LEIDSCH 1 DAGBLAD. iV. 6983. Maandag 20 riovembsr. A0. 1882. Eerste Blad. PRIJS DEZER COUBAJiT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Frenco per post1.40. Afzonderlijke Korcmers.0.05. Doze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven- PRIJS DER ADVERTENTIES: Van 1—6 regals 1.05. UJere regel meer 0.(7^, Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee- ren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Dit noramer bestaat uit DRIE BLADEN, V olksvoor oor deel? Diepen indruk maakte het rapport, door vijf leden van het burgerlijk armbestuur te Amsterdam aan Burg. on Weth. der hoofdstad uitgebracht om trent den toestand in de gasthuizen aldaar, voor namelijk wat betreft het gehalte van het verple gend personeel. De bijzonderheden, in dat rapport vermeld,.doen de vraag rijzen, hoe het mogelijk is, dat zulk een onhoudbare toestand zoolang kon voortdurenim mers reeds in 1869 klaagde do directeur over het gehalte der verplegers, en tbans, in 1S82, heeft de commissie kunnen constateeren, dat de zieken, die geen fooien geven, slecht wordon verpleegd en zelfs mishandeld; dat degeen, die moet waken, vaak den ganschen nacht slaapt; dat professoren enz. schan delijk wordon bedrogen, geneesmiddelen niet wordon toegediend, maar weggeworpen, morphïnepoeders enz. tegen betaling aan zieken worden verstrekt, onbillijke arbeid van patiënten wordt gevorderd door hen te dwiogen op to staan en hun bed op te maken, ofschoon hun toestand het niet gedoogt; dat verplegers het voedsel der patiënten gebruiken en hen door bedreigingen dwingen een bevestigend antwoord te geven, wanneer hun gevraagd wordt of het bad, dat hun intu6sehen onthouden werd, dcor hen is gebruikt. Geen wonder, dat er in de acht laatste jaren onder die omstandigheden van het personeel, dat uit ongeveer 183 leden bestaat^ gemiddeld 178 jaar lijks werden ontslagen. Maar tevens dos to meor to verwonderen is 'fc dat de toestand ondanks die poging tot verbetering even slecht bleef. Dat zou eenvoudig bewijzen dst er geen goede verplegers en verpleeg sters te krijgen waren. Inderdaad, daar schuilt naar onze meening in de eerste plaats de fout. Yerplegcnden van Roode, "Witte of Groene Kruis, leden van pleegzusterver- eeuigingen - die allen worden met meer of minder zorg voor hun taak voorbereid; met het personeel der gasthuizen, der Amsterdamsche in de eerste plaats, wordt het zoo nauw niet genomen, naar het schijnt. Dat wordt, volgens de commissie, „groo- tendeels uit de laagste klassen gerecruteerd en bestaat uit vroegere verpleegden, invaliden, uit do maatschappij om een of andere reden verstootenea, gebreklijdenden enz., in één woord uit menschen, die nergens anders een toevluchtsoord kunnen vin den of die op een zekeren leeftijd gekomen, geen behagen meer scheppen in de emoties, die een veel bewogen leven aanbiedt." Kernen wij voor een oogenblik aan, dat de hoofd stad in dit opzicht een treurige, om niet te zeggen een schandelijke uitzondering maakt, en dat het in de ziekenhuizen van andere gemeenten met do ver pleging beter gesteld is, dan vragen we: is dat niet louter toeval, zoolang or niets wordt gedaan voor do vorming van het verplegend personeel? Zelfs zij, die vrij zijn van de grove gebrekeD, in hot Amsterdamsche zondenregister opgesomd, zooals dronkenschap, ruwheid, koppigheid enz., zijn daarom nog geen geschikte verplegers; dezen moeteD, vooral waar hot de verpleging van armen en onvermo- genden geldt, een zekere roeping gevoelen voor hun moeielijke, maar schoono taak, althans genoeg alge- meene menschenliefde om die met toewijding te vervullen. Men zal ons tegenwerpen, dat wij uit hetgeen te Amsterdam aan het licht is gekomen niet mogen generaliseeren ten opzichte van den toestand der gasthuisverpleging ook in andere steden. Verre van ons dat to willen doenhot is al erg genoeg dat nu de treurige gasthuisgoschiodeius in de hoofdstad een maal algemeen bekend is geworden, de onmisken bare tegenzin, bij de volksklasse tegen opneming in het gasthuis bestaande, maar al te zeer zal toe nemen. Dien tegenzin moge men tot dusver een volks vooroordeel hebben genoemd, in de hoofdstad was er reden genoeg hem te beschouwen als het uit vloeisel van een, helaas! maar al te juist oordeel. Nu de toestand echter daar eenmaal zoo is en niet andera, is het maar verreweg te verkiezen, dat de publiciteit zoo volledig mogelijk zij. De verklaring, in den Amstordam9chen gemeenteraad afgelegd, dat men de ontijdige publiekmaking van het rap port betreurde, omdat het een stuk was, bestemd voor B. en W., dat men niet aan don Raad wilde overleggen dan vergezeld van voorstellen, tot voor ziening iu den toöstand, „wanneer die werkelijk blijkt te zijn zooals hij is geschetst", maakt er do zaak niet beter op. Het zou daarmee kunneu gaan als met de officiëele berichten omtrent Atjeh tegen over de zoogenaamde onjuiste dagbladberichten, ten aanzien van welke in de Tweede Kamer maar al te recht word opgemerkt, dat de vier millioen Nederlanders verstandig genoeg zijn alleen aan de laatste geloof te slaan. Ka hetgeen thans omtrent do Amsterdamsche gasthuizen ruchtbaar is geworden, zou het aanbe veling verdienon, dat ook door de besturen van andere, althans de grootere gemeenten eens een onderzoek werd ingesteld omtrent de verpleging ook in de ziekenhuizen aldaar. Ku eenmaal het wantrouwen is gewekt, oin n.et to zeggen versterkt, is het hoogst gewenscht dat daar, waar de toe stand werkelijk gunstig is, daarvan den belang hebbenden op goede gronden de overtniging worde gesekonkeD. In het tegenovergestelde geval is het hoog tijd, dat de handen tot verbetering aan het werk worden geslagen. Wat wij in deze ook mogen betreuren, allerminst de publiciteit, door de pers aan de Amsterdamsche zaak gegeven. Daardoor is do aandacht gevestigd op een algemeen belang van hoog gewicht. Met het oog op de grooto sommen, aan de instandhou ding oDzer ziekenhuizen besteed, zou het in waar heid onverantwoordelijk mogen hceten, indien het onberekenbaar nut, dat door die weldadige inrich tingen kan worden gesticht, grootendeels te loor ging alleen door gebrek aan geschikt verplegings- personeel. ILEIfi&EN, November. De keeren P. Gijsman en A. Verhoog, be noemd de eerste tot ouderling en de tweede tot diaken der Ned.-Herv. gemeente alhier, hebben die benoeming niet aangenomen. Gedurende deze week zijn dagelijks in hei Werkhuis alhier opgenomen van 46—61 volwassen personen en van 913 kinderen. Donderdag-avond trad te Sassenheim in eene buitengewone vergadering van het departement Sassenheim van 'tNut, als spreker op do heer M. Hoog, uit Voorschoten. Op zeer onderhoudendo wijze droeg hij eene Velnwsche vertelling voor: „Papa's boertje." Ka hem hielden nog oen paar heeren bij dragen. Niettegenstaande het gure weder was er een vrij talrijk gehoor opgekomen, zoowel dames als heeren. Men schrijft uit WaddingsveenIn eene lang gevoelde behoefte zal hier ongetwijfeld voorzien worden. Reeds geruimen tijd zon men op middelen om de school niet den-Bijbel te vergrooten. Thans is besloten het ruime korenpakhuis naast de be staande school gelogen, tot school in te richten. De plaats, welke thans voor school gebruikt wordt, zal tot eene flinke onder wijzers woning worden ingericht. Een goed deel der kbstefó, hiertoe be- noodigd, is saamgebracht door de gehouden Unie- I collecten alhier. Da niouwe school kan dus als eene vrucht beschouwd worden van het Volkspetitionne ment. Do aanbesteding van een en ander hoeft reeds plaats gehad. (H.) Men verneemt dat de Koning thans zoo goed als hersteld is. Op uitnoodiging van het hoofdbestuur der Kederlanflscho Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, heeft het uitvoerend comité der a. s. Internationale Koloniale en Uitvoerhandel-Tentoon stelling besloten aan de Koloniale Tentoonstelling eene afdeeling voor Koloniale Geneeskunde toe te voegen, die tegelijkertijd met de eerste zal wordon geopend. Terwijl de Koloniale afdeeling in hefc alge meen ten doel hoeft de verspreiding van meerdere kennis der koloniën en overzeesche gewesten, heeft deze Geneeskundige Tentoonstelling eene meer be perkte, geheel wetenschappelijke beteekenïs. Zij stelt zich ten taak, onze kennis van den openbaren ge zondheidstoestand, van den geneeskundigen dienst en van do ziekenverpleging in de koloniën te ver meerderen. Zij zal in drie klassen verdeeld zijn. In de 1ste klasse zal al datgene worden opgenomen, wat be trekking heeft op de zorg voor do openbare gezond heid in de koloniën en do overzeesche gewesten. De 2de klasse is van niet minder praktisch belang. Zij zal gewijd zijn aan de kennis der regeling van den geneeskundigen dienst in de koloniën. Ook hierbij volgen de verschillende koloniale mogendheden go- heel verschillende stelsels, en slechts eene zooveel mogelijk volledige vergelijkonde studie dier stelsels zal tot het vestigen van c-on oordeel over hunne meerdere of mindere voortreffelijkheid in staat stellen. In de 3do klasso eindelijk zal alles worden opge nomen wat op verpleging en vervoer van zieken en gewonden in de koloniën en overzeesche bezit tingen, en op hunne behandeling door inlanders betrekking heeft. Do plaatsing in de internationale koloniale ge neeskundige afdeeling geschiedt kosteloos. Inzen dingen van commerciëelen of niet wetenschappelijkon aard zullon niet worden toegelatcu. Uitzonderingen zullen kunnen gemaakt wordon, wanneer een du plicaat der voorwerpen reeds in eene andere afdee ling is opgenomen. De termijn der inzending voor de Koloniale Geneeskundige Afdeeling is bepaald op 1 April 1883. De inzendingen moeten worden gemerkt: „Tentoonstelling Amsterdam. AfdeeliDg Koloniale Geneeskunde." Het voornemen bestaat, om ter gelegenheid dezer tentoonstelling in September 1883 een Internationaal Congres voor Koloniale Geneeskunde te houden, waarvan het programma nader zal worden bekend gemaakt. Kaar de N'. R. C. verneemt, is door den luit. ter zee der 2de klasse W. Voormolen een branca^d- ziekonkot uitgedacht, waarmede op zeer practische en gemakkelijke wijze gewone sloepen der marine bij expeditiën tot ziekensloepen kunnen worden ingericht. Deze brancard-ziekonkotten hebben tevens het voordeel dat zij als veldbed kunnen dienen en aan boord de minder geschikte zeildoeken-kotten kunnen vervangen. Op last van den minister van marine wordt een model van genoemde vinding ver vaardigd in de Koninklijke Nederlandsche Grof smederij te Leiden. Van de „Officiëele Courant" der aanstaande internationale tentoonstelling te'. Amsterdam is No. 8 verschenen. Het bevat een artikel over „De ethno graphic op de tentoonstelling" en de samenstelling der Fransche en Chineesche commissiën, benevens van de speciale Belgische commissie voor do afdee ling fraaie kunsten. Voorts wordt de mededeeling bevestigd dat het zesde Congres van Jiet Inter nationaal Letter^yj^-Ö^oteihai^tfi^ AjTgustus 1883 aldaar zal worden gehouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1882 | | pagina 1