LEIDSCH
DAGBLAD.
BP. 7405.
Maandag 7 A-ptil
A0. 1884.
Tweede Blad,
PRIJS DEZER COURANT:
foor Leiden per 8 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Deze Conrant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Van 16 regels 1.06. Iedore regel meer 0.17A.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee-
ren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
Woord en Daad.
Zoo een der leden van do Transvaalsche depu-
tat:e, heoren secretarissen daaronder begrepen, na
erugkomst in de Zuid^Afrikaansche Republiek er
toe mocht overgaan de pen op te nemen om, zij
het in het eigenaardige Transvaalsche dialect, de
indrukken weer te geven, tijdens hun bezoek aan
ons vaderland door hen opgezameld, dan mag men
nderdaad een curieus boekske verwachten.
Hoedanig de inhoud van zulk eon werkje ook
mocht zijn, dit is vrij zekerde grondtoon zou
steeds wezen de hartelijke ontvaDgsf, die aan onzo
stamgenooten allerwoge ten deel viel. Of gevoelde
president Kruger op een oogenblik dat bij en do
zijnen met daverend gejuich worden bogroet, zich
niet gedrongen tot den uitrosp„Vriendenge moGt
ons nie verafgode nie!
Het is dan ook geen wonder, dat de Transvaal
sche hecren, door een zoo onafgebroken reeks van
ovaties en recepties, diners en déjeuners, muziek
uitvoeringen en avondpartijen overstelpt, alles afge
wisseld door een onophoudelijk heen en weer schud
don in spoorwaggons, in rijtuigen of op stoombooten,
om talloos tal van stedeü, personen of inrichtingen
te bezoeken, voor enkele uitnoodigiDgen voorloopig
beleefdelijk moesten bedanken, wilden zij geen gevaar
loopen hun gezondheid, hoe sterk ook, in de waag
schaal te stellen.
Ook hier mag het hectenmen kan ook van bet
eosdo te veel krijgen, vooral wauneer die harte
lijkheid ontaardt in een zeker soort van vertrou
welijke uitingen, waarmee men zijne gasten in
grooto verlegenheid brengt. Het gaat hun dan als
een huisvriend, die, ter kwader ure tot getuige ge
maakt van een huiselijkcn twist, waarin hij zich
geen partij kan of wil stollen, onrustig op zijn stoel
heen en weer schuift, het oogenblik zegenende,
waarop hij met goed fatsoen van de al te intieme
vrienden afscheid kan nemen.
Iets dergelijks nu had plaats bij een veelbespro
ken receptie der Transvaalsche heeren in een bij
zonderen kring in de hoofdstad. Het ware maarte
wenschen geweest, dat de daar gesproken woorden,
althans een deel daarvan, binnenskamers waren ge-
bl6veD, met inachtneming van het aloude spreek
woord, dat het wenschelijk is „lavor son liüge sale
cn familie."
Hu dat niet het geval was, nu de pers die woorden
in kleuren en geuren heeft verbreid, mocht een woord
van protest niet uitblijven, en het doet ons dan
ook genoegen, dat zulk een woord van bevoegde
zijde uitgesproken en in Engeland verbreid is.
Wij kennen gaarne ieder het recht toe zijne
meening onverholen uit te sproken en laten ons
allerminst in met het eeuwigdurend twistgeschrijf
en de eindelooze partijtwisten, die, ondanks al het
vredegeroep der leiders slechts strekken om ver
bittering te zaaien.
Maar waar woorden worden gesproken, beleedi-
gend voor de geheele natie, woorden, waarvan de
zin in het kort hierop neerkomt, dat het Neder-
landeche volk, om een bekende uitdrukking te ge
bruiken, eene „nation éteinte" is, niet waardig den
Transvaalschen stamgenooten de schoenzolen op te
binden, daar kan ieder, die aanspraak maakt op
don naam van Nederlander, een gevoel van ver
ontwaardiging niet onderdrukken.
De Transvaalsche driemannen moeten zelf ver
baasd zijn geweest, ja het was voor hen lang niet
leiend, dat zij de gasten waren van een zoo flauw
hartig en ontzenuwd volk. Gelukkig dat de har
telijke ontvangst, hun overal ten deel gevallen, hun
het bewijs leverde dot ditzelfde Nederlandsche
volk nog vatbaar was voor geestdrift, d:e, zoo het
ooit te pas mocht kouien, nog kan leiden tot een
kloekmoedige verdediging van den vaderland?chen
grond, al zal men verstandig handelen op niot al
te veol heldenmoed te rekenen van de zijde van
hen, cie reeds nu komen verklaren, dat zij er zich
op voorbereiden om in de ure des gevaars met pak
en zak uit te wijken naar de Zaid-Afrikaansche
Republiek.
Do in bedoelde bijeenkomst te Amsterdam ge
sproken wo rden waren buitendien zoo onkiesch
mogelijk tegenover president Kiüszer en do zijnen,
nadat eerstgenoemde uitdrukkelijk en bij herhaling
had verklaard, dat hij tot geen bepaalde partij
kwam, maar tot het geheole Nederlandsche volk.
Die woorden, waarin natuurlijk mot de noodige
verwatenheid van don trotschen Brit werd gewaagd,
waren daarenboven ondoordacht en getuigden van
onvoorzichtigheid. Het gevolg is niet uitgebleven:
de Engelsche pers, met de „Times1' aan het hoofd,
he-fft zo met niet weinig overdrijving gretig over
genomen. Daar kon men lezen, dat de redenaar
zou hebben gezegd, dat de Nederlanders het uur
zullen zogenon, waarop de laatste Brit uit Zuid-
Afrika zal zijn verjaagd
Nu zal wel niemand beweren, dat het in het
belang is van ons land, do tweede koloniale mogend
heid, dat het volk van Engeland, de eerste koloniale
mogendheid, dergelijke den Britschen trots kwet
sende uitdrukkingen - zij mogen dan al wat over
dreven zijn - onder do oogen krijgt; in het belang
evenmin van de Zuid-Afrikaansche Republiek zelve,
wier roeping het is zich te ontwikkelen naast en
in wedstrijd mot de Engelschen, niet tegenover en
in strijd met hen. Moge daarom de tegenspraak
van prof. Harting aan de overzijde van het Kanaal
dea ongunstigon indruk uitwisschen, teweeggebracht
door de te Amsterdam gesproken woorden; zy zal
althans meer baton dan de vergoelijkende uitleg
ging, daaraan later door den redenaar zelf gegeven,
en die voor ons niets anders beteekent dan de be
kentenis: peccavi.
Voorzeker, men had beter gedaan, in overeenstem
ming met den verstandigen raad, door dr. Jorissen
vóór zijn vertrek naar Zuid-Afrika gegeven, bij do
talrijke ovaties in verschillende plaatsen niet zoo
sterk Mojuhabcrg cn Spitskop op den voorgrond
te plaatsen, maar zich veeleer te bepalen tot het
uitbrengen van welgemeende wenschen voor do
ontwikkeling en den bloei der herboren Zuid-
Afrikaansche Republiek, tevens met het vaste voor
nemen haar zooveel mogelijk den steun te verleeneD,
dien haar afgevaardigden hier komen zoeken, den
fiaantiëelen steun vooral, dien zij zoo dringend
noodig heeft.
Iodien ons volk daarin tekort schoot na de
opgewonden juiohkreten, waarmee de Transvalere
allerwege werden bogroet, zou het al een zeer
povere figuur maken.
"Wij willen heter hopen, al moest dan desnoods
tot het reeds geopperde denkbeeld van een alge-
meeue inschrijving do toevlucht worden genomen.
Na het woord de daad, na de juichkreten de
spaarpenningen - zoo betaamt het een volk, dat
het bewijs wil leveren dat het nog niet ontzenuwd
ie, een volk, dat nog genoeg nationale eigenwaarde
bezit, om niet zonder protest zich te laten schelden
voor laf en flauwhartig, maar tevens ook genoeg
gezond versland om eeuer bevriende en tienmaal
machtiger natie niet noodeloos aanstoot te geven.
5 April.
Heden is aan de universiteit alhier de heer
C. Nolen, arts, geb. te Rotterdam, bevorderd tot
doctor in de geneeskunde, met academisch proef
schrift, get.: „Haematocele interraginalis."
jfev Op verzoek van en in overleg met de com-
mïssiën tot oprichting en onthulling van hetgedenk-
teeken vau Leideus ontzet hebben al de hoofden
der openbare en die der bijzondere scholen, de
laatste met uitzondering van de katholieke, eeno
vereem'gdo vergadering gehouden, ter bespreking
van de mogelijkheid om bij gelegenheid der onfc-,
hulling van het Monument - welke, gelijk men weet,
thans op 3 October bepaald is - een kindercantate
te doen uitvoeren. Die vergadering had tot resul
taat dat het plan in beginsel werd vastgesteldover
do wijze waarop ze tot werkelijkheid zal kemeo,
moet nog nader van gedachten worden gewisseld.
Op voordracht van den dirocteur van 's Lands
Plantentuin te Buitenzorg is do betrekking vau
onder-kortulanus aldaar aangebodon aan W. G.
Lovink, tainkuocht in 's Rijks Academloluin te
Leiden, die daartoe ter beschikking zal gesteld
worden van deu gouverneur-generaal van Ned.-Indiö.
De voordracht van den heer D. Van dor
Horst, op aanstaanden Dinsdag in de Stadszaal te
houder, belooft zeer interessant te zijn. Wjj ont
vingen daaromtrent eenige inlichtingen en kunnen
dientengevolge den leden van de Maatschappij ter
Bevordering van Nijverheid zeer zeker aanraden
van hun recht tot tcegang gebruik te maken.
Da. J. A. De Vlieger, predikant te Katwijk
aan Zee, heeft, tot innig leed der gemeente, hot
beroep naar Wolsrüp en Bajum aangenomen.
In de flink gevulde zaal van „het Hof van
Holland" te Ncordwijk-Bionen, werd dezer dagen
de vierde openbare les gehouden der Zangschool
van Noordwijk-Binnen en Katwijk aan Zee, onder
directie van den heer II. Mens te Noord wijk.
Ieder die de derde openbare les in het vorige
jaar bijwoonde, zal - zegt onze berichtgever - vooruit
gang opgemerkt hebben. Do keus der stukjes was
gelukkig; zoo wij ons een kleine opmerking
mogen veroorloven, dan zij het slechts deze: laan
onze klein9 Hollandsche jongens en meisjes toch
alléén in hunno moedertaal zingen: uit armoede
behoeven we toch waarlijk niet bij onzo Duitscho
buren te gaan Ieenen! Zooals gezegd, 't i9 geen
aanmerking: sleehts een wenschmaar door
velen gedeeld.
Overigens: zoowel den jeagdigen zangers a's hun
directeur een hartelijk en welgemeend woord van
hulde; vooral don directeur die zich zooveel moeite
geeft eu met zoo uitstekend succes bekroond wordt.
't Is niet alleen op het gebied van den zang
dat der kunst alhier - zoo schrijfc onze correspon
dent verder - wordt geofferd: ook in bethantoeren
der teekenstift vindt men gelegenheid tot goed
onderwijs. De beer N. Vegt nl. heeft sedert oenigen
tijd een cursus voor haudtoekenen geopend, welko
door vele jongens gevolgd wordt. Dezer dagen waren
we in de gelegenheid de rosaitaten van dat onder
wijs te bezichtigen: ze govon ons aanleiding om
onze gemeente geluk te wenschen met hot bozit
van do inrichting van den hoer Vegt, od, voor zoo
ver dit noodïg mocht zijn, sporen wo onze mede-
ingezetenen gaarne en uit volle overtuiging aan
om hunne kinderen aan de leiding van den heer
Vegt toe te vertrouwen: ze zullen er geen berouw
over gevoelen.
Aan de ambtenaren van het Openbaar Miois-
terie bij de gerechtshoven, die der arrondissements
rechtbanken, de hoofd- en verdere officieren der
marechaussee en ccmaiissarissoo van politie is bij
circulaire van den minister van justitie dd. 22 Maat 11.j
kennis gegeven dat het voorschrift tot geheimhou
ding van het bestaan van een register van ont
slagen gevangenen met bijbehoorende pkotographi-
sche portretten, sedert 18S2 ingevoerd, is opge-'
heven, eenerzijds omdat dit voorschrift onnoodig
wordt geacht, anderzijds omdat van bedoeld register
of van de portretten door de politie of justitie niet'
ten allen tijde voldoende gebruik gemaakt werd.^
•J