gBBBg
BUITENLAND.
Groot- Britunniö.
Volgens geruchten, die gistermiddag ter benrze
van Londen in omloop waren, zou Rusland gewei
gerd hebben toe te treden tot het voorstel van
lord Granville, dd. 16 dezer, waarop de heer Gladstone
Dinsdag in het Lagerhuis zinspeelde. Men voegde
er bij dat ten gevolge dezer weigering 100,000
man van de militie in actieven dienst zonden opge
roepen worden.
Die geruchten hebben zich echter tot dusver
geenszins bevestigd. Wel moeten alle officieren van
de Engelsche troepen in Indië, en de inlandsche
troepen aldaar, thans met verlof, zijn teruggeroepen.
Rusland.
Naar nit St.-Petersburg wordt gemeld, wordt
het gerucht, gisteren aan de Londsche beurs in
omloop, dat het antwoord van Rnsland op Gran
ville's voorstel van 16 dezer niet bevredigend luidt,
door de „Nordische Telegrafen-Agentur" ten stellig
ste tegengesproken. Zij is gemachtigd tot de mede-
deeling dat het antwoord nog niet afgezonden is.
De Russische officieren met verlof, waarvan
onderscheidene op weg zijn naar de Afghaansche
grens, hebben telegraphisch bevel ontvangen bij
hunne regimenten terug te keeren.
Vereenigde Staten.
Lnidens een telegram uit Nieuw-York bevindt
de president van San-Salvador zich op de grens
van Guatemala met 10,000 man, gereed om presi
dent Barrios te ontmoeten.
Eene depeche nit Panama meldt dat de aanvoer
ders der rebellen en de vertegenwoordigers van het
gonvernement te Panama bijeenkwamen, en besloten
eene commissie te benoemen tot regeling der aan
hangige quaestiën.
De Eogelsche en Fransche regeeringen hebben,
vooral te Chicago, groote hoeveelheden vleesch in
blik besteld, grootendeels bestemd voor Egypte en
Tonkin. Voor meer dan 800,000 dollars, meest
rundvleesch, is alleen van Armour Co. te Chicago
besteld.
Telegrammen.
ST.-PETERSBURG, 25 Maart. Men meent hier
dat wanneer op de te honden Suez-conferentie het
kanaal niet van het begin af neutraal verklaard
wordt, Rusland geen reden heeft aan de conferentie
deel te nemen, want in dat geval is de tegen
woordige toestand voor Rnsland voordeeliger dan
het kanaal te brengen onder toezicht van een door
Engeland gehnurden Egyptischen bewaker.
KONSTANTINOPEL, 25 Maart. Riza-pacha is
naar Berlijn vertrokken.
MALTA, 25 Maart. Het adviesjacht „Iris'', met
Zebehr-pacha aan boord, is naar Gibraltar vertrokken.
ROME, 25 Maart. De „Osservatore Romano''
maakt een schrijven van 1 Februari openbaar,
waarin de Paus den keizer van China aanbeveelt
de zendelingen en christenen' in het Chineesche
rijk steeds, maar vooral in deze moeielijke tijden,
onder zijne bescherming te nemen.
PARIJS, 25 Maart. De pauselijke nuntius alhier,
Di Rende, zal, naar men verneemt, tot kardinaal
benoemd en door Palotti opgevolgd worden.
De vroegere onderstaatssecretaris voor bui-
tenlandsche zaken, de senator Jouin, is heden
gestorven.
BOMBAY, 26 Maaart. De terugkeer van den
hertog van Connaught naar Europa is onbepaald
uitgesteld. De hertog heeft verlof verkregen in Indië
te bljjven voor het geval dat de onderhandelingen
tussohen Engeland en Rusland niet mochten slagen.
Sir Donald Stewart, opperbevelhebber van het En
gelsche leger in Indië, zal het commando voeren
over het legercorps te Quettah.
De oorlogstoebereidselen worden op groote schaal
voortgezet. Naar de Pundjab wordt voor zes maan
den levensmiddelen gezonden voor 50,000 man. De
monitors in de haven van Bombay worden hersteld
en uitgerust.
LONDEN, 26 Maart, De „Standard" ver
neemt dat, indien Rnsland voorwaartsrukt, Enge
land nerat zal bezetten en versterken.
LONDEN, 26 Maart. (A.) De oorlogsschepen „Mer
cury," „Devastatian," „Colossus," Bacchante" en
het troepenschip „Orontes" maken zich mot allen
spoed gereed om zee te kiozen.
Het departement van uitrusting te Chatham
heeft bevel ontvangen, onmiddellijk al de Martini-
en Henry-geweren, die in voorraad zjjn, naar Indië
in te schepen.
PARIJS, 26 Maart. Een telegram van generaal,
Negrier, nit Dongdang den 24sten dezer verzonden
meldt dat om 11 uren des avonds de Chineezen
de post te Dongdang aanvielen.
„Den 22sten, te twee uren des morgens, hadden
wij Dongdang genomen; den 23sten namen wij het
versterkte kamp van Baogbo in, - maar de pogin
gen der Chineezen mislukten.
„Den 24stea moesten zij voor het veel grooter
aantal vijanden wijken tegen 2 uren, en daar de
artillerie mnnitie te kort kwam, moesten zjj het
gevecht staken. Wij keerden om 7 uren des avonds
in DoDgdang terug; alle gewonden bleven achter
te Langson.
Wjj hebben 200 man aan dooden of gewonden."
LEIDEN, ae Maart.
Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned.
Met. Institunt). Verwachting: zuidwestelijke wind.
In de heden door de Tweede Kamer gehouden
zitting is ingekomen een wetsontwerp tot bevorde
ring eener verdeeling der markegronden.
De naasting van den Centraalspoor werd door
den heer Van Kerkwijk aanbevolen en door den
heer Van Asch Van Wijck bestreden. De minister
verzekerde dat alleen het algemeen belang daar
omtrent mocht beslissen.
Aangenomen is met 47 tegen 27 stemmen het
amendement om f 25,000 als subsidie beschikbaar
te stellen voor de vertegenwoordiging van Nederland
op de Antwerpsche tentoonstelling.
Het geheele hoofdstuk vau Waterstaat, Handel
en Nijverheid is aangenomen met algemeene stemmen.
Bij het hoofdstuk Koloniën drongen de heeren
Cremer, W. Van Delden en Van Gennep aan op
hulp voor de suikerfabrikanten op Java door af
schaffing van de uitvoerrechten, wat door de heeren
Van der Hoeven en Keuchenius bestreden werd.
Hedenavond voortzetting.
Stoomvaart-berichten.
Gearriveerd: „Prinses Wilhelmina," v. Amst.,
op 26 Maart te Batavia.
Vertrokken: „Voorwaarts," v. Bat, op 25
Maart n. Amst.
KOLO IV I K,
BATAVIA, 18—20 Februari.
's Konings verjaardag werd gisteren met buiten-
gewonen luister gevierd. Zelfs de hier verschijnende
dagbladen, tot de oude gewoonte terugkeerende,
kwamen op dien dag niet uit.
Blijkens een telegram van den resident van
Timor en Onderhoorigheden, is de algemeene toe
stand aldaar bevredigend en viel er op politiek
gebied niets meldenswaardigs voor.
De hoofdrivieren op Timor traden, ten gevolge
van zware regens, buiten de oevers, waardoor eenige
schade aangericht werd; o. a. stortte de gemetselde
pijler onder de houten brug te Koepang om, spoel
den er 13 woningen en eenig vee van Paritti weg
en leed het in de lager gelegen landen te veld
staande gewas.
Ook de resident van Palembang telegrafeerde
dat er in de laatste dagen door bandjirs groote
schade toegebracht was aan wegen, bruggen en
padiaanplantingen in de binneulanden en aan den
grooten weg van Tibing Tinggie naar TalangPadang.
Deze weg zal, ten gevolge van zware aardstor
tingen en aardverschuivingen, vermoedelijk gedu
rende geruimen tijd niet te passeeren zijn.
In eene part. correspondentie uit Pontianak
van do „Java-Bode" wordt gezegd dat de toestanden
aldaar op Java niet voldoende bekend zjjn. Men was er
zeer blij met de terugkomst van het 15de bataljon
dit was noodig, want de luitjes werden er erg brutaal.
Zoo, bijv., werden er eenigen tijd geloden onge-
teekende brieven voor de benting gevonden, waarin
gedreigd werd met het afloopen van Pontianak.
De datum waarop men van plan was dat te doen,
werd vastgesteld, doch tot op heden heeft men
nietB naders bemerkt.
Niettemin heeft meu er eenige voorzorgsmaat
regelen genomen, daar men niet geheel en al dat
bericht voor een bangmakertje durfde houden, want
ze hebben toch hun aanvallen op Bankayang on
Mentidoeng ook vooruit aaugezegd.
De oontrolenr Van Braam Morris die drie jeugdige
kinderen nalaat, sneuvelde bij het nemen van eene
koeboe bij Mentidoeng. Men acht het wel een
beetje zijn eigen schuld, want hij ging or maar op los.
De koeboe, waar hij sneuvelde, was, zooals men
donken kan, gesloten, maar Van Braam Morris
moest en zon er in. Daarom gelastte hij zijn man
schappen om de deur open te kappen, maar nauwe
lijks was dat gebeurd, of een lilla vuurde af en
kwetste v. B. doodelijk. Toch heeft hjj nog een
paar uren geleefd, en vdór de koeboe werd er om
zijn lichaam heftig gevochten. Onze soldaten echter
bleven in het voordeel en brachten den stervenden
controleur mede.
De correspondent verzekert dat de opstand nog
lang niet gedempt is. Als het gouvernement in deze
zaak niet fl<ok optreedt, heeft men alle kans dat
Mandor een tweede Atjeh wordt.
De resident van Pontianak, gelooft hij, is er
niet op zijne plaats. Wel schijnt men te Batavia te
denken dat hij de Westerafdeeling van Borneo
kent, maar dit spreekt de corresp tegentrouwens
hetgeen aldaar in den laatsten tijd gebenrd is, be
wijst dit voldoende.
Eerlijk gezegd, hadden de mee9ten er dan ook
reeds verwacht dat hij door een ander zou zijn
vervangen.
Maar hjj weet zich de baan goed schoon te
vegen, en zal nn de schnld van den tweeden op
stand wel aan den ass.-resident geven.
Ten vervolge van het bericht van de „Java-
iche Courant", wordt aan een door den Resident
van Bali en Lombok, onder dagteekening van 13
dezer, verzonden telegram het volgende ontleend:
Van den Dewa AgoDg van Klongkóng was een
brief ontvangen, bondende mededeeling dat alle
poenggawa's van Gianjar aan hunnen vorst de ge
hoorzaamheid opgezegd en zich onder de bevelen
van hem, Dewa Agong, gesteld haddeD, welk aan
bod door hem aangenomen was.
Nadere berichten hadden de tijding bevestigd,
omtrent het bezetten van tien dessa's van Gianjar
door Bangli, doch deden onderstellen dat laatst
genoemd landschap in deze eigenmachtig gehandeld
had, en niet op uitnoodiging van den Dawa Agong,
zooals aanvankeljjk gemeld werd.
Naar wij in eenepart. corresp. uit Kotta-Radja,
dd. 14 Febr., aan het „D. v. N." lezen, was toen
in de laatste dagen de kappingsbrigade (een 60-tal
dwangarbeiders) voortdurend door den vijand be
schoten doch steeds mocht het aan de sterke
dekking, gesteund door sterke vliegende colonnes,
ge'ukken den vjjand op een behoorlijken afstand
en verspreid te houden, zoodat daar geen verliezen
aan gesneuvelden en gewonden te betrenren zijn.
Doch in de lijn Bachit Sebas Kroeng Raba (IV
Moekims), waar de hoofdbenden zich ophielden,
blijkbaar in afwachting om ons te bestoken bij ons
terugtrekken, leden wij verliezen en gelukte het
ons zelfs niet met eene sterke macht het transport
door te deen gaan naar Kroeng Raba. Don 7den
werd het 3de bataljon geteisterdhet bekwam 3
gewonden en 1 doodeonder de eerste behoort kapt.
H. M. Buyskes, die een schot in de dij heeft bekomen.
Het dijbeen schijnt slecht3 even geraakt te zijn.
Toch mag de wond niet licht geteld worden. Den
9den bekwamen wij 6 gewonden, waarvan 2 spoedig
overleden, ou 2 gesneuvelden, allen mindereD. Op
dien dag hadden wij (in XXVI Moekims) de troe
pen van Tenkoe di Tiroe in de omgeviog van Tjot
Iri, dank zij de inlichtingen van Toekoe Baïd,
kunnen overvallen. De vijand leed zware verliezen
hij liet 15 dooden, 8 gewonden, geweren en donder
bussen achterzulk een resultaat heugt mij niet.
Dienzelfden morgen om zeven uren heeft een
Amboneesch fuselier de straf des doods met den
kogel, wegens feitelijke insubordinatie, ondergaan.
Den 12den daarop werden van het transport
Lambaroe—Anagaloeng 3 koelies, 1 paard en 1
8api gewond. Denzelfden dag bekwam kapitein J.
T. J. Van Rijen, de mil. en oiv. commandant van
Kroeug Raba, belaogrjjke verwondingen op de passer
bij dien post. Een viertal Atjehers vielen hem,
terwijl hij met een karwats in de hand en in gezel
schap van 2 Hoofden heen en weer liep, onver
hoeds aan en brachten hem met lansen 5 steken
toe, waarvan een zeer gevaarlijk, door de borst in
de longen drong. Van Rijen is over de zee herwaarts
gevoerd en bevindt zich thans ia het Groot-Militair
Hospitaal. Eenige dagen voor dezen aanslag was hij
te Kotta-Radja geweest. Op zijn verzoek hadden
de Hoofden vao de vijandelijke bewegiug in de IV
en VI Moekims, Hoesin en Oemar, hem een soort
van vrijgeleide gegeven voor den heen- eu terug
tocht, nl. alleen voor zijn persoon. Ongedeerd is
v. R. dan ook vice versa gegaan. Hij is dezelfde
die zich steeds zoo kranig op het oorlogsveld heeft
onderscheiden.
Dat de Atjehers hem daarom niet met rast zon
den lateD, bewezen zij bij den verraderlijken aan
val op eene vreedzame marktplaats. Hoe v. R.