eene gezegende werking kan uitgaan. Gelijk de Broederschap, door geen kerkgezag gebonden, gaarne met bezadigdheid verbeteringen en hervormingen invoerde en aldus den vooruitgang bevorderde, zoo vonden nieuwe denkbeelden, mit9 zij vruchten van ernstige 6tudie en wijsgeerig nadenken waren, steeds weerklank bij hare wetenschappelijke leidslieden. En daarna behandelde hij de vraag wat, door al de vijf halve eeuwen van haar bestaan been, dat gene was waardoor de Kweekschool zich kenmerkte, wat haar eigenaardig karakter was. - Vrijheid en verdraagzaamheid, eenheid in don godsdienst ook bij verschil van godgeleerde opvattingen, eenheid door vrijheid, dat was en is de leus der Remonstranten, dat wat zij door hunne inrichting poogden te hand haven, door huune prediking to verbreideu, door hun theologisch onderwijs te rechtvaardigen. Hun gansche theologie wordt door die gedachtebeheerscht. Op welsprekende wijze betoogde de redenaar dat wat ook bij de Remonstranten veranderd en her vormd zij, zij bet karakter van hunne Broederschap en haar Kweekschool niot ontrouw geworden zijn. En op do vraag of het tot handhaving van dit be ginsel en tot voortzetting vau dit onderzoek noodig wa9, dat de Broederschap haar Seminarium instand hield, antwoordde hijde Broederschap handhaaft haar Seminarium, omdat zij haar eigen taak nog niet volbracht rekent, en omdat zij haar eigen leerstoel als een der noodwendige middelen tot vervulling van die taak beschouwt. Nergens zijn de beginselen dio zij vertegenwoordigt zoo onvoor waardelijk erkend, zoo volledig gehuldigd als bij haar; nergens zijn vrijheid en verdraagzaamheid zoo tot grondslagen gemaakt, zoo in merg en ge beente opgenomen, als in de Broederschap dor Remonstranten. Eenheid willen wij, zoo eindigde spr., maar alleen met hen, die waarlijk met ons één zijn, niet met degenen, die wel de vrijheid willen voor zich, maar anderen niet kunnen verdragen. Tot zoolang dit mogelijk is, moeten wij volharden, houden wat wij hebben en wakon voor zijn ongeschonden behoud. Uit eerbied voor de nagedachtenis van onze vaderoD, maar vooral omdat wo 't aan de zaak die zij dien den, die wij nog dienen, verplicht zijo, dit erfdeel ons door hen gelaten, deze godsdionetigo gemeen schap en deze godgeleerde school, die onafscheidelijk bijeenbehooren, elkander schragen en steunen en op verschillende wijs samenwerken tot hetzelfde doel, getrouwelijk bewaard tot dit doel bereikt is en zij onnoodig zijn geworden. Wij zijn de mannen der hope, wij Remonstranten. Als wachters wachtend op den morgen, zoo staan wij op onzen post. Een zaam is dikwijls die post, schijnbaar verloren soms, maar niet verlaten. Neen, al pakken zich onheil spellende wolken aan den gezichteinder samen, al wordt de partijstrijd feller en de geloofshaat bit terder, wij laten ons niet ontmoedigen. Wij rekenen ons niet afgelost, voordat de morgen daagt. En nog eens beloven wij hedeu, op dezen aan schoono ber inneringen zoo overrijken dag, mot het oog op de beeltenissen van die vrienden des vredes en der vroomheid, onze voorgangers en vaderen: „Wij zullen 't pand, ons toevertrouwd, niet prijsgeven voordat het vervangen kan worden door iets beters, waarin het rijker, volkomener, grcotscher herleefr." De schoone rede, vau het begin tot het einde met de meeste aandacht gevolgd, werd nu en dan met teekenen van bijval door de vergadering be antwoord en na hot „ilc heb gezegd", viel den spreker opnieuw luide bijval ten doel. Onder de uitvoering van de finale uit de 5de symphoDie van Beethoven verlieten de aanwezigen, in omgekeerde orde als ze gekomen waren, de zaal. Na afloop der plechtigheid had er receptie plaats. De afgevaardigden en verdere bestuurderon van de Broederschap zullen 2ich hedenavond in het lokaal van den heer B. H. Wijtenburg op de Steen- schuur aan een gemeenschappelijk diner vereenigen. Gemengd Nieuws- Een eigenaardig feestje werd gis teravond in de lokalen der Vereeniging „Nut en Genoegen" gevierd. Daar toch waren de bestuursleden van de vier corporatiën, welke aan den historischen optocht van 3 October jl. hadden deelgenomen, vergaderd, om hulde te brengen aan den heer J. Goedeijee, die, als voorzitter van die vereenigdo corporatiöo, zulk een werkzaam aandeel aan genoemden optocht genomen heeft. Hot was dien personen eene behoefte, den man, die zooveel tot het wolslagen dor feestviering had bijgedragen, een blijvend aandenken daarvan ie vereeren. Dit aandenken werd hem bij monde vau den heer W. Metselaar, president der kleermakerc- vereeniging, met eene gepaste toespraak overhandigd. Zichtbaar aangedaan over zooveel vriendschap, aanvaardde de jubilaris dit bewijs van waardeeriDg en hij sprak daarbij den wensch uit dat de broeder band, welke tusscben do corporatiën, hier ver tegenwoordigd, gelegd was, slechts nauwer moge worden toegehaald en van blijvenden aard mogozijn. Na nog eenige uren in feestelijke stemming te zij a bijeengeweest, scheidde men in de aangenaam ste stemming. Gisteravond is aan d en Slo t e r w e g t e Haarlemmermeer, terwijl do bewoners reeds te bod lagen, ufgebrand do boerderij van de ervon H. Zijm, bewoond door dea heer J. Kapteijo. Koren, hooi en eenig huisraad zijn mode verbrand. De aanwezige spuit heefc e yen wel niet gewerkt. De oorzaak is onbekend. De „Delftsche Cr t." vestigt de aan- dacht op eene sluwe bedriegster, die met behulp van verschillende, waarschijnlijk door haar zelf geschreven brieven, en verhalen omtrent een nu eens doodzieken, dan weder reeds gestorven vader te Amsterdam, reeds menigeen te Delft tot dupe heeft gemaakt. Zich voor eene behoeftige weduwe uitgevende, meldde zij zich bij een der predikanten aan met verzoek om Zondag jl., wanneer haar kind zou worden godoopt, haar benarde omstandigheden in het gebed te gedenken, aan welk verzoek natuur lijk werd voldaan, terwijl later bleek dat het geheele verhaal eeu verzinsel was, en die doopplechtigheid moest dienen tot bevestiging van eene andere leugen bij een der andere predikanten gedaan, dio dan ook uit modelijden een rijksdaalder aan do bedrieg ster schonk. Eenige dagen te voren had zij zich bij een derdeu predikant aangemeld met het verzoek om haro kinderen op catechisatie to nemen. Z.j nam de gelegenheid waar om dominee te vragen cf hij eens inzage vau een brief jwilde nemen; zij zelf kou niet lezen. Die brief bevatte het aandoenlijk verhaal van ecu vader, die op het sterfbed lag maar blijkbaar niet van hier kon gaan voor hij zijn Antje (dat was onze bedroefJo weduwe) rog een maal had gezioD. Door modelijden getroffen, wachtte dominee niot op een vorzock om hulp, maar gaf haar eeoig geld en eene aanbeveling aan eeuige milddadige dames, die zich mode niet aan haar on betuigd lioten. Op deze wijze heeft zij alle predi kanten daar te stede raet hare verbalen om don tuin geleid en geld afgezet, telkens met verandering van naam en eene kleioo wijziging in de bijkomende omstandigheden van haar gtfiogeerden toestand. Doch zij bewoog zich niet alleen op kerkelijk go- bied. Ook bij het gemeentebestuur klaagde zij haar nood en bracht het zoo ver dat haar eoa politie agent werd medegegeven om een spoorkaartje voor haar naar Amsterdam te nemen. Tot hoever zij deze re's heeft volbracht is niet bekend, maar wel dat zij reeds den volgenden dag weder to Delf: is gezien. De vrouw noemde zich nu eens weduwe Voer mals, dan weder weduwe Dijkstra. Gisteravond is oen arbeider der Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij, dio op het terrein van dieu spoorweg to Rotterdam werk- z min was, onder een rangeertrein geraakt, waar door hem twee ribben en het rechterbeen op tweo plaatsen werden gebrokeD. Hij is per draagbaar naar het stedelijk ziekenhuis aan den Coolsingel overgebracht, alwaar hij een paar uren later overleed. Te Amsterdam zijn door een jong- mensch twee revolverschoten op hot hoofdbureol van politie in de Spinhuissteeg gelost; gelukkig werd niemaod gekwetst on werden slechts eenige vensterruiten verbrijzeld. De dader werd in hech tenis genomen; hij bleek tot eene welgestelde familie te behooren en gekrenkt van geestver mogens te zijn. Ia zijn eigen belang werd de jonge man in verzekerde bewaring gehouden om aan zjjne familiebetrekkingen te worden teruggegeven. De rechtbank te Utrecht heeft bij breed gemotiveerd vonnis inr. H. Amershoff, pre sident-directeur der N. R.-S vrijgesproken van het niet „per telegraaf" keünis govou aan den minister van waterstaat cu dea llaad van Toezicht van het yjorgovalleno met troin 13 te Abcoude op 31 Maart 11. en hem te dier zake van alle rechtsvervolging ont slagen, maar hem wegens het niet terstond „schrif telijk" kennis geven daarvan veroordeeld tut betaling eeuer geldboete van 50. In het Invalidenhuis Bronbeek b ij j Arnhem stal een invalide eene portomoni aie met geld van een zijner kameraden. Na uit het gest'cht i ontslagen ic zjn, word eene vervolging, legen hem ingesteld. Hij is reeds naar het huis van arrest overgebracht. Gisteravond woedde een felle brand bij een smid te Woensel. De smidse en eene aan grenzende schuur werden een prooi der vlammen. Oorzaak onbekend. Ton gevolge van den storm in den nacht van Zondag op Maandag enz. waren te Zwolle ve!e lage gedoelteu der stad ondergoloopen en worden do uoodige kistingen aangebracht. Eene ongekende drukte heerscht er, om alles te bergen. Stevige onweersbuien vergezeldon het noodweer en maakten menigeen beangst. Alle sluizen zijn gesloten; de vaart was gestremd en allo lage landen om Zwolle geleken oene zee. Te Pernis zijn door don hoogen vloed alle buiten- polders ondergeloopen. De Eem was buiten zijne oevers getreden en het vee zou dus spoedig uit de weilanden gebaald moeten worden. Te Delft is aan do Luthersche Kerk een groot lichtraam van zijne plaats gerukt en naar beneden geslagen; gelukkig zonder iemand te verwonden. Ook te Rotterdam i3 het bijstor onstuimig ge weest. Donder, bliksem, felle hagelbuien en woedende stormdagen uit hot noordwesten wsren onafge broken aan de orde. Do rivier had eene geduchte hoogte bereikt en gaf den indruk vau eene woedende zee. Het water ir, de havens der buitenstad werd belangrijk opgostuwd en op enkele plaatsen iu de buitenstad liep het water weder over do kaden. Tal van kelderverdiepingen zijn weer ondergeloopen. Rondom Kampen is het water tot eene bedenke lijke hoogte gestegen. De IJselkado loopt onder; do dijken om Kampereilaud worden overstroomd, zoodat de landerijen daar reeds gedeeltelijk onder water staan, terwijl ook de beruchte Drontherdijk gtïuundeerd wordt en men elk oogenblik hot water aan de westerzijde der stad verwachtte. Bij de pogingen tot redding der opvarenden van de „Little Back", bij den Hoek van Holland ge strand, is ook een man der equipage van do red dingboot verdronken. Het lijkje van hot kiod ea van nog eon persoon zijn bij den Hoek van Hqlland aangespoeld. Indien het weder beter wordt, kan misschien een godeolte der lading granen geborgen worden. Uit Lemmer wordt gemeld dat het zeewater steeds stijgende is en gidernamiddag 2.2 M. boven A. P. stond. Er is een nooddam gelegd. Zeilen en zand zakken worden aan de dijken gebracht. Ten tijde van don vloed was de zes langs onze kust zeer hoog. Van den duin voet is weder een deel weggeslagen. Men maakt z:ch te Schevenlngen zeer ongerust omtrent het lot van de bomschuit „Argo" van don reeder A. Heofönraad, stuurman Matthijs Taal. Iu den storm in hot begin dezer maand is de schuit nog nagezien; ze had toen eene volle lading haring. Naar men meent, had hij reeds dagen geleden thuis kunnen zijn. Dat er vau dit schip netten zijn opgeviseht, maakt de ongerustheid r.og grooter. Tijdons het jongste stormachtige weder kwam te Scheveningen 's avonds eene haringschuit aan nabij het Badhuis. Hoewel de landing met levensgevaar gepaard ging, kwam do bemanning toch behouden aan wal. De schuit bracht 120 kantjes haring aan on had belangrijke verliezen aan de vleet bekomen. De geheele Schevoningsche vloot op enkele schuiten na is in zee. De sterkste windstoot bij dezen storm wc-rd te Helder waargenomen Zondag-avond te 9 u. 10 m. en bedroeg 85 KG. Uit Zwartsluis ineldt meu dat vele bewoners der buitendijksehe huizen hun boedel reed3 hebben opgepakt, om bijtijds voor zooverre dit reeds niet het geval is een goed heenkomen te zoeken. Door de sluizen wordt niet meer geschut, zoodafc de booten hare reizen hebben moeten stoken. Aan den Zwartewatersdijk wordt met kracht gewerkt om in de gevaarlijkste plaatsen te voorzien. De dijkwachters zijn voorz:en van lantarens en gewapend met haken, om alles wat komt aandrijven, over don dijk te halen; al het mogelijke wordt gedaan om mogelijk gevaar af te wenden. Van vele kustplaatsen komen berichten van voor werpen die op zee ronddrijven of aanspoelen. Ook wordt molding gemaakt van nog meor gezonken of gestrande schepen. Uit Elseueur: Ten noorden van het eiland Hveen is een sc'ip gozonken, vermoedelijk een schoener. Van do opvarenden is niets bekend. Eene sleepboot ii bij het schip geweest, maar wegens de hooge zee ken de duiker niot onderzoeken welk schip het was.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 2