Maandag 18 Juli. N°. 6568. A". 1881. Derde Blad 1.4a Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. DAGBLAD. ■Mi PRIJS DEZER COURANT: Veor Leiden per 8 meenden.1.10» Franco per post. A&ouderlijke Nommers.a OAS. PRIJS DER AD VERTES TIEN: ▼an 1—6 regelt.1.0B. Iedere regel meer0.17$ Grootera letten naar plaatsruimte. Gemengd Nieuws. P Eene zeer zonderlinge geschiedenis wordt uit het Fransche gehucht Saint-Anet, bij El- boeuf, gemeld. Eene 25-jarige arbeidster in een lakenfabriek aldaar heeft getracht haren man door ophanging van het leven te berooven en dat wel met een overleg en een koelbloedigheid een betere zaak waardig. Na den avond te voren een kleinen beitel in een balk van de zoldering vastgeslagen en daaraan een koord met loopenden strik vastge maakt te hebben, zette zij den volgenden morgen juist onder die sombere toebereidselen een tafel en noodigde nu haar echtvriend allervriendelijkst uit daarop plaats te nemen. Zij verklaarde dit vreemde verzoek door haren wensch om manlief op haar gemak de maat voor een vest en pantalon te nemen. Terwijl zij nu schijnbaar druk bezig was met passen en meten, wierp zij eensklaps haren man den strik om den hals, sprong in een oogwenk op den grond en trok de tafel weg. Daar hing nu manlief in de ledige ruimte te bengelen en zou onge twijfeld binnen eenige minuten aan verstikking over leden zijn, zoo het koord niet gebroken was. Toen de misdadige vrouw zag dat haar toeleg mislukt was, smeekte zij haar man om vergiffenis, met de belofte van het nooit weer te doen. De justitie kwam echter achter de zaak en heeft hare onmiddellijke inhech tenisneming bevolen. Griscom werd gedurende zijn 45 da gen vasten 49 s/4 pond lichter. Tanner verloor in 40 dagen 36| pd. aan gewicht. Op den eersten dag was bij Griscom de pols 84, de temperatuur 100; op den laatsten dag was de pols 66, temperatuur 98. Alleen op den 37sten dag leed hjj veel aan misselijkheid ten gevolge van de hitte. Gemiddeld gebruikte hij in 24 uren 32 ons water. Te Windsor is de groote revue gehou denvan 53,000 vrijwilligers. Ontzaglijk veel toeschou wers waren tegenwoordig. De bladen zijn het er over eens, dat men alle reden had om over de houding en manoeuvres der troepen tevreden te zijn. Zij doen bovendien uitkomen dat, al kunnen andere landen veel meer soldaten bijeenbrengen dan Enge land, in geen enkel land zulk een aantal vrijwil ligers, mannen, die voor hunne eigene uitrusting zorgen, bijeengebracht kunnen worden. De hitte was niet buitengewoon; toch wordt er weder van eenige gevallen van dood door zonnesteek mel ding gemaakt. Het „Deutsches Montags-blatt" bevat eene merkwaardige beschouwing over de oorzaken en waarschijnlijke gevolgen van den aanslag op den president Garfield, waaraan wij het volgende ont- leenen Uit alle depeches blijkt duidelijk dat geen politieke partij of fractie aan de misdaad schuld heeftmaar dat de aanslag een noodwendig gevolg is van de politieke toestanden in Amerika. - Aan hen die met de geschiedenis van Amerika be kend zijn, zal de bewering niet vreemd voorkomen, dat Garfield, ook zonder den kogel van een sluip moordenaar, toch onder de eindelooze vervolgin gen der baantjesjagers zou bezweken zijn. Twee Amerikaansche presidenten, Taylor en Harrison, stierven weinige maanden na de aanvaarding van hun ambt, afgemat door de plagerijen van buitbe- geerige lieden. Het gold namelijk tot nog toe als eene rationeele eigenaardigheid van Amerika, dat de politieke overwinnaar zich op de meest brutale wijze ook den buit toeëigent. Beoogde men oorspron kelijk daarmede slechts de politieke heerschappij te bevestigen, zoo werd later de strijd „om der wille van het smeer" gevoerd, en terwijl vroeger slechts de groote partijen om de tastbare voordeelen van den strijd tegenover elkander stonden, hebben zich later de republikeinen en democraten in frac ties gesplitst die eerst gezamenlijk om den buit zelf en later onder elkander over de verdeeling er van strijden. Op het laatst is het zoover gekomen dat ieder tot deze of gene partij behoorend individu het als zijn goed recht beschouwt op een belooning te kun nen aanspraak maken, die dan uitsluitend gezocht wordt in het bekomen van een of ander baantje. Yan al de duizenden, die noodzakelijkerwijze teleur gesteld moesten worden, heeft er eindelijk één op gruwzame wijze de onhoudbaarheid van een stelsel aangetoond, dat op zoo onzekere grondslagen rust. Yoor Amerika zal de aanslag op Garfield - hoe treurig ook op zich zelf - ongetwjjfeld een zegenrijk gevolg hebben. Datgene waarnaar de voortreffe- lijksten uit de natie jaren lang vergeefs gestreefd hebben, zal nu door honderdduizenden met aandrang gevorderd worden. Het schot dat Garfield trof, heeft de Amerikanen uit hunne zorgeloosheid opgewekt en het buitstelsel in Amerika in het hart getroffen. Garfield zal, al sterft hij, als martelaar blijven voort leven, te meer daar zijn bestaan in de laatste maan den slechts een onophoudelijke strijd tegen de baan tjesjagers geweest is. Zonder den aanslag zou het walgelijk schouwspel, dat sedert een halve eeuw de verkiezingen in Amerika aanbieden, zich nog een halve eeuw lang herhaald hebben, tot de Yereenigde Staten aan den rand van een zedelijk bankroet zouden geraakt zijn. Een ernstig ongeval is Yrijdag-avond in de kazerne Latour-Maubourg voorgevallen. Een honderdvijftig soldaten waren daar in een zaal ver gaderd om de kunsten van een goochelaarster te bewonderen, toen plotseling de vloer instortte en het meerendeel der soldaten naar een lagere ver dieping tuimelde. Enkele soldaten en ook de gooche laarster wisten zich aan de vensters vast te klampen en moesten geruimen tijd in die minder aangename houding blijven hangen. Verschillende soldaten, die tusschen de banken en planken lagen, waren doode- lijk gekwetst en veertig hadden lichte kwetsuren opgeloopen. INGEZONDEN. Epidemie. „De wet op de besmettelijke ziekten behoort zeker tot de meest impopulaire wetten van Nederland", schreef onlangs het Rotterdamsch Nieuwsblad. Vol komen zijn wij dit met dat orgaan eensniet alleen een van de minst populaire, maar ook een van de slechtst uitgevoerde wetten is zij. "Wij zouden haar dan ook niet tot onderwerp onzer bespreking maken, zoo niet juist thans hier ter stede de toepassing dier wet duidelijk blijkt en wij met eene epidemie bezocht zijn. De mazelen, die hier epidemisch verklaard zijn, zijn wel de meest onschul dige van alle besmettelijke ziekten, maar ook bij deze kan men niet altijd zeker zijn van een gun- stigen afloop en te spotten met mazelen, zooals wij dikwijls hebben hooren doen, is zeer stellig af te keuren. Wij willen hier niet onderzoeken of de wetgever goed deed toen hij de bekende maatregelen voor schreef ter voorkoming van besmettelijke ziektewij ontzeggen zelfs aan de practijk, zooals zij tot dusver veelal geweest is, het recht uitspraak in dezen te doen. Reeds wezen wjj er op dat deze wet zoo slecht wordt uitgevoerd er is ons eene gemeente bekend waar zij niettegenstaande de meest onvolledige uit voering de beste resultaten schijnbaar afwerpt. De daar getroffen regeling is zeer eenvoudig. Van een geval van besmettelijke ziekte wordt geen aangifte gedaan - tenzij het natuurlijk al te ruchtbaar is; wordt de patiënt beter, dan kraait er geen haan naar, sterft hij, dan weet de dokter wel een ziekte te vindeD, waaraan hij geacht wordt overleden te zijn. Het gevolg is dat in die gemeente sinds de invoe ring der wet zeer weinig personen, nominaal althans, aan besmettelijke ziekte stierven. De statisticus, die dit opmerkt en niet van de omstandigheden op de hoogte is, wijst u nu op de heilzame werking der wet, maar het zij ons nog geoorloofd die statistiek als van nul en geener waarde ter zijde te leggen. Stellig er is een groote fout in de wet, nl. dat zij aandruischt tegen de nationale zeden. De winke lier is doodsbang voor het verloopen van zijn nering zoodra het gemeente-biljet aangeplakt moet worden de huismoeder weet zich geen raad met de kinderen, die nu gedwongen vacantie hebben en zelfs hjj, die geen van deze bezwaren heeft, maakt toch dikwijls scrupules, omdat het in zijne oogen eenigszins schande is, zoo publiek als „besmettelijke zieke" te worden geafficheerd. Toch geeft dit nog geen reden de wet onvoor waardelijk af te keuren. Waar de volksovertuiging zoo bepaald verkeerd is als hier, daar behoeft de wetgever zich er niet om te bekommeren. Alleen het bezwaar onzer huismoeders zou o. i. kunnen wegen, de andere daarentegen zullen blijken slechts denkbeeldig te zijn. Eene geringe opoffering zal altijd wel noodig zijn, doch het algemeen belang is het toch wel waard dat een ieder op zijn beurt zich dit getroost. Toch blijft aan de wet, zooals zij thans is, een groot bezwaar kleven. Dit bezwaar is van moreelen aard. Talloos zijn de ontduikingen; mon geeft de ziekte niet aan, of men tracht het biljet op zulk een plaats te bevestigen, dat het aan het publiek niet in de oogen valt, Dit laatste wordt gemakkelijk voorkomen doordien, zooals hier ter stede, een agent van politie zelf het biljet aanplakt. Het eerste is moeielijker, en werkt nadeelig zooals op den duur alle wetten nadeelig werken, die niet worden toegepast. Eerbied voor de wet moet in de eerste plaats elk burger vervullen, hij moge de wet dwaas vinden, zelfs onrechtvaardig; dit geeft hen nog geen recht zich boven de wet te stellen. Dwangmaatregelen zullen in dezen niet bateneene boete kan evengoed ontdoken worden als een biljethet eenige wat helpt, is dat een ieder ten allen tijde zijne afkeuring over de wetsontduiking luide te kennen geeft en, zoo hij zelf voor het geval staat, natuurlijk in practijk brengt wat hij als theorie verkondigd heeft. Toen in de Kamer een smet op de eerlijke aan gifte der belastingen te Leiden werd geworpen, ontbrak het niet aan protesten. Leiden beweerde, en terecht, dat zijne inwoners niet voor eeDige guldens met hun zedelijkheidsbeginsel braken. Daarom doen wij thans op hen een beroep, opdat men ook kunne zeggen, dat het zedeljjkheidsbeginsel: eerbied voor de wet, hier bij de meest onschuldige epidemie en bij de meest impopulaire wet zelfs gebleken is. Mocht Leiden onverhoopt later door eene meer ernstige epidemie geteisterd worden, dan zal men zich nu reeds aan de wet hebben gewend en de zegenrijke gevolgen zullen niet achterblijven. M arktberichten. Leiden, 16 Juli. Ter markt werd heden aangevoerd: Tarwe 9 hectoliter. Wintertarwe f 10.a f 10.60. Zomer- tarwe f 9.a f 9.60. Rogge 11 II. L. Winterrogge f 8.50 a f 9.Zomerrogge f 7.60 a f 8Gerst 9 H. Ij. Zomergerst 5.50 a f 6.Chevalier-gerst f 7.26 a f 7.75. Haver 11 H. L. Zware Haver f 5.a f 6.50. Lichte Haver f 4.25 a f 4.50. Duivenboonen 5 hectol. f 8.50 a f 9.25. Paardenboonen 5 hectol. 8.s 8.50. Boter kilogr., 1ste qualit. 1/4 vat f 58.a 62. 2de qnalit. 1/4 f 52.a f 56Boter lat» qualit per kilogr. f 1.45 a ƒ1.55., 2de qnalit. per kilogr. f 1 80 a f 1.40 Lange Zwarte Tnrf 28,000 dnbb. hectol., f 0.17 a f 0.20. Londen, 15 Jnli. Petroleum. Voorraad 55,316 v. geraff. Lijnzaad. Aanvoer 5887 qr. Friesche Boter 108/Suiker, Havana n°. 12.25/6,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 1