heer Van Groningen heeft daarom aanspraak op de dank baarheid van alle aanwezigen voor de schoone, rijk genuanceerde voordracht van dit werk. Het was goed gezien na Schumann's Carnaval ons kennis te doen maken met een werk van den door dezen aangekondigden priester der kunst J. Brahms. Deze études over een thema van Paganini vereischen een buitengewone techniekhet is echter overbodig te zeggen dat de heer Van Groningen ook hier toonde dat hij tot de kunstenaars behoort van den eersten rang. Of hjj Chopin vertolkt of Tschaïkowsky of wel schittert in de voordracht van een polonaise van F. Liszt, overal vinden wij in hem den waren kunstenaar, die naar volmaaktheid streeft en wiens optreden een evenement kan genoemd worden op muzikaal gebied. Hij is in staat hen te logenstraffen die eene soirée, geheel aan klavierwerken gewijd, eentonig durven noemen. Dezulken hebben echter nimmer eenig begrip gehad van de kunst of misschien nim mer een virtuoos als de heer Van Groningen hooren spelen. Moge hem elders een waardeering ten deel vallen, geëvenredigd aan zijn groot talent, en laat ons hopen dat hij op eene volgende kunstreis Leiden niet vergeet. Den heer K. T. Caron alhier is, op zijn verzoek, tegen 1 Mei a. s. eervol ontslag verleend als stations chef van de Hollandsche IJzeren-Spoorweg-Maat- schappij. Ieder Leidenaar zal dit bericht met groot leed wezen vernemen, wetende hoe de heer Caron steeds er naar trachtte om het den wachtenden en ver- trekkenden reizigers geriefelijk te maken; maar ook tevens zijn besluit eerbiedigen, daar dit in den staat zijner gezondheid, welke in zulk eene be trekking als de zijne op eene zware proef wordt gesteld, zijne aanleiding vond. De vergadering van aandeelhouders in den Rot- terdamschen tram heeft gisteren het voorstel aange nomen om den directeur te machtigen den Leidschen tram aan te koopen. De directeur zeide vooraf dat de Leidsche p aarden- tramweg het eigendom was van eene Engelsche maatschappij die in liquidatie is. De directie is in de gelegenheid geweest onderhandelingen over de overname te doen; die onderhandelingen zijn reeds zeer ver gevorderd, doch volgens de statuten is de toestemming der vergadering tot dezen koop noodzakelijk. De directeur deelde mede dat de aankoop uit eigen fondsen kan geschieden en geen vermeerdering van kapitaal noodzakelijk is. Het bestuur hoopte dat de vergadering zou vertrouwen dat het niet zulk een voorstel zou doen, wanneer geen finantieele voordeelen vooruit gezien werden. Bij acclamatie werd het voorstel aangenomen. Op eene vraag van den heer Erpecum deelde de directeur mede dat, terwijl de onderhandelingen nog loopende zijn, niet over den prijs in het publiek gesproken kon worden. Gedurende deze week zijn dagelijks in de Stedelijke Werkinrichting alhier opgenomen van 47 - 74 volwassen personen en van 10 19 kinderen. Hedenmiddag ontvingen we per Fransche mail de Indische bladen van 17 tot en met 24 Februari. INGICZONWEN. Mynheer de Redacteur! Met belangstelling heb ik het uitvoerig schrijven van den heer Yan Geer in twee uwer laatste bladen gelezen; het doet mij genoegen dat deze quaestie, die geruimen tijd onze afgevaardigden reeds bezig houden, in het openbaar wordt besproken, alvorens de gemeenteraad geroepen wordt, een oordeel uit te spreken. Ik acht het toch van het meeste be lang dat deze zaak rijpelijk door alle leden wordt overwogen, opdat zij zich niet laten leiden noch door de discussiën, die tot nu toe in den Raad zijn gevoerd, noch door de stemmen, die opgingen om de omwonenden door „plagerijen" te dwingen, zich aan de gemeente aan te sluiten. Zy moeten zich, volgens my, los maken van alle herinneringen aan vorige besprekingen, die niet altyd thuis be hoorden in den gemeenteraad. Het kwam toch zoover dat een lid „zoo goed was" eene meening van een zijner medeleden aldus uit te leggen„Het scheen hem toe," zoo zeide hy, „dat zyn medèlid niet genoeg kon „plagen"!" Maar nu vraag ik, Mynheer do Redacteur, zitten onze geachte afgevaar digden in den Raad om middeltjes te bedenken ten einde dengenen, met wie zij liefst niets te doen hebben, zooveel mogeiyk te „plagen?" Ik zou dit eenigszins kunnen verschoonen, wanneer dit het resultaat kon opleveren, dat men wenscht; maar dragen de om wonenden wel de schuld van het feit, dat zy niet- ingezetenen van onze gemeente zijn? Volstrekt niet het zijn de autoriteiten, die een beetje langzaam zyn in het regelen van deze aangelegenheid. Daarom plage men de „onschuldigen" niet! Weet de ge meenteraad positief dat de omwonenden angstig zqn, om ingezetenen te worden van Leiden? Dat is zeker nog niet bewezen; wellicht zqn er enkelen of velen ik weet het ook niet die misschien wel een penningske zouden willen bydragen in de belastingen, die in onze dierbare zoo noemt men haar immers gemeente worden gehevenzij hebben daarvoor toch onzen gevierden Haspels vrij ge volgd - zulk mooi onderwys en zoo'n boe onderwijs! Het komt my voor dat te veel uit het oog wordt verloren waarom zoo velen naar Zoeterwoude verhuizen. Niet iedereen heeft plezier om achterkamers te bewonen die een verrukkelijk uitzicht hebben tegen hooge muren of daken. En dat is in de nieuwe wqken natuurlqk niet! Nauwe- lyks zijn daar nieuwe huizen gebouwd of ze zijn reeds verhuurd. Ik zou den heer Yan Geer, die voor een oogen- blik dacht dat het voorstel van de vier leden, ook slaat op zomer- en wintervermakelqkheden, tooneel- voorstellingen enz., wel de verzekering willen geven, dat dit niet zoo is, omde eer te redden van onzen gemeenteraad. Zóó kleingeestig zal men toch niet zyn? Wel neen, duinwater, gas enonder- w q s, ziedaar de drie struikelblokkenMen kan die echter gevoeglqk tot twee reduceeren, daar men het er toch reeds vry wel over eens is, dat men het duinwater niet weigeren kan: eerstens tegen over de Maatschappij en ten tweede uit een sanitair oogpunt. Blyft alzoo nog: gas en onderwijs! Zyn echter de heeren van den Raad van oordeel, dat, wanneer zij het besluit nemen om een hoogeren gasprys te doen betalen en alzoo feitelijk den om wonenden gelegenheid geven van dit gemeente product te profiteeren,deze op eens allen zullen komen aangeloopen en" roepen„geeft ons gas, geeft ons gas!" Och neen, Mijnheer de Redacteur, dat geloof ik niet. De petroleum, de „lampe beige," geven nog zulk goed licht! En of de gemeente Zoeterwoude deze heeft het tot nu toe het hardst te verantwoorden gehad nu wel zoo spoedig voor zijne straatverlichting gas zal gaan nemen? Op plaatsen, waar men elkander minstens omver kan loepen, levert zy zelfs geen petroleumverlichting En zou zy dan opeens gas nemen? Dat kan ik my niet denken. Zou dan echter de meente Leiden wel veel profiteeren door dat 1 sluit; zouden de leden van den gemeenter ad niet I beter doen gas te geven tegen den gewon- a prijs I dan voor een paar gulden meerdere ontvai tast, stofI te geven aan Uilenspiegel? Maar het onderwjjs ver-| geet ge! roept men my reeds toe. Neen, Mijnheer del Redacteur, dat vergeet ik niet, ik heb hot alleenl maar voor het laatst bewaard. Wanneer echter del gemeenteraad den prys van het schoolgeld gaatl bespreken, laat hy dan echter niet beginnen metl de vraag of men de omwonenden meer zal latenI betalen, maar zich afvragen: „Is dat schoolgeld! wel bij my geregeld, zooals het behoort?" Wanneer) daarop volmondig „ja" geantwoord kan worden, eerst dan zou ik aan het schoolgeld van do omv?o-| nenden beginnen. Dan vraag ik evenwel: „zouhetl dan maar niet beter zyn ook hen van het goede en| vele onderwys te laten genieten?" Met dankzegging voor de plaatsruimte, M. d, R,| Leiden, 26 Maart 1886. D. BUITENLAND. Duitsehland. Het ontwerp op het brandewyn-monopoüe werd| gisteren door den Rqksdag in tweede lezing handeld. De rijkskanselier gaf zyn leedwezen te kennenl over de wijze, waarop de regeeringsvoorstc en doorT de meerderheid van den Rijksdag behanckld wer-| den. Hij betwijfelde of, by zulk eene meerderheid,! nog wel in het algemeen een steunpunt voor Duit-I sche eenheid in den Rqksdag te vinden ware.l „Indien de Rqksdag zqne taak niet beter opvat,"l aldus ging de spreker voort, „maak ik mij overl de toekomst bezorgd. Mochten eenmaal verwikj kelingen van buiten opdagen, dan behoort hechtheid van het Ryk gevestigd te zqn. Ik ziel thans geen onmiddellijke gevaren voor ons, maarl ook in het voorjaar van 1870 had ik die iiet voor-I zien. Indien de hechtheid van het Ryk o;> zwaarf dere proef mocht gesteld worden, beheert meal daarvoor thans reeds voorzorgsmaatregels te ne-l men. De aanneming van het monopolie-oni werp zall strekken om het Ryk te bevestigen; de verwerf ping zal haar schade doen. Mocht het voo.stel ver-I worpen worden en gelyk lot ook de tolastingl op het verbruik treffen, dan zal in Pruisen de verf gunningsbelasting moeten ingevoerd worden." Ten slotte werd de beraadslaging tot heden ver-| daagd, nadat prins Von Bismarck nogn aals woord had gevoerd, om de bedenkingen van den heer! Richter te weerleggen. De Rijkskanselier deed vootf namelijk uitkomen, dat de heer Richter zichteger.1 elk regeeringsvoorstel verzette. Wanneer hem (Ryksf kanselier) werd voorgeworpen, dat hij zijnen mees-I ter bewoog om naar Canossa te gaan, dan moestf hij zeggen, reeds een veel erger Canossa in deaf Rijksdag beleefd te hebben. GJ-root-Bi-it,armlij. In het Lagerhuis verklaarde de heer Gladstonal gisteren dat hy aanstaanden Maandag of Dinsdag] aan het Huis den tekst zijner voorstellen betreffende! het toekomstig bestuur van Ierland hoopt mede| te deelen. Men verneemt te Londen dat de betrekkingen| tusschen vorst Alexander van Bulgarije en dei sultan sedert het sluiten der Turksch-Bulgaarsctn| conventie geene verandering hebben ondergaan, bestaat geen grond hoegenaamd voor de geruchten! in buitenlandsche dagbladen omtrent eene verkoel ling, als gevolg der onderhandelingen over de voorl waarden der benoeming van den vorst tot gouverl neur van Rumelie. De Porte is bereid tot bekraebl tiging van elke oplossing, waarover de mogend! heden het ten opzichte der benoemingsquaestiej mochten eens worden, hetzij dat de benoeming voorj vijf jaren of voor onbepaalden tqd geschiede. Alleen] de bedenkingen van Rusland vertragen de bjjeenj komst der Conferentie, waardoor aan de conventie de bekrachtiging der mogendheden kan gegeven] worden. T t: i e jr r m ui ui e o, LONDEN, 26 Maart, De werkstakende mynwer-J kers uit de steenkolenmijn van Zuid-Medomsley te Durham hebben beproefd door middel van dynamiet! te doen springen het huis van den heer Tyzack,| directeur van deze kolenmijnen. De voorgevel va het huis is erg beschadigd, maar gelukkig niemand getroffen. PARIJS, 26 Maart. De budget-commissie heef zich geconstitueerd. Zij benoemde tot haren voof'l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2