LEIDSCÏÏ DAGBLAD. N\ 7465. Vrijdag 20 Juni. A°. 1884. PRIJS DEZER COURANT: ?«or Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1-40. Afzonderlijke Nommersn 0-65. LEIBEN, 19 Juni. Onder de leiding van prof. J. O. It. Acquoy werd heden de jaarlijksche vergadering gehouden van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. De voorzitter herdacht in zijne openingsrede de leden, die in den loop des jaars aan de Maatschappij door den dood waren ontvallen, waaronder van onze stadgenooten de heeren Yan Mnsschenbrook, Quant, Dercksen en Dee, terwijl mode aan de buitenland- sche leden Conscience en Heremans oen warme hulde werd gebracht. Ook herinnerde hij het ver blijf der Transvaler8 hier te lande en in deze stad, hunne dankbaarheid voor de toezending dor zeven kisten goed ingebonden boeken, waarvan reeds trouw gebruik werd gemaakt, en hoopte, dat de Maatschappij het zoo gelukkig begonnen werk om een volksbibliotheek in de Transvaal te vestigen, krachtig mocht voortzetten. Aan het slot zijner toespraak drukte hij zijne blijdschap en dankbaar heid uit voor het aanvankelijk herstel van onzen Kroonprins, oerelid der Maatschappij. Na de gewone verslagen werden tot binnenland- sche ledon benoemd Dr. F. Pijper, pred. te EenigenburgA. Bredius, onder-directeur van het Ned. Museum te Amsterdam dr. S. Baart Do la Faille, pred. te Purmerenddr. P. Jz. Proost, pred. te O.- en W.-Blokkermr. J. F. Bijlevold, archivaris van Gelderland, te Arnhem dr. mr. H. Ter Haar Bz., leeraar aan de hoogere bur gerschool te Leiden; A. M. Kollewijn Nz., leeraar aan het gymnasium te Amersfoort; E. A. H. Seip- gens, leeraar aan de hoogere burgerschool te Leiden A. A. Beekman, oud-genie officier, leeraar aan het gymnasium te ZutfenJ. A. Smits Yan Nieuwerkerk, lid der Prov. Staten van Z.-Holland, te Dordrecht; C. L. Lütkebiihl Jr., ambtenaar aan de Rijks telegraaf te Amsterdamdr. W. C. Yan Manen, pred. te Zieriksee; M. J. Mees, Evang.-Luth. pred. te Haarlemdr. G. Kalff, leeraar aan de Handelsschool te Amsterdammr. J. Pols, lid van den Hoogen Raad der Nederlanden te 's-Gravenbagemr. N. De Roever, adjunct-archivaris der gemeente Amster dam, dr H. U. Meyboom, predikant te Assen dr. A. C. Dnker, te HaarlemA. Flament, te 's-Gra- venhage; mr. W. Thorbecke, te 's-Gravonhage J. Anspach, predikant te Eek en Wiel, en J. C. De Vos, tooceelspeler, te Rotterdam. Tot buitenlindsche leden zijn gekozen Dr. H. Wernekke, directeur der Realschule te Weimar; S. J. Du Toit, superintendent van het onderwijs in de Zuid-Afrikaanscbe Republiek, te Pretoria; dr. A. Holder, Bibliothecaris te Carlsruhe; A. Carrière, professor aan de „Ecole des laDgues vivantes orientales" te Parijs; F. W. Reitz, hoofd- rechter van den Oranje-Vrijstaat, te Bloemfontein. In plaats van den in October e. k. aftredenden bestuurder dr. W. N. Du Rieu is tot lid des be- stuurs benoemd prof. M. De Vries, terwijl opnieuw tot secretaris-bibliothecaris is gekozen do heer J. J. A. A. Frantzen. Als naar gewoonte wordt de vergadering beslo ten met een maaltijd op Zomerzorg. Mej. E. D. Van den Berg alhier is benoemd tot onderwijzeres aan eene bijzondere school voor meer nitgebreid lager onderwijs te Rotterdam. De Rijnlandsche stoomtramweg vervoerde in de maand Mei tusschen Leiden en Katwijk 20,606 personen, met eene opbrengst van ƒ3626.49 het goederenvervoer en diversen bracht ƒ237.49 op, totaal 3863.98. Van 1 Januari tot en met uit0. Mei 1884 bedroeg het aantal vervoerde reizi gers 86,688, met eene opbrengst van 14,392.73* het goederenvervoer en diversen bracht 958.14 op en het aantal vervoerde postpakketten 62.00, totaal ƒ15,412.87£, zijnde per dagkilometer 11.70£. Namens den Koning is door den minister van waterstaat de vergunning, aan het college van dijk- Deze Conrant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. graaf en hoogheemraden van Rijnland tot wederop- zeggens verleend voor den aanleg en het gebruik van eene elcctrische telegraaf lusschen het gebouw voor weerkundige waarnemingen aan de Oude Wetering, gemeente Alkemade en Alfen, gewijzigd, en is dit college vergunning verleend, die geleiding te ver leggen naar Roelofarondsveen. De heer M. J. Bonman, pred. te Leerbrook c. a., heeft een beroep ontvangen naar de Herv. gemeente te Oude- en Nieuwe-Wetering. De geneeskundige staatscommissie te Utrecht heeft bevorderd tot arts de heeren H. Buringh Boekhoudt, Th. H. Bakker, L. C. H. Goossens, doctorandi, en den heerL. E. "Wmsse, candidaat-arts. Toegelaten tot het lste gedeelte werden de heeren Th. Niemeyer, W. G. Metelerkamp Cap- penberg, dootorandi, en de heeren C. H. De Jong, J. A. Rademaker, G. J. Vanier, candidaat-artseD. Tot tandmeester werd bevorderd de heer J. F. L. Van Ginkel. Het voorloopig Kamer-verslag over het kor telings ingediende ontwerp tot het aangaan eener geldleening ten laste van den Staat is reeds ver schenen. Sommige leden beklaagden zich dat de late indiening van dit voorstel voor do leden een beletsel opleverde om met de opinie van deskun digen en het publiek bekend te wordeü, waar tegen over anderen wezen op den eenvoudigen en spoed- vereischenden aard dezer zaak. Dat thans opnieuw eer, 3 geldleening zal worden aangegaan, zonder dat in de daaruit voortvloeiende verhooging der gewone uitgaven door nieuwe mid delen wordt voorzien, werd door vele leden ernstig afgekeurd. Als vaststaande nam men aan dat in renten en aflossing der voorgestelde geldleening niet voorzien wordt, en dat dus ten aanzien der verhouding tusschen gewone middelen en uitgaven weder een stap achteruit wordt gedaan. Men zag dan ook in de verhooging van uitgaven, uit de vermeerdering der staatsschuld voortvloeiende, eene sterke drangreden te meer tot beperking van uitgaven, in het bijzonder van de militaire en van die voor onderwijs en openbare werken; en deze leden meenden er nogmaals ernstig op te moeten aandringen, dat de regeering dit bij het ontwerpen der staatsbegrooting voor 1885 niet uit het oog zou verliezen. De Haagsche kroniekschrijver van de „N. Gron. Crt." deelt mede, omtrent de benoeming van graaf Herbert Von Bismarck tot gezant van het Duitsche rijk te VGravenbage, dat het onzen minis ter van buitenlandsche zaken voel moeite heeft ge kost om van Z. M. toestemming te verkrijgen tot vervulling van de formaliteit der verzending van het officieus bericht, dat de komst van dien gezant aan ons Hof zeer aangenaam zal zijn. De gewoonte vordert, dat de definitieve benoeming eerst volgt na de ontvangst van dat bericht; dit zou dau de reden zijn, dat die officiëele-benoeming tot dusver uitbleef. Naar het „Vad." verneemt, heeft er ten huize van dr. Mess te Scheveningen eene bijeenkomst plaats gehad van bestuurders van hotels en eige naars van villa's te ScheveDingen, ten einde Middelen te beramen om de badplaats Scbeyptpsgen jn buitenland meer bekend te do^ïi worden. De Hft^.Jgehc correspondent der „Middelb. CrtJ Tueldt het volgende: Naast de ophanden ver zwakking van de drankwet is het oen verblijdend verschijnsel dat aan het departement van buiten landsche zaken ook aan uitbreiding van de bepa lingen tegen drankmisbruik gewerkt wordt. Er schijnt sprake van eene conferentie van verschil lende mogendheden, om den drankverkoop op groote schaal door visscliersvaartuigen in open zee tegen te gaan, welke handel de bron is yan yele oneeni**- PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.171- Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee- ren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend. heden tusschen visschers van verschillende natio naliteit, en bovendien de reeders vorlie3 doet lijden, doordien het betaalmiddel gewoonlijk in visch be staat. Het plan om dat alles tegen te gaan, is reeds geopperd door den minister Modderman. Volgens denzelfden correspondent schijnt er alle kans te bestaan, dat, mocht Engeland blijven aan dringen om te interveniëeren in de quaestïe tusschen Nederland en den Radja van Tenom, betrekkelijk de vrijlating van de gevangengenomen bemanning der „Nisero," een andere machtige Staat tussohen beiden zal treden om Engeland van het onredelijke van zijn eisch te overtuigen. Door de vrijgevigheid van mevrouw do weduwe Messchert van Vollenhoven-Van Lennep en van den heer mr. J. F. Van Leonep had gisteren voor de eerste maal na den dood des heeren mr. J. Mes schert Van Vollenhoven het Zendingsfeest plaats op het laedgoed „Boekenrode" bij Haarlem, alwaar het thans voor den vierden keer gehouden werd. Reeds vroog in den ochtend, even na zevenen, kwam de eerste feesttrein van Amsterdam aan de halte aan de Zandvoortsche laaD aan en ofschoon de regen bij het uitstappen had opgehouden, toch liet het weder zich Diet heel fraai aanzien. Tusschen achten en tieneD, don tijd, waarop de Noord-Hol - landsche, de Utrcchtsche en do Zuid-Hollandsche feesttreinen aankwamen, was nog menig buitje gevallen en blies de noord-westenwind kool over het weiland. Nauwelijks eebter waren de feestvierenden in de heerlijke eiken- en beukenlanen van „Boekenrode" gekomen of een aaDgeuaam gevoel maakte plaats voor het gure en kille in den vroegen morgen. Eene geurige, lieflijke lucht woei den wandelaar onder deze hooge boomen om de slapen en do koelte van zoo even was in luwte veranderd. Tevens scheen het, dat de regen wilde ophouden, en inderdaad bleef het droog. Daardoor had men in de zandige gulle duinpaden, die tusschen hakhout on hoog ge boomte door, naar de spreekplaatsen leidden, geen lasf van stof. Onder het eerste hooge geboomte rechts van den hoofdingang, nadu^ h1©0 de laan doorgeloopen is, vlak tegenover de hutzi£Je ^Boekenrode", was dat spreekgestoelte opgericht, waar ds. H. Pierson, directeur der Heldringgestichten te Zetten, de ope ningsrede zoude uitsproken. Ter linkerzijde van dett spreker had de stafmoziek van het zevende regiment infanterie op eene verhevenheid plaats genomen en blies voor den aanvang der feestelijkheid vers 10 en 16 van Psalm 68. Plechtig en statig klonken de heerlijke accoorden in deze kerk van ongekorven hout. In alle stilte hoorde men deze schoone melo dieën aan of verzamelde zich rondom het spreek gestoelte, waar, nadat het koper zweeg, een der sprekers Gods onmisbaren zegen op dit feest en droog weder van den hemel afsmeekte. In zijn openingsrede, uitgaande van het slot van het Evangelie van Mattheus: „Mij is gegeven alle kracht in hemel en op aarde. Daarom gaat henen en onderwijst (leert) alle volken en doopt ze in dq^ Yadeys en des Zoons en des Heil;^erj Geestes", spraÏT d8. Pierson over het recht, den aard en de kracht der Zending. Zijne rede werd mot onverdeelde aandacht aan gehoord en op zts?r bevattehjken toon, duidelijk en met heldere stom '^06n de spreker aan het slot de menigte uitnoodïgae ^em naspreken van het „Amen", dat de Heer ook ge zegd had aan het slot zijner opwekking tot ver breiding zijner leer, was er niemand die zweeg. Men zong, naar de wyze van „Ich bete an die Macht der Liebe", het zevende nnmmer van het feestprogramma: „Gij gaaft ons Heer, een rijken zegen", enz. Nadat da muziek zweeg en de laatste tonen WP£Se3fOFyfn W**-en, sprak spreker den zegeq

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 1