BUITENLAND. Frankrjjk. Het plan de campagne, hetwelk de Franschen, volgens de „Times", in Tonkin zouden hebben op gemaakt, wordt door de „République Francais©" geheel ongegrond genoemd. Alles wat in deze ia geschied, bepaalt zich - zegt het Fransche blad - tot de vraag, door de regeering gericht aan generaal Millot, tot hoeverre hij wenschte yoort te rnkken ter beveiliging van het veroverde gebied. De generaal heeft geantwoord dat hij het onnoodig achtte tot Cae-Bang en Lang-Sin te gaan en hij zich zou bepalen tot het bezetten van Thaï- Nguyen en Thu-Lang-Thuonc Men kan dus aannemen, voegt het blad er bij, dat de expeditie zoogoed als geëindigd kan worden beschouwd. Het stierengevecht in het Hippodróme te Parijs is door Jules Ferry verboden. Drie weken geleden had de prefect de vergunning gegevende opbrengst zou dienen voor een liefdadig doel en inen ver wachtte een netto recette van 200,000 fr., maar op het laatste oogenblik trok de regeeriüg de vergun ning in. Volgens te Berlijn ontvangen bericht, heeft de regeering der Fransche Republiek besloten een zaakgelastigde voor de Transvaal, te Pretoria, to benoemen. 2>uits clila.xu3» Prins Von Bismarck is door eene lichte ver koudheid aangetast, en genoodzaakt zijne kamer te houden. Dinsdag a. s. heeft te Berlijn de inschrijving plaats op de nieuwe Russische leening, tot den koers van 89, bij 20.43 marken per pond sterling. Vijf millioen blijven voor de inschrijving te St.- Petersburg bestemd, terwijl tien millioen voor Ber lijn en Amsterdam bestemd zijn. Het bedrag der leening is voor dertien speciaal genoemde spoor wegen bestemd. De coupons en uitgelote stukken worden bij de Russische tolkantoren in betaling aangenomen. De coupons worden te Berlijn met 20.43 per pond sterling 1 Mei en 1 November betaalbaar ge steld. Ook te Londen, Parijs en Amsterdam zijn zij tot den koers van den dag betaalbaar. Groot-Britannië. De meeste Engelsche bladen zijn het geheel eens met hetgeen door den heer Forster dezer dagen gezegd is op eene bijeenkomst in het Mansion- House, die belegd was om sympathie en gelden te verkrijgen voor een toevluchtsoord voor uit de sla vernij bevrijde vrouwen te Cairo. Naar de heer Forster deed uitkomen, gaat het niet aan, aan te dringen op de nakoming der wetten, die haar de vrijheid geven, zonder te zorgen, dat zij zulk een toevluchtsoord hebben, totdat zij eene goede brood winning hebben. Als men in deze pogingen slaagt, dan zal, moont de „Daily Telegraph", de slavernij, die in Egypte nog altijd, ofschoon niet in volle kracht, bestaat, meer en meer in dat land haar natuurlijken dood sterven. In het Lagerhuis verklaarde de heer Dodson dat de regeering zich vereenigt met het besluit, door het Huis ten opzichte van het wetsontwerp op den vee-invoer genomeD. Alleenlijk stelt zij een nieuw amendement voor op art. 1. De strekking van dit amendement is, om aan de regeering zekere bevoegdheid toe te kennen bij de toepassing van het verbod tot invoer van vee. De „Times" deelt mede dat bij haar een groot aantal giften zijn ingezonden, naar aanleiding van het door generaal Gordon in een brief aan Samuel Baker gedaan beroep op de particuliere ondersteuning van vermogende EDgelschen, ten einde hulp naar Khartoem te zenden. Daar de „Times" echter vertrouwt dat de regeering zelve in dezen krachtig zal optreden, heeft zij de giften terugge zonden. Rusland. c Te Krakau heeft een dynamiot-aanslag plaats gehad. Dinsdag-morgen werd, voor het politie- bureel, een bom op den grond geworpen, die bij de uitbarsting een aantal vensterruiten verbrijzelde, zonder echter andore personen te kwetsen of te dooden dan den bedrijver van den aanslag, een werkman uit eene ijzerfabriek, Bogusland Molawanski, die zwaar verwond naar het hospitaal werd gebracht. De aanslag wordt met grocte waarschijnlijkheid op rekening van de anarchisten gesteld. Te Tiflis heeft prins Sombatoff in het gerechts hof een revolvor afgeschoteu op prins Monkransky, tegen wïen hij een proces voerde, kort voordat de uitspraak werd gedaan. Monkransky werd gelukkig slechts licht gewond. Te Warschau worden toebereidselen gemaakt om den keizer van Rusland te ontvangen, die weldra deze stad met een bezoek zal vereeren. Znïd-Af rïlia. Oranje-Vrijstaat. - Omtrent Bechnana-land wordt uit goede bron aan de „Express" verzekerd dat een commando van 300 man Koranna's en Basoeto's op bevel van Massouw uitgegaan was en 1300 a 1500 beesten van Mankoroane afgenomen had. Massouw geeft als reden voor dezen stap op dat reeds al zijn vee door Mankoroane geroofd is en dat hij geene hulp van de vrijwilligers kan krijgen. Hij snoeft er ook op, dat hij met hulp van de Basoeto's mans genoeg is, zoowel voor Mankoroane als voor de vrijwilligers. Het volgende bericht had het -genoemde blad, dato 16 Maart, uit Ficksburg ontvangen met be trekking tot Jool en Jonathan: Het kamp op de hoogte van Tülotsi werd heden aangevallen door 300 man van Joel en andere Kafferhoofden der rebellen. De aanval begon te 12 uren en het ge vecht strekte zich uit over een grooton omtrek rondom het kamp. Aan den kant van Jonathan zijn ongeveer 12 man gewond, waarvan sommigen ge vaarlek. Het gelukte Jonathan den vijand te ver jagen. Gisteren (Zaterdag) heeft Jonathan Joels stad verbrand. De rebellen hebben Jonathans ver blijf, een half uur ten zuiden van het kamp, in brand gestoken. Yelen, die gevlucht zijd, hebben getracht zich in den Vrijstaat voor verdere ver volging te vrijwaren. Nabij Bloemfontein was in do laatste week zoo veel regen gevallen dat de Rbenoster- en Modder spruit zoo vol werden als zij dit seizoen nog niet waren geweest. Van alle zijden was het bericht gekomen dat het veld er in jaren zoo goed niet had uitgezien. Deze vreugde werd echter wel wat getemperd doordat de rupsen in sommige gedeelten van het land hare verschijning gemaakt en groote verwoestingen aangericht hadden. Ook hadden zich op enkele plekken sprinkhanen vertoond. ingezonden. beschouwing over de tentoonstelling van het ©«nootschap „5ïatlicsis Sclentiarnm Clcnhriï." Dat de belangstelling in het teekenonderwijs van „M. S. G." jaar op jaar toeneemt is zeker een ver blijdend verschijnsel'fc was daarom vóór eenige jaren een gelukkig denkbeeld, zooal3 het sedert geschiedt, de teekeningen en werkstukken in de Stadszaal te exposeeren, daar men zoodoende een goed en gemakkelijk overzicht kan vorkrijgen. De hoofdzaal binnenkomende, had men links geo metrische figuren van eerstbeginDendendezo zijn flink geteekcnd. Hetzelfde kan gezegd worden van de teekeningen van kappen, trappen enz., aan de overzijde, door meer gevorderden geteekend. Ook de verschillende perspectief- en wasch-teekeningen verraden een goede leiding. Verder deed 'fc mij ge noegen flinke teekeningen van kroon- en sokkel- lijsteD, alsook deur- en venster versieringen te zien naar de vormleer van prof. Gnngel, die zeker zullen medewerken bij eene goede verklaring om de leer lingen degelijke vormen in 'fc geheugen te prenten. De details op ware grootte zijn zaken waaraan men ook nu zijn aandacht gaat wijden. Tot mijn spijt zag ik bijna geen enkele lijn- teekening zooals vroeger. Deze, goed gekozen, zullen de leerlingen niet alleen in kennis brengen met bestaande gebouwen of gedeelten daarvaD, maar hen tevens motieven aan de hand doen bij latere composities. Ook 'fc concours naar die rubriek ontbrak dit jaar voor het eerst. Wel waren daarentegen de ontwerpen vrij talrijk door de zaal verspreid, maar deze konden mij over 't algemeen niet bijzonder behagen. Ik geloof ook niet dat 't maken van ontwerpen op den weg van 't teekenonderwijs aan „M. S. G." ligt. De leerlingen hebben over het algemeen nog te weinig gestudeerd en gezien om over die vormen- kennis te beschikken, bij composeeren noodig. Zij zullen of een copie van het een of ander óf iets dwaas leveren. De voortbrengselen der pas sedert kort bestaande Ambachtsschool mochten voorzeker de wel ver diende aandacht genieten. Toonden enkele van de vele nuttige zaken nog de onvastheid in bot kan teeren van het gereedschap, ïian eerstbeginner.den eigen, andere konden gerust door don werkman tot voorbeeld gekozen worden. Op 'fc gebied i smeedwerk, bij ons nog weinig beoefend, hoop het volgende jaar een paar artistieke proeven j zien, waarbij men zich dan 'fc best kan laten leid door bestaande voorheelden of door goede boj werken, als„Formenschatz," „l'Arfc pour tous" anderen. In de kleine zaal zag men vooreerst boetseerwe en verder handteekeningen. En hoewel bij 'fc boi seerwerk veel goods was op te merken, gaat m toch, geloof ik, van geen gezond beginsel uit. Mijns inziens moet men beginnen met naar a gietsels of naar voorbeelden nit de natuur te werke om te leeren zien en begrip van relief te krijge: daarna naar teekening en eindelijk kan men beproe ven composities te maken. Dat goede en vooral duidelijke platen een hoofd vereischte zijn, blijkt duidelijk uit 'fcgeen men voor 't concours geleverd heeft, en wel dat de een juist het tegenovergestelde gemaakt heeft van den ander, nl. de middelnerf van het acanthusblad naar boven. Of de teekening waarnaar gewerkt is was niet dui delijk, óf zij hebbon nooit een natuurlijk blad met aandacht bekeken en gezien dat steeds de middel- nerf in de diepte lag; ook wat de leeuwenkop betreft is er maar één geweest die begrepen heeft dat men bem in groepen moet aangeven en niet elk haartje afzonderlijk. Bovendien was de opgaaf veel te moeilijk. Dat 't den leerlingen evenwel niet aan aanleg ontbreekt, toonde een ornament naar Hauptman, een naar Schinkel en ardereD, niet te vergeten 't Grieksche figuurtje, doch een ornament met een kinderfiguurtje, waarvan die beenen niet bij dat bovenlijf behoorden. Dezelfde leerling bewees zeer duidelijk dat dergelijke dingen te moeilijk zijn. En geen wonderHoe wil iemand die nooit naar de natuur gestudeerd heeft zoo iets uit zijn hoofd weergeven Op het gebied van handteekenen schijnt men sedert een paar jaar van een andere richting uit te gaan: 't doezelkrijt is vervangen door 't gemak kelijker materiaal potlood en ook 'fcwitkrijt wordt thans vervangen door dekwit, met een penseel met water op te brengen. Hoe mooi dit is in handen van hen die 't spaarzaam weten te gebruiken, zooals eenige teekeningen echter doen zien, is 't meeren- deel niet begrepen aangewend en schijnen de voor werpen van metaal. De keuze van een kapiteel als opgaaf voor het concours was zeker zeer gelukkig. Hoe iemand er evenwel toe komen kan een zoo karakterloos stuka doorsornament als onderwerp voor 't andere concours op te geven, zooals die zwik- of hoekvulling, kan ik mij niet begrijpen. Onder de vele nuttige en leerzame teekeningen in de zaal aanwezig zijn voorzeker die van de eerstbeginnenden te noemen, nl. die naar houten modellenverder de Grieksche vazen, enz. Wat da teekeningen der meer gevorderden be treft, zij maakten op mij een zeer verwarden indruk. Veel zag ik wat men gewoon is „koekbakkers ornament" te noemen; eeu goede kouze voor orna ment is hier zeker hoofdvereischte met 't oog op de bouwkundige richting welke „M. S. G." voorstaat. Ook hier hebben enkele leerlingen getracht te ontwerpen, doch zeker met het minst schitterend succes. Uit hetgeen zij gemaakt hebben blijkt dat de leerlingen niet begrepen hebben dat om te com poseeren, men allereerst de nooaige stijlkennis moet bezitten, daar 't slechts aan groote kunstenaars gegeven is, vormen uit verschillende stijlperioden tot een schoon geheel te vereenigen; ik ben dan ook overtuigd dat weinige leerlingen zullen weten of zij een Italiaansch of een Grieksch ornament geteekend hebbeD. Een duidelijke en juiste omschrij ving van tijd en oorsprong mag bij het teekenen van een ornament nooit vergeten worden; een om schrijving toch, bij een 14de eeuwsch ornament, „Hogel uit de 12de tot de 16de eeuw", is wel wat vaag. Ook aan het vlak-ornament kon, dunkt mij, wel een ruimer plaatsje worden afgestaan. Slechts één teekoning, een Duitsche intarsia, vertegenwoordigde die groep. Vooral nu die versiering in de moderne kunstnijverheid zoo veelvuldig toegepast wordt, is dit wel wat weinig. Kan het handteekenwerk dus over 'fc algemeen niet zoo geroemd worden als 't bouwkundig, toch zal voorzeker bij eene goede en nauwlettende leiding dit spoedig verholpen zijn. Het volgende jaar reeds hoop ik te kunnen con* stateeren dat het handteeken niet voor het bouw kundig behoeft onder te doen en dan zullen beide, hand aan hand gaande, voorzeker de schoonste vruchten afwerpen. J.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 2