N°. 6525. Vrijdag 527 Mei. A0. 1881. Deze Conrant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Veer Leiden per S maanden1.10. France per post1.40. ALonderlijke Nommers.0 0.05. PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 16 regels.1.05. Iedere regel meert 0.17}. Grootere lettere naar plaatsruimte. RTADS-BERICIITEN. Oproeping van tie verlofgangers der Nationale militie, tot het bijwo nen der INSPECTIE. BURGEMEESTER cn WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien 1-ct besluit van den Heer Commissaris des KoniDgs in de provincie Zuid-Holland, van den 19den April 1SS1, A. N°. 76G/1 (2de afd.), Provinciaal blad N°. 32, houdende regeling van het onderzoek der verlofgangers van de Militie le land-, Roepen dientcDgevelge op: al de binnen deze gemeente geves tigde verlofgangers der Militie te land, van de lichtingen van 1877, 1878, 1879 en 1SS0, die vóór den Is/en Aprill.l. in het genot van onbepaald verlof zijn gesteld, met uitzondering alleen van hen, die in de maand Juni e. k. in werlcelijken dienst moeten komen, om te verschijnen in het INVALIDENHUIS ingang door de KOPPENHINKSTEEG aan de zijde der HÓOGLANÜSCHE KERKGRACIIT), ten einde door den Heer Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd, en wel: de verlofgangers beboerende tot de lichtingen van 1877 en 1878, op Woensdag lien Ssten Juni 1881, des voormiddags te halftici), en die behoorende tot de lichtingen van 1879 en 18S0, op deuzslfden dag, des namiddags te één uur; in uniform gekleed en voorzien van de kleeding- en uitrusting stukken, hun bij het vciirek met verlof medegegeven, alsmede van hunut zakboekjes en van huaDC verlofpassen. Burgemeester en Wethouders vermanen de betrokken verlof gangers, aan deze oproeping nauwkeurig te beantwoorden, te zorgen dat hunne kleeding en uitrusting in goeden staat worden voor gesteld, alsook om zich, bij het gaan naar de plaats voor het onder zoek bestemd, gedurende het onderzoek en bij het naar huis keeren, ordelijk te gedragen en alzoo zich te vrijwaren voor de toepas sing der strafbepalingen, vermeld bij de artt. 130, 141145 der Wet van 19 Augustus 1861 Staatsblad n°. 72), daar onge regeldheden als anderszins, zoolang de manschappen in uniform zijn geiteed, worden gestraft volgens het Crimineel Wetboek en het Reglement van krijgstucht voor het krijgsvolk te lande. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leidon, DE KANTER, Burgemeester. 25 Mei 1881. E. KIST, Secretaris. EE 119EN, 25 Mei. Heden is aan do universiteit alhier de heer W. Pauw, geb. te Edam, bevorderd tot doctor in de geneeskunde, met academisch proefschrift, get.: „Iets over enucleatio bulbi." Gelijk men woet, bestond het voornomen om hot Monument van Leidens Ontzet den 3den October a. s. te onthullen. In hoeverre daaraan uitvoering zal worden gegeven, is ons niet bekend. Toch is het zeker in verband met dat vermoedelijke plan niet onaardig op te merken dat het hedennacht, van 25 op 26 Mei, de datum is waarop de Spanjaarden, na den slag op de Mookerheide, onverhoeds voor de tweede maal, door hun terugkeer in hun vroe ger kwartier te Leiderdorp, het beleg voor Leiden sloegen, juist twee maanden nadat de stadspoorten bij het opbreken van het eerste beleg waren opengezet. Niet mej. J. G. F. Van Ewijk alhier, maar de heer die dezen naam draagt, is bij het onderwijs te "Wageningon benoemd. Het bestuur der Kweekschool voor Zeevaart te Leiden bericht dat gedurende de maand Juni in voornoemde inrichting dagelijks jongens kunnen worden aangenomen die eeno verbintenis in 's Rijks zeedienst wenschen aan te gaan. De vereischte leef tijd is van 13l/2 tot 16 jaar. - Inlichtingen zijn op franco aanvraag te verkrijgen bij den Directeur. Eene vergadering, ten doel hebbende het op richten van een Hollandsche Sociëteit te Parijs, door een 5-tal jonge Nederlanders belegd, werd Zaterdag-avond aldaar in het „Café Riche" gehou den. Bijgewoond door den consul der Nederlanden, werd na eenige discussie bij acclamatie hot hoofdbe ginsel goedgekeurd en benoemde de vergadering eene commissie van jongeren en meer bejaarden om de statuten op te maken en alsdan een nieuwe ver gadering te beleggen. Ongeveer 40 personen namen -deel aan deze bijeenkomst. Blijkens het voorloopig verslag omtrent het ontwerp tot aanvulling van de wet tot regeling van den dienst en het gebruik der spoorwegen isnage- aoeg algemeen in de afdeelingen de wenschelijkheid erkend om zooveel mogelijk het gevaar van brand op heide- en boschgronden, langs onze spoorwegen, zooveel doenlijk te keeren, althans te verminderen Men wenschte gaarne te weten hcevele en welke bosch- en heidebranden in het afgeloopen jaar door het vuur van do locomotief veroorzaakt zijn, - welke middelen elders, bepaaldelijk in Duitschland, daar tegen met vrucht zijn aangewend, - welke verplich tingen door deze voordracht aan de spoorwegmaat schappijen worden opgelegd en welke de financiëele gevolgen daarvan kunnen zijn. Volgens velen was het aan twijfel onderhevig of de Staat wel het recht bezit tot het geven van voorschriften als deze wet bevat. Derogeert men daardoor aan de contracten door den Staat gesloten met exploiteerende maat schappijen of zullen deze schadeloosstelling kunnen .vragen Over ue doelmatigheid der aan te wendon mid delen was het oordeel verdeeld. Velen meenden dat het doel beter zou te bereiken zjjn door aan vuur haard en schoorsteen der locomotief de noodige in richtingen aan te brongen, waardoor de verspreiding van vonken en vuur zou worden belet. Eindelijk werd gevraagd of bij het tot stand komen van dit ontwerp de eigenaar, die schade heeft beloopen, vergoeding zal kunnen vorderen op grond dat de voorgestelde maatregelen niet of gebrekkig zijn uitgevoerd. De commissie van rapporteurs, het ontwerp houdende bepalingen omtrent de uitgifte van schat kistpromessen voldoende voorbereid achtende, heeft een amendement ingediend op art. 9, strekkende o. a. om de ongebruikte en niet vernietigde formu lieren bij de.algemeene rekenkamer terug te brengen. In eene lijvige Nota hebben do heeren Wintgens en Van Nispen de redenen uiteengezet, waarom zij zich niet kunnen vereenigen met de zienswijze en conclusie der overige leden van de commissie ten aanzien der conversiequaestie. Zij zien in dat rap port geen onbevooroordeeld onderzoek der vraag of bij de circulaire van den gouv.-gen. van 15 Aug. 1880 (waarvoor de min. van koloniën zich verant woordelijk stelt) aan de sinds 1872 hangende over wegingen betreffende de conversie, al of niet, eene met de tegenwoordige tijden en omstandigheden strookende oplossing is gegeven, eene oplossing vooral, die behoorlijk rekening houdt met de wen schen, belangen en behoeften der inlandsche be volking. Zij komen op tegen het „proces de tendance" in het koloniaal verslag gericht tegen den tegenwoor- digen minister van koloniën. Zij oordeolen op ver schillende gronden dat de antwoorden der Indische autoriteiten op de hun gestelde vragen ten volle de circulaire van 20 Aug. 1880 rechtvaardigen. Er kan h. i. ook geen sprake zijn van misbruiken en ongerechtigheden bij converse; evenmin zijn dus regelen noodig om zoodanige misbruiken en onge rechtigheden te voorkomen. Aan de rapporten der Indische ambtenaren moet wel degelijk geloof wor den toegekend; zij verdienen geen minachting, te minder omdat duidelijk blijkt dat de persoonlijke meeningen der stellers over de wenschelijkheid eener conversie zeer uiteenloopen. Da strekking der jongste circulaire van den gouv.- gen. wordt h. i. ten eenenmale miskend wanneer men haar als vijandig aan deze ^oplossing van het communiaal bezit voorstelt. Zij verdedigen deze circulaire nader in het belang van den Javaan, be strijden de door de meerderheid verlangde koloniale verordening als nadeelig en stellen ten slotte een eenvoudige conclusie voor tot aanneming voor kennisgeving en dankzegging voor de overgelegde rapporten. Voor de gecombineerde Noordsche buurten en Voordijksche polders onder Zevenhoven zijn gekozen tot voorzitter de heer S. Yan Driel, tot lid de heer G. Yan der Wcijden; voor den polder Nieuwkoop, gelegen onder de gemeenten Nieuwveen, Zevenhoven, Nieuwkoop, Aarlanderveen en Ter-Aar: tot heem raden of leden de heeren J. Yeenman en A. Cats. Do bekende roman „De Dolftsche Wonderdok ter", van mevrouw Bosboom-Toussaint, is thans ook in het Duitsch vertaald en te Hamburg uitgegeven. De vertaalster is mevrouw M. Karstens, en prof. Yan Oosterzee heeft de uitgave met een voorwoord verrijkt. Te Nieuwe-Niedorp heeft zich eene commissie gevormd om don 300-jarigen gedenkdag van de afzwering van koning Philips den 26sten Juli fees telijk te vieren. Te Amsterdam zal een liefhebberij- tooneelgezelschap Schimmels „Joan Woutorsz" op voeren. Reeds is gemeld dat het voornemen bestaat om bij de schepelingen der marine beneden den. rang van onderofficier een verandering in de uniform te maken. 'Het Vad. verneemt dat het plan bestaat om de verandering te brengen in het model van het buis en van de zoogenaamde „branikraag". De licht blauwe kleur zal echter behouden blijven. Bij het departement van marine bestaat verder nog het plan om voor het groot-tenue der officieren de thans aan genomen jas weder evenals vroeger door een rok te doen vervangen, met welke uniform-verandering de belanghebbenden ingenomen moeten zijn. De minister van binnenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in den loop der maanden Juni en Juli a. s. gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen der examens, ter verkrijging van een getuigschrift als apothekersbe diende. Zij zullen worden afgenomen te Kampen en te Middelburg. Tevens brengt dezelfde minister ter kennis, dat in den loop der maand Juli a. s. gelegenheid zal worden gegoven tot het afleggen der examens, ter verkrijging van een getuigschrift als vroedvrouw. Zij zullen worden afgenomen te Leiden. Aanmelding vóór 30 Juni a. s., schriftelijk, aan den inspecteur voor het geneeskundig staatstoezicht voor de provin cie Zuidholland, dr. L. J. Egeling te 's-Gravenhage. Nadere bijzonderheden bevat de Staatscourant van heden. De audiëntie van den minister van waterstaat zal Donderdag niet plaats hebben. Z. M. heeft benoemd: tot lid en voorzitter der commissie, welke gedurende één jaar, met in gang van 1 Augustus a. s., belast zal zijn met het afnemen van de practische examens van arts en tandmeester, dr. S. S. Rosenstein, hoogleeraar te Leiden; tot lid en secretaris, M. R. Timmerman, dirigeerend officier van goz. 2de kl. te Amsterdam tot leden: dr. A. E. Simon Thomas, hoogl. te Leiden; dr. T. Halbertsma, hoogleeraar te Utrecht; dr. J. W. R. Tilanns, hoogleeraar te Amsterdamdr. J. E. Yan Iterson J.Azn., hoogl. te Leiden; dr.D. Doyer, hoogleeraar te Leiden; dr. II. A. Kooyker, hoogleeraar te Groningen; dr. E. A. Van der Burg, hoogleeraar te Leiden; dr. C. L. G. Becht, te 's-Gravenhagotot plaatsvervangende ledendr. H. Hertz, hoogleeraar te Amsterdamdr. G. D. L. Huët, hoogleeraar te Leiden; dr. C. L. Wurfbain, hoogl. te Amsterdamdr. H. J. Ranke, hoogl. te Groningen; dr. P. J. Barnouw, te Amsterdam; dr. H. Snellen, hoogleeraar te Utrecht; dr. H. Wefert Bettink, hoogl. te Utrecht; dr. Th. Dentz, lector aan's rijks universiteit te Utrecht; - tot lid en voorzitter der commissie, die, gedurende één jaar, met ingang van 1 Augustus a. s., belast zal zijn met het afnemen van de practische examens van apotheker, dr. R. S. Tjaden Modderman, hoogleeraar te Groningen; tot lid en secretaris, dr. P. C. Plugge, hoogleeraar te Groningen; tot plaatsvervangende leden: dr. J. Ariens Kappers, leeraar aan de Rijks Hoogere Bur gerschool te Sappemeer; Th. E. Yan Dijk, apo theker aan het academisch ziekenhuis te Groningen- 1°. den tijd van duur der detacheering bij het wapen der inf. van het leger in Indië, van den kapitein N. W. Hofstede, van het wapen der inf.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 1