LEIDSCH
DAGBLAD.
Eerste Blad.
j\\ 6947.
Ma&nd&g 9 October.
A\ 1882.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden1.10.
Franco per pest1.40.
Afzonderlijke Nommers... 0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS BEE ADVERTENTIES:
Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17|.
Grootere letters naar plaatsraimte. Voor het incassee-
ren baiten de stad wordt 0.10 berekend.
Dit nommer bestaat uit DRIE BLADEN,
Eeu behartigenswaardige raadgeving
Wij loven snel, en daarom wellicht kort, als mon
de statistiek mag gelooven.
In onze dagen van atoom en telegraphic volgt
de eene belangrijke gebeurtenis op het weroldtoo-
neel de andere met zoo groote snelheid op, dat
men schier geen tijd heeft om aan elk gewichtig
feit op zich zelf de noodige aandacht te schenken.
Yoor hen, dio maar het liefst die feiten in het
vergeetboek zïod, is die haastige haast een waar
buitenkansje, maar zoo gebeurt hot dan ook som
tijds dat men, de duistere minister-crisis van het
oogonblik bosprokonde, zich opeens herinnert dat
ook een vorige kabinetsverduistering - nb. een jaar
of drie geleden - ook nog niet is opgehelderd, al is
daar intusschen al heel wat gran over gegroeid.
Of, om van een voor ods verboden torreinineen
ander vaarwater te komenwie denkt or nog aan
het vergaan van de „Koning der Nederlanden" in
de Indische Zee en aan de sloepen, waarvan men
nooit iets heeft vernomen? "Wij hebben nu immer3
op onze eigen kust de schipbreuk var de „Adder"
gehad, en al kan daar nu geen gras over groeien,
hoogstens wat zeewier, althans wanneer de duikers
het wrak voorgoed met rust zullen hebben gelaten -
ook de herinnering aan die zeeramp wordt alweer
op* den achtergrond gedrongen door het vergaan
van een ander zeegovaarte, de „Edam", die in aan
varing met de „Lepanto" verongelukte.
Begeef u op welk terrein ge wilt, overal de
zelfde snelle afwisseling van gebeurtenissen
zelfs op oorlogsgebied.
Na den strijd in Afghanistan do kamp in do
Transvaal, on deze weder opgevolgd door het go-
wapend Groot-Britannie in Egypte. De Majuba-
berg en Spitskop - ze zijn op den achtergrond
gedrongen door Alexandrië en Tel-el-Kebir. In dit
bijzonder geval echter zou het te betreuren zijn,
indien de herinnering aan de roemrijke wapen
feiten onzer Trans vaalsche stamgenooten even spoe
dig als al het andere uit ons geheugen werd ge-
wischt. Niet alleen dat dit van eon grooto mate
van wispelturigheid en wuftheid zou getuigen na
de schier onbedwingbare geestdrift, die al wat aan
spraak maakt op den naam van Nederlander in de
dagen der heldhaftige worsteling in Zuid-Afrika
bezielde, maar ook en vooral omdat wij met de lessen,
uit dien kortstondigen, maar hardnekkigen kamp
te trekken, ook in het belang van ons vaderland
ons voordeel kunnen doen.
Op welsprekende wijze werden wij daaraan dezer
dagen herinnerd in een schrijven, door de besturen
der scherpschuttersvcreonigingen „Claudius Civilus",
„Eendracht" en „Neerlands Burgerwacht" te Am
sterdam ontvangen van het gouvernementskantoor
te Pretoria tot erkenning, onder dankbetuiging, van
een door die voreonigïngen beschikbaar gestelde
som voor de commissie tot administratie van de
fondsco voor weduwen, weezen en verminklon. In
dat schrijven komt do volgende belangrijke aanbe
veling voor: „liet Driemanschap en de Itogeering
der Zuid-Afrikaansche Republiek dragen wij speciaal
op u opmerkzaam te makeD, mot vorzoek dit onder
de aandacht van al uw leden te brengen, op het
nooit genoeg te waardeeren voordeel, dat er in ge
legen is, in een oorlog op werkelijk geoefendo schut
ters te kunnen rekenen. Een schutter, zeker van zijn
schot, is steeds bedaard en moedig on zal nooit aan
gevaar kunnen denken, zoolang zijn voorraad ammu
nitie strekt on zijn geweer hem niet uit de handen
wordt geschoten. In dezen oorlog is dit weder op
treffonde wijze gebleken, de artillerie-vuurpijlen,
dynamiet en alle mogelijke andere vernielingswerk
tuigen zijn niet te vergelijken bij hot effect, dat een
goed gericht snelvuur heeft van geoefende schutters.
"Wij dnrvon gerost te verzekeren, dat geen 2 pet.
van onze gesneuvelden en gewonden gevallen zijn
door kanonnen, bommen, vuurpijlen, dynamiet als
anderszins. De wezenlijke paniek, die telkens het
Engelscho leger aangreep, wanneer het met onzo
geringe macht in botsing kwam, was naast God,
nergens aan toe te schrijven dan aan de overtuiging
dat slechts weinig kogels het dool misten en geen
schot gevuurd werd zonder korrel to bobben gehad."
Zoaden in tijd van nood onze soldaten, onze
schutters, de leden onzer weorbaarhoidsvereenigingen
beantwoorden aan den eisch, door onze Transvaalsche
stamgenooten op grond hunner ondervinding gesteld?
Bij al het geharrewar over do wijze, waarop ons
land bij een aanval zou moeten verdedigd worden,
verdient dio belangrijke zaak eon grondig onderzoek.
Het is waar, onze mannen - men moge het ver
bloemen of niet - zijn niet op 6én Ijjn te stellen
met de door hun eigenaardige lovonswijzo meer
verstaalde en geharde zonen der „voortrekkers" uit
de Transvaal, die schier dagelijks het geweer ter
hand nomen om ter jacht te gaaü, soms zelfs om
zich togen een vijaudelljken aanval te verdodigen;
maar bij voldoende oefening kunnen de onzen het
ongetwijfeld wol zoover brengen, dat ook zij in den
strijd zeker van hun schot zijn en cr door hen „geen
schot wordt gevuurd zonder korrel te hebben ge
had", d. i. zonder dat er mot juisten blik en vaste
hand werd aangelegd. Die zekerheid van hot schot
brengt niot alleen paniek bij den vijand teweeg,
maar schenkt ook vertrouwen in eigen gdodereD.
Men zal ons tegenwerpen, dat do toestandon in
de bergachtige Transvaal en in ons vlakko land
niet gelijk Btaan. De deskundigen mogen dat uit
maken, maar zooveel is toch wel zeker, dat, moge
ons land geon hoogten ter verdediging aanbieden,
de waterliniën met haar vestingworken toch tal van
punten zullen opleveren, waar een geoefend scherp
schutter, gesteund door het kanonvuur, het den
vijand lastig genoeg kan maken.
Of er nu aan schietoefeningen in hot algemeen
bij ons te lande, vooral ook wat de schutterijen
betreft, zooveel gedaan wordt als wel wenscbelijk
zou zijü, mag worden betwijfeld. Hier ter stede,
waar een cenigszins nabij gelegen schietbaan nog
steeds tot. de desiderata behoort, zou die vraag zeker
niet bevestigend kunnon worden beantwoord. Na
de geestdrift, waarmee wij eenmaal de ovcrwiDniDg
onzer Transvaalsche broeders begroetten, zou het
zeker verstandig zijn hun behartigenswaardige raad
geving niet in den wind te slaan. Een raadgeving
van zulke mannen, die bowezen hebben in do ure
des govaars pal te staaD, is zeker wel op prijs to
stellen. Wellicht dat op die wijze de ruim 22 milliocn,
voor het budget van oorlog uitgetrokken, nóg meer
nut zouden stichten dan thans het geval is, ook
ondanks de veelbesproken „groote manoeuvres".
L.EI&EX, 7 October.
Heden is aan do universiteit alhier dc heer J. A.
Nederburgh, geb. te Batavia, bevorderd tot doctor
in de rechtswetenschap, met academisch proefschrift,
get.: „Het Staatsdomein op Java."
Op de gisteravond gehouden vergadering van
het Leidsch Studentencorps werd met daverende
toojuichingen hot Collegium gemachtigd namens het
L. S.-C. hot Amsterdamsche corps den hartolijken
dank te betuigen voor de door het corps bewezen
gastvrijheid in de feestweek van Juni jl.
Bovendien worden nog eenigo huishoudelijke aan
gelegenheden besproken; de ontvangst gemeld van
eenigo werken betreffende de Vrijwillige Jagers van
'30 en bekend gemaakt dat do plechtige inauguratie
der nieuwe leden is bepaald op Dinsdag 17 Oct.
Prof. Roaensteins benoeming to Amsterdam,
voorafgegaan door andere soortgelijke benoemin
gen, waarbij het Rijk en de gemeente Amsterdam
voor hunne universiteiten elkaar de voornaamste
profossoren trachten af te tronen, geeft aanleiding
tot don raad om vau de Gemeente-univorsiteifc te
Amsterdam een Rijks-universiteit te maken. De
noodzakelijkheid daartoe zou o. i. voorkomen kan
nen worden door eene wettelijke regeling der jaar
wedden aan beide soorten van universiteiten. Dan
bleef de mogelijkheid nog wel bestaan dat de pro
fessoren vau do eene universiteit naar de andere
overgingen, maar do beweegredenon daartoe zonden
althans niet van goldelijken aard zijn en daardoor
minder talrijk, maar ook minder vernederend voor
de wetenschap wezen. Op ons maakt het althans
geen aangenamen indruk, een professor voor enkele
hondorden guldens per jaar meer zijn werkkring
voor een ander te zien verwisselen, 't Geeft zoo
't karakter van broodwinning aan zijn verhevea
taak. (R. IV.)
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 4762 volwassen
personen en van 78 kinderen.
Men schrijft ons uit Rijnsburg dat Donderdag
middag do nieuwe kerk werd ingewijd van do Chris
telijk Gereformeerde gomeente aldaar. De voorgan
ger, de heer J. Greven, sprak naar aanleiding van-
Psalm 84 ecno boeiende feestrede uit voor do talrijk
opgekomen schare. Vrienden en bekenden uit de
omliggende gemeenten woonden deze plechtigheid
bij. Na den feestredenaar beklom de heer Van der
Sluis, van Leiden, het spreekgestoelte en sprak nog
eene korte improvisatie uit, die in bondigheid en
sierlijkheid van stijl ieders bewondering wegdroeg.
Hot gebouw ziet er uit- en inwendig zeer netjea
uit en brengt niet weinig er toe bij om de gemeente
een net aanzijn te doen geven.
De gemoente-begrooting van Woubrngge voor
1883 is door den Raad vastgesteld in inkomsten
ad f 16,939.41 en in uitgaven ad f 16,939.41.
De begrooting voor 1882 van den Veenderpolder
aldaar is in de vergadering van bestuur en inge
landen vastgesteld in ontvangst en uitgaaf op
f 14,326.67. Als voorzitter voor dien polder is her
kozen de heer F. C. Naonings.
In de jongste vergadering van het bestuur der
afd. Woubragge en Omstreken van de Holl. Maat
schappij van Landbouw met de leden gebonden,
herinnerde de voorzitter dat deze afdeeling, die op
1 October 1882 was opgericht, nu tien jaar had
bestaan. Bij dc oprichting was het ledental 20 en
thans telt ze 56 leden en 1 eerelid.
Ds. S. Tichelman te Leidschendam heeft voor
het beroep naar do Hervormde gemeente te Buiten
post (Friesland) bedankt.
Wegens het eindigen van het badseizoen wordt
hot tijdelijk Rijks-telegraafkantoor te Zandvoort
heden, na afloop van den dienst, gesloten.
De wijzigingen, ingevolge de bevolen des
Konings gebracht in de algemeone instructie betrek
kelijk het kampeeren van troepen op de legerplaata
bij Milligen, zjjn volgens de Arnh. C. de volgonde
Do eerewachten bij Z. M. en de Prinsen van het
Koninklijk Huis, wanneer Hoogstdezelven zich in
het kamp bevinden, rukken in geen geval mede
uit voor exercitiën en manoeuvreszij worden niet
meer, als tot nu too, door het hoofdkwartier ge
commandeerd, on het vaandel van het regiment,
waartoe de eerewacht behoort, wordt voortaan niefc
moer bij de wacht ingedeeld. Voorts is do bepaling
vervallen, dat, bij do komst van Z. M. in het kamp,
reeds vooraf bij elk corps een ordonnansofficier
moot zijn gecommandeerd, om eventueel bij Hd.
dienst te doen. Eindelijk is nog bepaald dat bij
parados de gedecoreerden do versierselen dragen
door den Koning verleend of met Zr. Ms. toestem
ming aangenomen.