Op het terrein der tentoonstelling te Amsterdam had gisteren in een der paardenstallen eene vechtpartij plaats tnsschen een der eigenaars van paarden en zijn knecht. Het pnbliek kwam be middelend tusschenbeiden en bevrijdde den knecht uit de handen zijns meesters. Mede ontstond er twist tnsschen den heer AdloD, exploitant der koffiehuizen op de tentoonstelling, en eenigen zijner bedienden. De heer Adlon liet aan den ingang der tentoonstelling gele tarieven uitreiken met opgave der prijzen van eet- en drink waren in het Yolkskoffiehnis. Deze prijzen komen overeen met de elders gebruikelijke en zijn dus lager dan die in de beide andere koffiehuizen op het terrein. Het uitgeven der tarieven gaf aanleiding tot verwarring. Menig bezoeker kwam aan een der duurdere buffetten van den heer Adlon en wilde daar b. v. een kop koffie betalen met 15 cents. De bediende vroeg 20 cents en had dan alle moeite om den bezoeker aan het verstand te brengen dat de koffie bij de muziek en bij den Ring een stuiver duurder was dan in het afgelegen Yolkskoffiehnis. Men eindigde met betalen, maar was dan zoo ont stemd dat geene fooi overschoot. De bedienden, die in deze fooi hoofdzakelijk het loon hunner moeite vinden, want de rechtstreeksche betaling is gering, werden ontevreden, en eenigen hunner wilden het werk staken. Anderen echter niet. Yandaar verschil van opinie, harde woorden en dadelijkheden. Eenige kellners werden, tot slot van dit onverkwikkelijk tooneel, zegt het „D. v. N.", op verzoek van den heer Adlon, van het terrein door de politie verwijderd. Een 18-jarige timmermansknecht die op het Damrak te Amsterdam, licht beschonken, met een gezelschap jongelieden in botsiDg kwam, geraakte, ten gevolge van eenige spottend tegen hem geuite woorden, dermate in drift, dat hij zijn mes trok en een hunner daarmede eene diepe wond in do linkerborst toegebracht heeft. Ofschoon hij zich door de vlucht heeft willen redden, werd hij nochtans gegrepen en naar het politie-comissariaat gebracht. De toestand van den verwonde is niet zorgwekkend, de dader is naar de cel gebracht. - Ook tnsschen de kleermakers J. W. E. en J. d. M, in den Achterweg te Tiel, ontstond ten huize van eerstgenoemde een twist die zóó hoog liep, dat J. W. E. de kleermaker8schaar van de tafel greep en daarmede zijne tegenpartij eene gevaarlijke wond toebracht nabij den pols ter hoogte van de rechter hand. De dader heeft bij zijn verhoor voor den commissaris van politie bekend. In den afgeloopen nacht is de boer derij van den heer E. H. Loman aan den Spiering weg in den Gr. IJpolder, gem. Sloten, door brand vernield. Ook het huis van den heer P. Louter Roon te Rotterdam is hedennacht afgebrand. Beide oorzaken onbekend. Gisteren ontstond te Breda een hevige brand ten huize van den heer A. J. Chamot, fabrikant van geweven goederen op het Kasteelplein. In korten tijd brandde het geheele gebouw af. De belendende stallen der K. M. Academie bleven be houden. Terwijl de puinhoopen hier nog rookten, brak op de Oude Yest wederom brand uit in het maga zijn van het garnizoensnachtleger. Dank zij de bemoeiingen van de brandweer, is deze brand in de beginselen gesmoord. De schade is betrekkelijk gering. Gisteravond is te Baarn ten huize van mevrouw Post eene poging tot moord geschied. De koetsier, door sterken drank verhit, loste op zijne meesteres een geweerschot, dat gelukkig geen doel trof. Dezen morgen is de dader onder geleide der politie naar Utrecht gebracht. Op de kermis te Noordwolde (Fr.) heeft eene hevige vecht- en snijpartij plaats gehad, waarbij een reizend parapluiemaker zoodanig is ver wond dat men voor het behoud van zijn leven vreest. Ook zijne vrouw ontving eene diepe snede over het gelaat. Den 28sten en 29sten Augustus 11. hebben in Manitoba, Dakota en Indiana geweldige wervelstormen gewoed, waardoor groote schade is aangericht en vele menschen het leven hebben verloren. Tnsschen Evansville en Herderson (Indi ana) is de veerboot Belmont" gezonken, waarbij 30 personen verdronken. Bij Hendon, in denzelfden Btaat, sloeg eene stoomboot om en verdronken 12 passagiers. Niet ver van Greeley, in Colorado, raakte een spoor weg waggon in brand, waarin een gezelschap paardrijders, van wie 9 omkwamen en verscheidene anderon zwaar gekwetst werden. Aartshertog Joseph van Oostenrijk is Zaterdag, nabij Ansee, terwijl hij met prins Hendrik van Chartres op den berg Trisselwald wandelde, van eene hoogte van vijftien meter neer gevallen, waardoor zijn sleutelbeen brak en zijn schedel gespleten werd. De prins van Joinville en de hertog van Chartres brachten hem naar Ansee, waar dr. Favarger de eerste hulp verleende. De beroemde professor Billroth is uit Weenen ontbodsD. Reeds zijn de sacramenten den aartshertog toege diend; de toestand is echter niet verergerd. Bij Allan heeft een werkman een ander, dien hij onder een boom slapende vond en tegen wien hij een wrok koesterde, met een hou weel afgemaaktdaarna sneed hij zich zelf met een scheermes den hals af. Bij de voorstelling van Wagner's „Götterdammerung" op Zondag-avond te Muncher, is de Weener architect Hummel, die tot het publiek behoorde, plotseling krankzinnig geworden. Hij wierp zich op een naast hem zittende, dien bij trachtte te wurgen. Er ontstond een vreeselijk tooneel, en eerst na een verschrikkelyken strijd kon de krankzinnige onschadelijk worden gemaakt. BUITENLAND. Frankrllk. Luidens berichten uit Tien-Tsin heeft de Japan- sche gezant voor zijn gouvernement het souverein gezag opgeëischt over de Loochoo-eilanden, met waarborg van dezelfde rechten, welke door China aan de andere vreemde staten zijn toegestaan. De gezant weigerde verder over deze zaak te Tien- Tsin te onderhandelen en zou zich gisteren naar Peking of Hongkong begeven. Uit Yokohama wordt gemeld dat aldaar van de Chineescbe regeering eene kennisgeving ontvangen is dat zij den oorlog verklaard heeft aan Frankrijk. Ook de „Times" ontvangt van particuliere zijde berichten uit Tien-Tsin, volgens welke de Chinee- sche regeering door de krijgsverrichtingen der Fran- schen nog niet ontmoedigd is, en eene oorlogspro clamatie heeft openbaar gemaakt, waarin zy het volk aanspoort de Franschen te bevechten, maar tevens tot de overheden de vermaning richt, om bescherming te verleenen aan de FranscheD, die niet aan den strijd deelnemen, en zich van allo gewelddadigheden ook jegens de andere vreemde lingen te onthouden. Niet-nakoming hiervan zal streng gestraft worden. De afkondiging der oorlogs verklaring is met biljetten in alle straten van Peking aangeplakt. Uit Hongkong wordt gemeld dat admiraal Courbet heeft bekend gemaakt dat de krijgsopera- tiën der Fransche marine zijn geëindigd en dat de koopvaardijschepen weder met gerustheid de rivier de Min kunnen bevaren. Rusland. De „Nordische Telegraphen-Agentur" meldt uit WladiwostockDe in het buitenland verspreide geruchten over ongeregeldheden aan de Russisch- Chineesche grenzen zijn ongegrond. Aan die grenzen heerscht volkomen rust, en noch van officiëele, noch van particuliere zijde wordt iets over rustverstoringen gemeld. De zoon van den Perzischen prins Bahmin Mirza is te Shusha (Russisch gebied) vermoord. Hij was reeds geruimen tijd daar gevestigd2 van zijne broeders en 5 bedienden zijn gearresteerd. Bij de jongste antisemietische onlusten te Doubrovitza bij Kovno werden 20 huizen en 12 winkels door het volk geplunderd. Verscheiden Joden werden gewond, 1 vrouw werd gedood. Telegrammen. ROME, 1 September. Gisteren overleden in Italië 74 personen aan de cholera, waarvan 16 in de pro vincie Bergamo, 16 te Spezzia en 23 in de provicie Cuneo. NIEUW-YORK, 1 September. De onlusten in Valle-Hocking komen tot bedaren. Langzamerhand wordt de rust hersteld. De aangerichte schade is minder dan gevreesd werd. EDINBURG, 2 September. De heer Gladstone, voor eene groote meeting van kiezers sprekende, gaf een overzicht van alle daden van zijn binnen - en buitenlandsch bestuur. De regel voor debuiten- landsche politiek moet zijn, zich jegens anderen te gedragen, zooals wij wenschen dat anderen zich jegens ons gedragen. Deze regel is van toepassing op de koloniale quaestie met Duitschland. Gladstone verklaart luide dat de Engolschen geenszins met afgunst de pogingen van Duitschland tot kolonisatie beschouwen en hun integendeel alle succes wenschen, mits zij de rechten van anderen eerbiedigen. WARSCHAU, 2 September. Naar het gerucht wil, is de aankomst van den czaar Donderdag of Vrijdag te wachten. LEIDEN, Q September. De verwachting voor morgen is: veranderlijk weer, regen. In de hodennamiddag gebonden gemeenteraads zitting waren tegenwoordig de heeren De Fremery, waarnemend voorzitter, Hartevelt, Bool, Groll, Bredins, Zaayer, Le Poole, Verster, Donner, Knap pert, De Gens, De Goeje, Was, Driessen en Van Wensen. Afwezig met kennisgeving de heeren Jota en Van Dissel, die echter later toch ter vergadering kwam. Van den generaal-majoor, adjudant des Konings, is bericht ontvangen dat Z. M. tot Hds. leedwezen verhinderd is het ontbullingsfeest op 3 October a. s. alhier bij te wonen. Tot wethouder werd herbenoemd de heer H. J. Bool met 14 stemmen (1 biljet was in blanco), die de benoeming onder dankbetniging voor het her nieuwd vertrouwen aannam, waaraan door den heer De Fremery nog eenige waardeerende woorden werden toegevoegd, met den wensch dat de heer Bool nog lange jaren tot nut der gemeente moge werkzaam zijn. Wat den uitslag betreft van de benoeming der leden in de vaste commissiën verwijzen we naar de kennisgeving van burgemeester en wethouders, hieronder voorkomende. Alvorens tot de vaststelling over te gaan van de aan den Commissaris des Konings in te zenden 3 dubbeltallen voor de benoeming van leden van het College van Zetters, had eerst eene korte gedach- tenwisseling plaats of men die zes heeren elk afzonderlijk of op andere wijze zou kiezen. De heer Donner stelde voor om al de heeren zooals ze door Burg. en Weths. zijn voorgedragen, maar te gelijk te benoemen. Tegen de voordracht zelve had de heer Knappert echter enkele bezwaren. Vooreerst waB de heer P. J. Groen mede-vennoot van den heer Van Ewijk, die reeds lid is, en ten an dere behoorde de heer A. Verhoog als directeur van het brandwezen, waarvoor hij f 400 's jaars ont vangt, z. i. tot de gemeente-ambtenaren, en deze mogen in genoemd college geen zitting hebben. In eene groote gemeente als Leiden zijn, naar hij meent, wel andere geschikte personen te vinden zonder art. 5 der wet te overtreden. De heer Bool was niet in alles van hetzelfde gevoelen als de heer Knappert, doch de heer De Fremery stelde niettemin voor om deze zaak maar aan te houden en eene nieuwe voordracht in te dienen. Dit werd goedge keurd, zoomede de snppletoire staat van begrooting dienst 1884 van het Gereformeerde Minne- of Arme- Oude-Mannen- en Vrouwenhuis, en de voordracht om den post van f 1000 voor schrijfloonen op de begrooting voor dit jaar met f 300 te verhoogen, wegens langdurige ziekte van een der beambten en omdat gebleken is dat op het bnreel van den „Burgerlijken Stand en Bevolkingsregisters" buiten gewone hulp benoodigd is. Dit bedrag werd toe gestaan, nadat door den heer Bool op eene desbe treffende vraag van den heer Van Dissel was verzekerd dat de aanvraag daartoe alldén voor 1884 geldt. Tot het onderzoeken der ingediende ontwerp-ge- meentebegrooting voor 1885 werd de Raad bij loting in de volgende 3 sectiën verdeeld: lste sectie: de heeren Bool, als weth. en voor zitter, Groll als lid der commissie van fabricage, Knappert als lid der commissie van financiën, Zaal berg, Le Poole, De Goeje, Zaaijer en Was; 2de sectie: de heeren Hartevelt, weth. en voorz., De Kanter, fabr., Damsté, fin., Driessen, Donner, Cock, BuyB en Bredins; 3de sectiede hh. De Fremery, weth. en voorz., Van Dissel, fabr., Land, fin., Van Wensen, De Gens, Verster, Van der Hoeven en Juta. Wegens het onvoldoend aantal aanwezige leden konden de rekening der Kamer van Koophandel en die van het Stedelijk Werkhuis weder Diet worden behandeld. Aan het einde der vergadering vroeg de heer Verster hoever men hier was gevorderd met de maatregelen tot het weren der cholera en of spoedig daaromtrent nadere plannen waren te gemoet te zien, in antwoord waarop de heer De Fremery te kennen gaf dat die maatregelen waren genomen waarvan vroeger sprake was wat de lokalen betreft en dat de uitdieping der grachten, waartegen de heer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 2