DAGBLAD. 6739. Vrijdag 3 Februari. A0. 1882. WO LEIDSCH PBIJ8 DEZER COURANT: Voor L«iden jper 3 esaanden1.10. Fiaaco per post.1.40. A£tofid«|\jke Hommers.0.05. De?e Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PBIJ8 DER ADVERTENTIE»: Van 16 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17^» Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee- ren buiten de stad wordt 0.10 berekend. LEIDEW, 2 Februari. De bevolking dezer gemeente bestond op 31 December 11. uit 19,793 mannelijke én 21,869 vrouwelijke, te zamen 41,662 personen; op 31 December 1880 daarentegen uit 19,419 m. en 21,819 vr., te zamen 41,238. Ze vermeerderde dus met 374 m. en 50 vr., te zamen 424 personen. Die ver meerdering was het gevolg van de geboorte van S02 jongens en 748 meisjes, te zamen 1550 kin deren. alsmede der vestiging alhier van 2069 m. en 1123 vr., te zamen 3192 personendaarentegen had eenc vermindering plaats door het overlijden van 508 m. en 523 vr., te zamen 1031 pers., zoomede door het vertrek naar elders van 1989 m. en 1298 vr., te zamen 3287 personen. Op 31 December 11. waren alleen hier 2076 vrouwen méér dan mannen. Aten zal zich herinnereu dat het vorige jaar het Leidoefie stadentencorps van de oudsher ge bruikelijke wijze van dies-viering afweek en in plaats van een collation eene tooneelvoor6telling als festi viteit aanbood. Op niet-offieiöel initiatief vereenig- den zich toen evenwel tal van studenten aan een gemecTischappelijken maaltijd en deze schijnt zoo goed bevallen te zijn dat men thans weder tot het officiëelo diner is teruggekeerd. Evenwel zal het op 8 Februari a. 8. geen collation zijn, maar een diner in de Stadszaal dos namiddags te halfzos. Met het oog op den geringen prijs der bouillonkaart verwacht men algemeene deelneming. Bovendien is weder, naar wij vernomen, besloten den heeren profossoren, aan het re;: orale diner in het Hotel Verhaaff vereenigd, tegen negen uren eene serenade aan te bieden; terwijl Ul van kluchtige kostumes in don voor middag bij de traditioneele rijpartij van de studen ten van het eerste jaar niet zal ontbreken. Als opvolger van den heer Crans is als directeur van de Leidscho paardentramwegmaatscbappij op getreden de heer Yan Prehn. Do officier van gezondheid (arts) W. H. L. Borgorhoff Mulder is van Leiden naar Den Haag -overgeplaatst. Gedurende de afgeloopen maand zijn 22,814 personen per Leidschen tramweg vervoerd. Toon de raad der gemeente Hazerswoudo conces&io weigerde voor het leggen van den stoom tramweg van Leiden naar Gouda, wat die gemeente betreft, waren slechts tien leden present; er hebben alzoo geen tien, maar negen leden tegengestemd. De voorzitter mr. C. Yan der Ylies bestreed mot de hem ten dienste staande middelen de geopperdo bezwaren en was alleen diegene welke vóór het verleenen van concessie heeft gestemd. Yolgens het in druk verschenen verslag van den toestand der Sophia-Stichting (zeebad-ÏDrichting te Scheveningen voor kinderen van minvermogenden) over 1881, mogen regenten tot hunne niet geringe voldoening verklaren, dat de Yeroeniging, over het algemeen, in gunstige omstandigheden verkeert. Het gotal leden breidde zich eenigszins uit, terwijl ook in het aantal kinderen, die gedurende het bad seizoen zijn verpleegd, vooruitgang viel waar te nemeo. Eon en ander was oorzaak, dat ook de geldelyko uitkomsten bevredigend mogen worden genoemd. Bij het vele goede, dat de Yereeniging mocht ondervinden, trof haar echter een onherstel baar verlies door het overlijden van Prins Frederik der Nederlanden. Eerelid der Vereeniging, tot welker oprichting hij zijne medewerking verleende, heeft de doorluchtige overledene niet opgehouden bij her haling ondubbelzinnige blijken te geven, dat de jeugdige instelling op zijne sympathie mocht rekenen. Dankbaar herdenkt de Yereeniging wat ook zij aan hem is verschuldigd. Met levendige erkentelijkheid maken regenten gewag van de herhaalde bewijzen van ingenomenheid met de inrichting, die zjj in het vorloopon jaar weder van den Prins van Oranje mochten ontvaDgen. Z. K. H. schonk aan de Yer eeniging, behalve eenige andere nuttige voorwerpen, eene antieke kast voor de bewaring der archieven en eene prachtige galvaniseer-machine, vervaardigd door den heer Pohl, instrumentmaker te 's-Graven- hago. Op 27 Augustus 11. bracht de Prins onver wachts een bezoek aan het gesticht. Z. K. H. ver toefde geruimen tijd in het gebouw en gaf zijne tevredenheid te kennen over den toestand, waarin de verpleegden door hem werden aangetroffen. Prinses Hendrik heeft aan het Dames-comité in Den Haag voor den Bazaar ten behoeve der Wees- inrichting teNeerboscheenefraaiependulegeschonken. Tot lector in het oud-vaderlandsch recht aan de onirersiteit te Amsterdam is benoemd mr. De Roever. Het voorstel tot het benoemen van kerkelijke hoogleeraren is door den gemeenteraad van Am sterdam met 21 tegen 15 stemmen aaogenomen. In een particnliere correspondentie uit Atjeb, dd. 30 Dec. 11., aan het Hbl. lezen wij het volgende „Nog altijd is het in den omtrek van den kraton niet veilig. Don dag vóór Korstmis, 's morgens te 6 uren, werd een transport van de bentiDg Oleh Karang, zes man sterk, onder een Europoesch ser geant, tusschen die post en Kota Alam eerst door vjjf mot klewangs gewapende Atjehers aangevallen, die kort daarop versterking kregen van acht anderen, die zich onder een brug in hinderlaag hadden gelegd en tevens met donderbussen waren gewapend. Er volgde een woest gevecht, waarbij een inlandscli soldaat letterlijk in stukken werd gehakt, de sergeant een houw over zijn gelaat en een zware wond in zijn bovenarm kreeg, die geheel gespleten werd, en twee soldaten mede ernstig werden gekwetst. Een der aanvallers word terstond door een goed gemikt schot neergelegd en de bende daarop spoedig verjaagd door patrouilles uit Oleh Karang en Kota Alam. Ook van Panteh Porak rukten politie, een compagnie soldaten en een detachement cavalerie uit, zoodat ditmaal bijna al do roover6 in onze handen vielen. Twee dagen te voren waren des avonds de Atjehers weder achter het Chineesche hospitaal bij Penajoeng aan het schieten geweest op een huis, dat echter door de bewoners versterkt was, zoodat de aanvallers niet kondon binnendringen. De politie rukte met 60 man uit en beweert dat zij er geducht op ge schoten heeft. Het is te hopen, dat die spoedige hulp voor de toekomst wat zal baten. Men betreurt het algemeen, dat de gouverneur niet de bevoegdheid heeft de roovers, die in onze handen vallen, terstond te oxecuteeren en wel door onthoofding; want de strop geeft niets: als het lichaam maar in zijn geheel blijft, gelooven de Atjehers toch wel bij Mahomed terecht te komen. Onder den indrnk dezer gebeurtenissen en van den nog pas gebeurden aanval te Ketapan Doewa, niet verbeterd door de overstroomingen der laatste dagen, - moest op 27 December de nieuwe missigit borden ingewijd. Scheepsladingen, mot „koningen" van de Oost en Westkust kwamen aan ter eere van de plechtig heid. De rivier was reeds buiten de oevers getreden ea een gedeelte van het terrein stond daardoor onder; bovendien viel de regen bij itroomen. Niettemin had op Dinsdag 27 December te half- twaalf de plechtige overgaaf der sleutels plaats. De „ongeloovigen" mogen den tempel niet betroden als die voltooid is en daarom was buiten hot ter- réin van den tempel een soort van tribune opge slagen, waar do officieren van land- en zeemacht, ambtenaren en burgers gezeten waren. Dames wer den niet toegelaten; die zijn bij de Mahomedanen niet in tel. Op de tribune zaten van de Atjehers alleen do oude hoogepriesters on zijn jongere ambt genoot, benevens een lid van het vroegere Snltans- huis, uit Pedir overgekomen. De overige „koningen" zaten als schoolknapen buiten do tribune op banken. De gouverneur las de akte van overdracht aan de bevolking voor, daarbij verklarende dat het Nederlandsch gouvernement nooit een godsdienst oorlog in den zin had gehad, en ten bewijze daarvan den ouden missigit door dezen prachtigen tempel had doen vervangen - maar dat de wapenen noodig waren geweest om rust te breDgen in het land, dat niet in staat was zich zelf te regeeren. Deze redevoering, in het Nederlandsoh uitge sproken, werd door den adsistent-resident van Groot- Atjeh in het Maleisch vertolkt en toen weder in de taal van Atjeh overgebracht. Onder het bulderen van het geschut werden daarna de sleutels op een geelzijden kassen, dat op een zilveren blad rustte, aan den hoofdpanghoeloe (hoogepriester)aangeboden en toen stormden do Atjehers den tempel binnen. Hiermede was do belofte vervuld, door den gouv.- goneraal Yan Lansberge in 1878 gedaan. Alle wachten waren dien dag versterkt, alle troepen geconsigneerd, en ook nu nog is men op zijn hoede, daar vele Atjehers in do laatste dagen van elders te Kotta Radja zijn en men niet weet of allen wel te vertrouwen zijn. De bandjir (overstrooming) is in vollen gang; sedert vier dagen wordt met drie locomobielen ge werkt om de kampementen van het overtollige water te bevrijden. Gelukkig zijn tot dusver de dijken behouden gebleven. Yóór een jaar had op 17 November een doorbraak van eenigo dijken plaats en is er heel wat vernield." Het stoomschip „Pollux", van Amsterdam naar Nieuw-York, passeerde Dinsdag Lizard; de „Gelderland", van Batavia naar Rotterdam, arri veerde gisteren te Aden. Z. M. heeft J. M. D. Westholz, met 1 Maart a. s., benoemd tot districts-veeartsbenoemd tot subst.- griffior bij de arr.-rechtbank te Winschoten, mr. H. Wesseling, advocaat te Utrecht. Gemengd NIeuw«, Yoor een wel is waar bijzonder klein, maar niettemin zeer belangstellend publiek trad gisteravond in de Stadszaal alhier op do heer Otto Lamborg uit Weenen, die inderdaad een humorist op de piano, in zijne voordrachten en mimiek toonde te zijn. Aanspraak makende op een buitengemeen geheugen en een aangenaam geluid, legde hij tevens een vaardigheid op het klavier aan den dag als in zijn genre hier nog zelden te zien werd gegeven; enkele malen waren zelfs handen en voeten óp de toetsen tegelijk in beweging. Zijne parodies op opera's en treurspelen, zoomede zijne overige voordrachten kenmerkten zich door geest en humor en zijn mu- zikalisch lachen o. a. dwong onwillekeurig een gullen lach af van alle aanwezigen, die zich overigens den geheelen avond blijkbaar uitmuntend amuseerden. Indien de heer Lamborg hier weder een soiróe mocht komen geven - wat, naar we vernemen, in het laatst dezer maand zal zijn - dan kunnen we ook den dames, die immers ook nogal voel aan het pianospel doen, aanraden hem met een bezoek te vereeren. Hedenmorgen tegen zes uren ontstond bij den heer Dingjan, kleerbleeker aan den Marendijk^ in de droogloods brand, welke spoedig een be langrijke uitbreiding verkreeg, zoodat de loods wel dra met de daarin aanwezige kleeren geheel was uitgebrand. Tegen halfachfc was men het vnur meester. Een gisteren verrichte gecombineerde manoeuvre van het garnizoen der residentie bestond in het uitvoeren van een oorlogsmarsch naar Was senaar, waar een stelling werd ingenomen, uit welke een nabij Katwijk gelande vijand werd ver kend. De vijandelijke voorposten werden door een escadron huzaren (met kwartiermuts op) voorgesteld. De openbare feesten in de residentie ter viering van den verjaardag van den Koning

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1882 | | pagina 1