BUIIGE RL URE STAND TAN LEIDEN. Transport. f 103,349,705.00 Die tan de rubriek „Verschil lende ontvangsten en toevallige ba ten" is daarentegen f 273,245 hoo- ger en bedraagt nu3,014,850.00 De bijdrage uit het fonds der koopprijzen van domeinen kon dit maal f 175,000 hooger gesteld wofden dan voor 1881, namelijk op 300,000.00 En daar de bijdragen van Neder- landsch-Indië, in verband met den toestand der geldmiddelen van die bezittingen, weder slechts konden worden uitgetrokken voor Memorie zoo bedraagt de raming der mid delen dusf 106,664,555.00 welke som, vergeleken met het bovenvermelde bedrag der uitgaven,, 128,695,940.36' een tekort aanwijst van f 22,031,385,365 hetwelk in rond cijfer zal moeten klimmen tot f 22,900,000, indien de voorstellen de Regeering be treffende den overgang van het Noordzeekanaal aan den Staat uwe goedkeuring mochten wegdragen. Dit nu, Mijne Heeren, is de toestand der begroo ting op het papier, maar daarbij moet al dadelijk worden .erkt, dat in het genoemde tekort be grepen is voor den aanleg van spoorwegen f 14,000,000.00 voor de verbetering van den Rot- terdamschen waterweg 1,226,000.00 en voor den vestingbouw. 1,987,000.00 of te zamen f 17,213,000.00 "Wegens zaken waarvoor, gelijk mijn geachte voor ganger het uitdrukte, naar gezonde beginselen van financieel beleid, geleend zou kunnen worden. Daar door vermindert het in rond cijfer op f 22,900,000 gestelde tekort reeds tot f5,687,000 of tot f5,987,000, indien men de bijdragen uit koopprijzen van domei nen van de bovengenoemde buitengewone uitgaven •aftrekt; en neemt men op grond der verkregen on dervinding aan, dat op de geraamde uitgaven f2,000,000 zal worden bespaard, dan slinkt het tekort op de gewone middelen tot f 3,987,000. Meenen nu misschien sommigen dat ook dit laatste 'bedrag wel door opbrengst der middelen boven de raming zal worden opgewogen, bedenkende, dat over 1880 alleen de gewone middelen ruim f4,300,000 boven het geraamde bedrag afwierpen en dat over 1881 een gelijk excedent van ruim f 3,500,000 wordt verwacht, dan wil ik die mogelijkheid niet ontken nen. Integendeel, uit een staat van de raming en de op brengst der bedoelde middelen over de tien laatste lijk afgesloten diensten (18701879) blijkt dat slechts over een dier diensten (1879) de opbrengst iets beneden de raming bleef, terwijl de negen an dere alle een meer of minder belangrijk voordeelig verschil aangeven. Meer of minder belangrijk, zeg ik, want het hoogste (1876) bedraagt bijna f 10,000,000 en het laagste (1878) niet meer dan bijna f 1,461,000, hoewel de ramingen voor al die diensten, met slechts geringe afwijkingen, naar dezelfde ook door mij ge volgde regelen werden zaamgesteld. Naar mijne overtuiging echter, mag op voordee- len van dezen aard bij de inrichting onzer Staats huishouding niet wordeu gerekend; wij mogen er slechts een wapen in zien tegen de kwade tijden die kunnen komen en een middel om voort te gaan met de kracht, den intellectuelen en stoffelijken bloei des lands te bevorderen niet alleen, maar be hoort men, gelijk ik dan ook hiervoren reeds deed, te onderscheiden tusschen gewone en buitengewone uit gaven, en behoeft men, met zorg wakende voor even wicht tusschen gewone ontvangsten en uitgaven, niet te Schromen, om voor zeer belangrijke openbare werken toevlucht te nemen tot 's lands wel gevestigd crediet. Doch men schifte in dit opzicht niet te veel, want er zijn. uitgaven van buitengewonen aard, nu voor het eene, dan voor het andere onderwerp van algemeen belang, die telkens terugkeeren, en daarom uit de gewone inkomsten of batige saldo's daarvan moeten worden bestreden. En die beide soorten van buiten gewone uitgaven zijn niet van geringen omvang. Tot de eerste, die waarvoor men, mijns inziens, bij gemis van andere buitengewone middelen zou kunnen en ook waarschijnlijk zal moeten leenen, zouden naar mijne meening kunnen gebracht worden de op f 12,250,000 geraamde uitgave voor het kanaal van Amsterdam naar de Merwede, die zich waarschijnlijk over vier jaren zal verdeelen, de na aftrek van het geen daarvoor op 1881 gebracht en op 1882 aange vraagd is, nog overblijvende geraamde uitgaaf van f 26,274,000 voor de verbetering van den Rotter- damschen waterwegvoorts de som van f 43,600,000 die, behalve de op den dienst 1882 gebrachte bijdrage van f 14,000,000, nog noodig wordt geacht voor de voltooiing der spoorwegen, waarvan de aanleg is be volen bij de wet, en voor de naasting van het Ne- derlandsch gedeelte van den spoorweg Antwerpen- Rotterdam. Daarbij komen dan nog ruim f 14,600,000 voor den vestingbouw, de som van f 17,213,000, die voor deze cathegorie van uitgaven op den dienst 1882 wordt aangevraagd, terwijl eindelijk daartoe zouden moeten worden gebracht de boven berekende f 13,500,000 voor het ongedekt gedeelte der saldo's van de diensten 1881 en vroeger. Misschien zou men nog hierbij kunnen voegen f 4,000,000 van de f 7,000,000, waarop de kosten van een kanaal van Amsterdam naar Rotterdam zijn begroot, doch waarvan f 3,000,000 door de twee betrokken provinciën zouden gedragen worden. Zonder dezen laatsten post staat men hier reeds voor het eerbiedwaardig bedrag van ruim f 127,400,000, dat, naar het zich Iaat aanzien, binnen eenige jaren door geldleening zal moeten worden gedekt. Reeds vrij spoedig, zij het aanvankelijk tot een matig bedrag, zal de toestand van 's Rijks kas eene leening noodig maken. Maar al worden gemelde buitengewone uitgaven door leening gedekt, ook dan nog zullen in de eerste jaren de gewone middelen, behalve voor de rentebe taling en aflossing der nieuwe leeningen, met buiten gewone uitgaven moeten worden bezwaard. Immers wachten alsnog, om van kleinere bijdragen niet te spreken, de volgende uitgaven, die, naar mijne mee ning, omdat zij minder belangrijk zijn of zich over een grooter aantal jaren kunnen verdeelen, uit de ge wone inkomsten zullen moeten bestreden worden f 13,500,000 in 8 a 10 jaren te besteden voor de verlegging van de uitmohding van de Maas, waarvan echter f 3,000,000 door de provincie Noord-Brabant en de direct belanghebbenden zal worden betaald; eene bijdrage van f 600,000 te betalen naargelang van de vordering der werken aan het op te richten waterschap van den Ouden IJsel; een subsidie aan de provincie Friesland voor de verbetering van den binnenlandschen waterstaat in dit gewest, waarvoor, behalve hetgeen op 1880 en 1881 is toegestaan en op 1882 aangevraagd wordt, nog f 1,740,000 zal noodig zijn, benevens eene som van f 800,000 voor de verbetering van het Zwolsche Diep. Daarbij zullen nog gedurende eenige jaren belangrijke uitgaven ko men voor kazemeering en bewapening der nieuwe vestingen. Uit bovenstaande mededeelingen zal U blijken, Mijne Heeren, dat, zooals te recht onlangs in de Staten- Generaal is opgemerkt, 's Lands financiëele toestand niet zorgwekkend is, maar toch zorg vereischt, en dat wij er ons voor moeten wachten om door den laatstelijk ervaren voorspoed zorgeloos te worden omtrent de lasten eener nabijzijnde toekomst. Blijft voor het oogenblik geen ander raiddel om de begrooting voor 1882 op het papier tot sluiting te brengen mij over dan het meermalen gebezigde eener machtiging tot uitgifte of beleening van vlottende schuld op de Regeering blijft de verplichting rus ten, tot het aanwenden van pogingen om de Staats inkomsten te vermeerderen, maar tevens om tot eene betere verdeeling van lasten te geraken. Ik vertrouw, Mijne Heeren, dat, wanneer het mij mag worden gegeven na afloop van een door mij aangevangen onderzoek, de noodige voorstellen daar toe aan uwe goedkeuring te onderwerpen, ik niet tevergeefs op uwe medewerking, tot bereiking van dat doel, zal mogen rekenen. Telegrammen. CAïRO, 24 September. De khedive zal morgen een decreet, betreffende de nieuwe militaire wet, uitvaardigen. De verplaatsing der regimenten uit Cairo zal dadelijk een aanvang nemen. Die regimenten zullen zich naar Neder-Egypte begeven. De verkiezingen voor de vergadering der natabelen zullen overwijld plaats hebben. Het reglement voor de verkiezingen is eensluidend met dat, toegepast onder de regeeriDg van Ismail. De Kamer zal de organieke wet in gereedheid brengen en hare attri buten omschrjjven. KOPENHAGEN, 24 September. Het in 1852 af gekondigde verbanningsdecreet tegen de leden der familie Sleeswijk-Holstein-Augustenburg is bjj een koninklijk besluit van 21 dezer opgeheven. MADRID, 24 September. Op het paleis alhier wordt verzekerd dat de koningin zich in gezegende omstandigheden bevindt. BERN, 24 September. Het bondsgerechtshof heeft met 6 tegen 3 stemmen in hooger beroep bevestigd het verbod der regeering van het kanton Zurich om het internationale socialistencongres in de stad Zurich te houdeu. BOMBAY, 25 September. Naar men verneemt, heeft de emir van Afghanistan den 22sten aan Ayoeb-khan slag geleverd en hem eene nederlaag toegebracht, die voornamelijk het gevolg was van het deserteeren van twee regimenten. Ayoeb vluchtte naar Herat, met achterlating van geschut en leger tros. Aan beide zijden zijn de verliezen groot. De emir is Candahar nog niet binnengetrokken, doch de plaats is onhoudbaar. LONDEN, 25 September. De Standard" bevat een telegram, gedagteekend Fort Amiel 25 September, en meldende dat de Volksraad van de Transvaal de met Engeland gesloten overeenkomst niet heeft goedgekeurd. LEIDEN, 36 September. De Prins van Oranje, wiens gezondheidstoe stand nog steeds rust noodzakelijk maakt, heeft gisteren niet aan het gala-diner ten hove kunnen verschijnen. Om dezelfde reden heeft Z. K. H. den nieuwen gezant van Portugal en enkele autoritei ten, die gehoor hadden aangevraagd, niet kunnen ontvangen. Het stoomschip „Madura", van Amsterdam, is gisteren te Batavia aangekomen. In de zitting der Tweede Kamer van heden werd de heer Hingst als lid toegelaten. Door den heer Veegens, griffier der Kamer, is, na 61-jarigen landsdienst, ontslag gevraagd. De Voorzitter bracht warme hulde aan de zeldzame talenten, den onver poosden ijver en de groote toewijding van den hoog bejaarden griffier. Ingekomen zijn de volgende ont werpen: Op de provinciale belastingen en twaalf uitzonderingswetten, benevens tot heffing van plaat selijke belastingen - Na discussie werd met 51 tegen 5 stemmen aan den heer Heydenrijck verlof ver leend tot het doen van eene interpellatie op nader te bepalen dag over het voornemen der regeering- in zake de eedsquaestie. Donderdag-middag te 2 uren zal aangevangen worden met het opmaken van een nominatie voor een lid der Rekenkamer. Hedennamiddag sprak de minister van financiën, de heer Van Lijnden, de in dit nommer voorkomende „millioenen-rede" uit. Naar men aan het Hbl. meldt, heeft hij haar, voor zoover van de tribune zichtbaar was, geheel en al uit zijn hoofd voorgedragen, zonder zich ook een enkele maal, zelfs in de halve centen te vergissen. Op het feest ta Brussel heeft de heer Hubrecht namens onzen Koning gisteren den heer Con science de groote gouden medaille van verdiensten met Zr. Ms. borstbeeld versierd, aangeboden, voor diens uitnemende verdiensten jegens de Nederlandsche letterkunde. Ook in verband met de ten aanzien van het leger plaats gehad hehbende veranderingen zijn de bestaande bepalingen omtrent de werving van vrij willigers voor het leger hier te lande ten deele door andere voorschriften vervangen. De instructie op do werving houdt o. a. in, dat zoolang bij een corps vrijwilligers aan de organieke sterkte ontbreken, de commandeerende officier van het corps daarvoor vrijwilligers kan aannemen. - Ter aanvulling van het incompleet kan hij, zoo noodig, door daartoe bevoegde personen vrijwilligers doen aanwerven. - Bevoegd tot het aannemen van vrijwilligers zijn: a. officieren van alle rangen, de gepensioneerde officieren daaronder begrepen- b. onderofficieren- c. oud-militairen beneden den rang van officier, die den militairen dienst op eervolle wijze hebben ver laten en aan wie, door den minister van oorlog, het aannemen van vrijwilligers voor de landmacht is opgedragen. Als vrijwilliger worden, behoudens enkele uitzonderingen, alleen ongehuwde personen (Nederlanders en vreemdelingen) aangenomen, die niet jonger dan 18 en niet ouder dan 36 jaren zijn. - Personen, die vroeger bij het corps mariniers of bij de landmacht hier te lande, of wel in Oost- of West-Indië, hebben gediend, kunnen boven den leeftijd van 36 jaren als vrijwilliger worden aange nomen. De minister van oorlog zal tevens, indien bjj dit oorbaar acht, gehuwde personen, weduwnaars met kinderen, en jongelingen beneden den leeftijd van 18 jaren als vrijwilliger bij de corpsen doen aannemen. Niemand wordt als vrijwilligor aange nomen, die, minderjarig zijnde, niet heeft overgelegd een behoorlijk gelegaliseerd bewijs, afgegeven door den vader, den voogd of de moeder - voogdes. - Vrijwilligers beneden den leeftijd van 17 jaren moeten zich voor den tijd van acht jaren verbin den. Het blijft een der eerste plichten van de corps- commandanten, om, door gepaste maatregelen, het aanwerven van vrijwilligers tot het voltallig houden van het corps onder hun bevel te bevorderen. Programma's wan muziekuitvoeringen. Zomerzorg. Dinsdag 27 September 1881, 'b avonds te zeven nren, onder directie van den heer J. H. Völlmar. ltteafd.N#. 1. Kriegsmarsch der Priester ana A thai ia", Mendelssohn2°. Ou- vertore „Ossians Nachklaoge", Gade; 8°. „Prenet each dee Le- bens", Walzer, Joh. Strauss; 4°. Doo Concertant" voor twee Violen, Alard 5°. Fantaisie uit de Opera „Lohengrin" van R. "Wagner, Sonntag. 2de afd.: N°. 6. Ouverture „Mignon", Thomas; 7°. Fantaisie brillante, voor Piston, Arban; 8°. „La Parisienne", Concert Polka, Dnnkler; 9°. Serenade, voor flnit en Hoorn, Titt'l; 10. Fantaisie uit de „Sommernachtstranm", Mendelssohn. Eerste Huwelijksafkondiging van 25 September. J. J. S. De Beer jm. 21 j. en J. Nieuwenburg jd. 20 j. F. L. R. De Thouars jm. 31 j. en A.M. Moonenwed.42j. A. Van Buuren jm. 26 j. en S. Sommeling jd. 25 j. H. A. Lasschuit jm. 80 j. en C. E. Sshulte jd. 27 j. J. Gip- hart jm. 26 j. en A. Saraa jd. 30 j. H. De Vos jm. 23 j. en J. Verschoor jd. 23 j. G. H. Van Linden jm. 28 j. eu M. T. J. Van der Stegheleu jd. 30 j.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 3