Gemengd Nieuws,
Yóór 1 Augustus a. s. worden bij het
departement van justitie inlichtingen ingewacht
omtrent "Wilhelm Unverzagt, hoogleeraar uit Wies-
baden, die sedert 25 Januari jl. uit een gesticht
voor zenuwlijders te Bendorf aan den Rijn nabij
Coblentz is verdwenen. De vermiste is 55 jaren oud,
heeft middelmatige lengte, grijzen baard en knevel,
licht gekrulde haren. Zijn linkerarm is ongeveer
5 cM. korter dan de rechterarm. Zijn ondergoed is
gemerkt W. U. 6. Men vermoedt dat hij in den
Rjjn verdronken is. Eene belooning van 200 mark
is uitgeloofd voor zjjne ontdekking of het vinden
van zijn lijk.
Door den commissaris van politie
te Schiedam wordt, namens den vader, opsporing
en opzending verzocht van Sidonia Bartha Van
Kralingen, 20 jaren, dienstbode, lang, met blond
haar, lichtblauwe oogen, knap uiterlijk, brauwende
spraak, gekleed met groen of blauw stoffen of blauw
katoenen japon en bruin strooien hoedje. Zij heeft
op 10 Juli jl. Schiedam verlaten in de richting van
Rotterdam. Te gelijk is met haar verdwenen Wil
lem Frederik Michel, 38 jaren, zaakwaarnemer te
Leiden. Men vermoedt dat zij bij elkander zjjn.
Te Hoogmade kregen de landbou
wers L. Van der Lans en F. Van der Meer (buren)
gisteren gelijktijdig den hooibouw biDnen en be
sloten gemeenschappelijk bouwfeest te houden. Na
zich aan bouwkoeken en andere versnaperingen te
goed gedaan te hebben, ging men aan het zooge
naamde, niet echte katknuppelen, waaraan ook de
meisjes zouden deelnemen. Tot groot genoegen van
allen werd de eerste prijs behaald door Catharina
De Jong, dienstbode bij F. Van der Meer, terwijl
Cornelis Verbij en Gerrit Van der Meer ook elk
een prijs wonnen. Eerst laat in den avond scheidde
men, zeer tevreden over bovengenoemde landbou
wers, die hun werkvolk, na eenige vermoeiende
weken, zoo'n recht genoeglijken dag hadden bezorgd.
Men schrijft uit Koog aan de Zaan:
Om halfvier ongeveer kwam gisteren een paard
met open tentwagentje, waarin twee heeren zaten,
ia vliegende vaart langs de Spoorstraat alhier. De
eene heer werd uit den wagen geslingerd; de
andere hield de leidsels en bleef er op. Schuin
over het station schoot het paard door een heg en
kwam tot staan. Het bleek dat een der dwars
houten van de heg ongeveer meter in zijn
lichaam was gedrongen. Na eenige pijnlijke trillin
gen viel het dier dood neder. De heeren kwamen
met den schrik vrij.
Te Oudenbosch werd Donderdag-
namiddag een werkman overreden door den zand-
trein, waarop bij met nog andere arbeiders bezig
was te werken. Terwijl de trein in gang was,
wilde hij er opspringen, viel, en kwam ongeluk
kigerwijze onder den trein terecht. Daar beide
beenen hem verbrijzeld werden, besloot men hem
nog denzelfden avond naar het gasthuis te Rotter
dam te vervoeren. Naar men verneemt, is hij gis
teren aldaar reeds overleden.
Gisternacht omstreeks vijf uren
brak te Helder een felle brand uit in het huis
bewoond door J. Bruin, in de Smidstraat, in welk
perceel eene bakkerij werd uitgeoefend. In eea oog-
wijsgemaakt, dat zijne beide ouders gestorven waren-
Door hongerlijden en de gruwelijkste mishande
lingen werd hij gedwongen, koorddansen en allerlei
andere dergelijke kunststukken te leeren, en als
kunstenmaker bereisde hij met den Engelschman
geheel Zuid-Amerika en Europa. Toen hij in handen
der politie viel, had hij in geen twee dagen gegeten
en droeg zijn lichaam de sporen van kastijdingen
die hem met een touw met knoopen waren toe
gebracht.
Door bemiddeling der agenten van de „White
Star Line" is de jongeling van Rotterdam naar
Liverpool gereisd, om per stoomboot „Britannic"
wenk was het huis eene vuurzee, waardoor slechts
zeer weinig van den inboedel kon worden gered.
De inmiddels aangerukte spuiten konden slechts
de belendende perceelen tegen de vlammen bevei
ligen. Bakkerij en woonhuis, benevens een op den
achtergrond gebouwd huisje, brandden tot den
grond toe af.
Naar men verneemt, was het huisraad van laatst
genoemd huisje niet, al het overige wèl tegen brand
schade verzekerd. De oorzaak is onbekend.
De boterprijzen stijgen weder, als
een gevolg van de groote vraag naar Friesche
boter te Londen, die met dit warme weder (beter
dan de Deensche) aldaar wordt aangevoerd. De
Deensche boter komt daar door de warmte in
onooglijkeu toestand aan, terwijl de Friesche hare
friesche kleur behoudt. (Leeuw. Ct.)
Ongeveer 6'/, jaar geleden mi stede
Amerikaan Tomie Mc. Hugh, woonachtig te Con-
neaut, bij Cleveland, in den staat Ohio, zijn 9'/,-
jarig zoontje Tomie. Alle nasporingen van de zijde
der ouders bleven vruchteloos, tot het nu dezer
dagen aan de Rotterdamsche politie gelukte het
kind in handen te krijgen.
Volgens de verklaringen van Tomie Mc. Hugh
was hij door een Engelschman, zekeren Cb. M
met gewold weggevoerd en was hem na korten tijd
naar zijn vaderland en zijne ouders terug te keeren.
De schoolmeester Lehner te FIobz
in Beieren bad zich sedert jaren met bijenteelt
opgehouden en de korven een plaatsje in een hoek
van den tuin gegeven, die bij de school behoort.
Een zijner collega's, de heer Riebel, wandelde
dezer dagen in den vroegen morgen in den tuin en
schijnt, bij het verlaten er van, langs de bijenkorven
te zijn gegaan en er tegen geetooten te hebben.
Een poos later bemerkte Lehner dat zjjne bjjen
zeer onrustig en wild waren en ging daarom eens
een kijkje nemen. Hjj vond zijnen collega, geheel
met bijen overdekt, bewusteloos op den grond liggen.
Lehner had de tegenwoordigheid van geest dade
lijk water te halen en het over den bewustelooze
uit te gieten, waarna het hem gelakte den ouden
man naar zijne woning te vervoeren; onderweg
deden de bijen voortdurend woedende aanvallen.
De heer Riebel stierf reeds vier dagen later ten
gevolge van de bekomen giftige steken
Philadelphia, de Kwakersstad, ver
keert, naar uit Nieuw-York geschreven wordt, in
niet geringe opgewondenheid. Twee jonge heeren
van de „jeunesse dorée" hebben een streek uit
gehaald, welke als een tooneel uit een dol klucht
spel klinkt.
Eene der meest bekende kostscholen voor jonge
meisjes uit de hoogere standen, welke in eene der
noordelijk van de stad liggende voorsteden staat,
werd bezocht door twee zusters van liefdadigheid,
die aalmoezen voor armen en zieken opzamelden.
De zusters kwamen voor in een gesloten rijtuigen
werden door de directrice der school vriendelijk
ontvangenook toonde men hun het geheele gebouw
van de keuken tot de slaapzalen.
De zusters betoonden eene bjjzondere groote be
langstelling voor de scholieren en vroegen vergun
ning onder de jonge dames eene inzameling te mo
gen houden voor haar weldadig doel. De meisjes
teekenden en betaalden ruimschoots en de vrome
zusters dankten ieder liefkind mot eene omhelzing
en een zusterlijken kus, die bij hot afscheid nog
eens herhaald werden.
Daarna gingen zij weer de deur uit, waar het
rijtuig nog op hen wachtte. De nieuwsgierigheid
die de goede nonnen nog eens
hen nog even buiten de deur
toen de zusters weg zouden rijden.
Spoedig daarop kwamen zij geheel ontsteld terug
en vertelden dat zij, toen de nonnen het rijtuig in
stegen, onder de nonnengewaden mannenlaarzen en
broeken ontdekt hadden.
De directrice beval een diep stilzwijgen over dit
voorval, maar de jonge dames stelden waarschjjnlijk
nog meer belang in de broederlijke, dan in de zus
terlijke kussen en zochten inlichiingen in te winnen.
Deze brachten aan het licht dat dit bezoek het ge
volg was van eene weddenschap, welke in de grootste
club der stad tusschen twee partijen der rijke jon
gelieden was aangegaan.
Men had om duizend dollars gewed of het ééa
der jongelieden gelukken zou niet alleen de instel
ling te bezoeken, maar ook geheel te bekijken. Hoe
de weddenschap gewonnen werd, vertelden wij hier
boven.
De streek geeft natuurlijk 7eel stof voor de
chronique scandaleuse" van Philadelphia. De vjjftig
dollars die de „barmhartige zusters" op de kost
school inzamelden werden dadelijk aan eene weezen-
inrichting overhandigd.
Bij gelegenheid van een proces we-
gens moord, dat voor de rechtbank te Wauhesha
in Amerika behandeld werd, gaf een der getuigen
de uren van aankomst en afvaart van een stoom
schip op.
„Geef mjj precies op," zeide een der jury-leden,
„hoe laat de boot, die des morgens van Milwaukee
vertrekt, te Chicago aankomt."
„Precies zeven uren," antwoordde de getuige.
„Vertrekt het schip steeds op den juisten tijd."
„Ja altijd!"
der jonge meisjes,
zien wilden, lokte
„En eet men goed aan boord?"
„Dat is al naar dat men bet nemen wil."
„Ik moet u verzoeken," zei het jury-lid,
geene ontwijkende antwoorden te geven."
„Mijnheer," liet thans de president van
gerechtshof zich hooren„al die onderdeelen
uwe vraag zijn overtollig."
„Toch niet, mijnheer de president," antwoor;
het practi8che jury-lid„ik ben van plan om oi
eenige dagen een reisje met het vaartuig te ond
nemen en maak van de gelegenheid gebruik
nauwkeurig informatiën in te wionen."
INGEZONDEN.
De Rotterdamsche tentoonstelling va
Kunstwerken.
Het is treurig, maar waar, dat deze verzamel,
meer eene teleurstelling dan eene tentoonstel!
op kunstgebied is. De prijslijst bij den cataloj
(overigens eene prijselijke zaak) geeft ditmaal s
de tentoonstelling het voorkomen van een bazaar
niet vasten prijs, altijd meer dan 30 cents. V
uitgerekend is de doorsneeprijs ƒ595 per schilde
Er zjjn 485 nummers en de gezamenlijke prijs vi
het al te zamen is f 266,760; maar daarvan z
50 nummers af te zonderen, omdat voor 29 sd
derijen en teekeningen (al zjjn sommigen daan
toch wel voor geld te krijgen) geen prijzen
opgegeven. Wijders zijn er 12 nummers sculptu
te zamen voor den prijs van 6375 en 9 numm
teekeningen te zamen voor den prijs van 15'
Bljjven 435 stuks schilderjjen a f 595, te zat.
258,855.
Deze rekenquaestie, zoo onbelangrijk als zjj
heeft zich wel mogelijk in de gedachte r
menigen toeschouwer genesteld, want in de drie
vier zalen in het gebouw der Academie van Be
dende Kunsten zijn slechts weinig kunstgewrocht
die ons onttrekken aan de proza van het at
daagscbe leven. Met uitsluiting van eenige no:
mers die medelijden wekken (o. a. een dames-porti,
dat aan een mutsenbol herinnert), heeft men ztó
niet te ergeren aan wanstaltighedenmaar v
mag men zich verwonderen dat er lust bestaati''
zoo'n groote verzameling van middelmatighed
gelijktijdig onder één dak te brengen, en onwil
keurig rijst de vraag: „is het wel waar dat r
zich hier bevindt te midden van een kunstsctp
welke door de voortbrengende kunstenaars ope-
prijs in geld van 258,855 wordt geschat Ij
toeschouwer gelooft onmiddelljjk aan overschattit.
Vijf en zeventig van de 435 schilderijn zijn gei
teerd in de prijslijst van f 1000 tot 5000, nu
ook zelfs bij die 75 geraakt men niet los van
on-aesthetische geldquaestie. In waarheid, de natt
die men gewoon is onvoorwaardelijk te sal
eeren, missen de kracht om de hu'shoudelijrï
nieuwsgierigheid te dooden welke het oog na
de prijslijst voert, waarin men op zijn miost zi;
kan hoe de auteur zjjn werk ten meeste schi
Al treft men dan cijfers van 5000, f 4000,
of 1080 (die 80 slaan daarbij als uitnoo:
ging tot afdingen) aan, men is er niet galukki'3
om. Nadat men eenige keeren de zalen heeft doe
gewandeld en al de bloemstukjes en stilleventjej
veelal van mevrouwen en jonge meisjes, welwille:
heeft aangezien, begint en hervat men den oi
for selection, en van vrouwenbanden trefi
eenige fraaie kunstproducten zoo aangenaam, c
men in verzoeking komt om den palm der overv
wing aan de schoone sekse toe te kennen. Maarl
zeestukken houden de eer der kunstenaars het hoog-
Er zijn eenige schilderijen die van kunstvai
digheid en dichterlijke opvatting getuigendes li-
hebbers hart kan te gast gaan op eenige sprat
j68 van goddelijk genie, door het penseel aanscht
welijk gemaakt, maar toch is de algemeene ind
waarmede men na een verblijf van eenige uren
Rotterdamsche Kunst-Academie verlaat, een die
vraag op de lippen brengt: „waarom worden d
tentoonstellingen in Holland gehouden? Is het
met den rijkdom aan kunstenaars in het land
schitteren Is bet om vergeljjkingen te maken li
schen vroegere en volgende? Is het om het kan-
minnend publiek te regaleeren op wat bet h'
schoonst in kunst voortbrengt? Is het om te toot st
wat ware kunst is?" - "Wanneer die goede bedoelt de
gen gekoesterd worden, zou het dan niet betert kl
meer kunst en minder stuks te vertoonen? V
men dat ook ontluikende talenten gelegenheid bt-'hu
ben zich te doen kennen, dan zou het missets sti
wenschelijk zijn meer tentoonstellingen te houdt'
maar die ééne driejaarlijksche, ons Salon,
ceen bazaar worden. fl