van wat haar tot het plegen van het feit kon aan leiding gegeven hebben, maar toch bleof er nog veel geheimzinnigs in de zaak, dat alleen door een gerechtelijk onderzoek kon worden opgehelderd. Er ging gisteren dan ook veel, zeer veel licht op, maar het bleek daarbjj tevens dat dit onderzoek zich uitstrekte over een zóó aandoenlijke zaak, als voor zeker tot nog toe zelden door een rechter hier te lande behandeld was. De 25-jarige J. A. v. D., geboren te Rotterdam, stond dan in de kamer van crimineele zaken terecht, beschuldigd van poging tot moord op haar vroegoren minnaar Johannes Cornelis Aarsen, van beroep koffiehuisbediende, in welke betrekking hij den naam van Henri had aangenomen. In 1880 dienden beiden op de Zierikzeesche stoomboot, de een als keukenmeid, de ander als kellner, en ontstond tusschen beiden verkeering. Besch. had de zwakheid zich aan den „ellendeling", zooals adv.-gen. mr. Gregory den lsten getuige in zijn requisitoir herhaalde! jjk noemde, over te geven, ten gevolge waarvan zij in Januari 1881 haar bevalling te gentoet zag. Toen zij Aarsen met haar toestand bekend maakte, stelde hij haar door een stellige trouwbelofte gerust, de ringen hadden zij reeds verwisseld, hij had haar blijkbaar steeds met vuur gerustgesteld en haar gezegd dat haar ring met hem de kist zou ingaan, maar hij verbond aan de trouwbelofte kort daarop een voorwaarde, nl. dat besch. het noodige gold moest verschaffen om een koffiehuis «ver te nemen. Besch., die een onbegrensde liefde voor den vader van haar kind koesterde en alles wilde opofferen om het den vadernaam met eer te doen dragen, ver zocht toen haar moeder, een weduwe, haar het vaderlijk erfdeel uit te keeren en kreeg f 125 uitbetaald, welke som zij als waarborg stortte in de handen van den man van wie* men de zaak zen overnemen. Het bleek toen echter dat die som niet voldoende was, waarom Aarsen aan den zwager van besch. schreef, dien verzoekende hem het ontbrekende geld te leenen, om hem - naar hij beweerde - in staat te stellen zijn trouwbelofte te vervullen. Zijn eigenlijke plan was evenwel om zich voorloopig met zijn zuster in de over te nemen zaak te vestigen. De familie van bosch., die, zeer terecht, geen vertrouwen in hem stelde, weigerde de gevraagde hulp. Aarsen brak allo relatie met het meisje, dat hij onteerd had, af, en verklaarde dat hij niets met haar te maken had, ten gevolge waarvan zij het huis zjjnor ouders, waar zij in afwachting harer bevalling met toestemmisg der familie haar intrek genomen had, met achterlating van alles wat zij bezat, zelfs van het kindergoed dat zij voor haar aanstaande bevalling in gereedheid had gebracht, plotseling moeBt verlaten, ton prooi aan den hevigsten angst. Onder deze treurige omstandigheden wilde zij door verdrinken een einde aan haar leven maken, maar werd daarin door eenige voorbijgangers en de gedachte aan het kind, waarvan zij moeder hoopte te worden, teruggebracht. Zij begaf zich daarop naar haar moeder, die haar liefdorjjk ont ving en haar, waarschijnlijk om haar in geen op spraak te brengen, bij een te Tiel wonend familie lid besteedde, ten einde daar don tijd der bevalling af te wachten. Zij beviel daar van een dood kind, hetgeen zij zich zeer sterk aantrok, zoodat zij geen rust of duur meer had. Haar zenuwgestel had zeer veel geleden; maar toch was de liefdegloed bij haar nog niet uitgedoofd, daar zij zich 's nachts ter ruste begaf met het portret van haar ontrouwen minnaar onder het hoofdkussen. Nauwelijks her steld, vertrok zij naar de plaats waar hjj in be. trekking was en zocht daar ook een dienst; van dit oogenblik af begon voor haar eon leven vol hjdon en verguizing. Telkens wanneer de trouwo- looze, die verklaarde niets meer van haar te willen weten, van stad veranderde, reisde zij hem na, zocht in dezelfde plaats ook een dienst en poogde aan houdend hem over te halen, haar in haar eer te herstellen, maar werd telkens hardvochtig en onder de zwaarste beleodigingen afgewezen. Ein delijk trad Aarsen in dienst en kwam te Leiden in garnizoen. Ook daar zocht besch. hem, en wel het eerst op 23 Aug. jl., op en drong opnieuw op de vervulling van de eenmaal afgelegde en ook aan haar familie te kennen gegeven trouw belofte aan. Beloften noch bedreigingen mochten evenwel baten. Telkens en telkens werd zij op minachtende wijze bejegend. Verwensckingen en minachting waren slechts het antwoord, zelfs ook nadat zij hem ge dreigd had dat hij Leidon niet levend zou ver laten. Tot wanhoop gedreven, kocht zij daarop bij den zwaardveger v. K. in de Burgsteeg een revolver voor acht gulden en liet dien, onder voor wendsel dat haar moeder zoo eenzaam woonde en bevreesd was voor inbraken, door den wapensmid laden, met het doel om, als de ontrouwe bleef wei geren, eerst hem en dan zich zelve te dooden, aan welk heilloos voorneme* zjj op 24 Augustus jl. in de herberg van v. B. in de Horschstraat - waar zij Aarsen had zien ingaan - na nog herhaaldelijk getracht te hebben zijn liefde te herwinnen, toen deze zonder een woord te spreken de deur wilde uitgaan, gevolg gaf. Het schot miste evenwel doel, het kogeltje doorboorde slechts de kleederen, had in de linkerzijde slechts een roode vlek en eenige zwelling veroorzaakt, en Aarsen maakte zich uit de voeten. Besch., die in haar overspannen toestand de uitwerking van het schot niet had opgemerkt, zette zich den revolvor onmiddellijk daarna op de linkerborst en schoot dien af, maar de kogel ging zijwaarts en bleef in het bovengedeelte van den linkerarm zitten, waarop zij bewusteloos neerviel. Zij moest in het ziekenhuis worden opgenomen, al waar een kogel uit haar arm werd verwijderd en zjj gedurende drie weken onder geneeskundige be handeling was. Zij toonde diep berouw en verze kerde hare moeder thans haren verleider te zullen vergeten. Besch., die door den president met groote deel neming in gevoelvolle woorden opmerkzaam werd gemaakt, hoe de Voorzienigheid haar voor ernsti ger afloop had behoed, bekende berouwvol haar schuld. Meermalen werd de ondervraging van haar door snikken afgebroken en was onder het publiek en bij het hof aandoening en medelijden merkbaar. Den lsten getuig©) Aarsen, werd daarna eveneens door den president zjjn laaghartig gedrag met scherpe woorden onder het oog gebracht. Van de publieke tribune gingen kreten van verontwaardi ging tegen hem op. Hij had echtor den moed nog, toen hij voor het hof stond te lachen. Hartverscheurend was het oogenblik, toen de moeder van besch., op vorzoek van den verdediger als getuige k décharge gedagvaard, voor het hef verscheen. Onder hartstochtelijk snikken viel zij onder het voorbijgaan het geliefde kind om den hals, aan welke uiting van smart de waardige pre sident voor een oogenblik den vrijen loop liet. Uit al de verklaringen van de getuige bleek, dat er nooit iets op het gedrag van besch. was aan te merken geweest. De verklaring der moeder kwam hoofdzakelijk daarop neder dat haar kind Bteeds een liefhebbende dochter voor haar geweest w^s, die zich altijd braaf had gedragen, maar niet van hare genegenheid voor haren minnaar was af te brengen. Na een korte pauze ving de adv.-gen. mr. Gre gory zijn requisitoir aldus aan: „Wanneer het drama dat zich heden voor ons oog ontrolde, in een ander land ware voorgevallen, zou voorzeker de jury, na het hooren van getuigen, de bosch. onder de dave rende toejuichingen van de menigte hebben vrijge sproken. Onze rechtspraak volgt echter kalm en ljjnrecht den haar door de wet voorgeschreven weg 6h waar die weg een misdaad aanwijst, daar is de handhaver der wet verplicht de straf te eischen, die door de wet daartegen rs bedreigd. „Zelden echter trad de gestalte van de besch. in zulk een schoon, maar ook zelden de figuur van den lsten getuige (Aarsen) in zulk een somber licht, als in deze zaak. Liever wenschto ik in deze oogenblikken te staan in de bank der beschuldigden, dan te zitten op de plaatB van dien ellendeling. [Toejuichingen van het publiek]. Na eerst zijn slachtoffer laaghartig verleid te hebben, vindt hij geen woorden en gebaren genoeg om haar die nog liefd» voor hem koesterde, met ijskoude hand van zich af ts stooten en haar zijn verachting te toonen. Nooit, zoo lang ik deze plaats inneem, heb ik voer een beschuldigde zelf op zooveel verzachtende omstandig heden kunnen wijzen, maar verder gaau mag ik niet. De vrouw, hoe ook door het noodlot vervolgd, kon en moest begrijpen dat zij niemand naar het leven mocht staan. „Deze besch., hoe beklagenswaardig ook, heeft een misdaad begaan en do wet verplicht mjj daar voor, zij het dan ook het minimum van de mij toe gestane straf, te eischen. Ik heb daarom de eer voor de besch. te requireeren schuldigverklaring aan poging tot moord enz., gepleegd onder ver zachtende omstandigheden, en veroordeeling tot een half jaar celstraf." De verdediger mr. C. J. Frangois trachtte daarna aan te toonen dat besch. de daad in een vlaag van zenuwachtigheid, wegens den voortdurend mijme renden toestand van besch., in een toestand van ontoerekenbaarheid had begaan en concludeerde op dien grond tot vrijspraak. Pleiter wees echter, voor het geval dat het hof meenen zou tot veroordeeling te moeten overgaan, op de aan eenschakeling van verzachtende omstandigheden en gaf daarbij een treffende schets van al het leed dat besch. uit liefde voor den onverlaat had uitge staan en dat een zweem van wraak nooit bij haar was opgekomen, maar dat zij het denkbeeld niet verdragen kon, dat Aarsen aan een ander zou toe- bohooren. Pleiter concludeerde dus suhs. tot toepas sing van oen zeer lichte straf. Na re- en dupliek en onmiddellijke beraadslaging van het hof in raadkamer werd de beschuldigde met aanneming der toerekenbaarheid, maar met ver klaring dat de misdaad is gepleegd onde? se er ver zachtende omstandigheden, tot een half jaar corree- tioneele celstraf veroordeeld. Tan de bemanning der Scheveningsche schuit, behoorende aan den reeder J. De Niet, stuur man J. Dijkhuize*, is te Scheveningen van Lowestof bericht ontvangen dat de bom aid aai- in goeden staat bij den wal lag. Er blijft nu nog ééne sehuit over, waarvan men na den storm niets vernomen heeft. Te Haarlem iB door de politie .gearres teerd een 18-jarige huzaar, die in een winkel in de Anegang een paar schoenklompon had ontvreemd. Daar hij tevergeefs om overplaatsing had verzocht, heeft hij dezen diefstal gepleegd, om van den dienst ontslagen te worden. Gisternacht is er te Nieuw-Helvoet brand uitgebarsten in de boerderij van A. Trouw, gelegen nabij den Westdijk. De schuur met de* voorhanden oogst, het wagenhuis, de paardenstal met 11 paarden en jeugdig vee en eene groote partij hooi werden een prooi der vlammen. Alles was, naar men verneemt, verzekerd. De oorzaak is onbekend. J. Th. Schjiffel te 's-Hage is gistere* voor de 78ste maal door het kantongerecht wegens dronkenschap tot geldboete veroordeeld. Ter aanvulling van het bericht omtrent den brand in de buurtschap Tonsel, gem. Ermeloo, nabij Harderwijk, schrijft men ons uit laatstgenoemde plaats nog het volgende: Een landlooper, die hier Maandag 11. kwam om als koloniaal voor de Oost te teekenen, maar werd afgekourd, kwam dos avonds te ongeveer 7 uren bij den boer Vliek op bovenge noemde plaats om nachtlogies te vragen. Toen de man hem dit weigerde om reden hij reeds iemand herber ging voor dien nacht belsofd had, zeide hjj, dat hij dan den boel in brand zou steken. Na dit ten uitvoer gebracht te hebben, ging hij weder naar den boer en zeide hem, dat zijn plan gelukt was en dat de vlammen reeds opstegen. Hierop werd de misdadiger gegrepen en aan eene juist aankomende militaire patrouille overgegeven, die hem, stevig gebonden met touwen, naar hier bracht, en achter slot zette. De brand heeft zich bepaald bij een hooiberg en een korenberg, wat te danken is aan de hulp van vel» aaaweeige toeschouwers, die met emmers water en door het gooien va* aarde zooveel mogelijk hielpen blusschen, alsmede door de hulp van tv. ,-e brand spuiten, die van hier er heen zijn gezonden. De boer heeft eene schado van f 1500. Niets was geas sureerd. De treurige levensloop, dien do DuitBch- Nederlaudsche Bouwmaatschappij te Berlijn heeft gehad, heeft thans aanleiding gegeven tot een rechts geding tege* de Rotterdamsche Bank. Op eene ver gadering van obligatiehouders, 19 Juli jl. te Rot terdam gehouden, is namelijk aan de directie der genoemde Bank de gevraagde decharge voor haar beheer der Bouwmaatschappij niet verleend, en een dor toen benoemde gemachtigden, de heer R. Rud- loff-Grübs, lid der firma F. Gaedicke, te Berlijn, heeft nu de Bank in rechten aangesproken, zoo te Rotterdam als te Berlijn. Het Parijsche Hof van Assises heeft weder een meisje vrijgesproken, dat, door haar minnaar verlaten, dozen met een revolverschot ern stig gewond had. Te Chalon-sur-Saóne is de substituut van den procureur der Republiek, Mari, dood in zijn bed gevonden. Hij was door 4 messteken ge troffen. Marx was 26 jaar oud. Men verdiept zicb in gissingen omtrent de drijfveer van den moorde naar, daar Marx algemeen bemind was. De „Daily-News" meldt uit St.-Peters- burg dat de politie een vijftal mannen arresteerde, in de werkzaal van het paleis te Gatschina. Een hunner opénbaarde een complot ter herhaling te Gatschina van het complot in het winterpaleis. Het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 2