Kerdijk niet voor het dilemma stellen van voor een gewichtig ambt te bedanken, dat hij nog geen jaar vervult. De heer Yan Gorkom is echter de man, omdat hij in de Transvaal is werkzaam geweest, om het onderwijs aldaar in den geest onzer maatschappij te regelon, en toen de Engelschen hun roof pleeg den, heeft hij al3 eerlijk Hollander voor een Engel- sche betrekking bedankt, zoodat hij een zwaar offer heeft moeten brengen. RN.) Het is heden de dag, waarop 50 jaren geleden de heldhaftige Yan Speyk, liever dan zijn schip en het dierbare dundoek aan den vijand prijs te geven, de lont in het kruit stak en met zijn wakker volk tot handhaving van Neerlands eer het leven liet. Welk Nederlander gevoelt zijn hart heden niet sneller kloppen wanneer hij zich dit schitterende feit, hom reeds in zijn vroegste jeugd verhaald en beschreven, in al zjjne bijzonderheden nog eens voor den geest stelt! Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 6889 volwassen personen en van 718 kinderen. Ook van Nieuwveen is, voorzien van vele hand- teekeningen, ingezonden eene verklaring van adhaesie aan den inhoud van het adres aan Engelands koningin in zake de Transvaal. Niet te Nieuwveen, maar in het aan die ge meente grenzende Zevenhoven, is voor de slachtoffers van den watersnood gecollecteerd f 105.42. Op het drietal voor predikant bij de Hervormde gemeente te Alkmaar staandd. Winckel te 's-Gra- venpolder, Haan te Onstwedde en Verhoeff te Bodegraven. Onze stadgenoot prof. P. J. Veth vergast de lezers van „De Gids" op het eerste deel van een opstel over „onze TransvaalBche broeders." Meer in het bijzonder staat hij stil bij de groote emigratie, die tot de stichting der beide Afrikaansche repu blieken aanleiding gaf on de wijze, waarop de En gelschen zich daarbij gedragen hebben. Niets had verderfelijker voor de emigranten bedacht kunnen worden, dan do weg door de Britsche autoriteiten ingeslagen - schrijft prof. Veth. „Men liet de Boe ren vrij trekken, men liet ze decimeeren door de wanhopige worsteling met de Matabelen en het gruwelijk verraad van Dingaan. Maar toen zij door voorbeeldeloozon heldenmoed en in de kracht van hun Godsvertrouwen over allo moeilijkheden gezegepraald, Dingaan getuchtigd, het „beloofde land" veroverd, Pietermaritzburg gegrondvest en, onder 21 saluut schoten, do banier der Zuid-Afrikaansche Maat schappij to Port-Natal geheschen en met don uit roep: „Gedankt zij de groote God, die ons door Zijn genade de overwinning heeft gegeven", begroet had den, - toen werd eensklaps de Britsche Leeuw, evenals in 1877, indachtig aan zijn „high responsi bilities", aan zijn duren plicht om de oorspronkelijke rassen tegen den overmoed der blanken te bescher men, en legde hij den zwaren klauw op het mot zóó zware offers verworven land, waarin de Boeren zich op het punt waanden rust na zwerven, veilig heid na duizend gevaren, overvloed na lange ont bering te zullen genieten." Bij jhr. mr. G. J. Th. Beelaerts Van Blokland te 's-Hago is voor het hoofdcomité tot behartiging van de belangen dor Transvaalsche Boeren, sedert de laatste opgaaf, aan verschillonde'giften ontvangen f 108.40; gezamenlijk bedrag f 356.73. Aan een particulieren brief uitdeKaapdd.il Januari is het volgende ontleendDe Boeren hebben den opstand knap overlegd, en daar zij gedetermi neerd zijn om te vechten en hunne vrouwen hen aandrijven, zal Engeland het land niet zonder groot verlies aan troepen en zonder het geheel te zuiveren, kunnen veroveren. Maar nu is tevens overal in Zuid- Afrika de strijd tusschen Engelsch en HollaDdsch ontbrand. - Schoon or verteld wordt dat Natalsch? Boeren door den Vrijstaat naar bét Transvaalsche gaan om de republikeinen te helpen, schijnt het, dat Paul Krdg'Or zelf orde heeft gegeven om geen vrij- WUngv™ van over de Va,alrivier toe te laten. - Be drieg ik mij ilipt. dap wo*a.t reeds van Portugeesche zijde overlegd, welke landen het best voor de Tranmalseho Boeren <leu80n zullen> als Z1J opnieuw hun land verlaten. - De J^sen, vroeger predikant te Groningen, later proc. -«raifêFftal m de Transvaal, ook onder Engelsch bestuur, is thans lid van het Uitvoerend Bewind der Republiek en schoon de Boeren eigenlijk niet van hem houden, hebben zij een zeer knap raadsman in hemmaar de Engelsche bladen ijveren er voor, dat men hem, als men hem beetkrijgt, als rebel zal laten ophangen. De vereeniging „AlgemeenKies- en Stemrecht" te Amsterdam heeft wederom, evenals in Februari van het vorige jaar, een adres aan de Tweede Kamer gericht, waarin zij den wensch uitdrukt dat deze ten spoedigste, vóór andere zaken, art. 76 der Grondwet zal herzien en wel zoodanig dat in Neder land het algemeen kiesrecht ingevoerd worde met volstrekt geheime stemming. Zoo de Kamer tot een goheele herziening der Grondwet mocht overgaan, wenscht de vereeniging een commissie benoemd te zien, door het geheele volk gekozen, om daarbij te dienen van advies. Het doel van dit adres is, te gelijk een protest uit te brengen tegen de laatste troonrede, waarin met geen enkel woord werd mel ding gemaakt van de voornemens der regeering ten opzichte van het kiesstelsel, en van de, naar de vereeniging beweert, alom in den lande ontstane be weging ter verkrijging van het algemeen kiesrecht. Ook wordt daarin te velde getrokken tegen de meening, door sommige Kamerleden uitgesproken, als zou de meerderheid des volks nog niet naar herziening der Grondwet verlangen en het ook niet aangaan die wet op één punt te wijzigen. Door het bestuur van het departement Vlissingen der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen is aan de afdeelingen een circulaire gericht naar aanleiding der voordracht van het hoofdbestuur ter voorziening in de vacature van den aftredenden algemeenen secretaris, nl. het drietal: dehh.:mr.A.Kerdijk, W. J. Van Gorkom en P. Bruyn. Bij alle leden toch rees onmiddellijk de vraag, waarom het hoofdbestuur in dezen tegenover de departementen zich niet strikt onzijdig heeft gehouden, door eenvoudig de namen öf alphabetisch of na loting te plaatsen? Bij gemis toch van dat onzijdig karakter sloot nu de voor dracht van zelf de voorspraak van den eerstgeplaatste in. Daartegen hebben wij, zoo wordt in de circulaire gezegd, na rijp en ernstig beraad, gemeend eene bescheiden bedenking te moeten inbrengen. Het herinnert ons, dat mr. Van Hees, na gedurende zes jaren het adjunct-secretariaat te hebben waarge nomen, algemeen secretaris geworden is, en met toe wijding van al zijne krachten de belangen der Maat schappij heeft gediend; met die herinnering doen wij vrijmoedig de vraag, of niet een zelfde verleden van den heer Bruyn, die volgens getuigenis van dat zelfde hoofdbestuur „sedert '77 onafgebroken werk zaam was aan het algemeen secretariaat", ons met eenig recht mag doen verwachten dat hij de betrek king van algemeen secretaris nauwgezet vervullen zal - Er worden ten slotte enkele vragen gedaan, waarop het antwoord de leden van het departement Vlissingen eenstemmig tot de keuze van den heer P. Bruyn deed besluiten. Op het adres, door de hoofdcommissie der Vereeniging voor christeljjk-nationaal onderwijs tot den minister van binnenlandsche zaken gericht om trent tegenwerking van het christelijk onderwijs door den burgemeester van Nieuwveen, is door den minister geantwoord dat de bedoelde handeling van den burgemeester niet tegen het christelijk onderwijs gericht was. Zonder eenige bedoeling om dit onder wijs tegen te werken, heeft hij alleen op vertrouwe lijke wijze den officier van justitie te Leeuwarden opmerkzaam gemaakt op de bezwaren, die naar zijn inzien bestonden tegen het collecteeren door de echt- genoote van den heer J. Sasse te Nieuwveen. Hij ver keerde bovendien in do meoning dat collecteeren voor inrichtingen van onderwijs ongeoorloofd was, doch is van hoogerhand op de onjuistheid dier meening ge wezen. - De hoofdcommissie heeft in dit antwoord niet berust, maar een nieuw adres tot den minister gericht, om haar leedwezen te kennen te geven dat in het antwoord geen woord voorkomt, waaruit kan worden afgeleid dat de handeling van den burge meester de' goedkeuring van den minister niet weg draagt; zij wenscht voorts dat maatregelen ge nomen zullen gorden, dat niet meer het ambtelijk gezag worde aangewend tot zoo onwaardige tegen werking van het chris^Ul'k onderwijs, als het yan den burgemeester van Nieuwveen heeft ondervonden. Het stoomschip „Hampton", van Batavia naar Rotterdam, vertrok Dinsdag van Point de Galle; de „P. Caland" is Donderdag van Nieuw-York naar Rotterdam vertrokken. Bij de Bataviasche havenwerken kunnen worden geplaatst 13 machinisten, bij voorkeur ongehuwden. De voorwaarden en vereischten worden vermeld in de Staatscourant van heden. De gewone audiëntie van den minister van justitie zal Dinsdag, 8 Febr. a. s., niet plaats hebben. BUITENLAND. Groot-Britanni Aan de „Daily News" wordt uit Durban van 2 Februari gemeld dat zware verliezen, die het 58ste regiment bij het bestormen van den pas bij Langs» nek heeft geleden, worden toegeschreven aan het feit, dat het niet genoegzaam ondersteund werd. De verliezen van de Boeren, die zoo uiteenloopend zijn geschat, zijn bij dien aanval, volgens dezen bericht gever, niet van veel beteekenis geweest. Volgens den correspondent van de „Times" in Kaapstad, zijn velen daar van meening dat do Engelsche ver sterkingen, die naar de Transvaal zijn gezonden, nog niet talrijk genoeg zijn om de Boeren te over winnen, daar deze waarschijnlijk door vrijwilligers uit den Oranje-Vrijstaat zullen geholpen worden. In do „Times" en de „Daily News" wordt mel ding gemaakt van een artikel van het Amster- damsche Handelsblad, waarin een protest der Boeren wordt medegedeeld, dat reeds in Februari 1877 was opgesteld en bestemd was om aan de Europeesche mogendheden gezonden te worden, maar dat toen om verschillende redenen teruggehouden is. Ook wordt gemeld dat het Handelsblad de bemiddeling van Nederland tusschen Engeland en de Transvaal wenscheljjk acht. „Engeland - deze zinsnede van het Handelsblad wordt in het Times-telegram vermeld - heeft eens zijne vrijheid uit de hand van een Willem III ontvangen; laat het in de negentiende eeuw een anderen Willem III dankbaar kunnen zijn voor het herstellen van een staatkundigen misgreep." De overspannen zenuwen van sommige Parle mentsleden tijdens de laatste zittingen hebben na tuurlijk tot standjes en minder parlementaire uit drukkingen geleid. Nu en dan ging men zelfs tot een scheldwoord over. Toen Samuelson aan het Huis een opmerking wilde mededeelen, die hij door Sullivan aan een zijner vrienden achter hem had hooren maken, schold Sullivan den eerste voor „luis tervink" uit. Sullivan sprak dikwerf te midden der redevoeringen van anderen hardop en gaf dan over luid zijn critiek te kennen. Healy vergeleek Fitz gerald - dien hij een „creatuur der Kroon" noemde- met een ouden krokodil of liever met den „vader van alle krokodillen". Milbank viel Parnell in de rede en verbeeldde zich toen te hooren, dat Biggars „stemmachinerie" hem een leelijk epitheton toevoeg de. Biggar ontkende dat, maar Milbank meende zijne ooren beter te moeten vertrouwen en stapte op Biggar toe om hem met de ruwste scheldwoorden te overstelpen. Biggar hief reeds zijn hand op om zijn geachten mede-afgevaardigde een tuchtiging toe te dienen, toen nog juist bijtijds een verstandiger lid naast hem zijn arm vasthield. Gelukkig dat het niet tot erger is gekomen, want bij de overspannen ge moederen zou er waarschijnlijk meer gebeurd zijn dan het geven en ontvangen van een enkelen klap. In het Lagerhuis zeide de heer Dilke gisteren in antwoord aan den heer Worms, dat de meening geheel zonder grond is, volgens welke Rusland zich zou verbonden hebben Merw niet te bezetten wan neer Engeland van Kandahar afzag. Er is reden om te gelooven dat Rusland niet op Merw zal aanruk ken; maar het is daartoe niet verplicht, en er is zelfs niet over onderhandeld. - De heer Forster stelde voor de wet ter bescherming van personen en eigendommen in Ierland voor den tweeden keer te lezen. De heer Bradlaugh bestreed dit voorstel. Over het geheel leverde het debat weinig belang wekkends ep. De voortzetting der discussie is op Maandag a. s. bepaald. TelegraMimea. DUBLIN, 4 Februari. Men verwacht dat de „Landleague" ontbonden en hare bureelen door de politie in beslag genomen zullen worden. - Door de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 2