Er heeft weder eene hevige ontploffing in de Whitfield steenkolenmijn plaats gehad, waarbij 17 personen omkwamen. Te Saint-Laurent-d'Arce, bij Bordeaux, zijn drie kinderen uit één gezin het slachtoffer ge worden van een vergissing van den apotheker. De man had, in plaats van het voorgeschreven onschul dig geneesmiddel, strychnine gezonden. De beide jongste kinderen, een jongetje van twee en een meisje van vier jaren, stierven onmiddellijk; het oudste, een meisje van zes jaren, verkeert in levensgevaar. Op den faubourg Saint-Germain te Parijs heeft zich oen „tailleur" voor honden gevestigde Op een prachtig bord boven de deur zijner woning staat met gulden letters: „Pierre Antoine, kleeder maker voor honden uit de eerste standen." Zoo iemand, dan mag de heer Antoine wel een specialiteit genoemd worden. In het „Hotel des Etrangers" te Parijs was sedert een veertien dagen een jeugdig vreem deling gelogeerd, van zeer beschaafde manieren, die zich op de lijst der gasten onder den naam Delalain had laten inschrijven. Eergistermorgen bracht oen brievenbesteller hem een aangeteekenden brief, en toen de man, na dien volgens gewoonte den vreemdeling op zijn kamer te hebben gebracht, zich wilde verwijderen, ontving hij eensklaps van dezen verscheidene messteken op het hoofd en in den hals. Een vreeselijke strijd ontstond nu tusschon den moordenaar en den besteller, die tegelijk zijn leven en zijn portefeuille vol brieven met gelds waarde te verdedigen had. Het einde was dat op het hulpgeschreeuw van don moordenaar de be dienden van het hotel kwamen toeschieten, waarop de aanvaller zijn mes wegwierp en op den loop ging. Als een pijl uit den boog rende nu de ver volgde moordenaar de straten door en zou waar schijnlijk ontkomen zijn, zoo niet een Italiaansch schildersknecht, die op een steiger voor een huis nabij de Galerie Vivienne zijn werk verrichtte, in een paar vlugge sprongen naar beneden was ge komen en hem moedig den weg had versperd. De in het nauw gebrachte vluchteling haalde nu een revolver te voorschijn en schoot dien a bout portant op den Italiaan af, die echter met de vlugheid aan zijn landaard eigen, op zijde week, zoodat de kogel hem slechts even den wang raakte en vlak naast een melkmeisje, dat van schrik flauw viel, in den muur van een huis terecht kwam. Thans van alle kanten omsingeld en geen kans meer ziende te ontkomen,'schoot de moordenaar zich door de her senen, en stierf eenige oogenblikken later. De brie venbesteller heeft in den ongelijken strijd verschei dene ernstige wondon ontvangen, doch zal er het leven waarschijnlijk afbrengen. Het doel van den onbekend gebleven moordenaar is blijkbaar geen ander geweest dan den besteller te vermoorden en zoo de portefeuille met aangeteokende brieven mach tig te worden, die eene waarde van 180,000 fr. bevatte. De aangeteekende brief aan den moordenaar gericht was door dezen zeiven geschreven en verzonden. Telegraphischeborichten uit Charleroi, in België, vermelden een vreeselijke mijnramp, dit maal in de mijnen van Marcinelle voorgevallen. Terwijl een 200-tal werklieden in de groeve N°. 6 aan den arbeid was, werden gisteren, te halftweo in den morgen, de bewoners in den omtrek op ge schrikt door een hevige ontploffing, gevolgd door twee niet minder geweldige, die tot in Marchienne en Roux duidelijk hoorbaar waren. Met ontzetting bemerkte men dat een geweldige brand aan de opening der kuil was uitgebarsten die het onmoge lijk maakte de ongelukkigen te naderen, waarbij tot overmaat van ramp nog kwam dat de trommel van den toestel tot aanvoer van versche lucht ver nield was. Een zeer zwakke hoop bleef nog over, nl. om door een zijgang in de groeve N°. 12 de opgeslotenen tijdig te bereiken. Met bovenmensche- lijke inspanning toog men aan het werk en na 5 uren onverpoosden arbeid werd die hoop verwezen lijkt. Onder een onbeschrijfelijke spanning der aan wezigen, meest allen familieleden, kwamen lang zamerhand de mijnwerkers uit de opening te voor schijn, ongelukkig niet allen; 11 ontbraken er bij het appel. Te tien uren baalde men de eerste lijken op, en te 12 uren was het getal er van tot negen gestegen, waaronder twee vrouwen (zusters.) Gis teravond werden nog twee mannen vermist. De lijken dragen niet het minste spoor van brandwon den; blijkbaar zijn de ongelukkigen door verstik king om het leven gekomen. Eene dergelijke ontploffing bad ook plaatsgehad to Warquignies, mode in Henegouwen, waarbij tien werklieden zwaar gekwetst werden. BUITENLAND. Frankrijk. De publieke opinie in Frankrijk spoort bet gou vernement aan om strenge maatregelen te nemen tot onderdrukking van de in den laatsten tijd her haaldelijk voorkomende strooptochten van Tunesische stammen op Algerijnsch grondgebied. Het gouver nement toont zich bereid om die aansporing ter harte te nemen en de wapeningen zijn op groote schaal begonnen. Intusschen is het voor velen geen geheim, dat men hier te doen heeft met meer dan op zich zelf staande strooptochten, welke geschieden buiten weten van den bey, geljjk Italië aan Europa tracht wijs te maken. Het geldt hier een toeleg van Tunis om Frankrijk te bemoeilijken in zijn werk van kolonisatie in Algerië en de bey van Tunis wordt in deze gesteund door de Italiaansche regee ring, die sedert eenigen tijd deu voorspoed van Frankrijk, welke voor een groot deel te danken is ook aan zijne Afrikaansche bezittingen, de voorraad schuur van granen enz., met wangunstige oogen schijnt aan te zien. - De Engelsehe „Times" tracht het ministerie-Gladstone te beduiden, dat Engeland niet mag toestaan dat Frankrijk Tunis tuchtige en zijn Algerijnsch grondgebied uitbreide ten koste van den bey, omdat, zegt het blad, Engeland den Sultan de integriteit van zijn rijk heeft gewaarborgd en Tunis, zij het ook door losse banden, van Turkije afhankelijk is. - De Algerjjqsche bladen doen uitkomen dat de thans ondernomen beweging strekt tot wettige zelf verdediging, en dat de bey van Tunis gehouden is, zijne troepen bij de Fransche te voegen, ter gestrenge bestraffing der Krumirs en ter werkdadige bescher ming der spoorwegenzijne onthouding zou met eene verklaring van vijandige gezindheid gelijkstaan. Eene Commissie, bestaande uit drie Tunesi sche legerhoofden, werd gisteren in het Fransche kamp verwacht. Naar men meldt, schijnt er weinig kans op een goeden uitslag der onderhandelingen te bestaan. Diiïtselilamcl. Uit Hamburg wordt gemeld dat de burgerschap, overeenkomstig het voorstel van den Senaat, eene commissie van 9 leden, en uit Bremen dat ze aldaar een commissie van 12 leden heeft benoemd, aan welke is opgedragen, met een comité uit den Senaat te beraadslagen over de vrijhaven-quaestie. Bij deze opdracht is bepaald dat het comité uit de bur gerschap heeft te constateeren onder welke voor waarden eene aansluiting bij het tolverbond mo gelijk zou zijn. Magnus, de Duitscho gezant te Kopenhagen, die wegens zijn houding tegenover Sarah Bernhardt Bismarcks toorn gaande maakte, is ontslagen en door Philippsborn vervangen. Spanje. Andorra, is volkomen geblokkeerd; de inwoners hebben levensmiddelen voor drie maanden en schijnen niet geneigd toe te geven. Zij, die naar Spanje vluchten, worden gearresteerd. Er is een inschrijving geopend voor de nood lijdenden door de overstrooming in de provincie Sovilla. Men zegt dat 30,000 personen gebrek heb ben aan alles. De schade wordt op 2,400,000 gul den geraamd. G2 i-oot-ITriraimië. Yan de „Encyclopaedia Brittannica" is dezer da gen het 12de deel (Hir-Ind) verschenen en bevat, wat de rubriek „Holland" betreft, bjjdragen over Geography van de hand van prof. C. M. Kan; History, van G. W. Kitchin; Language, van J. B. Yinckers en dr. J. H. Gallée, en Literature, van E. W. Gosse. Deze uitgebreide Encyclopaedie, onder redactie van prof. Thomas Spencer Baynes, ver schijnt te Edinburg bij Black. 5S>veden en Noorwegen, Indertijd is tusschen de Zweedsche Storthing en den Koning een conflict ontstaan aangaande het veto in de constitutioneele quaestiën. Dat conflict werd ter beslissing opgedragen aan de rechtsgeleerde faculteit der universiteiten van Upsala en Christiania, die beide verklaard hebben dat den koning een on begrensd veto toekwam ten aanzien van al de plannen tot herziening der grondwet, zoodat de Storthing thans het recht niet heeft om, zonder de bekrachti ging des Konings, kracht van wet te geven aan haar besluit in de quaestie betreffende den Raad van State. Die beslissing zal vooral daarom veel indruk maken, daar zij met algemeene stemmen is genomen, terwijl twee der leden van de rechtsge leerde faculteit te Upsala en Christiania vroeger een ander gevoelen waren toegedaan. Rusland. Heden zou er eene ukase worden uitgevaardigd, waarin generaal Ignatieff, vroeger gezant te Kon- stantinopel, als opvolger van den minister Lieven benoemd wordt tot minister vau domeinen. Men zegt dat generaal Tschernajeff, bekend uit den oor log in Servië, benoemd zal worden tot gouverneur van Orenburg. Er zal te St.-Potersburg eene bijzondere mili taire wacht worden georganiseerd, die, evenals tij dens don Turkschen oorlog, voor de veiligheid vau den persoon des keizers waken, en dienst doen zal, daar waar Z. M. zijn verblijf houdt. De behandeling van het proces tegen de moor denaars van den czaar is niet opnieuw verdaagd, aangezien Kobaltschitsch zijne schuld ten volle heeft bekend en niet voornemens was, van den hem bij de wet toegestanen termijn van zeven dagen, tot het oproepen van getuigen a decharge, gebruik te maken. Het aantal getuigen in deze zaak is thans tot 80 geklommen. Transvaal. De „Daily News"-correspondent in de Trans vaal schrijft dat Joubert en de Boeren zich zeer waardig hieldenzij waren volstrekt niet in de wol ken over hun overwinningen en betreurden het ver goten bloed. Joubert zeide in een gesprek o. a. „Wij vochten niet, zooals uw officieren dat doen, om een kruis of ridderlint; wij vochten, hoewel noode, voor onze vrijheid, voor onze haardsteden, voor het land, waarvoor onze voorouders het leven lieten." Joubert herinnerde er aan, dat hij steeds defensief was te werk gegaan, dat hij zijn troepen van den Biggarsberg had teruggetrokken toen Wood naderde, dat Colley een aanval had gedaan voordat er uit Heidelberg op zijn brief antwoord kon zijn en daarom, zeide Joubert: „God keerde zich tegen de Engelschen." Lady Colley heeft do terugreis van Durban naar Engeland aanvaard. Hoe groot de voldoening onder de Boeren zeiven is dat zij getoond hebben heel wat anders te zijn dan waarvoor de Engelschen hen steeds gehouden hebben, blijkt op karakteristieke wijze uit het vol gende. In de Staatscourant der Zuid-Afrikaansche Republiek komt een ingezonden stuk van den vol genden inhoud voor: „Burgermoed en Geloof" (door een ooggetuige), Potchefstroom. Een feit, hetwelk in een Europeeschen oorlog algemeen bekend gemaakt zou worden, maar hier wellicht verloren zou gaan, is het volgendo: Hans Joubert, die hier in de schans door een vijandelijken kogel werd getroffen en wien een weinig Eau de Cologne werd gebracht vóór hij stierf, zeide een half uur vóór zijn dood„Ik weet, dat Jezus mij zal aannemen, ik voel, ik sterf, maar voor die vrijdom van mijn land en om die woord „lafaard" van mijn natie weg te neem." Deze Joubert is natuurlijk een ander dan de generaal. De „Daily News" meldt uit Kaapstad dat het Kaapsche Lagerhuis eenstemming de resolutie heeft aangenomen, de voldoening van het Huis uitdruk kende over het einde van den oorlog in de Transvaal. Het Hoogerhuis heeft eene resolutie in denzelfden geest aangenomen, welker bewoordingen echter de gedachte nog sterker uitdrukken. Generaal Wood heeft aan Kimberley geseind dat de ziekten onder de troepen verminderen. Vei-coiiig-cle Staten. Berichten uit Lima, te Nieuw-York ontvangen, melden dat de Chileenen een schatting van een millioen dollars (2'/2 millioen gulden) hebben ge- eischt van vijftig grondeigenaars aldaar, voor de kosten van bezetting gedurende eene maand. Negers en inboorlingen vermoorden de Chileensche bevol king in de Cunetee-vallei en verwoesten alle bezit tingen. De vreemdelingen ontvluchten de streek; de Chileenen weigeren troepen te zenden om de orde te herstellen. Een bende Indianen van Araucanië heeft de Chileensche grenzen overschreden en 2000 Chilee nen van Santiago zijn op hen afgezonden. Telegrammen. MADRID, 6 April. Zóó verschrikkelijk zijn de overstroomingen in de provincie Sevilla geworden, dat de gedeputeerden en senaatsleden uit Andalusië eene bijeenkomst hebben gehouden, waarbij besloten werd eene nationale inschrijving te openen. De koning, de koningin en de infante Isabella plaatsten zich aan het hoofd der inteekanlijst, resp. voor 4800, 2400 en 1200 gulden. De wateren en winden heb ben de provinciën Sevilla, Grenada, Huelva, Cordova en andere gedeelten van Zuid-Spanje verwoest. Het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 2