1 In een vlaag van ijlende koorts heeft de inlander Siüfien, wonende op Petodjo, een inlandsch meisje, Nong genaamd, verscheidene golok-wonden toege bracht.. Simien en het verwonde meisje worden thans in het stadsverband verpleegd. Do postkar tusschen Modjokerto en Kediri is nabij post Donanjer, district Djombang, door drie schur ken overvallen en geheel leeggeplunderd. Een brief, inhoudende f 15,000, wordt o. a. vermist. De koetsier is half dood geslagen. De ass.-resident is er direct heen gereden. De veepest in Cheribon, op Kandanghauer, wordt thans officiëel in de Jav. Crt." geconstateerd. Het stoomschip „Merapi", van deNed.-Ind. Stoomv.- Mij, dut de reis naar de Molukken en N.-Guinea maakt, moest reeds 14 dagen geleden te Soorabaia zjjn aangekomen. Hoewel er nog geen bepaalde redenen tot ongerustheid bestaan, is toch een andere boot, de „Vice-President Prins", gisteren vertrokken om de „Merapi" op te sporen. Uit Samarang klaagt men in het „Ind. Yad." dat het Mahomedanisme daar zeer veel veld wintonder Chineezen en zelfs onder de verarmde Europeanen. Aan een onder dagteekening van 9 Januari jl. ontvangen rapport worden de volgende berichten ontleend betreffende den toestand in het gouverne ment Atjeh en onderhoorighedenDe controleur der XXVI Moekims rapporteerde dat op den 3den Januari de broodkar tusschen Lamjong en ïoeng- koep door een drietal Atjehers werd aangehouden, en, toen zij doorreed, beschoten, zoodat een kogel in de kar drong, doch verder geene onheilen wer den aangericht. Dit feit is slechts te beschouwen als een gewone straatrooverjj, waarin de Atjehers worden ondersteund door weggeloopen dwangarbei ders. De reden van de onveiligheid dier streek schijnt hoofdzakelijk geweten te moeten worden aan het dichtbegroeid terrein. Door den goimToenr-nuaeraal v;in Ned.-Indiè zijn de vol gende besehilcltingea genomen Civiel Departement. Verleend: Een 2-jarig verlof naar Enropu, wegens ziekte, aan den derden commies bij bet dep. van onderwijs, eeredienst en nijverheid E F. Ungerer. Ontslagen: eervol uit 's lands dienst met behoud van recht op pensioen, de opziener der 2de klasse bij het boschwezen op Java en Madura VV. G. Tandic en de gewezen zoutverkoop-pakbuisincester te Madjalongka (Cheribou) J. F. Zitter. Benoemd: tot pakhuism. te Probolingo de ambt. op wachtgeld G. Wirth, laatstelijk opz. late kl. bij bet bosctiw. op Java en Madura; tot schout voorde politie in de afd. Soemanap (Madura) de gew. opz. 3de kl. bij den zoutaanmaak te Grissee-poelih (Madura) J. Th. F. llothe; tot 3deo comm. op het res.-kont. te Soerabaya, de comm. late kl. op dat kaDtoor J. W. J. Nol Op het rca.-kant. te Bandong. Tijde lijk benoemd: tot 2deii commies de 2de comm. op het resi dentiekantoor te Muntok (Banka) N. F. Groenewald; tot 3den comm. de ambt. op wachtgeld F. J. Ailing, laatstelijk 3de comm. op het residentiekaotoor te Menado. Departement van Oorlog. Verleend: een 2-jarig verlof naar Europa, wegens ziekte, aan den kapitein der infanterie W. L. J. Scheepens. Departement van Marine. Ontslagen: uit 's lands dienst de gewezen haven- en pakhuismeester te Pontianak (Westeraf- deeling van Borneo), laatst tijdelijk belast geweest met griffier 3- werkzaamheden bij den landraad te Foerwakarla (Krawang) 3. S. P. Panwels. Trouw-, Geboorte- en Doodberichten in Ned.-Indië. BEVALLEN. E. S. Maurenbrecher geb. Fokker D., Welte vreden. A. J. Knegtmans geb. Bik Z., Batavia. J. P. Beynon geb. Jacobsz D., id. C. E. Pfanstiehl geb. Willem- stjjn Z., Meester-Cornelis. S. F. Veenstra geb. Veenstra Z., Batavia. H. M. Bakhnizen Van den Brink geb. Raedt Van Oldenbaraevelt Z., Pasoeroean. S. Berbsch geb. Schneider D., Probolingo. W. L. C. Vao de Stadt geb. Van de Veen Z., K taling (Koedoes). A. W. Hearing geb. Spakler Z., Pasoeroean. GEHUWD. H. A. Oflermans cn C. Lemana, Soerabaia. OVERLEDEN. AngUBt Willem, 2 jaar, zoon van J. Bos en E. Angela, Poerwakarta. F. J. F. Hogenbeek, M. 44 j., Probolingo. H. J. In 't Veld, M. 02 j., Malang. BUITENLAND. Duitschland. Na de opening van den Rijksdag hield de presi dent gisteren de volgende toespraak: Wij zijn allen diep geschokt onder don indruk van de ontzettende gebeurtenis, welke in het naburige Rijk heeft plaats gehad, een gebeurtenis, welke don Duitschen Keizer een beminden bloedverwant en trouwen vriend ont roofde. Het is zonder twijfel overeenkomstig den wensch en de behoefte van het Huis, wanneer ik eerbiedig de hartelijke deelneming betuig van den Rijksdag in het verlies, dat den Keizer en het Keizerljjk Huis heeft getroffen. - Deze aanspraak werd met blijken van instemming begroet. Groot-Britannië. De regeering heeft gisteren in de beide Huizen tegen heden een adres aangekondigd aan de Koningin en de hertogin van Edinburgh, naar aanleiding van het vermoorden des Czaars. In het Lagerhuis kon Gladstones voorstel tot urgent-verklaring der supplementaire kredieten de vereischte meerderheid niet verwerven. Er stemden 2P6 voor, en 212 Legon. Gladstone legde zich neder bij het besluit, tegen later zich vrijheid van han delen voorbehoudende. Oostcnr.-Honj. Monarchie. De bladen te Weenen betuigen eeDparig hun af schuw over den gruwcljjken moordaanslag op den Czaar. De „Presse" zegt dat de keizer door het bericht diep was geschokt; hij zond dadelijk een eigenhandig geschreven telegram van rouwbeklag aan den troonopvolger en aau de Russische keizer lijke familie. In de Kamer van Afgevaardigden vereenigde de heer Smolka 234 en de heer Rechbauer 14G van de 339 steramen op zich. De heer Smolka bedankte de Kamer voor zijn verkiezing en beloofde het pre sidentschap nauwgezet te zullen waarnemen. Kusland. Nadere en belangrijke bijzonderheden betref fende de afschuwelijke misdaad, eergisteren te St.- Petersburg gepleegd, vindt men hier en onder de telegrammen. De particuliere telegrammen in enkele bladen zijn over het algemeon van gelijken inhoud als die van Reuter. De Brusselsche „Nord", een officieus orgaau van de Russische regeering, zegt over het vermoorden des Keizers: „De droefheid, door de Russische natie aan den dag gelegd, en de hartelijkheid waarmede de nieuwe Keizer is begroet, bewijzen aan de moordenaren dat huDne gruwe lijke pogingen om den staat omver te werpen tot een jammerlijk mislukken gedoemd zijn. Iudien moorden Diet hun éénig oogmerk is, dan zullen zij de wapenen nederleggen na dit bewijs hunner on macht, dat, helaas, ten koste van het leven van lluslands weldoener gegeven is." De „Kölnische Zeitung" ontving v.an haren St.-Petersbuvgschen berichtgever een telegram, dat uit St.-Petersburg niet verzonden mocht worden en daarom per brief naar do Pruisische grenzen en eerst van daar per telegraaf werd overgebracht. Het meldt dat de politie te St.-Petersburg in den nacht van Zaterdag op Zondag huiszoekingen gedaan had, ten einde een persoon te vinden, wiens signalement luidde„Groote gestalte, bruine oogen, zwarte baard." De politie had bericht ontvangen dat er een nieuw complot tegen het leven van den czaar gesmeed was, en hoopte de uitvoering van dat plan te kunnen voorkomen. Weinige uren later ontving het Keulsche blad van denzelfden berichtgever reeds de noodlot tige tijding, die deed zien dat het misdadig plan, hoewel de politie de daders op het spoor was, maar al te goed was gelukt. De bijzonderheden van deze particuliere depeche stemmen geheel overeen met do reeds vermelde. Zy houden ook in dat de Keizer, niet slechts aan do beenen, maar ook aan de armen en het hoofd gekwetst was; zijn lijfarts, prof. Botkin, had onmiddellijk verklaard dat de wonden doodeljjk waren en de Keizer ten hoogste nog een uur zou kunnen leven. De ridderorden van den Keizer waren hem door de ontploffing van de borst gerukt; oen soldaat raapte ze op, toen de Keizer werd wegge dragen. Er waren verscheidene personen in hechtenis genomen; een der twee, die hierboven bedoeld zijn, was van bijzonder groote gestalte en dus wellicht de persoon, dien do politie den nacht te voren had gezocht. Te halftwee gistermiddag kondigde het geschut van de citadel den aanvang der plechtigheid van de troonsbestijging en de eedsaflegging aau. Het plein voor het paleis was dicht bezet mot menschen. Ten halfdrie gingen de nieuwe Keizer en Keizerin dwars door de menigte heen naar do kathedraal van Onze Lieve Vrouwe van Kazan, te midden van oorvor- doovende toejuichingen. Do bladen meidon dat er onder de aan hunne wonden gestorven personen een was, die weigerde zijn naam cn adres op te geven. De Agence Russe" behelst omtrent den moordaan slag nog de volgende bijzonderhedenDe geneesheeren, die het eerst ter hulp snolden, waren do chirurgijn Kruglewski en de doctoren Botkin, Marcus en Dvo- riarchine. De beenen van den czaar hingen nog slechts aan de zeer gescheurde spieren; het bloed vloeide bij stroomen. Dadelijk werden verbanden van caoutchouc om de beenen bovestigd on om de rechter hand, waar de trouwring diep in het vleesch was gedrongen. Vervolgens werden de aderen afgebonden, onder aanwending van ijs en toediening van opwek kende middelen. Do keizer opende toen nog eens de oogen, en de priester maakte daarvan gebruik om hem de sacramenten too te dienen. Spoedig daarna hielden ademhaling en hartslag op. Alle leden der keizerlijke familie omringden knielend het sterfbed, terwijl de aartspriester de gebeden der stervenden las. De overste Dvorjetzki, die den eenen moordenaar vatte en hem dolk on revolver ontrukte, is bed legerig, ten gevolge van zijne wonden, welke echter niet doodeljjk zijn. De personen, die den keizer het eerst opnamen, waren Nowikoff, kapiteii-1 ui tenant van het regiment Litthauers, en Notsch ijeff, cadet der militaire school. Het aantal gewonden i grooter dan tot dusver werd gemeld; eenigen zijn eeds ge storven. De moordenaar, die gevangen wei •enomen, heet Russakoff, is 21 jaar oud, afkotns. uit de provincie Nowgorod en woonde in de tweo laatste j aren de lessen aan de ace d emie voor mijn- inger. ieurs bij. De „Herold" schrijft dat de keizer, na de eersto ontploffing, terstond uitstapte; een toesnellend officier vroeg of Z. M. gekwetst wa Kalm ant woordde de Keizer: „Goddank neen! ik non onge deerd. Stel u gerust. Ik moet naar do awonden zien." Verscheidene soldaten uit 's Keizer- geleide en eenige toevallig aanwezige burgers lagen gekwetst in het rond. De Keizer gaf allereerst beve roor een zwaar gewonden kozak te zorgen. Daarop zag hij, op weinige schreden afstand, don misdadiger, door eene menigte mensehen omringd, en door ion sol daat Parobadjeskio bij de handen gegrepen, in welke hij een dolk en een revolver hield. Dc K< izer trad bedaard tot dicht bij den misdadiger, en beval hem weg te voeren, waarna hij zich te vo< huiswaarts wilde wenden. Doch pas had hij eenige stappen gedaan, of een andere jonkman wierp voor zijne voeten een voorwerp neer, en eene tweede vr.,-. jke ont ploffing volgde. Toen de damp weggetrokken was, zag men den Keizer, badende in Woed .-n grond liggen. Rondom lagen vele gekwetsten. Ook de misdadiger was neergevallen, hoewel ongedeerd, 's Keizers helm, door de ontploffing weggeslingerd, kon niet teruggevonden worden. Naar het winter paleis vervoord, werd hij daar ontkleed, en nu bleken zijne wonden verschrikkelijk. Transvaal. In Jouberts verslag omtrent het gevecht van Majuba wordt de zege der Boeren toegeschreven aan goddelijke hulp. Joubert zegt dat zijne mannen den borg beklommen met een moed en eene vaar digheid boven beschrijving; en hij voegt er bij dat generaal Colley en diens soldaten als echte helden streden. De verliezen aan zijnen kant geeft hij op als: één dood, één zwaar gekwetst, en vier licht gekwetst. Zeshonderd on zeventig Tra t:.ivalers heb ben tot den Vrijstaat een hartstochtelijk beroep gericht, om hen te komen helpen bij tuene worste ling voor vrijheid. In dit beroep wordt gesproken van een Vereenigd Zuid-Afrika, vrij van alle Britsch geweld. De wagens, die vooraad naar Wakkerstroom brachten, zjjn te Fort Amiol teruggekeerd. Kapitein Saunders, die er het bevel voert, meende eerst dat er verraad achter stak, en wilde Jou trein niet toelaten. Men overtuigde hem echter, en de bezen ding werd door Kaffers binnen het fort gedragen, van een punt op een half uur afstand. Telegrammen. ST.-PETERSBURG, 15 Maart (12. IQ 's nachts). Van alle zijden wordt het bevestigd dat de politie uit Genève gewaarschuwd was voor bet onheil dat den keizer trof. Toch namzjj slechts geringe voorzorgs maatregelen en algemeen wordt hier geloofd dat twee, volgens anderen drie, der in hechtenis geno men personen wel medeplichtig, maar niet de wer kelijke daders zijn. De nieuwe czaar woonde 's nachts een half uur het verhoor bij, dat door graaf Melikoft zelf werd geleid. Prinses Dolgoroucki heeft St.- Petersburg verlaten opdat zij de begrafenis niet zat behoeven bij te wonen. De gewonde muziekmeester Capri, die het dichtst bij het onheil stond, heeft zijn gezicht vol kleine glassplinters. Donderdag 11. ontving wijlen keizer Alexander een doos met pillen, die hij aan zijn lijfarts Botkin ter onderzoek bood. De doos was met een draad toegebonden en verzegeld. Toen Botkin een draad stuk trok, volgde eene geweldige ontploffing. De pillen zeiven bevatten een zware ontplofbare stof. Het doosje kwam nit Parijs en was geadresseerd: „Aan Zjjne Majesteit." De afzender, tevens uit vinder der pillen, noemde zich dr. Jus. Hij roemde de pillen als het beste middel tegen asthma. De geheele verpakking was juist zooals bjj al derge lijke reclamemiddelen met een nauwkeurige ge bruiksaanwijzing. De Keizer werd zeer bleek en ernstig toen Betkin tot de ontdekking kwam wat er eigenlijk in hst doosje was. Terstond werden sterke patrouilles om het paleis geplaatst, maar overigens nam men geen voorzorgsmaatregelen. De inbalseming van het lijk des Keizers door

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 2