kregen ze daar weer rnzie met den bediende des heeren S. d. B. Het kwam tot handtastelijk heden en de knecht kreeg een snede in 't gelaat en in den hals. Drie personen, die juist aankwameD, moesten het Tervolgens ontgelden. Een hnnner word door den eenen matroos aangevallen en derwijze met een zoogenaamd matrozen-„scheermes" in den rug, in de zijde, aan de band en in de lip gewond, dat hij in een koffiehuis op den hoek van de Peper straat moest gedragen worden. Hier werd hij ver bonden, om daarop per brancard naar het gasthuis gebracht te worden, waar hij na eenige oogenblikken van vreeselijk lijden ten gevolge van bloedverlies is bezweken. De vermoorde heette H. Potharst, was 55 jaren oud, huisvader en een oppassend werkman van de marinewerf. Hij had als los suppoost bij het bal in den Parkschouwburg gediend en keerde bedaard huiswaarts, toen hij zonder reden door den gewelde naar werd aangevallen. Deze is natuurlijk terstond gearresteerd. Hij bleek nuchter te zijn en dus alleen uit moedwil de snoode daad begaan te hebben. Zijn naam is Edward Mullins. Eenig geld, dat hij op zak had, heeft hij waarschijnlijk aan den kameraad ontstolen. In verband met de arrestatie dor betrokkenen in den postdiefstal te Breda schrijft men nog het volgende: Een bankbiljet dat te Antwerpen aan zeker wis selkantoor werd aangeboden, moet do aanleiding zijn geweest tot de ontdekking. Een zekere K., die dit biljet ter wisseling aanbood, en niet in staat bleek rekenschap van de herkomst te geven, heeft vroeger te Breda gewoond en die stad op hoogst zonderlinge wijze verlaten. Hij wist nl. de waak zaamheid van zijn buisheer, den heer N., die geen goed oog op hem had, te verschalken, en vertrok in alle stilte des nachts, ongeveer alles medenemende wat van zijne gading was. Deze K. moet met een der verdachten intiem bevriend zijn, en een hunner, de brievenbesteller M., moet hem zelfs na den dief stal te Antwerpen hebben bezocht. Hoe het zij - nader licht zal weldra over de zaak opgaanzooals wij bereids gemeld hebben, zijn de twee personen, die reeds vroeger een ver hoor moesten ondergaan, opnieuw gevangengenomen met nog een derde, een kleermaker daar tor stede, - en na een voorloopig verhoor geboeid naar het hnïs van arrest gebracht. Drie van hen moeten lid zijn van eene hoogst beruchte vereeniging van dertien individuen, die nachts in e9n kroeg van slecht allooi vergaderden ec onder den naam van „bloedraad" bekend is. "Wat «dese heeren van dien raad van dertienen daar uit voerden valt licht te vermoeden. Alles - denken we - behalve veel goeds. Later wordt nog gemeld dat op aanwijzing van een der in arrest genomenen, ten huize van den kleermaker Van Hall achter het behangsel in een der kamers een groot gedeelte der gestolen bankbiljetten is teruggevonden. De diefstal zelf schijnt door de twee vrienden Ballintijn en Moors gepleegd te zijn; de laatste zou een valscben sleutel op de brandkast hebben gemaakt. Na de effecten te hebben verbrand, heeft men, voor ontdekking vreezende, het bankpapier ten huize van v. H. verborgen. Juist drie weken dus na den diefstal is men er in geslaagd de ver moedelijke daders in handen te krijgen, van welke de genoemde B. nu ook verdacht wordt schuldig te zijn aan diefstal van goud en zilver, verleden jaar ten huizo van den heer P. gepleegd, alsmede aan dien van geld ten nadeele van den bakker G. Een en ander zal nu wel spoedig weder uitlekken, wat zeker wel het aangenaamst zal zijn voor sommige aan die diefstallen onschuldige, doch verdachte personen. Het laatst ontvangen bericht luidt dat de daders bekend hebben. Feestviering bij de onthulling van het Monument van Leidens Ontzet. Velen onzer stadgenooten zullen zich herinneren dat in October des vorigen jaars de dagbladen mel ding maakten dat door bet bestuur der vereeniging „Nut en Genoegen" alhier het plan was gevormd, om den dag, waarop bet monument van Leidens Ontzet zal onthuld wordon, niet onopgemerkt te laten voorbijgaan. Zij noodigde daartoe de besturen der alhier be staande werklieden-vereeningen tot het bijwonen eener vergadering uit, ten einde do noodige mid delen tot verwezenlijking van dit plan te beramen. Gedachtig aan den in 1874 door de vereenigde werklieden gehouden Historisch-Allegorischen op tocht, welke zoo uitnemend slaagde, werd voorge steld dien dag op gelijke wijze te vieren. Daar echter de verschillende besturen niet dadelijk konden vaststellen, zonder hunne leden te hebben gehoord, werd besloten dat elke corporatie op zich zelve eene vergadering zou houden, om er daarna op eene gecombineerde vergadering verslag van te geven, wolke vergadering eene maand daarna plaats had. Op deze vergadering verbonden zich tot het houden van een optocht: 1°. De vereeniging „Nut en Genoegen." 2°. De Kleermakeravereeniging: „Eendracht door Vriendschap." 3°. De Fabriekwerkersvereeniging„Eendracht maakt Macht." 4*. De Werklieden-vereeniging: „Eendracht maakt Macht." 5°. De vereeuigde sectiën van het „Metalen Kruis", afdeeling Leiden. De laatstgenoemde corporatie echter verklaarde dat de hooge ouderdom barer leden haar verhin derde aan een eventuëelen optocht deel te nemen, hetgeen echter niet wegnam dat zij de zaak door finantiëele hulp wenschte te ondersteunen, waarvan de blijken reeds zijn gegeven. Het Ed. Acbtb. Bestuur dezer stad werd in de eerste plaats met het plan in kennis gesteld, dat ook van deze zijde de goedkeuring mocht wegdragen. Evenwel achtte genoemd College het wenscbelijk aan de zaak nog geen uitbreiding te geven, totdat er eene feestcommissie uit den Raad benoemd was, ten einde door samenwerking een goed geheel te vormen. Door de verbonden corporatiën is reeds over eene som van p. m. f 500.te beschikken, n. 1. van elk lid 50 cents. Maar wil bet feest luisterrijk zijn, dan is er natuurlijk meer noodig. Ons vertrouwen is echter weder op den krach- tigen steun der Burgerij gesteld, die on9 vóór 10 jaren zoo ruimschoots in staat stelde den 300sfen gedenkdag van Leidens ontzet op eene waardige wijze te vieren. Moge ook nu die verwachting niet worden te leurgesteld "Wij nemen daarom de vrijheid onze geachte stadgenooten, die iets tot verwezenlijking van het plan wenschen bij te dragen, in kennis te stellen, dat de gelegenheid daartoe bestaat bij de navol gende H. H. Boekhandelaren: Adriani, Rapenburg. Blankenberg, Mare. Van Dcesburgh, Breestraat. Eggers, Botermarkt. Engels, Nieuwsteeg. Fuik, Nieuwe Rijn. Gebr. v. d. Hoek, Breestraat. Kooyker, Nieuwe Rijn. Van LeeuweD, Maarsmansstoeg. Rensink, Breestraat. v. d. Schouw, Breestraat. Somerwil, Breestraat. Trap, Botermarkt en v. Wijngaarden, Aalmarkt, bjj wie inteekenlijsten zijn neergelegd en die zich bereid verklaren elke gift in ontvangst to neraeD. Daartoe bestaat ook gelegenheid bij de navolgende leden van bet hoofdbestuur: J. Goedeljee, Hoogewoerd 152. W. Metselaar, Pieterskerkhof 11. J. N. v. d. Mark, Rijnsb. Singel 10. P. Peeters, Heerengracht 81. W. Hofkes, Schulpenpad 132. J. Dirkse, v. d. Werfstraat g4. A. A. De Graaff, Haarlemmerstraat 224. W. J. Bomli, Oude Vest 87. Namens het Hoofdbestuur, J. Goedel.tee, President. J. N. v. d. Mark, lste Secret. Leiden, 24 Maart 1884. BUITENLAND. Dultechland. Ter eere van den verjaardag van den Duitschen keizer was Berlijn Zaterdag met vlaggen getooid. Reeds vroeg in den morgen waren duizenden „Unter den Linden" op de been en toen de keizer te acht uren aan bet venster verscheen, werd hij met veel geestdrift toegejuicht. Do stoet der prinsen en prinsessen, aan wier hoofd zich dezen keer de koning van Saksen bevond, was bijzonder schitterend. Te halftwaalf reed prins Von Bismarck, luide door de menigte begroet, naar het paleis, waar hjj aan het hoofd van het ministerie den keizer geluk- wenschte. Hij verscheen daarop nogmaals met de tot de landzaten behoorende vorsten. Aan do parade werd deelgenomen door de gene raliteit, de admiraliteit en het geheele corps offi cieren, allen in groot gala. Het parool luidde: „Leve zijne Majesteit, Keizer en Koning!" De keizer benoemde den corvet-kapïtein Von Seckendorff tot vleugeladjudant (de eerste maal, dat dit met een marine-officier gebeurt) en vorst Hatzfeld Fracbenberg tot opperschenker. Bij de voorgenomen onderhandelingen met Bremen over de aansluiting bij het Tolverbond zal, behalve de vrijhaven-quaestie, ook voornamelijk ter sprake komen, dat aan Bremen dezelfde voorrechten worden toegekend, welke aan Hamburg, bij zijne aansluiting, zijn toegestaan. I taliS. De „Diritto" verzekert dat de heer Depretis de opdracht tot samenstelling van een nieuw kabinet heeft aangenomen. De minister van openbaar onder wijs, de heer Baccelli, en de minister van justitie, de heer Gianuzzi-Savelli, zonden het kabinet ver laten, en ook de minister van landbouw, de heer Besto, volhardt bij zijn besluit om af te treden. De ochtendbladen bevestigen deze berichten. Telegrammen. CAIRO, 22 Maart. Nubar-pacha, eerste minister, heeft gisteren bij den consul-generaal van Engeland, sir Evelyn Baring, een protest ingediend tegen het, waarnemen van de betrekking van minister van biEnenlandsche zaken door den heer Clifford Lloyd, een Engelschman. Naar men verneemt is Osraan-Digna door al zijn* aanhangers verlatenslechts óén Arabieren-stam^ moet nog in twijfel verkeereD. Men hoopt dat de gemeenschap tusschen Soeak en Berber woldra hersteld zal zijn. ATHENE, 23 Maart. De Kamer nam gisteren, ofschoon de oppositie zich van stemmen onthield, een dertigtal wetsontwerpen aan. Heden verliet de partij van Delgauni de vergadering en verklaarde dat zij het ministerie verantwoordelijk stelde vooi de gevolgen. De minister Tricoupi sprak zijn afkeuring nil over het obstructie-stelsel, dat de oppositie in prak ijk bracht. SOEAKIM, 24 Maart. Den 23sten brachten spion j nen hier het bericht aan, dat Osman-Digna zie nog steeds to Tamanhib bevindt. De troepen zulle waarschijnlijk Woensdag vooruittrekken om hemt j omsingelen. LONDEN, 24 Maart (AJ. Iu antwoord op eer vraag om inlichtingen deelde Lord Edmond Fib Maurice mede dat de toestand van de bemannin der „Nisero" thans zoo ernstig is, dat hetKabin! zich met de vraag bezighoudt, na te gaan welt verdere stappen behooren genomen te worden. LEIDEN, 24 Maart. De verwachting voor morgen isaanvankeld vrij goed weer, daarna veranderlijk weder regenbuien. "Voor het leggen van eenige klinker- en bestratingen in deze gemeente, waarvan heden tl' Raadhuize de openbare aanbesteding plaats L waren ingekomen 5 inschrijvingsbiljetten, bedragen resp. f 12795, f 11487, f 10545, ƒ10174 en ƒ994'. Aan den laagsten inschrijver, den heer J. H. de Ven, aannemer te Arnhem, is het werk gegm Vervolgens werd aanbesteed bet leveren tl hardsteenen banden en het plavei werk tot t* lenging van het trottoir aan de noordzijde van Hoogewoerd. Hiervoor waren ingekomen 10 biljetten, waan de hoogste inschrijving f 895 bedroeg en de laag? die van de fi*ma wed. J. C. Van Venetie Zcj steenhouwers alhier, f 525, voor welk bedrag I werk is toegestaan. Heden heeft tusschen twee nuchterenkalvetf slachters" (ook bekend onder den naam van ko sen) alhier een twist plaats gehad, waarbij def -V| P. P. geheeteta, den ander, A. d. K. W. genaai j met een mes eene snede op den wang toebra' üe dader bevindt zich in arrest. In de zitting der Tweede Kamer van be is ingekomen hot wetsontwerp houdende ntf bopalingen omtrent don Buikeraccijne,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 2