burgerlijk bloed. N°. 7343. Maandag 11 Jaimari. A0. 1886. Feuilleton. feze <Qourant wordt dagelijks, met uitzondering van fon- en feestdagen, uitgegeven. LEIDSOH ifS! DAGBLAD. PaiJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden..ƒ1.10. Franco per poet1A0. Afzonderlijke Nommers- °-05- 9) EEN VERHAAL VAN GOLO BAIMUND. (Vervolg.) w Richards vaderlijke liefde voor het kind van Geor- m gine werd dus door niets verminderd, integendeel Pau- I line trok nog voordat zij geheel volwassen was, de F- welwillende opmerkzaamheid van Alfreds moeder, van de grootmeesteres Von Blendorf, in die mate tot E zich dat de schrandere vrouw reeds thans de gedachte I in haar hoofd liet rondgaan, dat zy als haar schoon- R dochter door haar vrijmoedig optreden en voornaam heid den naam Von Braatz Yon Dittersheim weder dien uitwendigen glans kon verleenen, die door Al- freds al te bescheiden en weinig aanmatigend optre- 1 den ernstig in gevaar scheen te zullen komen. Voordat echter zulk een plan wegens de al te jonge jaren van Pauline nog slechts kon worden besproken, stierf haar moeder en liet haar onder de hoede van oom Richard als een heilig aandenken aan hunne vriondschap achter. Door een juist oor- f deel over beider karakters geleid, had de stervende haar kind nog meer aan haar vriend dan aan haar echtgenoot op het hart gedrukt en inderdaad vond Pauline in dit eerste uur van smart haars levens veel meer troost by oom Richard dan by haar vader. Daar het veertienjarig meisje nog volstrekt ■V vrouwelijk opzicht noodig had en Mijnheer Von m Gerstein een beslisten tegenzin aan den dag legde Bom een gouvernante of dame van gezelschap voor Pauline by zich aan huis te nemen, moest oom Richard er zich wel in schikken dat zy naar een inrichting tot opvoeding werd gezonden. Hy bleef in een levendige correspondentie met zijn lieve linge, bezocht haar elk vierendeel jaars en nam veel levendiger deel aan haar ontwikkeling dan mijnheer Von Gerstein zeiven. Deze werd, byna zon der dat hij het zelf wilde, door zyn plotseling een zaam geworden huiselijken haard weder in het verkeer der groote wereld getrokken. Hij was in den loop van het jaar tot overste bevorderd, de wyze spaarzaamheid van zijn overleden vrouw had zijn financiën verbeterd en hij was, nu hij weder het leven van een jong gezel leidde, in staat zich dit heel genoegelyk te maken. Hij was drie en vijftig jaar oud geworden, een beetje te oud voor een Adonis, maar nog altoos jong genoeg om een meisje te huwen dat juist niets anders begeert dan een goede verzorging. Dezulken zijn er ten allen tyde geweest, en de tijdsomstandigheden zyn zoodanig, dat deze klasse nog lang niet zal uit sterven; het was dus volstrekt niet te verwonde ren dat Von Gerstein, nadat er zoovel en waren geweest, die hem slechts ter wille van hem zelf hadden bemind, ten slotte ook een dame ont moette, die haar voorgangster wreekte door zyn persoonlijkheid slechts als een kleine lastige toe fgift by de voorrechten van zyn positie te be- chouwen. Von Gerstein was namelijk ternauwernood we- Per tot aijn vroeger vroolyk leventje teruggekeerd, :en hy ook opnieuw weder gehoor gaf aan zyn ngeboren neiging tot lichtzinnige hofmakerijen en liefdesavonturen, zich, door zjjne ijdelheid ge prikkeld, met jonge mannen tot een wedstrijd om de gunst van knappe, jeugdige meisjes inliet en op deze wijze vlugger aan een tweede vrouw kwam dan hij zich misschien wel in ernst had voorgesteld. De dame, die althans even behendig te werk ging als hy zelf in de dagen zijner jeugd, en zich even goed verstond op het vasthouden als hij zelf vroeger op het ontsnappen, was de dochter van eene onbemiddelde ambtenaarsweduwe uit de provincie, die haar adel en de bekoorlijkhe den van haar dochter in het rechte licht hoopte te stellen om deze aan een man te helpen. Dat Suzanne hem precies op denzelfden voet met haar jongste aanbidders behandelde, dat het geheel e onderscheid daarin bestond, dat zij hem met een onderscheiding bejegende, waaruit men tot oen levendig gevoel voor hem mocht besluiten, wekte zyn ijdelheid in die mate op, dat al zijn bezonnenheid hem in den steek liet, en hy aardig in de netten der knappe intrigante bleef steken. In- tusschen bemerkte hij niet, dat hij eigenlijk de veroverde was. Integendeel de gedachte zyne jongere mededin gers uit den zadel gelicht te hebben, maakte hem zoo gelukkig, dat de meening dat hem dit door zyne persoonlijke goede hoedanigheden was gelukt, hem niet zelden tot belachelijkheden aanzette. Hy wilde tot eiken prys wederom den jongen, galan ten cavalier van vroeger uithangen, en zijne zeven tienjarige dochter stond hem daarbij niet weinig in den weg. Zij moest evenwel toch eenmaal van de kostschool terugkomen, en oom Richard, die haar daar vaderlijk had heengebracht, haalde haar eveneens weder terug. Mijnheer Von Gerstein had kort voor den terug keer van Pauline zyne echtgenoote, die Pauline nog niet kende, als vrouw des huizes geïnstalleerd, en hoe bedriegelijker hy tot dusver de rol van teeder hartstochtelijk minnaar had gespeeld, des te grappiger was hij thans in die van vader. Hij sloeg een vrij belachelijk figuur, en mevr. Von Gerstein zou dit nog meer hebben gevoeld, indien zy al haar opmerkzaamheid niet aan de schoone, trotsche dochter van haar echtgenoot had gewijd, die in weerwil van haar jeugd haar door haar kalme waardigheid, waarmee zij zich aan haar, als de nieuwe gade haars vaders, onderwierp, ont zag inboezemde. Al sloeg Pauline ook eenigszins verwonderd het ongewone gedrag van haar vader gade, dat oom Richard onophoudelijk met bitteren spot geeselde, al glimlachte zij ook ongeloovig over de hoogdra vende liefdesbetuigingen van haar nieuwe moeder, die in haar vierenvijftigjarigen echtgenoot de ver wezenlijking van de droomen harer jeugd wilde zien, nooit kwam er een oneerbiedig woord over haar lippen, nooit moedigde zy haar kennissen aan om de zachte toespelingen op haar onplezie rige positie tot openlijke deelneming te doen over gaan. Aan haar scherp oog ontging de spot der we reld niet, haar fijn gevoel werd iederen dag, ja elk uur gekwetst door de dwaze handelingen van den man, naar wien zy toch zoo gaarne met eer bied had willen opzien, en in haar binnenste ge belgd, wendde zij zich af van de vrouw, die zoo vermetel had bezit genomen van de plaats der beste gade en moeder, zonder door eenige eigen schap daartoe gerechtigd te zyn. Mevrouw Von Gerstein haalde haar man over zooals zij zeide, om met hem te pronken tot eene leefwijze, die zoowel zijne finantieele als zyne lichamelijke ver mogens te boven ging; maar het zalig bewustzijn zich geheel als een jongen man te zien behandeld, nam al zijne bedenkingen weg. Hoe eigenaardig nu ook de verhouding van Pau line tot haar vader was geworden, het deed hem in het geheim toch veel genoegen, dat zij de aan biedingen van verschillende bekenden, in de eerste plaats die van oom Richard, om zijne woning als haar ouderlijk huis te willen beschouwen, van de hand wees. Mynheer Von Gerstein was reeds eemge keeren tot zyn niet geringe geruststelling gewaar geworden, dat Pauline's rustig vertrek PRIJS DER AD VERTE NTIEN V»n 16 regela 1.05. Iedere regel meer 0.174. Grootere lettere naar plaatsruimte. Voor het iuoaa- seeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. hem een toevluchtsoord aanbood, waar hy, wan neer zyne krachten, eens onvoldoende waren voor zyne jeugdige rol ook een oude man durfde te zyn. Daar kon hy zich overgeven aan alle gemak ken waarop hij sedert den dood van zijne eerste echtgenoote geene aanspraak meer durfde te ma ken; daar was hy ook welkom in zyn slaaprok, waarmee hij er wel wat ineengebogener uitzag dan in zijne nauwe uniform, en schroomde hy niet zyn kaal hoofd te laten zien. Van alle personen onder zyne vroegere kennissen ontweek hy niemand zorgvuldiger dan oom Richard, die ernstig boos op hem was wegens den dwazen zet eene jonge vrouw te hebben genomen en om de nog grootere kort zichtigheid aan haar overdreven liefdesbetuigingen geloof te slaan. Hij vervolgde mevrouw Von Gerstein met bitte ren spot en liet geene gelegenheid voorbijgaan zonder haar opmerkzaam te maken op de plichten, welke de leeftijd van haar echtgenoot haar op legde. Eene prikkelbare verhouding kon niet uit blijven. Von Gerstein wees den raad, dien oom Richard zich in finantieele aangelegenheden in het belang van Pauline tusschenbeide veroorloofde, scherp en kortweg van de hand, en er stond ten laatste zulk eene koele verhouding tusschen bei den, dat Pauline geene tegenwerping durfde te maken, toen oom Richard op een goeden dag ver klaarde, dat hy al de dwaasheden moede was, welke hij dagelijks mee moest aanzien, en dathy, indien zy zich dan volstrekt voor de waardigheid van het huis wilde opofferen, de reis naar Italië, welke hem eenige verstrooiing moest verschaffen, ook zonder haar ging ondernemen. Voor Pauline brak er thans een stille, eenzame tijd aan, des te stiller in haar gemoed, naarmate het drukker om haar heen was. Nooit had zy zoo zeer gevoeld, hoe opbeurend oom Richards opge ruimd, gemoedelyk karakter op haar werkte, welk een steun zyn heldere, krachtige geest en uitge breide kennis voor haar was, dan thans, nu zij zijne aangename stem en zijn hartelijken lach niet meer hoorde. Zy gevoelde diep, hoe hij steeds, en slechts hij alleen, een vader voor haar was ge weest, hoe haar hart eene geheel andere taal van liefde en vertrouwen tot hem sprak, dan tot hem, wien de natuur haar tot vader had gegeven, aan wien naar enkel de plicht verbond, en voor wien zij waakte met de oogen van den trots in plaats van met die der liefde. Maar Von Gerstein gevoelde dit niet, omdat zyn eigen gevoel te oppervlakkig wasen zonder naar de bron te vragen, waaruit haar oplettendheden en haar gehoorzaamheid voort sproten, was hy voldaan, indien hy ze maar ge noot. Hy hoopte en verwachtte, en oogenschynlijk zeker niet ten onrechte, dat zulk een schoon en voortreffelijk meisje als Pauline wel eene uitste kende party zou maken, en maakte daarom zijn vrouw na teedere opmerkingen dienaangaande van haar kant, in weerwil van het weduwenpensioen, dat zij eens zou krijgen, tot universeele erfgename van zyn, zy het ook niet heel groot vermogen. Maar alsof het lot deze onrechtvaardigheid, welke tegenover eene zoo opofferende en aan haar plicht getrouwe dochter werd begaan, weder goed wilde maken, kwam eensklaps de tijding aan, dat Pau line door een tamelyk verren neef van haarvader, dien deze nooit had gekend, tot erfgename van zyn fraai, in het zuidelijk gedeelte des lands ge legen landgoed was gemaakt. Er liep geruime tydvoorby, voordathet jonge meisje van de verbazing kon bekomen waarin deze tijding haar had gebracht en het bleef althans in de oogen van mynheer en mevrouw Von Gerstein de handel wijze van een krankzinnige om een jong, dezen geheel onbekend meisje ten koste van haar vader tot erf gename te maken. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 1