stede, en zoo mogelijk aan de weeshuizen, geregeld
bloemen en vruchten uit te deelen. Uit ondervinding
wetende hoe één enkele bloem dagen lang door een
zieke wordt verpleegd, welk een vreugde het is,
wanneer in het midden der zaal eenige planten het
eentonige grijs en wit der vertrekken verbreken,
hoe zelfs een stervende nog genot heeft van een
verfrisschende vrucht, - oordeelt zij het niet te veel
gevraagd aan allen, die des zomers zoo ruimschoots
op hunne buitenverblijven dit alles genieten, iets
te willen afzonderen voor hen, die hiervan geheel
verstoken zijn. Aan allen vraagt zij giften in geld,
bloemen of vruchten, ten einde door hunne mild
heid in staat gesteld te worden het beoogde doel te
bereiken.
In de crimineele terechtzitting van
het gerechtshof te 's-Hage werd gisteren behandeld
de zaak van P. J. K., beschuldigd van onder ver
zwarende omstandigheden een groot aantal gouden
en zilveren voorwerpen gestolen te hebben uit do
woning van J. te Goes. De adv.-gen. mr. Gregory
requireerde tegen dezen beschuldigde, die reeds
vroeger tweemaal tot tuchthuisstraf veroordeeld was,
thans een tuchthuisstraf van 8 jaren, een straf, die
de verdediger jhr. mr. Adr. Van den Bergh wel
wat zwaar vond.
De tweede zaak, die behandeld werd, was be
drieglijke bankbreuk, door den beschuldigde L. V.
gepleegd, wien was ten laste gelegd dat hij, na
failliet te zijn verklaard, een pomp en een waterton
had verduisterd, die beide tot den boedel behoorden.
Mr. Gregory vroeg een celstraf van 6 maanden,
doch de advocaat mr. Bik achtte de zaak niet be
wezen en concludeerde tot vrijspraak.
Eindelijk werd nog een diefstal behandeld. Hier
was de besch. zekere A. B. v. P., die reeds meer
malen met de justitie te doen had gehad en nu
weder een portemonnaie en een horloge had gestolen.
Het O. M. requireerde één jaar gevangenisstraf,
waarop de advocaat mr. Jentink de clementie van
den Hove voor den besch. inriep.
In alle drie de zaken uitspraak op 11 Mei.
Vóór eenige dagen heeft te Hulst een
poging tot moord plaats gehad. Zekere Ph. T., zich
noemendo letterkundige en wonende te Brussel, heeft
zich, na vooraf doodsbedreigingen tegen den notaris
mr. Van Deinse, te Hulst, te hebben geuit, naar
diens woning begeven met een geladen revolver
onder het uitroepen van„Van Deinse, schurk, kom
er uit, ik schiet je kapot!" Dewijl mr. Van Deinse
afwezig was, had een der dienstboden, door het
rumoer wakker geworden, zich voor het raam ge
plaatst en het gordijn opgetrokken, waarop T. drie
schoten uit de revolver loste, waardoor alleen een
glasruit brak, doch niemand getroffen werd. Op de
komst der politie en van andere personen verwijderde
T. zich spoedig. Later werd hij door de marechaussee
uit Hulst in een bosch aangetroffen en 6choot hij zich
op hun sommatie voor het hoofd; hij was terstond
een lijk.
Een werkman te Schooton, nabij Antwer-
pen, heeft zijn zestienjarigen zoon met een riem,
waaraan een zware koperen gesp, zoo hevig geran
seld, dat de knaap voor dood bleef liggen. Na een
voorloopig onderzoek dor justitie is de man in hech
tenis genomen.
In een trein van Parijs naar Marseille
heeft weder een moordaanslag plaats gehad. Op
hot oogenblik dat de trein een tunnel binnenstoomde,
werd een bakkersknecht uit Aix door zijne twee
Teisgenooten in hetzelfde compartement aangevallen.
Nadat zij hem, onder bedreiging met een revolver,
zijn gouden horloge en al zijn geld, 180 fr., had
den afgenomen, wierpen zij hem uit den waggon.
Tegen de wanden van de tunnel aankomende, werd
de ongelukkige onder den trein teruggeslingerd, zoo
dat hem beide beenen werden afgereden. Gelukkig
heeft het slachtoffer de namen der beide booswich
ten weten op te geven.
In een kazerne te Douai brakdezer da
gen onder de troepen een besmettelijke ziekte uit,
die zich openbaarde door hoofdpijn en binnenkoorts.
Op een enkelen dag werden er dertig manschappen
door aangetast. Door de bevoegde macht werden
terstond alle mogelijke voorzorgsmaatregelen geno
men; de miliciens werden met verlof naar huis ge
zonden; verder deed men de soldaten buiten de
forten kampeeren, terwijl de kazernegebouwen ont
smet werden.
Verscheiden schepen zij a in den storm
op de Franscbe kust geworpen; zoo de „Marie-et-
Isidore" bij Kormorvan; de bemanning, bestaande
uit 4 personen, werd gered, toen de vloed kwam;
bet schip wen} geheel vernield, Bij Calais werd
een 6chip, dat een mast en al zijn zeilen had ver
loren, tegen de kust geworpen. Alle mannen aan
boord werden gered. De visschersvloot bij Saint-
Valery-8ur-Somme heeft vreeselijk geledon; drie
personen kwamen om, twee bij een poging om een
hunner makkers te redden, wiens boot was omge
slagen. De gemeenschap tusschen Boulogne en
Folkestone werd geheel afgebroken en die tusschen
Dover en Calais zeer vertraagd.
Een kassiersknecht te Parijs was met
een bankbiljet van 1000 fr. verdwenen. Daar de man
pas in dienst was en zijne patroons verzuimd hadden
zijn naam en woonplaats op te teekenen, viel het
der politie uiterst moeilijk hem op het spoor te komen.
Eindelijk toch had men zija verblijf ontdekt en
twee politiebeambten traden binnen om den schuldige
in verzekerde bewaring te nemen; doch toen deze
hen zag naderen, schoot hij zich met een revolver
voor het hoofd. Levenloos viel hij voor de voeten
der agenten neder.
Te Roubaix gaf een slecht befaamd
werkman zich zoo bij herhaling aan mishandelingen
en moordbedreigingen tegen zijne vrouw en zijne vier
kinderen over, dat de moeder eindelijk met haar
kroost een andere woning betrok. Daar drong de
ellendeling met geweld binnen en bracht met oen
vooraf geslepen mes zijn achtjarig dochtertje een
verwonding aan het hoofd toe. De moeder, een
stevig gebouwde vrouw, aarzelde geen oogenblik
haar kind te verdedigen. "Wel werd zij in de wor
steling gewond, maar wist den booswicht toch het
mes te ontnomen en hem in bedwang te houden,
totdat de politie zich van hem meester maakte.
Een ijsbeer in een menagerie te Parijs
is tijdens een onweer door den bliksem gedood.
Drie oppassers, die voor het hok stonden, werden
tegen den grond geworpen. Toen zij weer uit hun
verdooving ontwaakten, zagen zij het dier met ge
sloten oogen en gapenden muil levenloos in zijn
hok liggen.
Te Kunnacht, nabij Zurich, zijn een
pachter en zijn vrouw met bijlslagen vermoord in
hun bed gevonden, nadat eenige dagen te voren
twee andere moorden aldaar hadden plaats gehad.
De ontsteltenis is groot, vooral dewijl men aan een
georganiseerde bende misdadigers denkt, die het
vorige jaar ook een Engelschman, Sadler, het leven
zou hebben benomen.
KOLONIËN.
BATAVIA, 27 Maart.
In het verslag der Bat. Havenwerken over de
maand Februari leest men, dat den 17den Febr.
een aanvang is gemaakt met de uitvoering der
werken tot aansluiting van het scheepvaartkanaal
van Tandjong Priok met do Kalie Besaar.
In de volgende maand zullen op de "Westkust
van het eiland Madura twee kustlichten worden
ontstoken, namelijk een wit vast kustlicht der 2de
orde op de Tandjong Slempit nabij Sembilangan en
een wit vast havenlicht der 6de orde op Tandjong
Pinang.
De ijzeren lichttoren to Sembilangan is wit ge
schilderd, do lichtbron is 54 meter boven volzee
verheven, terwijl het licht vermoedelijk op 43/*
DG. of 19 Eng. mijlen zichtbaar zal zijn. De andere
op Tandjong Piering is eveneens wit geschilderd
en vertoont het licht op een hoogte van 16 meter
boven volzee, zoodat het den horizon verlichten
zal op een vermoedelijken afstand van 21/, DG.
of 10 Eng. mijlen.
Deze lichten moeten dienen om het binnenkomen
en uitgaan der Oostergeul van het Westervaar
water, leidende naar Soerabaia, bij nacht mogelijk
te maken.
Uit Magelang meldt men dat aldaar in de
gevangenis de cholera is uitgebroken en dagelijks
5 of 6 slachtoffers maakt. Ook in de omliggende
dessa's komen veel gevallen voor van eene ziekte,
die sprekend op de cholera gelijkt.
BUITENLAND.
Frankrljli.
In de Kamer van Afgevaardigden werd de regeering
gisteren geïnterpelleerd over hare opvatting der
ministeriëele verantwoordelijkheid, met betrekking
tot de zaak van den heer Caillaux, oud-minister
van openbare werken, die voor den weder-opbouw
van het paviljoen Marsan meer geld heeft uitge
geven dan de Vertegenwoordiging had toegestaan.
De regeering stelde na eenige discussie voor om tot
de eenvoudige orde van den dag over te gaan. Deze
motie werd verworpen; de Kamer nam eene motie
aan, waarbij zij verklaart het votum te handhaven,
dat zij den 26sten Juli van het vorige jaar had
uitgebracht en dat strekte om den heer Caillaux
geldelijk verantwoordelijk te stellen voor do buiten
het hem toegestane krediet gedane uitgaven.
Groot-Brltanniê.
De heer Wolff vroeg gisteren in het Lagerhuis
of de regeering zekerheid heeft ontvangen van de
hoofden der Landliga, dat het manifest, waarbij het
betalen van de pacht wordt verboden, formeel zal
worden teruggenomen. De heer Gladstone zeide dat
hij een zekere vrijwillige mededeeling kreeg van
eenige leden van het Huis, welke voor een goed
deel er toe bijdroeg de regeering te doen besluiten
om de eergisteren vermelde maatregelen te nemen.
De heeren Dillon, O'Kelly en Sexton ontkenden
dat zij zoodanige mededeeling haddon gedaan. De
heer Gladstone weigerde nauwkeuriger opheldering
te geven omdat Parnell niet tegenwoordig was.
Kort daarna kwam deze binnen.
De heer Forster zette de redenen uiteeD, waarom
hij zijn ontslag nam. Hij weigerde toe to stemmen
in de loslating der verdachten, omdat hij gelooft
dat ze er toe zal bijdragen de misdaden aan te
wakkeren, en hij zou hen zeker niet hebben los
gelaten zonder een formeelo verbintenis in het open
baar van Parnell en de anderen, dat zij niet zouden
voortgaan de wetten te minachten. Zoodanige ver
bintenis bestaat er niet. Hij vreest dat de staat
kunde van concessies zeer ernstige gevolgen zal
hebben.
Lord Frederick Cavendish, broeder van Har-
tington, is benoemd tot Forsters opvolger. De Ier-
sche afgevaardigden zijn cjoor deze keus eleurge-
steld. In het Lagerhuis deelde de regeeriug gisteren
mede dat Michael Davitt zal worden losgelaten.
Dezer dagen is overleden de 92-jarige mrs.
Lilly, baker bij koningin Victoria bij de geboorte
van hare negen kindereu. 4 jaren geleden kwam
de baker de koninklijke familie op Buckingham
Palace bezoeken. Koningin Victoria zond een krans
om op het graf der oude getrouwe te worden
neergelegd.
Italië.
De burgemeester van Rome, graaf Piancïani, heeft
zijn ontslag genomen. Een onlangs door hem aan
de burgerij gerichte openbare brief, waarin aange
drongen werd op onverwijlde uitvoering van de
openbare werken, ter verbetering en verfraaiing
der hoofdstad, verscheidene jaren geleden door de
Kamers goedgekeurd, - werd door het dagelijksch
bestuur aangemerkt als eene miskenning van zijne
bevoegdheid, en het nam zijn ontslag. Verleden
Maandag nu heeft de burgemeester de zaak voor
den Raad gebracht en eene levendige discussie
volgde, waarna met 31 togen 6 stemmen het ge
vraagd ontslag dor leden van het dagelijksch be
stuur geweigerd werd onder goedkeuring van de
door hen aangevoerde gronden. Vanhier de boven
vermelde stap van den burgemeester.
Uit verschillende deelen der stad waren werk
lieden, die uit den aard der zaak op de hand des
burgemeesters waren, gedurende de discussie om het
Kapitool samengeschoold. Zij werden eindelijk door
de politie en de gewapende macht uiteengedreven.
De eerste der aan de orde gestelde wetsont
werpen tot reorganisatie der strijdmacht, waarbij
180 millioen voor versterkingswerken wordt aange
wezen, is dezer dagen om zoo te zeggen met
algemeene stemmen door de Kamer aangenomen.
Er waren niet meer dan 18 stemmen tegen, waarbij
echter niet onvermeld mag blijven dat 250 leden
niet ter vergadering verschenen waren. - Het tweede
wetsontwerp heeft tot hoofddoel het getal legercorpsen
van tien op twaalf te brengen.
Telegrammen.
ROME, 4 Mei. De Senaat heeft het wetsontwerp
van den „scrutin de liste" (groote kiesdistricten)
aangenomen met 126 tegen 71 stemmen.
PARIJS, 4 Mei. In antwoord op eene interpel
latie van den heer Ballue zeide de heer De Frey-
cinet dat Fiquig niet bezet kan worden, daar het
aan Marokko behoort. De Kamer zou er geen geld
voor toestaan (Toejuichingen). De heer Ballue ver-
eenigde zich met het voorstel om tot de orde van
den dag over te gaan, welk voorstel werd aan
genomen.
In antwoord op een vraag naar het vermoorden
van de topographische commissie zeide de heer De
Freycinet dat de Franscheu vrijwillig de denkbeel
dige grenzen waren overgetrokken, zoodat Marokko
niet verantwoordelijk is. Frankrijk behoort zich zelf