<§eze Qouraat wordt dagelijks, met uitzondering van <§on- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 20 Februari. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incas- seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. 0p den 17den Februari 11. hield het Departement leiden der Ned. Mi), t. B. v. Nijverheid eene ver gadering, welke zeer goed bezocht was. Dit :al geene verwondering baren, als men in aanmer king neemt, dat onze bekwame stadgenoot, de heer F. Driossen over de werking van chloor op kleur en vezelstoffen zou spreken. Voordat de heer Driessen aan het woord kwam, werden er eenige huishoudelijke zaken afgehandeld en door den vice- Toorzitter het benoemen van twee bestuursleden, (door het aftreden der heeren Van "Wensen en De Sturler, waarvan de eerste niet, de tweede wel herkiesbaar was), aan de orde gesteld. Als bestuurs leden werden gekozen de heeren W. F. Van Wijk en A. L. De Sturler, die deze benoeming aannamen. De heeren Van Aken en Goedeljee, uitgenoodigd om de rekening en verantwoording van den pen ningmeester na te zien, stelden aan de vergadering voor, aan den penningmeester dank te betuigen, voor zijn, accuraat beheer, met welk voorstel de ver gadering zich volgaarne vereenigde. Met het oog op de geringe geldmiddelen, waarover het Departe ment te beschikken had, werd door de vergadering een voorstel van de meerderheid van het bestuur aangenomen, om nl. het subsidie, aan de Practische Ambachtschool uit te keeren, te brengen van f 25 op f 10. Nadat dit besluit gevallen was, kon de voorzitter de heugelijke tijding mededeelen dat een belangstellend lid van het Departement de f 15, welke dus de Ambachtschool minder zou ontvangen, als particuliere gift had toegezegd. Eene algemeene goedkeuring van de vergadering bewees dat zy die gift zeer op prjjsstelde. Nadat nog als nieuw lid werd voorgesteld en aangenomen de heer A. J. Van Achterberg, 'af de vice-voorzitter het woord aan den heer Driessen. De heer Driessen gaf eerst een historisch over- icht van de bloekkunst, tot op onze dagen. Hij deelde o. a. mede dat de kunst om te bleeken reeds zoolang bestaan had als de kunst om garens en stoffen te vervaardigen Het onoog- ijke van de ruwe vezels bracht den mensch er reeds spoedig toe, te trachten, een behaaglijker 'oorkomen aan de stoffen te geven. In de vorige «uw bestond het bleeken der stoffen, in het wasschen met alkali, bijv. asch van turf, hout, isangbladeren; koken daarmede, weer uitwasschen, rogen in de zon op velden, daarna weder was- chen en zoo daarmede doorgaan totdat de ver- ischte graad van helderheid was verkregen. Tot et jaar 1749 had Haarlem eene renommée in dat ak, zoo zelf dat de linnengoederen uit Engeland n Vlaanderen naar Haarlem werden gezonden om ;ebleekt te worden. Nadat in 1749 Dunlop, Q Ier, de bleekkunst in Haarlem had bestu urd, werden er in Engeland en elders bleekerijen 'Pgericht, en van dien tijd af kwijnde deze eens »o belangrijke tak van industrie. Het behoeft niet ezegd te worden dat deze manier van bleeken m groot tijdverlies ten gevolge had en te 'uur was. Eene uitkomst werd het dan ook eheeten, toen Scheele het chloor ontdekte met jne bizonder bleekende eigenschappen. Het chloor rird eerst geappliceerd op dezelfde wijze zooals hans voor de wolbleekery de zwavel wordt ge rikt. Onder-chlorigzure dampen werden gevormd oor bijeenvoeging van bruinsteen, Chloor-Natrium !t> hot een of andere zuur. Deze wjjze van bleeken as wel sneller werkend, als vroeger het geval as, maar had ten gevolge dat er veel stoffen orden vernietigd door de te snelle inwerking van 'Ot onderchlorigzuur op de vezelstoffen, terwijl len, op deze wijze werkende, niet zeker was van iiio zaak. Meer en meer zocht men naar middelen, vooral te Javelles in Frankrijk, om het chloor in eene andere vorm onder zijn bereik te hebben. In 1778 gelukte het aan Bertholet eene oplossing te maken van onderchlorigzure kalimen noemde dit Eau de Javelles. Hierdoor had mon oono vlooistof vorkrogon, welke mon naar verkiezing kon verdunnen, al naar gelang van de behoefte. Doch ook met deze uit vinding kon men zich niet tevreden stellen, het vervoeren van Eau de Javelles had groote bezwaren, en men zon nu op middelen om de chloor vast te leggen, en zoo te vervoeren. In 1779 liet men chloordamp striken over kalk, en zoodoende ver kreeg men de thans zoo bekende chloorkalk, een produkt, bestaande uit chloorcalcium, kalk, en enderchlorigzure kalk. Men had thans wat men wenschte, doch juist het gemakkelijk te appliceeren bleekpoeder kwam te spoedig onder het bereik van onkundige handen, die toen en thans nog het meeste goed bederven door onkunde. Chloorkalk, onoordeelkundig geappliceerd, maakt de sterkste, beste stof, binnen korten tijd waardeloos. Dit nu te bewijzen, de oorzaken er van op te sporen, en de middelen er tegen op te geven, had spreker zich ten taak gesteld. Eene gekleurde stof, van katoen bijv., zal, onder gedompeld in eene oplossing van chloorkalk van 1 Beaumé, uiterst langzaam bleeken. Zoodra even wel een zwak zuur het koolzuur (in kleine hoeveel heid, aanwezig in de lucht) kan inwerken, treedt er eene snelle werking in, door het vrij worden van het onderchlorigzuur. Om de werking van koolzuur te bewijzen, nam de heer Driessen drie klokken A, B en CA vulde hij met lucht, welke door schudden met kalkwater vrij van koolzuur was geworden, B vulde hij met gewone lucht, zooals die in het lokaal aanwezig was, C gaf hy door uitademing eene overmaat van koolzuur. Een lapje roodge kleurd katoen, gedrenkt met chloorkalkoplossing, verkleurde niet in A, in B een weinig en in C zeer sterk. Vervolgens nam hij een lapje gekleurd katoen, hing dit ter halverwege in chloorkalkoplossing, en nu zag men dat het gedeelte, hetwelk onder de vloeistof zich bevond, niet verkleurde, terwijl het door capilariteit met chloorkalk bevochtigde ge deelte door het koolzuur van de lucht werd ont kleurd. Chloorkalk, op eene gekleurde lap gestrooid, werkte daar alleen op de kleurstof, waar de lucht vrij kon toetreden; daar, waar er geen koolzuur- verversching aanwezig was onder eene glazen plaat en onder een bekerglas, bleef de kleur intact en de stof stevig, terwyi op de overige plaatsen de kleur geheel verdwenen was en de stof verbrand. De verbrande, (geoxydeerde) cellulose noemt men oxy-cellulose, eene stof, welke merkwaardige eigen schappen bezit, o. a. het dadelijk tot zich nemen van kleurstoffen en metaal-oxyden. Ook hiermede werden proeven genomen, welke van de vinding- rykheid van den spreker een schitterend getuigenis aflegden. De heer Driessen wees vervolgens op het groote nut om de chloorkalkoplossing niet sterker te nemen dan 1/2 graad van den chlorometer van Gay^ Lussac (berustende op het ontkleurend ver mogen van chloorwater op indigo-oplossing), het daarna passeeren door eene zwakke zuur-oplossing, zwavelzuur bijv., en het daarna goed uitwasschen. der stof Geschiedt de bleeking in een sterker bad, zoo had de werking te spoedig plaats en oxy cellulose werd allicht gevormd, hetwelk weder tot onsterkte en vlakken by het verven en drukken aanleiding gaf. Chloorkalk was, volgens spreker, eene stof, welke in ieder huishouden moest ontbreken, terwijl blee- kers, die er mede werken, zich goed moeten reken schap geven, van de werking der lucht, op de met chloorkalkoplossing gedrenkte stoffen. I n De bekwame, wetenschappelyke spreker eindigde met deze woorden (een variant op Schiller's Lied von der Kloeke) Wolthatig ist des Chlores Macht Wenn es der Mensch bezahmt, be wacht. De voorzitter sprak uit naam van allen, toen hij Leiden gelukkig rekende, een man als den heer Driessen onder zyae medeburgers te mogen tellen. A. De S. Aan het galadiner ten Hove werd door Hare Majesteit de Koningin een feestdronk ingesteld op Haar gemaal. Z. M. de Koning beantwoordde dien dronk met enkele woorden. Daarna kwam ook Prinses "VVilhelmina aan den disch. Het vuurwerk in de Maliebaan had eene groote menigte in en om die plek saamgebracht. Te 9 uren voerde een hofrytuig het Kroonprinsesje, bege leid door eene hofdame, naar de woning van den opperceremoniemeester, baron Du Tour Yan Bel- linchave aan de Prinsessegracht. In diens salon nam de Prinses voor het venster plaats om het vuurwerk te zien afsteken. De volkomen windstilte welke de verlichting voor de verschillende ministeriën, den schouwburg, waar vanwege de vereeniging het Ned. Tooneel een gasilluminatie was ontstoken, het gebouw van het agentschap der Nederl. Bank en enkele par ticuliere woningen uitstekend deed slagen was oorzaak dat vele stukken niet geheel tot hun recht kwamen, daar de rook te veel bleef hangen. Het slotnummer eene hulde aan den Koning werd vooral zeer toegejuicht. Na afloop van het vuurwerk werd het Prinsesje by het verlaten van de woning van den oppercere moniemeester harteiyk begroet. Er heerschte onder het publiek eene opgewekte stemming. De burgemeester bevond zich op de gereserveerde tribune, welke mede bezet was door verschillende gemeenteraadsleden. De dichtregelen des avonds, bij gelegenheid der feestvoorstelling, door mevrouw Sophie De Vries in den Koninklijken Schouwburg uitgesproken, luiden als volgt: Donker, donker zijn de dagen, Thans door 't lieve land doorleefd! De arbeid als in band geslagen! Werkkracht, die geen welvaart geeft! 't Onverstand, de tweedrachtstoker, Roepende van wei naar duin „Zwaait de bloedvlag, rept den moker!" a'tNieuwe huis gebouwd uit puin!" Dubbel welkom nu deze ure, Nu, dit feest van vreugde en vreè! Tegenbeeld van 't wrange en zure, Dat Gods Raad ons smaken deê! 't Feest van Hem, den goeden Koning, Hoeksteen van ons Staatsgebouw, 't Zij in schaamle en grootsche woning 't Beeld van eenheid, 't beeld van trouw! Laatste zoon van grootsche vaadren, Ons orinrend 't rijkst Voorheen, Zie ons tot Uw troonstoel naadren, Maar tot dezen niet alleen! Tot de plek ook in Uw woning, Waar Ge heilger weelde vindt, Waar Ge, mensch veel meer dan Koning, Zetelt tusschen vrouw en kind! Daar weerklinke ons aller bede: „Draag nog jaren Neerlands krQon!" En een kinderstem bidt mede Op nog warmer, teerder toon „Nieuwe kracht doorvonk' de leden! „Blijf bij ons! een hechte band „Vlecht het Gister om het Heden j't Hqeft U lief, Uw Nederland!" 7979. BJLaaiKtla,»- A°. 1886. IEIDSCÏÏ ?ÜSfs DAGBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 1