LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 6793.
Zaterdag 8 April.
A0. 1882.
PBIJ8 DEZEB COUBAÜT:
Voor Leiden per 8 maanden1.10.
Franco per post.1.40.
Afzonderlijke Nommers.0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
F RIJS DEB ADVERTENTIES
Van 16 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17^
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseo»
ren bniten de stad wordt 0.10 berekend.
Tweede Blad.
Gemengd Nieuws.
Het nieuwe hotel „Zeerust" to Scheve-
ningen, dat gebouwd wordt naar de plannen en onder
leiding van den heer H. Westra, architect en bekend
als ontwerper van het panorama-gebouw aan het
Beznidenhout, nadert zijne voltooiing. In het laatst
van November is men met den bouw begonnen en
reeds in Mei a. s. zal het tot de ontvangst van
gasten gereed zijn. Het gebouw bevat pl. m. 60 logeer
kamers en zal aan de terras- of zeezijde te bereiken
zijn door een monumentale trap van gehouwen steen.
Het sons-terrain bevat behalve do noodige dienst
vertrekken een ruime met bogen gewelfde bierhalle,
die op oud-Holland8che wijze wordt ingericht en
zeker niet het minst zal worden bezocht. De vloeren
van de vestibule, de gangen en de bierhalle zijn in
Italiaansch mozaïek. In den toren van het gebouw
leidt een ijzeren trap naar een plateau, omgeven door
een borstwering, van waar men een prachtig panorama
kan genieten. De firma Christiaan Jansen Co.
uit Amsterdam is thans bezig met het leggen van
eene heet water verwarmingsleiding, zoodat „Zeerust"
ook des winters tot de „gezochte" plekjes zal kunnen
blijven behooren. Een woord van lof wordt gegeven
aan de degelijke en vlugge wijze, waarop de aan
nemer, de heer E. M. Rood, zijn werk volbrengt,
daar het kolossale gebouw in nog geen zes maanden
zal zijn tot stand gebracht.
De groote cellulaire gevangenis waar
mede de omstreken der residentie verrijkt zullen
worden, zal worden gebouwd aan den weg, die van
den Nieuwen Scheveningschen weg naar de gebouwen
der duinwaterleiding voert. Het terrein op Wasse-
naarsch grondgebied is reeds opgenomeo.
Bij J. In'tVeldjIJwegbijdenLisser-
weg (Haarlemmermeer), is een paard, als lijdende
aan kwade droes, onteigend, afgemaakt en begraven.
Duidelijk. - Officier van instructie:
„Volgens 1 van het aanhangsel tot het regle
ment zijn de honneurs de eerbewijzen die elk sol
daat zijn meerderen moet bewijzen."
Korporaal Pinkelenberg zet dit voor de manschap
pen duidelijker uiteen.
Korporaal„De honneurs zijn zoodanige eerbe
wijzen en de eerbewijzen zijn datgene, wat men
tegenover de zoodanigen in acht moet nemen, die
datgene toekomt, hetgeen elk soldaat den zoodani
gen schuldig is te bewijzen."
Aangaande het huwelijk van Sarah
Bernhardt met den heer Dam al a, een Grieksch
koopman, wordt in een particulier telegram aan
het Hbl. gemeld dat de echtverbintenis in de parochie
Marylebone heeft plaats gehad. Sara Bernhardt be
gaf zich met haren bruidegom naar de kerk in een
hansom, terwijl twee getuigen in een anderen han
som volgden. Het huwelijk geschiedde krachtens
„bijzondere vergunning", zonder voorafgaande af
kondiging; ieder kan zulk een vergunning in Enge
land koopen. Sarah Bernhardt vergat echter dit
stuk mede te nemen en moest er in haar hotel om
zenden. Het huwelijk werd voltrokken naar de
regelen der Engelsche kerk; bij het verlaten van
het kerkgebouw vergaten de jonggehuwden echter
een afschrift mede te nemen; zij zonden er later
om. Sarah was den dag te voren uit Napels aan
gekomen en huwde in wandeltoilet, met een Seals-
kin-mantel. Zij verliet des avonds Charing Cross
en speelt Zondag a. s. te Madrid. Zij kwam naar
Londen omdat de bepalingen der Engelsche wet op
het huwelijk eene echtverbintenis vergemakkelijken.
Yolgens de „Genfer Tribüne" leest men
voor zeker kantoor te Lucern het volgend opschrift
„Vierwaldstatterseesalonschraubendampferactiencon-
currenzgesellschaftsbureau."
Den 15den April begint de rondreis
van een Fransch gezelschap met „Les Rantzau"
door Noord-Frankrijk, België en Holland (te Brussel
alleen niet, Coquelin wil dat zoo), die twee maan
den duren zal. Emile Marck zal met een ander
gezelschap het nieuwe stuk in het zuiden van
Frankrijk spelen.
Te Sain te-Néomaye iseenvrouwte mid
dernacht opgestaan, heeft hare beide kinderen,
meisjes van twee en drie jaar, uit de wieg genomen
en is daarmee in een put gesprongen. Des morgens
vond men de drie lijken op den bodem van den
put. Armoede en gebrek waren de oorzaak der
wanhopige daad.
Eenigen tijd geleden, zoo schrijft men
uit Straatsburg, kwam van een beDde Zigeunersj
gekampeerd in den omtrek van de gemeente Schweig-
hausen, een vierjarig kind te overlijden, dat onder
de vreemdsoortigste ceremoniën werd begraven.
Dezer dagen kwamen die lieden terng en vroegen
aan den eigenaar der herberg, waar de lijkplech-
tigheid was gevierd, of het overleden kind nog niet
uit den doode was opgestaan. Op het ontkennend
antwoord eischte de bende vijf flesschen besten wijn
en begaf zich daarmee naar het kerkhof. Een der
Zigeuners maakte een opening in het gras, legde
er den mond tegen en riep het kind. Toen natuurlijk
ook geen antwoord volgde, goten de beide ouders
onder het uiten van kreten en zuchten den inhoud
der vijf flessehen door de opening, legden een
kolossalen krans op het graf en ontstaken aan de
vier hoeken van het daarop geplaatste gedenkteeken
een kaars. Den volgenden dag lieten de Zigeuners
drie muzikanten treurliederen op het graf spelen,
waarbij de moeder aanhoudend tranen stortte. Daarna
dronk men in de herberg met de muzikanten op
het heil van den kleinen doode, waarbij de doop-
vader een nationalen dans uitvoerde, alles gevolgd
door een nachtelijk bal. De drie muzikanten ont
vingen 100 fr. belooning. Inderdaad scheen de in
lompen gehulde troep over belangrijke geldsommen
te kunnen beschikken.
Ging 't maar zoo in Tunis! - Een brief
uit Senegal bevat de volgende bijzonderheden om
trent een expeditie tegen de Mandinguen van Casa-
manca,1 die vier Franeche vrouwen uit de stad
Sedhion hadden ontvoerd en bovendien op de bezetting
aldaar hadden gevuurd. Den llden Febr. vertrok
de kleine colonne onder bevel van den kapitein
ter zee Jacquemart van Dakkar en kwam den 14den
te Sedhion. Den volgenden dag bewees de colonne
de militaire eer aan het stoffelijk overschot van
kapitein Geppi, den bevelhebber van Sedhion, die
den vorigen nacht overleden was. Den 16den werden
de versterkte dorpen Mourcounda en Bakoun, waar
zich het beruchte opperhoofd Sounkary had genes
teld, na een gevecht van anderhalf uur genomen.
Den volgenden dag vervolgde men den vijand en
verbrandde de dorpen Counagan en Diendee. De
18de werd gebezigd tot het aanvullen van mond
en krijgsvoorraad. Den 19den en 20sten inneming
en verbranding van Medina, Sitaba, Ida, Toureconnda
en Bambadian, na een hardnekkigen tegenstand.
Den 21sten keerde de colonne te Sedhion terug,
waar de voornaamste hoofden hnnne onderwerping
kwamen aanbieden en schatting betalen. In al die
gevechten bekwam men slechts 9 gewonden, waar
onder 2 zwaar, en werden 3 inlandsche vrijwilligers
gedood en 12 gewond. De vijand daarentegen zou
80 man aan dooden en 150 aan gewonden tellen.
Yeni, vidi, vici zou de bevelhebber der colonne met
recht hebben kunnen uitroepen. Maar de vijanden
waren ook geen Tunesianen met een zandwoestijn
achter zich.
Te Liverpool heeft zich een jonkman
aangegeven als hebbende in 1873 de som van 60
pd. st. aan de Liverpoolsche Tramweg-Maatschappij
ontstolen. Hij was belast met loon nit te betalen
en verdween met het geld. Men kon hem niet op
sporen en hoorde niets meer van hem. Thans is hij
zijn diefstal komen beljjden; het geld was hem op
zijne beurt ontstolen en hij had dienst in het leger
genomen. Thans kwam hij de 60 pd. st. terugbrengen
en zich ter beschikking der justitie stollen. Het ge-
tuigschift, door hem als militair verkregen, luidde
zeer gunstig.
Een Rat in de Val.
lste BEDRIJF.
Het stuk speelt in een ziekenkamer.
Personen: Dotaris Jal en mevrouw Dorbeen.
Notaris. U zegt 20,000 aan Louisa X., niet
waar?
Mevr. Ja notaris en 10,000 aan mijn nichtje
Clara. Verder moet u een kapitaaltje van ƒ20,000
bij mijn overlijden reserveeren en van de rente het
gezin G. in de Boschstraat laten onderhouden. Het
land, dat ik te H. heb liggen, vermaak ik aan mijn
broerszoon Piet en 50,000 aan diens zustertje.
Ik noteer, mevrouw.
Hoe veel heb ik ook weer gezegd?
50,000.
Neen, dat 's te weinig, ik heb altijd veel van
'tkind gehouden. Vermaak het 75,000. Lieve
hemelik zou mijn goede Bet vergetenhaar vermaak
ik een vast jaargeld van 600, te vinden uit effecten,
die ik u zal ter hand stellen.
Ik ben er.
Nu heb ik nog een plicht te vervullen, notaris;
Jaantje Q. heeft mij in mijn ziekte altijd zoo trouw
bijgestaan, zoo liefderijk verpleegd, mij zoo menig
maal den tijd gekort, een legaatje van ƒ2000 voor haar.
(De stem van mevrouw Dorbeen wordt dor, en
haar beenderengostel heeft rust noodig. 't Is ook
een vermoeienden arbeid voor een kranke, zoo'n
testament. Om en om de zes ton heeft ze vermaakt.
De notaris is klaar met zijn aanteekeningen en verlaat
voor heden de ziekekamer.)
2de bedrijf. (3 weken later.)
Persoon: De notaris Jal. Alleenspraak
Verduiveld mevrouw Dorbeen, je zit er warmpjes
inJammer voor je nichtjes, neefjes en kennissen,
dat de sijs met zijn sikkel niet is gearriveerd.
Goed mensch, je bent me wel wat oud af, doch je
tonnetjes verblinden me zoo, dat de cijfers alles weg
cijferen wat me zou kunnen weerhouden je hand
te vragen.
Netjes opgeknapt gaat notaris Jal de deur uit,
met het gevolg dat twee weken daarna de volgende
advertentie in de stadsoourant prijkt:
Getrouwd
Notaris JAL
met
Mevrouw DORBEEN.
Algemeene kennisgeving.
3de bbdrijf.
Na de wittebroodsweken.
Not. Jal. Ja vrouw, dat 's waar ook, 't is net
zoo'n goed weer van daag om 'n erfenis tedeelen.
Praten we is over ons tonnetjes.
Ons tonnetjes De regenton, de keukenton, de
Kom hou je maar zoo leuk niet. Die
tonnetjes, je weet wel, waaruit je je nichtjes en
neefjes wildet bedeelen en dat land.
'k Begrijp je niet, wat heb ik?
Wel vrouw, ik bedoel je testament, datje me
wildet laten maken, ziehier de aanteekeningen.
Lieve hemel, heb ik je dat opgegeven
Och beste man, dan heb ik zeker geijld, want zoover
ik weet, bezit ik zooveel als mijn nicht Yerpoton
mij iedere maand in een postwisseltje toezendt.
(De notaris niest).
Bet, de oude meid, die juist binnenkomt: Wel
bekome 't je, notaris! (Pr. N.-B. en '3-H. Crt.)