LEIDSCH DAGBLAD. i\°. 7G26. Maandag 29 December. A0. 1884. Eerste Mad. Nieuwjaarswenschen PRIJS DEZER COURANT: Vaor Leiden per 3 maanden.f 1.10. Franco per post1.40. Atzonderlyke Nommers.0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ABVEUTESTIENI Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.174- Grootere letters naar plaatsruimte. Voor kot i ren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. Evenals vorige jaren worden onze stadgenooten en de bewoners der omliggende gemeenten in de gelegenheid gesteld, om onder de rubriek Adver- tentiën van allerlei aard te plaatsen a 50 ceDts. Door dezen maatregel is elk in staat het compliment van den dag te brengen naar gelang zijner maatschappelijke betrekking. Een belangrijk Yerslag. Moge ook al het nat van menig college, menig bestuur, menige commissie „ad hoc", met of zonder diligent-verkiaring, vrij problematisch worden genoemd, wanneer men de vruchten hunner werk zaamheid als maatstaf van beoordeeliug, bezigt, niemand, die een biik beefc geslagen in het vóór eonigon tijd verschenen, hoogst belangrijk verslag over 1883, door het „College voor Zeevisscherijen" aan den Minister ?an Waterstaat, Handel en Nij verheid uitgebracht, zal zulk een min gunstig oor deel uitspreken over genoemde corporatie, die trouwens telken jare zich door hare belangwekkende rapporten onderscheidt. De taak, die het „College" ditmaal had te ver vullen, was daarbij een dankbare. Zelden tooh, ja wellicht nooit, leverde de haring visscherij znlke gunstige uitkomsten op als in het voorgaandejaar de buitengewoon ruime vangsten gingen gepaard met bijzonder hooge prijzen. De opbrengst van de visscherij in de Noordzee bereikte het cijfer van 230,000 gepakte vaten en de prijs, voor elk vat bedongen, was f 2.55 hooger dan in het jaar 1882. Welk een verschil met het thans loopendejaar! Wel valt er ook nu niet over de hoegrootheid dor vangst te klagen, maar de prijzen zijn zoo laag, als in jaren niet hot ge/al was, en men kan er dan ook stellig op rekeneD, dat het eerstvolgend verslag van het „College" in dat opzicht zeer on gunstig zal luideD. Zal dat verdienstelijk lichaam uit dieu hoofde in het volgend jaar een minder aangename taak hebben te vervullen, deze zal er des te gewichtiger om zijD, wanneer, gelijk zich ver wachten laat, in het verslag over 1884 de redenen van die daling van den prijs worden opgespoord en zooveel mogelijk de middelen worden aan de hand gedaan om in het vervolg die waardevermindering te voorkomen. Zooveel mogelijk, zeiden wij met opzet; want als dat ongunstig verschijnsel een gevolg is van alge meen gebrek aan vraag in Europa, voortspruitende uit een nog aanwezigen aanzienlijken voorraad van de overvloedige vangst van het vorige jaar, dan zal er weinig anders aan te doen zijn dan geduldig te wachten, totdat het evenwicht tusschen vraag en aanbod weer eenigszins zal hersteld zijn. Daar kunnen echter ook andere redenen zijn. Zoo zou men de vraag kunnen stellen: Is de daling in den prijs der haring, door buitenlandsche visschers, b. v. de Engelsche, gevangen en toebereid, even gevoelig? Zoo neeo, dan zou men tot deze tweede vraag moeten komenIs dan de Hollandsche haring minder gezocht dan vroeger, gelijk dat met de Hollandsche boter en de Hollandsche nieuwe aard appelen het geval is? Merkwaardig is, wat do laatste vraag betreft, de opmerking, in meergemeld verslag voorkomende, dat de markten vau Noord-Duitschland met hare bijna onbekende behoeften voor onze nijverheid als het ware een machtige roBerve zijn, waarop zij veilig rekenen kan, „zoolang ten minste voor de levering van goed en deugdelijk product wordt zorg gedragen." Ziedaar zoovele vrageD, met wier onderzoek en beantwoording het „College" in het volgend ver slag een hoogst belaogryk werk kan en waarschijn lijk ook wel zal verrichten; want reeds in het ver slag over 1883, ofschoon daartoe wegens den in dat jaar zoo hoogen prijs der haring minder aan- leidiog bestond, wijdde zij eenige beschouwingen aan de bronnen van afzet voor onzen haringhandel, daarbij wijzende op de beteekenis, die de Oostzee havens in dat opzicht in den laatsten tijd hebben verkregen, welke hieruit blijkt, dat in bet vorige jaar in Hambnrg 26,269 ton Hollandsche haring werd ingevoerd, in Stertin 19,107, in Koniugsbergon 5855 en in Bremen 2804 ton, zijnde oagevoer oen derde gedeelte van den geheelen uitvoer, ofschoon de oudste en beste afnemers in Zuid-Duitschland en aan den Rijn worden gevonden. Misschien echter zou het nog meer op den weg der betrokken Kamers van Koophandel liggen zich bezig te houden met een onderzoek tot uitbreiding van de bestaande en opsporing van nieuwe bronnen van vertier voor onzen haringhandel. De beschouwingen, die wij daar nederscbreven, werden, zooais terstond in het oog springt, veeleer gegeven, naar aanleiding van het verslag van het „College voor Zeevisscherjjen," dan aan dat ver slag zelf ontleend. Allerminst echter uit gebrek aan 8tof, in dat rapport voorkomende. Integendeel, wij zeiden het roods er vordoc. hoogst gewichtige onderwerpen in behandeld. Zoo wordt in een overzicht van het vijfentwintig jarig tijdvak, dat volgde op de nieuwe wetgeving op de visscherij, aangetoond dat het aantal kiel- schepen, nl. loggers en kotters, van 88 tot 154, dat der bomschuiten in ve9l mindere mate, van 166 tot 255 toenam, terwijl men vooral in de laatste jaren de voorkeur begiot te geven aan kielschepen, zoo dat de vloot, die in den zomer van 1883 zee koos, uit 169 loggers en 267 bomschuiten bestond. Het is hier hetzelfde verschijnsel, dat men op het ge bied van het fabriekswezen waarneemt: concentratie van kapitaal en werkkracht in inrichtingen op groote schaal. Intasschen is, gelijk bet verslag opmerkt en trouwens reeds zoo dikwijls werd aangetoond, dientengevolge voor die visschersplaatseD, welke geen haven bezitten, waar kielschepen kannen bin nenvallen, het vooruitzicht lang niet rooskleurig. Zoo voeren en nog onlangs voor Seheveningsche reeders reeds 27 loggers of kotters, die natuurlijk te Ylaardingen of Maassluis, te Nieuwediep of IJmuiden in- en uitvoeren. Dat wil dus zooveel zeggen als belangrijke verplaatsing van Scheveningsch ka pitaal naar elders. Over de aitvoeriög der bepalingen van het pas gesloten politie-tractaat voor de Noordzee, over het vaststellen van een uniform bergloon voor opge- vischte netten, over het weren van de zoogenaamde drijvende drankwinkels, over de toepassing der wet van 28 Juni '81, houdende strafbepalingen tot be teugeling van desertie van zeevisschers, bevat het verslag belangrijke mededeelingen, om van een aantal hoogst leerrijke statistische tabellen maar niet te gewagen. Onvermeld mogen echter niet blijven de rapporten over de te Londen gehouden visscherytentoonstelling, die ditmaal het verslag van het „College" besluiten. Eindigen wij met daaruit het oordeel van het uit voerend comité der Nederlandsche afdoeling over i te nemen, aldns luidende: „De Nederlandsche afdeeliDg, hoewel misschien in sommige opzichten minder sierlijk dan vele andere gedeelten der tentoonstelling, kon, wat aangaat degelijkheid der inzending, met andere landen wed ijveren en werd dan ook door de mannen van het vak zeer gewaardeerd." 1JË1BJEN 27 December. J Evenzeer ais vroeger herhaaldelijk bij onderwer- j pen van meer belangrijken aard is geschied, hebben B. en Ws. ook ten aanzien van het thans aan hangig verzoek tot verlaging van den gasprije de commissie van financiën uitgenoodigd deze aange legenheid in eene gecombineerde vergadering tot een punt van bespreking te maken en die commissie heeft met de meeste bereidwilligheid aan deze uit' noodiging gevolg gegeven. Bij die bespreking b'eek al spoedig dat er, na rijpe eu ernstige overweging van dit onderwerp, zoowel bij de leden der commissie als van het college van Dagelijksch Bestuur volkomen overeen stemming aanwezig was. Allen toch waren van oordeel dat de voorgestelde verlaging van den gasprijs ongetwijfeld geacht moest worden in het welbegrepen belang to wezen van onze gemeente. De gronden daarvoor in het rapport van com missarissen der gasfabriek als de zienswijze der minderheid aangevoerd, kwamen zoowel B. en Ws. als de commissie van fiuanoiën, in alle opzichten afdoende voor, terwijl de bewering van de meer derheid van commissarissen dat eene redactie van den gasprijs van 8 op 6 cents te gewaagd zou wezen, in geenen deele werd beaamd. Bij een nader aan den gemeenteraad ingediend schrijven wordt nu door de commissie van financiën en Borgemeester en Wethouders aangedrongen om mot afschaffing van de thans bestaande kortin gen den prijs van het gas met ingang van 1 April a. s. op 6 ets. te brengeö. Men meent dat deze prijsvermindering geen aa- deeligen iü vloed op de winst der fabriek zal hebben, omdat daardoor haar debiet zeker belangrijk zal toenemen. Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 5181 volwassen personen en van 1219 kinderen. De gemeenteraad van Noord wij kerb ont heeft dezer dagen in de organisatie der brandweer eóne nuttige verandering gebracht. Hij heeft namelijk de ingezetenen ontheven van de traditioneele ver» plichtiug tot dienst bij de brandspuit, waarvoor nu in de plaats komt vrijwillige dienst van een bezol digd corps, waarvan ieder man met 20 cents per uur zal beloond worden. Met dezen maatregel wordt bedoeld tegemoet te komen aan de bezwaren van den minderen man, dat hij onder het vroegere stelsel door dienst bij de brandweer sohade in zjjne verdiensten leed. En tegelijkertijd zal de gemeente er dit voordeel bij hebben, dat het personeel der brandweer in geschiktheid zal vooruitgaan. Tot ver hoogde uitgaven voor de gemeentekas zal deze maat regel echter niet leiden, want feitelijk komt hij hierop neer, dat de manschappen voortaan het be drag in geld zullen ontvangen, dat vroeger voor jenever, bij gelegenheid van brand, door de gemeente werd uitgegoven. NR. C.) Bij de door den eerstaanwezenden ingenieur te Naarden gehouden aanbesteding der werken tot het uitvoeren van verbeteringen aan de forten Kijk uit, Spion, Tienhoven en Maarsseveen is het minst ingeschreven dcor den heer C. Bos te Haarlemmer meer, voor de som van f 93,900. De heer B. De Jong Czn., rijks-veearts te Haarlemmermeer, is door God. Staten van Overijsel benoemd tot provincialen veearts ter standplaats Nijverdal, in de gemeente Hellendoorn. Beroepen is te Willige Langerak (toezegging) de heer G. Salomons, c&nd. te Oosterbeek. Ten paleize op Het Loo was Woensdag-avond een kerstboom opgericht, waaraan keurige prijzen hingen, bestemd voor een klein getal kinderen uit de eerste standen. Zooals gewoonlijk, onderhield de Koningin zich zeer minzaam met het jonge volkje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 1