N*. 7719. Maandag 220 April. A0. 1885. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Dit nummer bestaat uit DRIE BLADEN. Eerste Blad Zij, die zich met 1 Mei op het Leidsch Dagblad abonneeren, ontvangen de tot dien I datum verschijnende nommers gratis. Van het kwartaal April, Mei en Juni worden I dan alleen de beide laatste maanden ad I f 0.74 in rekening gebracht. Bij dit nommer van het Leidsch Dagblad I behoort voor de inteekenaren daarop het I officieel Verslag der Handelingen van den I Gemeenteraad: zitting van Donderdag den I 9den April, bladz. 33 tot 38. Een ernstig woord uit Indië aan Nederland. LBIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: V«or Leiden per S maanden.Lil. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers.0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIEN: Ven 1t rejeli 1.0E. Iedere rejel meer 0.17$. Grootere letters naar plaatsrnimte. Voor ket incasseer ren builen de stad werdt 0.10 berekend. Das laidt de titel eener brochure, dezer dagen uitgegeven, en die het jongste adres bevat met bijlagen, in den aanvang dezes jaars tot de N.-Indische Regeering gericht door eenige chefs vau te Batavia gevestigde firma's of crediet-instollingea en eenige rechtstreeks belanghebbenden bij en belangstellen den in de suikerindustrie op Java; - zoomede een drietal artikelen, door het Indisch orgaan „De Locomotief" aan dat onderwerp gewijd. De zaak, in bedoeld adres besprokeD, is van het hoogste belang, en verdient eene bespreking onzer zijds ten volle. Het is bekend, dat wanneer in Ind'ë e?n „ernstig woord" gesproken wordt, dit bijvoeglijk naamwoord er niet voor niemendal staat. Zoolang we beugenis hebben, vernamen we van daar sombere voorstel lingen, naergeestige profetieën zelfs, in elk geval I pessimistische beschouwingen zonder einde; en sedert „De Locomotief" zich in het koor der klagers mengde, is de toon er niet vroolijker op geworden. Naar onze bescheiden meening vergeet men in Indië te veel, dat altijd klagen vermoeit, en dat er weieens een woordje van waardeering mocht vernomen worden I voor hetgeen in Nederland is gedaan en wordt voor- bereid om den toestand van inlanders en Europeanen t te verbeteren, al erkennen we ook terstond dat er nog belangrijke stappen in die richting te doen zijn. "Wie te veel bewijst, bewijst niets; en wanneer „De Locomotief," in het laatsto der drie hiarboven j bedoelde artikelen, er de geheele politieke geschie denis van Europa, sedert het Weener Congres, bijhaalt, om te doen uitkomen dat, nu het staat kundig evenwicht in ons werelddeel eene histdrische curiositeit geworden is, bet naar koloniaal bezit hunkerend Duitschland er weieens toe zou kunnen komen om onze dnnr gekochte Oost in te palmen;- wanneer zij dat alles aanvoert om het wenschelijke te betoogen, dat de Regeering in Den Haag en die te Batavia de handen ineen slaan om de suiker industrie op Java te redden uit den nood waarin zij verkeert, - dan bekruipt ons wezenlijk de ver zoeking om te zeggen„Komaan, ge wilt ons bang maken Zelfbeperking is noodig, ook waar men wezenlijk bestaande grieven blootlegt, en het komt ons voor dat een sober betoog veel meer indruk zou maken dan de heftige couranten-artikels, doorspekt met een aantal min liefelijke aantijgingen, gericht tegen Regeering en Volksvertegenwoordiging in het algemeen, tegen mannen als den Minister, van Koloniën en den Gou verneur-Generaal in hetbjjzoDder. Elke quaestie die zich in Indië zoowel als elders voordoet, moet op zichzelf worden beschouwd, zoo objectief moge lijk, en op dien regel maakt het vraagstuk van de Indische suikercrisis geen uitzondering. Wij moeten eerlijk erkennen, dat de tekst van het Batavia'sch «dres in ons oog veel meer kracht tot overreding bezit dan de commentariën van het slecht geluimde blad. Bij het eerste althans mist men, in de harmonie der klaagtonen, den toon der waardeering niet. Wat in dat adres wordt gevraagd, komt op het volgende neder: Afschaffing van het uitvoerrecht op Java-suiker; opheffing van den cijns, die, ten bedrage van f 25 per bouw, wordt gevorderd van den vrjjen aanplant der ondernemers, die nog tot het einde der loopende verbintenissen in contract met het gouvernement werkentnsschenkomst van de Regeering, om bij de Indische Spoorwegmaat schappijen vrachtvermindering voor de suiker te bekomen; herziening van de wetgeving in Neder land op den suikeraccijns, ten gunste der produ centen op Java. Wij zijn van meening, dat een gedeelte dier ver zoeken de grenzen der billijkheid niet overschrijdt. Uitvoerreobten worden algemeen door de staathuis houdkunde veroordeeldbet gaat niet aan, de vrijheid van beweging eener industrie, vooral van zulk eene, die in harden kamp haar toekomst moet veroveren en verzekeren, en welker bloei van het uiterste gewicht is voor de bevolking van een groot land, te belemmeren door fiscale maatregelen. Elke be lasting, onder welken naam ook geheven, die de nijverheid drukt, verdient afkeuring; en ofschoon het wel een onbegonnen werk zal zijn, te zoeken naar eene heffing die de Indo-Europeesche maat schappij geen kreten van verontwaardiging zal af persen, - men beroept zich daar maar sleedt op de zóóveel millioenen, in de dagen der batige-sioten- periode door Nederland geprofiteerd, even alsof het tegenwoordig geslacht zjjn beurs heeft moeten aan spreken om dien gouden oogst te doen rijpon, en aan dit feit een vrijbrief mag ontleeneu voor verdere bijdragen in de algemeene uitgaven, - toch zijn de wetgevers in Nederland en in Indië verplicht geen heffingen te bestendigen die de productie in een dwangbuis klemmen. Ten aanzien van de herziening van het vracht tarief op de spoorwegen meenen we, dat reeds stappen gedaan worden om aan het verlangen der adressanten te gemoet te komen. Hierover kunnen we dus zwijgen, - de zaak schijnt in goede han den te zijn. De cijnsbetfing van f 25 per bouw geschiedt ten gevolge eener overeenkomst, indertijd met de suiker contractanten gesloten. In rnil voor de voordeelen, die zij door de gouvernements-bescherming genoten, ver bonden zij zich tot die bijdrage voor de gronden, welke zij bovendien in vrijen uanplant in gebruik zouden nemen. Destijds kon niemand voorzien, dat de zaken zulk eene ODgnnstige wending zouden krij gen en hoezeer het ook in de ondernemers niet te prjjzen is, dat zij in de vette jaren niets deden om aan altijd mogelijke kwade kansen het hoofd te bieden; hoezeer volgens streng recht handhaving van dien cijns te verdedigen zou zijn, - toch ach ten we het in het belang van moederland en kolonie, dat eene schikking ten opzichte van dien cjjns, - hetzij door vermindering, hetzij door uitstel van betaling - ernstige en niet al te langdurige overweging verdient. Of er mogelijkheid bestaat, nadat kort geleden de suiker-accijns in beide takken onzer Vertegen woordiging weer haarfijn is bekeken, door eene nieuwe herziening der wetgeving op dat punt de wenschen der adressanten geheel of gedeeltelijk te bevredigen, wagea wij niet te beslissen. De suiker- quaestie is een lastig^ netelig vraagstuk, omdat er zooveel tegenstrijdige belangen mee gemoeid zijn. Het resultaat onzer vluchtige beschouwing is, dat wij de lezing der brochure „Een ernstig woord" mer. aandrang aanbevelen. LEIQEN, 18 April. Heden is aan de universiteit alhier de heer T. Koppeschaar, geb. te LeideD, bevorderd to* doctor in de geneeskunde, met academisch proef schrift, get.: „Zenuwnaad en zenuw-niervorming." Gedurende het eerste kwartaal van dit jaar werd 's Rijks Museum van Oudheden op de Bree- straat alhier bezocht door 640 en het daartoe be- hoorende gebouw op het Rapenburg, waarin do afgietsels van Olympia zijn tentoongesteld, door 107, te zamen 747 personen; 's Rijks Ethnographiseh Museum, nl. de afdeeling op de Hoogewoerd door 59 en die op het Rapenburg door 101, te zameu 160; het Kabinet van prenten en pleisterbeelden door 47 personen. De Indische mail per stoomschip „PrinsHen drik" wordt morgen alhier verwacht. Gedurende deze week zijn dagelijks in de Stedelijke Werkinrichting alhier opgenomen van 5999 volwasser personen en van 814 kinderen. Terwijl ons vorig nommer werd afgedrukt, werd ons uit Den Haag gemeld dat de heer Grobbée zijn ontslag heeft genomen als minister van financiën. Na den bijna eenstemmigen aandrang der Eerste Kamer liet dit beslnit zich voorzien. De controleur der belastingen P. Leopold te Onde-Pekela heeft onder vele bewijzen van waar- deering zijn 50-jarig jubilé gevierd. In Mei a. s. legt de heer L. zijne betrekking neder. Naar het „Vad." verneemt, zal de Prins Von Wied, ridder 3de klasse der Mil. Willemsorde, het ridderfeest op 30 April a. 8. bijwonen. De heer C. S. Stortenbeker, de bekende schil der en leeraar aan de Academie van Beeldende Kunsten te 's-Hage, is sldasr in den ouderdom van slechts 46 jaren overleden. Naar men verneemt, zal de tot kapitein bij het 8ste reg. infanterie benoemde lste luit. Brender a Brandis geplaatst worden bij de Normaalschiet- school ter vervanging van den kapitein Coumans, die tot majoor zou worden bevorderd. De minister van binnenlandsche zaken brengt ter algemeene kennis dat de eindexamens der Poly technische School, vermeld onder B en C in artt. 6065 van de wet op het middelbaar onderwijs, in de maaDd Juni a. s. te Delft zullen worden afgenomen. Het gebouw, thans nog ingericht tot manége, gelegen Prinsessegracht hoek Casnariestraat te 's-Hage, toebehoorende aan de erfgenamen van wijlen Prins Frederik, zal, met eenige andere eigendommen van die nalatenschap, publiek verkocht worden. De Koningin heeft aan de „Vereeniging voor Gezondheids- en Vacantiekolonies" te Amsterdam eene gift geschonken van f 500. Dr. W. A. Van der Star is toegelaten als privaat-docent in de dermatologie en syphilidologie aan de gemeentelijke universiteit te Amsterdam. Mej. M. E. Bruinier te Alkmaar en de heer K. Bonsema te Amsterdam, hebben de benoeming tot leerares en leeraar aan de op te richten gou- vernementBschool te Willemstad op Curasao aan genomen. Op 12 Juni a. s. hopen zij derwaarts te vertrekken. B. en Ws. van Groningen hebben aan den gemeenteraad een ongunstig advies uitgebracht over het verzoek der handwerkslieden-vereenigingen, om uit de gemeentekas eene som gelds te ontvangen voor het afvaardigen van 20 werklieden ter Ant- werpsche tentoonstelling. Onder het dertigtal onderofficieren en mili tairen van het Indisch leger, dat gisteren met bet stoomschip „Priuses Marie" van Batavia te Amster dam aankwam, bevond zich een Afrikaan, met den rang van korporaal, wiens borst versierd was met vier medailles, nameljjkde Militaire Willemsorde (verdiend bij de Samalang-expeditie onder generaal Van der Heyden), de Atjeh-medaille, de medaille voor Krijgsbedrijven in Indië en de medaille voor 12-jarigen dienst. Deze zwarte soldaat, die daarnij

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1885 | | pagina 1