LEIDSCH
DAGBLAD.
()841.
Woensdag 7 Ji&ai,
A0. 1882.
Avond-editie.
Adres aau den Gemeenteraad.
PRIJS DEZER COURANT
Year Leiden per 8 maandea1.10.
Franco per post.1.40.
Afiond«rlfjk® Nommers.0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17$.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor hel incassee»
ren buiten de atad wordt 0.10 berekeBd.
Lauwheid en een zekere mate van on
verschilligheid zijn twee eigenschappen, die
hier ter stede meermalen van de zijde van
sommige stadgenooten bij publieke zaken
waren op te merken.
Niet alzoo echter bij den bekenden voor
gestelden houw der Ruïne met een Gym
nasium en een Hoogere Burgerschool voor
Meisjes. Zoodra het door ons ontworpen
adres aan den Gemeenteraad ter hunner
kennis was gebracht, veranderde ditmaal
die onverschilligheid in een werkelijke be
langstelling. Men was er, om zoo te zeggen,
door wakker geschud.
Yan allerlei rang en stand, van den
hooglèeraar tot den eenvoudigen werkman,
door personen van de meest uiteenloopende
richting, werd het request van handtee-
keningen voorzien, waarvan hedenmorgen
de eerste lijst door ons aan Burgemeester
en Wethouders is ter hand gesteld.
Tot heden bevatten de verschillende ter
teekening gelegde adressen zeiven 356 na
men, terwijl bovendien door 446 personen
op de hij ons blad gevoegde biljetten met
hunne handteekening adhaesie er aan is
geschonken: in het geheel heeft men dus
802 handteekeningen.
Opdat anderen, die eveneens tegen de voor
gestelde bebouwing zijn, daarvan alsnog
zouden kunnen doen biijken, zij medege
deeld dat de gelegenheid tot teekening nog
tot morgen, Woensdag-avond, openstaat.
Daarna zal de indiening van het geheele
adres plaats hebben.
Ofiiciëele Kennisgevingen.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden
brengen ter kennis van belanghebbenden dat de gelegen
heid tot inschrijving van leerlingen voor de Hoogere Bur
gerschool toot- iuoisjes wordt opengesteld tot den 27sten
Juni a. sM des Maandags en Dinsdags van iedere week. des
namiddags van halfdrie tot vier uren, in het lokaal aan de
Oude Vest, waarin die inrichting thans is gevestigd, ter
wijl het eerste admissie-examen zal aanvangen op Donder
dag den 6den Jute e. k., des voormiddags te negen uren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
5 Juni 1882. E. KIST, Secretaris.
BURGEMEESTER f.n WETHOUDERS tan LEIDEN;
Gezien art. 6 der Verordening van den 27sten November
1879 (Gemeenteblad No 10);
Brengen ter algemeene kennis dat door hen is benoemd
tot Heer der Gebuurte No. 19 of No. 1 van Wijk VI
de heer JOHANNES THEODORUS TERBURGII, in de
plaats van den heer CHRISTIAAN DE KONING, die over
leden is.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
G Juni 1882, E. KIST, -Secretaris.
LJEtöIUÜÏ, 6 .Faal.
Op de Zaterdag 11. te Delft gehouden 47ste ge
westelijke vergadering van net Nederl. Onderwijzers
Genootschap in Zuid-Holland, is Loiden aangewezen
als plaats van bijeenkomst voor de eerstvolgende
vergadering.
De minister van oorlog heeft bepaald dat de
lste luit.-adj. Baron Yan Voorst tot Voorst, van
het instructie-bataljon, op zijn verzoek, zal deelne
men aan de groote najaars-manoeuvres bij het 4de
rog. inf.
Den lsten Juli a. s. zal in de gemeente
Leiderdorp een tweede school met den Bijbel worden
geopend. De lessen zullen vcorloopig in een hulp
lokaal gegeven worden.
Aan den heer D. P. Regt te Waddingsveen
is op diens verzoek eervol ontBlag verleend uit zijne
betrekking van eersten onderwijzer aan school B.
Gedurende de jaren, welke hij in die gemeente
werkzaam was, heeft hij als een waar kindervriend
de harten zijner leerlingen gewonnen, terwijl ieder,
zonder onderscheid, ten volste is overtuigd geweest
van zyn uitmuntend onderwijs. Door don mingun-
stigon gezondheidstoestand van het hoofd der open
bare school te Reeuwijk is hem tegen 15 Juni a. s.
door den gemeenteraad aldaar de leiding der werk
zaamheden in gemelde school opgedragen.
Tot hulponderwijzeres aan de openbare school
in het dorp Woubrngge is door den gemeenteraad
benoemd mej. A. J. C. Groeneweg, die deze betrek
king heeft aangenomen.
Ds. P. F. Van der Steen, te Gouderak, heeft
een beroep ontvangen naar de Ned.-Herv. gemeente
te Heerjansdam c. a.
De commissarissen des Konings in de provin
ciën Zuid- cn Noord-Holland hebben aan den mi
nister van binnenlandsche zaken voorgesteld, den
invoer van slachtvee uit België en Duitschland
weder toe laten, onder de voorwaarden, waarvan
door hen een concept i6 voorgelegd. De minister
heeft de commissarissen in do overige provinciën
uitgenoodigd, hun gevoelen over die voorwaarden
mode te deelen, bepaaldelijk met het oog op de
vraag of daardoor ook misbruiken onmogelijk wor
den gemaakt.
Het hoofdbestuur der Algemeene Vereeniging
voor Bloembollencultuur hoeft aan de ministers van
binnenlandsche zaken en waterstaat, handel en nij
verheid een afdruk van het adres door het hoofd
bestuur aan den Koning ingediend, met verzoek tot
aansluiting van Nederland aau de in 1881 Ie Bern
vastgestelde conventie tot wering dor Phylloxera
(druifluis).
Op do bijeenkomst van afgevaardigden uit Duitsch
land, Oostenrijk-Hongarije, Portugal, Zwitserland
en Frankrijk, zegt het hoofdbestuur in zijn bege
leidend schrijven, was Nederland niet vertegen
woordigd, terwijl van België, dat zich evenmin vroe
ger aan de conventie had aangesloten, officieuze
vertegenwoordigers, ter aanhooring ter beraadsla
gingen van het congres, werden toegelaten.
De regeering van laatstgenoemd rijk heeft dien
tengevolge het voornemen te kennen gegeven zich
nader aan de bedoelde conventie aan te sluiten en
zal door eene dergelijke aansluiting kunnen komen
in de voordeelen die uit de conventie voortspruiten.
Het hoofdbestuur verzoekt bij zijn adres, dat het
Zijne Majesteit moge behagen, het noodige te doen
verrichten, dat ook Nederland zich bij de conven
tie van Bern aansluite, en spreekt den wensch uit
dat genoemde ministers hunne medewerking wel in
deze willen verleenen.
Het eerste verslag van de afdeeling „Neder
land" van de Internationale Vereeniging tot ver
betering van het lot der blinden, en de plaatselijke
comitó's „Amsterdam" en „Leeuwarden" daarvaD,
uitgebracht door den algemeonen secretaris, den
heer J. H. Meyer, in de jaarlijkscho vergadering
van 25 Maart 11., is in druk verschenen. Vooral
verdienen de aandacht de statistieke opgaven, welke
daarbij gevoegd zijn en die hot bestuur aan de wel
willendheid van het departement van binnenlandsche
zaken verschuldigd is.
Uit deze en later nog daarbij ontvangen opgaven
blijktdat 54 volkomen blinde kinderen en 69 half
blinde kinderen, tusschen de 412 jaar, van zeer
behoeftige ouders, volstrekt geene of eene zeer ge
brekkige opleiding ontvangen en ten gevolge van
hun gebrek geheel van de weldaden van het open- v
baar of bijzonder onderwijs verstoken zijn. De
gemeentebesturen van Amsterdam, Haarlem en
Utrecht zonden nog geene opgave.
Men mag dus gorustelijk aannemendat de „Prins
Alexander Stichtiüg" te Bennekom voor hen, die
daarvan gebruik willen maken, eene ware weldaad
is, daar zij plaats heeft voor 25 blinde kinderen,
tusschen 48 jaar, van iedere geloofsbelijdenis.
Voorts, dat het „Instituut tot Onderwijs van Blinden"
dringende behoefte heeft aan uitbreiding. De ten
hoogste 65 al dóór beschikbare plaatnen zijn immers
voortdurend bezet, en ofschoon door de bestaren van
het Instituut en van do „Prins Alexander Stichting",
elkander broederlijk de hand reikende, al het moge
lijke wordt gedaan om aan do behoeften tot plaatsing
te voldoen, blijkt toch dat hot Instituut daartoe geene
voldoende ruimte bezit, en dient derhalve haar edele
en met zulk uitnemend gevolg bekroonde werkkring
noodzakelijk te worden uitgebreid. Niet minder
duidelijk is het dat er volstrekte behoefte bestaat
aan eene inrichting midden in het land, waar be
hoeftige half-blindou uit den staat van onwetend
heid kunnen worden verlost, waarin zij tot nu toe
voortleven.
Voor den West-Indischen maildienst is nu
ingeschreven tot een bedrag van f 773,500. De
oprichters wenschen echter nog eeno poging te doen
om de directe maandelijksche sioomvaartvorbinding
met de "West-Indische koloniën tot stand te brengen.
Zij hebben daarom den inschrijvers voorgesteld, de
Maatschappij te constitueeren, onder do uitdrukke
lijke voorwaarde dat het nu nog ontbrekend kapi
taal - ruim f 400,000 - gevonden zal worden door
het plaatsen van aandeelen en, zoo noodig, door
het sluiten eeuer obligatieleening op voorwaarden,
aan de goedkeuring der aandeelhouders te onder
werpen. Vóór of op 8 dezer wordt bericht verwacht
of de inschrijvers onder deze voorwaarden het aan
geboden bedrag al dan niet willen gestand doen.
De heer J. De Haas stelt in „de Amster
dammer" voor een successierecht te heffen van de
adellijke titels, die dan vóór don dood der agnaten
niet zouden mogen gevoerd worden. Arme edellieden
zouden hierdoor ophouden te bestaan. Do edelman,
die later vermogen verwierf, aou door betaling der
achterstallige successierechten weder in het bezit
van zyn titel kunnen worden gesteld. De schrijver
zegt, dat zulk een successierecht in Spanje en,
naar hij meent, ook in Engeland bestaat. De her
tog van Medina Sidonia betaalde voor zijn titel
f 400,000 successierecht.
Mr. P. Van Bemmelen, oud-rechter in Neder
land en Egypte, heeft een vlugschrift (in de Fran-
8clie taal) gewijd aan de vragen: lo. Aan wien
behoort het domein van wijlen prins Frederik der
Nederlanden; 2o. Wat zal men er mede doen? -
Over de eerste vraag is verschil gerezen. De kroon
prins van Denemarken, gehuwd met 's prinsen
kleindochter, heeft zelfs een advies gevraagd van
de rechtsgeleerde faculteiten der hoogescholen hier
te lande. Het. gevolg is geweest dat van alle stappen
is afgezien. Daar evenwel hierin geen afstand van
recht is gelegen, en dus later de erven weder aanspra
ken kunnen doen golden, daar verder de adviezen
der faculteiten niet zijn openbaar gemaakt en een,
door mr. Wintgon3 in het Haagscho Dagblad uit
gebracht, onvoldoende wordt geacht, onderwerpt
mr. Van Bemmelen de vraag aan een nader onder
zoek. Hij toont aan dat de wet van 1816, die hel
domein aan prins Frederik schonk, moet worden
verklaard uit het Duitsche vorstenrecht van vroe
gere dagen, dat men ook in de Grondwet van 1815
terugvindt bij de regeling der troonsopvolging. Mr.
Van Bemmelen acht het boven twijfel verheven dat
de domeinen alleen op do mannelijke lijn kon
den overerven en dus aan don Staat teruggekeerd/
zijn, nu prins Frederik geen mannelijke lijn
heeft nagelaten. Strookt deze opvatting met do vrij
algemeen aangenomene, - belangwekkender en nieu
wer is de tweede vraag: Wat met die domeinen te